ONDERHOUDSSCHEMA
IEDERE 3000 km OF 100 UUR RIJDEN OP ONVERHARDE WEGEN (WAT ER HET EERST
IEDERE 1500 km OF 50 UUR RIJDEN IN ZWARE OMSTANDIGHEDEN (STOF OF MODDER)
OF BIJ HET VERVOEREN VAN ZWARE LADINGEN (WAT ER HET EERST VOORVALT)
Inspecteer, reinig en smeer de gaskabel
Vervang de ontluchtingsfilter van de brandstoftank
Controleer CVT-aandrijfriem
Inspecteer, reinig en smeer de CVT-aangedreven en aandrijfrollen (inclusief eenrichtingslager)
Controleer het oliepeil en de toestand van de tandwielkast
Inspecteer de wiellagers (controleer op abnormale speling)
Inspecteer het stuursysteem (controleer op abnormale speling)
Inspecteer en reinig het remsysteem
Vervang de olie van de achterwielaandrijving
Controleer de staat en de aansluitingen van de accu
104
VOORVALT)