hectare, het tweede voor 1/40 hectare. Meestal
wordt 1/40 hectare afgedraaid en door het gewicht
van het opgevangen zaaizaad met 40 te vermenig-
vuldigen verkrijgt men de hoeveelheid zaaizaad per
hectare. Bij kleinere hoeveelheden zaaizaad (kool-
zaad) verdient het de aanbeveling om 1/10 af te
draaien om fouten/afwijkingen in het afwegen te
voorkomen. De afdraaiproef mag niet worden ge-
daan met uitgeschakelde zaaiwielen voor het afslui-
ten van de rijen. Bij afwijkingen van de gewenste
hoeveelheid moet de transmissie gewijzigd worden
en de afdraaiproef worden herhaald.
•
Sluit de leegkleppen (fig. 16).
•
Klap de afdraaibak omhoog en vergrendel hem.
Voorbeeld
Werkbreedte machine: .................................... 3,0 m
Aantal rijen: .......................................................... 25
Banden: ........................................................ 6.00-16
Gewenste hoeveelheid: ............................ 200 kg/ha
Zaaizaad: ....................................................... Tarwe
Instellingen volgens de zaaitabel
Bodemklep: .................................................. stand 2
Zaaischuif:: ................................................... stand 2
Zaaiwiel: .............................................................. vol
Uitzaaien controleren
Via de afdraaiproef wordt het uitzaaien op de akker
gesimuleerd, waardoor sommige factoren die de
hoeveelheid zaaizaad kunnen beïnvloeden over het
hoofd gezien kunnen worden.
Naast het aantal omwentelingen/ha van de afdraai-
slinger ten opzichte van het aandrijfwiel is er reke-
ning gehouden met de gemiddelde wielslip van het
aandrijfwiel. Er kunnen hierdoor ondanks de grote
wielen in de praktijk aanzienlijke afwijkingen ont-
staan. Als er vloeibare ontsmettings middelen ge-
bruikt worden, kan de doorstroomsnelheid van het
zaaizaad bij de afdraaiproef anders zijn dan later op
de akker. Na 500 m zaaien stabiliseert de toestand
echter.
De zaaimachine kan ook, met name in combinatie
met grondbewerkingswerktuigen, aan sterke trilin
Instelling van de transmissie: ............................... 60
Aantal omwentelingen voor 1/40 ha:: ................... 91
Gewicht zaaizaad
in de afdraaibak: ................. 4,5 kg X 40 = 180 kg/ha
Transmissieinstelling verhogen tot: ...................... 66
Gewicht zaaizaad
in de afdraaibak: ................. 5,0 kg X 40 = 200 kg/ha
Het "kloppende" geluid dat in de aandrijving tijdens
het afdraaien kan voorkomen ontstaat doordat de
terugslag- koppeling overspringt; dit is geen fout
aan de machine.
Door de machine iets van de grond te lichten waar-
door het aandrijf wiel vrij van de grond komt kan dit
geluid worden voorkomen.
Waarschuwing:
De zaaitabel bevat benaderde waarden en geldt
dan ook alleen als richtlijn, aangezien elk type zaai-
zaad van jaar tot jaar verschild in afmeting, karak-
ter, ontsmettingsmiddel en volume. Daardoor kun-
nen er afwijkingen zijn in de doorstroomsnelheid
van het zaaizaad, zie ook het hoofdstuk "Uitzaaien
controleren".
Door twee rijen per trekkerspoor af te sluiten bij het
aanleggen van rijpaden, wordt de hoeveelheid
zaaizaad ten opzichte van de inzaaiwaarden met
tot ca. 7% verminderd, afhankelijk van de afstand
tussen de rijsporen.
gen onderhevig zijn waardoor de zaaizaad afgifte
meestal vergroot wordt.
Als een of meerdere van de hierboven vermelde
factoren optreden, moet de afdraaiproef herhaald
worden na 500 m. zaaien. De nauwkeurigste con-
trole wordt bereikt met een rijproef. Meet hiervoor
een te rijden stuk van 100 m af; rij met de gebruike-
lijke werksnelheid, en vang het zaaizaad op in de
afdraaibak door de leegkleppen te openen. De
opgevangen hoeveelheid moet afhankelijk van de
werkbreedte vermenigvuldigd worden met:
2,5 m werkbreedte x 40,0
3,0 m werkbreedte x 33,3
4,0 m werkbreedte x 25,0
4,5 m werkbreedte x 22,22
11