60
Stoelen, veiligheidssystemen
Voordat u de buitenste veiligheids‐
gordel achter omdoet, eerst controle‐
ren of de onderste sluiting 5 geheel in
het slot 6 vastgeklikt zit.
Daarna de gordel over de heupen en
de schouder geleiden (niet
verdraaien) en de bovenste sluiting
vastklikken in het betreffende slot.
Zie "Veiligheidsgordels op de voor‐
stoelen" voor omdoen en losmaken.
9 Waarschuwing
De veiligheidsgordel werkt bij een
ongeval niet, tenzij zowel de
onderste als de bovenste sluiting
goed zijn aangebracht.
Bij het losmaken van de veilig‐
heidsgordel altijd eerst de boven‐
ste sluiting en dan de onderste
sluiting uit het slot nemen.
Demonteer de sluitingen van de
gespen voordat u stoelen uit de
auto haalt of om bij de achterbank
te kunnen komen.
Voor de middelste zitplaats achterin,
de gordel uit de oprolautomaat trek‐
ken, zonder te verdraaien voor u
langs halen en de sluiting in het slot
vastklikken 7.
9 Waarschuwing
Controleer vóór het achterin
plaatsnemen of de zitplaatsen
achterin en de rugleuningen
geheel zijn vastgeklikt.
Zitplaatsen achterin 3 52.