De remvoorziening van het iBR-
systeem kan niet verhinderen dat
uw waterscooter door stroming of
wind kan afdrijven. De rem heeft
geen effect op de achterwaartse
beweging. Merk ook op dat uw
motor moet draaien om de rem te
kunnen gebruiken.
De stuwstraal van uw waterscooter
kan letsel veroorzaken. De jetpomp
kan afval meezuigen en naar achter
slingeren, wat een risico inhoudt
op verwonding van mensen of be-
schadiging van de jetpomp of ande-
re voorwerpen.
Respecteer de instructies op alle
veiligheidslabels. Die dienen om u
een veilige en aangename uitstap
te garanderen.
Bewaar geen voorwerpen op plek-
ken die niet specifiek voor opslag
zijn ontworpen
Wanneer u passagiers meeneemt
is uw waterscooter moeilijker be-
stuurbaar, wat meer stuurvaardig-
heid vergt.
Deze waterscooter is uitgerust met
ogen voor en achter, om de water-
scooter aan te meren of op een
trailer vast te maken. De ogen zijn
niet geschikt om een sleepkabel
voor een skiër, tuber of wakeboar-
der Gebruik deze bevestigingspun-
ten of andere delen van de water-
scooter niet om een parasail of an-
der vaartuig voort te slepen. Dat
kan ernstig letsel of zware schade
veroorzaken.
Sommige waterscootermodellen
zijn uitgerust met sleepogen,
waaraan een sleepkabel voor een
skiër, tube of wakeboarder kan
worden bevestigd. Gebruik deze
bevestigingspunten of andere de-
len van de waterscooter niet om
een parasail of ander vaartuig voort
te slepen. Dat kan ernstig letsel of
zware schade veroorzaken.
Verbrandingsmotoren hebben lucht
nodig om te kunnen werken; daar-
VEILIGHEIDSINFORMATIE
BIJZONDERE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
om kan deze waterscooter niet
volledig waterdicht zijn. Manoeu-
vres, zoals continu draaien in
scherpe bochten, met de boeg
door de golven klieven, de water-
scooter kantelen, waarbij de lucht-
inlaatopeningen onder water ko-
men, kunnen ernstige motorproble-
men door wateropname veroorza-
ken. Raadpleeg het gedeelte BEDIE-
NINGSINSTRUCTIES
hoofdstuk GARANTIE in deze ge-
bruikershandleiding.'
Motoruitlaatgassen bevatten kool-
monoxide (CO), dat bij inademing
van een voldoende grote dosis tot
ernstige gezondheidsproblemen of
de dood kan leiden. Laat de water-
scooter niet draaien in een gesloten
ruimte en voorkom ophoping van
CO rond de waterscooter of op in-
gesloten of beschutte plaatsen,
zoals wanneer hij is aangemeerd
of tussen boten dobbert. Wees
alert voor het risico op CO-uitstoot
door andere waterscooters.
Informeer u over de wateren waar
u uw waterscooter wilt gebruiken.
Stroming, getijden, stroomversnel-
lingen, verborgen obstakels, gol-
ven, hekgolven enz. kunnen de
veiligheid in het gedrang brengen.
Het gebruik van deze waterscooter
in onstuimig water of bij zwaar
weer is af te raden.
Vaar voorzichtig en zeer traag in
ondiep water. Als u vastloopt of
bruusk stopt, kunt u letsel oplopen
of de waterscooter beschadigen.
De jetpomp kan ook afval opzuigen
en naar achter slingeren op men-
sen of voorwerpen.
Houd het bindsnoer altijd gekop-
peld aan het reddingsvest of de
pols van de bestuurder (polsband
vereist) en zorg ervoor dat het niet
om het stuur haakt, zodat de motor
zeker stilvalt als de bestuurder eraf
valt.' Neem het bindsnoer na elke
rit uit de motoruitschakelaar om
ongeoorloofd gebruik door kinderen
en
het
11