Instellen van de deltamixer:
• Schakel de zender in en roep het functie-instelmenu op.
• Beweeg met behulp van beide toetsen „UP" of „DOWN" de
cursorpijl naar het menupunt „Elevon".
• Druk kort op de toets „OK" om het menupunt te activeren.
Op het scherm verschijnt de mixerweergave met de vooraf
ingestelde waarden.
• Door aan de toetsen „UP" of „DOWN" in te drukken, kan de
mixer worden ingeschakeld „On" of uitgeschakeld „Off".
• Bij het indrukken van de toets „OK" springt de cursorpijl naar
de uitslagwaarden voor de rolroerfunctie (CH1).
• Sla de stuurgever voor de rolroerfunctie aan een zijde tot aan
de aanslag uit en stel de gewenste uitslagwaarden van beide
servo's in door de toetsen „UP" of „DOWN" in te drukken. Bij
het instellen van een negatieve waarden draaien de loopricht-
ingen van beide servo's om. Als de toets „OK" wordt ingedrukt
en ingedrukt gehouden, worden de fabrieksparameters opge-
roepen.
• Bij het opnieuw kortstondig de toets „OK" in te drukken springt
de cursorpijl naar de uitslagwaarden voor de hoogteroerfunc-
tie (CH2).
• Sla de stuurgever voor de hoogteroerfunctie naar onder of bo-
ven tot aan de aanslag uit en stel de gewenste uitslagwaarden
van beide servo's in door de toetsen „UP" of „DOWN" in te
drukken. Als de toets „OK" wordt ingedrukt en ingedrukt ge-
houden, worden de fabrieksparameters opgeroepen.
• Houd de toets „CANCEL" langer ingedrukt om de instellingen
op te slaan. Op het scherm wordt aansluitend opnieuw het
functie-instelmenu weergegeven.
• Druk op de toets „CANCEL" tot u opnieuw op de bedrijfsweer-
gave komt.
Als een van beide servo's de verkeerde looprichting
vertoont, kunt u met behulp van de reverse-instelling
(zie hoofdstuk 14. a) de looprichting van de servo wij-
zigen.
Afbeelding 49
57