•
Door werktuigen en gewichten aan te koppelen
worden de besturing- en remeigenschappen
aanzienlijk beïnvloed. Zorg ervoor over vol-
doende besturing- en remvermogen te beschik-
ken.
•
Bij het maken van bochten moet er rekening
worden gehouden met de totale lengte en
breedte van de trekker en het werktuig!
•
Het werktuig mag pas gebruikt worden als alle
veiligheidsvoorzieningen geplaatst en in orde
zijn!
•
Het is verboden zich binnen het werkbereik van
de machine te bevinden!
•
Verblijf binnen het wend- en zwenkbereik is niet
toegestaan!
•
De hydraulisch uitklapbare delen mogen uitslui-
tend worden geactiveerd indien niemand zich
binnen het zwenkbereik bevindt!
•
Bij delen met afstandsbediening (b.v. hydrauli-
sche), zijn mogelijk knelpunten waar men be-
klemd kan raken en zich kan verwonden
•
Alvorens u de trekker verlaat, moet het werktuig
op de grond worden gezet, de motor uit en de
sleutel uit het contact worden gehaald!
•
Er mag zich niemand tussen de trekker en het
werktuig bevinden zonder dat het voertuig op
de parkeerrem staat en/of op stopblokken ge-
plaatst is!
•
Markeurs in de transportstand moeten vergren-
deld zijn!
Aangekoppelde werktuigen
•
Voor het werktuig in de driepunts ophanging
wordt gemonteerd of gedemonteerd, moeten de
bedieningsorganen in een positie staan, zó dat
ongewild opheffen/neerlaten uitgesloten is!
•
Voor het aankoppelen in de drie-puntshef moe-
ten de trekker en het werktuig tot dezelfde kop-
pelingscategorie behoren!
•
In de omgeving rond de drie-puntshef bestaat
er gevaar voor letsel: beklemd raken of zich
snijden!
•
Ga nooit tussen de trekker of het werktuig staan
als de hefinrichting bediend wordt!
•
Controleer of de trekstangen voldoende tegen
zijwaartse bewegingen begrensd zijn als het
werktuig in de transportstand staat!
•
Bij vervoer op openbare wegen met het werk-
tuig in opgeheven stand, moet de bedienings-
handle van de hefinrichting tegen neerlaten
vergrendeld zijn.
4
Het hydraulische systeem
•
Het hydraulische systeem werkt onder hoge
druk!
•
Voor het aansluiten van de hydraulische slan-
gen aan de trekker moeten de voorgeschreven
snelkoppelingen van de hydraulische slangen in
acht worden genomen!
•
Tijdens het aansluiten van de hydraulische
slangen op het hydraulische systeem van de
trekker, mag het hydraulische systeem van de
trekker en het werktuig niet onder druk staan!
•
Bij het aansluiten van de hydraulische syste-
men van trekker en werktuig moeten de koppe-
lingen en stekkers gemerkt worden om foutieve
bediening te vermijden. Door de functies te
verwisselen (b.v. opheffen/neerlaten) ontstaat
er gevaar en kans op ongevallen!
•
Hydraulische slangen moeten regelmatig ge-
controleerd worden, vervang waneer ze be-
schadigd of oud zijn! De nieuwe hydraulische
slangen moeten voldoen aan de voorschriften
van de producent!
•
Wanneer er naar lekkages gezocht wordt, moe-
ten de voorgeschreven veiligheid eisen worden
gehandhaafd om gevaar te vermijden!
•
Als vloeistof (hydraulische olie) onder hoge
druk naar buiten stroomt, kan het door de huid
heen dringen en ernstig letsel veroorzaken!
Onmiddellijk een arts raadplegen! Infectiege-
vaar!
•
Voor er aan het hydraulische systeem gewerkt
wordt, moet de machine volledig worden neer-
gelaten, laat de druk van de installatie af en
stop de motor!
Banden
•
Als er aan de banden gewerkt moet worden,
laat het werktuig volledig neer en voorkom
wegrollen. (stopblokken!)
•
Het monteren van banden vereist voldoende
kennis en gebruik van de voorgeschreven ge-
reedschappen.
•
Reparaties aan banden en wielen mogen alleen
uitgevoerd worden door bandenexperts met
speciaal gereedschap!
•
Controleer de bandenspanning regelmatig.
Houdt de voorgeschreven bandenspanning
aan!
Onderhoud
•
Reparatie-, onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden of controle bij storingen mogen