BEDIENINGSINSTRUCTIES
de remkrachtintensiteit goed is af-
gesteld, en laat de gashendel tege-
lijk los.
LET OP Als wordt geremd,
moeten de opvarenden zich schrap
zetten tegen de vertragingskracht,
zodat ze op de waterscooter niet
naar voren schuiven en het even-
wicht verliezen. De bestuurder
dient de beide handen steeds op
het stuur te houden en alle passa-
giers dienen zich goed aan een
handgreep of aan het middel van
de persoon voor hen vast te hou-
den.
WAARSCHUWING
De remafstand verschilt afhan-
kelijk van de beginsnelheid, la-
ding, wind, aantal passagiers,
omstandigheden op het water
en de toegepaste remkracht van
de bestuurder. Pas uw vaarstijl
altijd aan die factoren aan.
Als de waterscooter vertraagt tot
minder dan 14 km/h, wordt de
remmodus beëindigd en wordt de
achteruit ingeschakeld. Laat de iBR-
hendel los zodra de waterscooter
tot stilstand is gekomen. Anders
zult u achteruit gaan.
LET OP Naarmate de water-
scooter vertraagt en tot stilstand
komt, zal de hekgolf uw waterscoo-
ter inhalen, waardoor de waterscoo-
ter naar voren zal neigen. Let op
dat zich op uw koers geen obsta-
kels of zwemmers bevinden.
Als de gashendel nog is ingetrok-
ken wanneer de iBR-hendel wordt
losgelaten, zal de waterscooter na
een korte pauze voorwaarts versnel-
len. De versnelling is evenredig aan
de stand van de gashendel.
78
WAARSCHUWING
Als u niet voorwaarts wilt ver-
snellen als u de remhendel los-
laat, laat u de gashendel los.
Als u op snelheid de rem voor het
eerst gebruikt, schiet achter de
waterscooter een waterpluim hoog
de lucht in, waardoor de bestuurder
van een waterscooter achter u tij-
delijk het zicht kan verliezen over
uw waterscooter.
WAARSCHUWING
-
Van belang is dat u de bestuur-
der van een waterscooter die
van plan is in konvooi achter u
te varen wijst op het rem- en
manoeuvreervermogen van
uw waterscooter, de beteke-
nis van de waterpluim en dat
tussen waterscooters een
grotere afstand moet worden
aangehouden.
-
Denk eraan dat andere boten
achter of rondom u mogelijk
niet in staat zijn even snel te
stoppen.
Remmen in bochten
In bochten moet u gas geven om
de controle te bewaren over de
vaarrichting. Toch kunt u, zoals
eerder beschreven, in een bocht
remmen met de iBR-hendel. Zet u
schrap om uw evenwicht te bewa-
ren als de hekgolf uw waterscooter
kruist.
LET OP Naarmate de water-
scooter vertraagt en tot stilstand
komt bij remmen in een bocht, zal
uw eigen hekgolf de waterscooter
inhalen, waardoor de waterscooter
naar opzij zal neigen. Zet u schrap
als de golf de waterscooter kruist.