5.6
HALFJAARLIJKSE CONTROLES EN TAKEN
5.6.1 Maak de ontluchtingspijp van de gasklep schoon
NB:
Deze procedure is niet vereist voor friteuses die voor export naar CE landen zijn
geconfigureerd.
1. Zet de stroomschakelaar van de friteuse en de gashendel in de stand UIT (OFF).
2. Schroef de ontluchtingspijp voorzichtig los van de gasklep. NB: U mag de ontluchtingspijp rechtzetten
om ze gemakkelijk te kunnen verwijderen.
3. Steek een stuk gewone binddraad (13 mm diameter) door de pijp om eventuele obstructies te verwijderen.
4. Verwijder de draad en blaas door de pijp om er zeker van te zijn dat ze vrij is.
5. Breng de pijp opnieuw aan en buig ze zodat de opening naar beneden wijst.
5.6.2 Controleer de druk aan het verdeelstuk van de brander
Deze taak mag alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. Neem contact op
met uw FASC om deze taak te laten uitvoeren.
5.7
Jaarlijkse/periodieke inspectie van het systeem
Dit toestel moet periodiek worden gecontroleerd en afgesteld door bevoegd servicepersoneel als
onderdeel van het regelmatige programma voor onderhoud van de keuken.
Frymaster beveelt aan dat een door de fabrikant erkend onderhoudstechnicus (Factory Authorized
Service Technician) uw toestel minstens één keer per jaar als volgt nakijkt:
5.7.1 Friteuse
•
Controleer de binnen- en buitenkant, en de voor- en achterkant van de kast op excessieve afzettingen van
olie en/of oliesporen.
•
Controleer of de opening van de vlampijp niet verstopt is door afvalstoffen of afzettingen van verharde
olie of bakvet.
•
Controleer of de branders en de bijbehorende onderdelen (d.w.z. gaskleppen, waakvlamvoorziening,
ontstekingen, enz.) in goede staat verkeren en naar behoren werken. Controleer alle gasaansluitingen op
lekken en verifieer of alle verbindingen goed vast zitten.
•
Controleer of de druk in de verdeelleiding van de brander overeenstemt met de druk die vermeld staat op
de typeplaat van het toestel.
•
Controleer of de temperatuur- en bovenlimietvoelers naar behoren zijn aangesloten, vast zitten en correct
werken en of de voelerbeschermingen wel degelijk en correct zijn geïnstalleerd.
GEVAAR
5-6