102
Instrumenten en bedieningsorganen
Licht op als de handrem wordt gelost
en het remvloeistofpeil te laag is
3 176.
9 Waarschuwing
Stoppen. De auto meteen stilzet‐
ten. De hulp van een werkplaats
inroepen.
Als R brandt samen met controle‐
lamp C en een geluidssignaal, is er
een storing in het remsysteem. Een
bijbehorend bericht verschijnt ook op
het Driver Information Center 3 105.
Onmiddellijk de hulp van een werk‐
plaats inroepen.
Remsysteem 3 152.
Antiblokkeersysteem (ABS)
u brandt geel.
Brandt korte tijd nadat het contact is
ingeschakeld. Het systeem is na het
doven van u klaar voor gebruik.
Als controlelamp u niet na enkele
seconden dooft of onderweg oplicht,
is er een storing in het ABS. Contro‐
lelamp j kan ook oplichten op de
instrumentengroep samen met een
bijbehorend bericht op het Driver
Information Center 3 105. Het
remsysteem blijft werken maar
zonder ABS-regeling en elektronisch
stabiliteitsprogramma.
Als controlelampen u, j, R en C
branden, is er een storing in het
remsysteem. Een bijbehorend bericht
verschijnt in het Driver Information
Center. Onmiddellijk de hulp van een
werkplaats inroepen.
Antiblokkeersysteem (ABS) 3 152.
Opschakelen
k of j brandt.
Wij raden u in dat geval omwille van
een zuiniger verbruik aan om te scha‐
kelen.
Elektronisch stabiliteitspro‐
gramma (ESP)
R knippert of brandt geel.
Brandt korte tijd als het contact wordt
ingeschakeld.
Knippert tijdens het rijden
Het systeem grijpt actief in. Het
motorvermogen kan worden
begrensd en de auto kan automatisch
iets worden afgeremd.
Brandt tijdens het rijden
Het systeem is niet beschikbaar. Een
bijbehorend bericht verschijnt ook op
het Driver Information Center 3 105.
ESP®
Plus
3 155.
Traction Control-systeem 3 154.
Elektronisch stabiliteitspro‐
gramma uit
Ø brandt groen.
Als ESP®
Plus
gedeactiveerd is met
Ø op het instrumentenpaneel, dan
brandt controlelamp Ø en verschijnt
een bijbehorend bericht op het Driver
Information Center 3 105.
ESP®
3 155.
Plus
Traction Control-systeem 3 154.