RIJDEN MET UW VOERTUIG
gevaar op letsel aan benen of voeten tot een minimum te beperken, moet
u uw voeten altijd op de voetsteunen houden. Draai uw tenen niet naar
buiten en steek uw voeten niet uit in bochten, anders kunnen ze klappen
krijgen, aan obstakels op de weg blijven haken of met de wielen in contact
komen.
Hoewel dit voertuig is uitgerust met een ophanging, kan het rijden op zeer
hobbelig of uiterst ruig terrein u een onaangenaam gevoel geven of zelfs
rugletsels veroorzaken. Vaak moet u in gehurkte houding rijden. Vertraag
dan en vang de schokken gedeeltelijk op met gebogen benen.
Rijden op de weg
Als de wegcode in uw streek het gebruik van uw voertuig op de openbare
weg toelaat, begeef u dan enkel voor korte afstanden op de weg en enkel
om uw voertuig van één offroad-locatie naar een andere te verplaatsen.
Rijd altijd traag met uw voertuig (nooit sneller dan 65 km/u) en vertraag
voordat u een bocht neemt. Dit voertuig is achteraan niet uitgerust met
een differentieel (de achterwielen draaien altijd even snel). Daarom kan
het voertuig op een verharde ondergrond moeilijker bestuurbaar en con-
troleerbaar zijn.
Respecteer altijd de wegcode wanneer u zich met uw ATV op de openbare
weg begeeft. Om een weg over te steken moet de bestuurder die de
leiding heeft afstappen en de andere bestuurders aanwijzingen geven om
over te steken. De laatste persoon die oversteekt helpt dan op zijn beurt
de leider over de weg. Rijd nooit op voetpaden. Dit is voorbehouden aan
voetgangers.
58
VEILIGHEIDSINFORMATIE