15 minuten zodat de olie weer kan teruglopen
in het oliecarter. Zie pagina 219 voor de bij te
vullen hoeveelheid.
Oliepeil controleren bij koude motor
1. Veeg de peilstok schoon.
2. Controleer het peil met de peilstok. De
olie moet tussen het MIN - en MAX -
streepje staan.
3. Als de olie dichter bij het MIN -streepje
ligt, kunt u eerst 0,5 liter olie bijvullen. Vul
bij totdat de olie dichter bij het MAX -
streepje dan bij het MIN -streepje op de
peilstok ligt.
BELANGRIJK
Vul niet meer olie bij dan tot aan het MAX -
streepje. Het olieverbruik kan toenemen, als
u te veel olie in de motor giet.
WAARSCHUWING
Mors geen olie op het hete uitlaatspruitstuk,
omdat er gevaar voor brand bestaat.
Oliepeil controleren bij warme motor
1. Veeg de peilstok schoon.
2. Controleer het oliepeil met de peilstok.
3. Als de olie dichter bij het MIN -streepje
ligt, kunt u eerst 0,5 liter olie bijvullen. Vul
bij totdat de olie dichter bij het MAX -
streepje dan bij het MIN -streepje op de
peilstok ligt.
Koelvloeistof
Koelvloeistof controleren en bijvullen
Volg de aanwijzingen op de verpakking op.
Voor optimale bestendigheid tegen vorst en
corrosie dient u erop toe te zien dat het koel-
vloeistofmengsel altijd voor 50% uit water en
voor 50% uit koelvloeistof bestaat. Vul het re-
servoir nooit alleen met schoon water. Het ge-
vaar voor bevriezing neemt toe, zowel wan-
neer de concentratie koelvloeistof te laag is
als wanneer deze te hoog is. Zie pagina 220
voor de hoeveelheden.
06 Onderhoud en specificaties
BELANGRIJK
Het is uitermate belangrijk dat u een koel-
vloeistof met roestwerende eigenschappen
gebruikt volgens de aanbevelingen van Vol-
vo. Een nieuwe auto is voorzien van koel-
vloeistof die bestand is tegen temperaturen
tot ca. –35 °C.
Controleer de koelvloeistof regelmatig!
De koelvloeistof moet tussen het MIN - en
MAX -streepje op het expansiereservoir staan.
Als u het reservoir niet goed gevuld houdt, kan
de temperatuur in het systeem dusdanig hoog
oplopen dat er gevaar voor motorschade ont-
staat.
WAARSCHUWING
De koelvloeistof kan bijzonder heet zijn. Als
u moet bijvullen terwijl de motor op bedrijf-
stemperatuur is, moet u langzaam de dop
van het expansiereservoir losdraaien om de
overdruk te laten ontsnappen.
Motorruimte
06
175