III UITRUSTING
3) Handgrepen (2-UP
modellen)
De handgrepen bevinden zich aan
weerszijden van de passagiers-
stoel.
De passagier moet zich tijdens de
rit altijd goed vasthouden aan de
handgrepen.
WAARSCHUWING
De passagier moet zich altijd
vasthouden aan de passagiers-
handgrepen, niet aan de be-
stuurder. De passagier moet de
beide voeten stevig op de voet-
steunen laten rusten.
TYPISCH
1. Handgrepen
2. Passagiersstoel
4) Voetsteunen
Steunen voor de voeten bevinden
zich aan rechter- en linkerzijde van
de voetsteunen.
TYPISCH
1. Linkervoetsteun bestuurder
102
WAARSCHUWING
De bestuurder moet altijd tij-
dens het rijden beide voeten op
de voetsteunen laten rusten.
2-UP-modellen
TYPISCH
1. Linkervoetsteun bestuurder
2. Linkervoetsteun passagier
WAARSCHUWING
De passagier moet altijd tijdens
het rijden beide voeten op de
voetsteunen laten rusten.
5) 12-volt-voedingsuit-
gang
Dit is een handige aansluiting voor
een looplamp of andere draagbare
uitrusting.
1. 12 V elektrische aansluiting
Verwijder het beschermkapje voor
gebruik. Bevestig het altijd opnieuw