32
Sleutels, portieren en ruiten
Bagageruimte vergrendelen en
ontgrendelen met toetsen op de
elektronische sleutel
Druk op G om de achterdeuren/
achterklep (en de zijschuifdeuren) te
vergrendelen/ontgrendelen.
Elektronisch sleutelsysteem 3 23.
Bediening met fysieke sleutel
Deuren handmatig vergrendelen of
ontgrendelen door de sleutel in het
slot te draaien.
Let op
Als de batterij in de elektronische
sleutel moet worden vervangen,
kunt u de auto nog steeds vergren‐
delen/ontgrendelen met de handma‐
tige noodsleutel in de behuizing van
de elektronische sleutel 3 23.
Centrale vergrendelingstoets
Vergrendelt of ontgrendelt de portie‐
ren en de bagageruimte vanuit de
passagiersruimte.
Druk op e om de auto te vergrende‐
len. De activering wordt aangeduid
door de LED in de toets. Bij het sluiten
van een open deur wordt de deur
automatisch vergrendeld.
Druk nogmaals op e om de auto te
ontgrendelen.
Bij het rijden met een open bagage‐
ruimte kunnen de voordeuren (en de
zijschuifdeuren) nog steeds worden
vergrendeld. Met ingeschakeld
contact e gedurende ongeveer
5 seconden ingedrukt houden. Bij het
sluiten van de achterdeuren / achter‐
klep worden ze automatisch vergren‐
deld.
Automatisch vergrendelen 3 33.