178
Verzorging van de auto
Aanduidingen op banden
Bijv. 185/65 R 15 88 H
185 = Bandbreedte in mm
65
= Hoogte-breedteverhouding
(bandhoogte t.o.v. band‐
breedte) in %
R
= Type koordlagen: Radiaal
RF = Type: RunFlat
15
= Velgdiameter in inches
88
= Kengetal voor draagvermo‐
gen, 88 komt bijv. overeen
met 567 kg
T
= Kenletter voor snelheid
Kenletter voor snelheid:
Q = Maximaal 160 km/u
S = Maximaal 180 km/u
T = Maximaal 190 km/u
H = Maximaal 210 km/u
V = Maximaal 240 km/u
W = Maximaal 270 km/u
Bandenspanning
De bandenspanning minstens om de
14 dagen en vóór elke lange rit bij
koude banden controleren. Het reser‐
vewiel niet vergeten. Dit geldt ook
voor auto's met een drukverliesdetec‐
tiesysteem.
Ventielsleutel uit tankklep nemen en
daarmee ventieldop losdraaien.
Bandenspanning 3 217 en op het eti‐
ket aan de binnenkant van de tank‐
klep of in de portieropening rechts‐
voor.
De voorgeschreven bandenspanning
geldt bij koude banden. De waarde
geldt voor zowel zomer- als winter‐
banden.
Reservewiel altijd oppompen tot de
bandenspanning bij maximale bela‐
ding.
De ECO-bandenspanning dient om
een zo laag mogelijk brandstofver‐
bruik te bereiken.
Een onjuiste bandenspanning beïn‐
vloedt de veiligheid, het weggedrag,
het rijcomfort en het brandstofver‐
bruik negatief en verhoogt de ban‐
denslijtage.
9 Waarschuwing
Een te lage bandenspanning kan
aanleiding geven tot oververhitting
van de banden en interne bescha‐
digingen, wat bij hoge snelheden
loslatende loopvlakken en zelfs
klapbanden kan veroorzaken.
Drukverliesdetectiesys‐
teem
Het drukverliesdetectiesysteem be‐
waakt continu het toerental van alle
vier de banden.