Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Sampling Record; Werkwijze Bij Sampling - Yamaha MOTIF XF Naslaggids

Inhoudsopgave

Advertenties

Sampling Record

Met de functie Sampling Record kunt u geluiden (zoals een zangpartij via een aangesloten microfoon, het signaal van een
elektrische gitaar of audio van een externe cd- of MP3-speler) rechtstreeks op de MOTIF XF opnemen en ze als samples op het
instrument opslaan. De via de samplefunctie verkregen samples kunnen via het toetsenbord worden afgespeeld door ze eerst
aan een golfvorm toe te wijzen en vervolgens aan een voice.

Werkwijze bij sampling

In dit gedeelte leest u hoe u een voice of performance kunt
maken met de samplingfunctie.
1
Sluit een microfoon of andere audioapparatuur
aan op de MOTIF XF.
Zie de Gebruikershandleiding voor meer informatie over
de werkwijze.
Als u het geluid van de MOTIF XF als opnamebron wilt
gebruiken (met de resamplingfunctie), is deze stap
niet nodig.
2
Activeer de modus Voice of de modus
Performance.
Als u de modus Performance activeert, selecteert u een
performance waaraan de sample wordt toegewezen.
3
Druk op de knop [INTEGRATED SAMPLING]
om de modus Sampling te activeren.
(De indicator gaat branden.)
De hoofddisplay Sampling wordt weergegeven.
4
Druk op de knop [F6] Rec om de display
Record Setup op te roepen (pagina 122).
Stel in de display Setup de volgende parameters in.
De nummers tussen haakjes hieronder verwijzen naar
de parameters in de display Sample Record op de
volgende pagina.
• Met Input Source (2) bepaalt u via welke aansluiting de
audio van de bron (microfoon, audioapparatuur, enz.)
wordt ingevoerd.
• Met Waveform (6) bepaalt u het golfvormnummer.
• Met Voice ()) bepaalt u de voicebank en het
voicenummer.
• Met Part 9 bepaalt u de performancepart waaraan de
voice wordt toegewezen bij het openen van de modus
Sampling vanuit de modus Performance.
• Stel indien nodig de overige parameters in.
5
Druk op de knop [F6] Standby om de display
Record Standby te openen (pagina 124).
Stel in de display Standby de volgende parameters in.
De nummers tussen haakjes komen overeen met de
nummers die naar de parameters verwijzen in de
display Standby.
• Stel de triggermodus (8) in om de methode voor
het triggeren van de sample te bepalen.
De standaardinstelling is 'level' (niveau).
• Als u de triggermodus (8) instelt op 'level', moet u ook
het triggerniveau (7) instellen. Stel deze parameter
zodanig in dat de rode driehoek van de niveaumeter
Een voice of performance maken met de functie Sampling
[INTEGRATED SAMPLING]  [F6] Rec
(waarmee het triggerniveau wordt aangegeven) zich net
onder het niveau bevindt waarop het geluid binnenkomt.
6
Regel het niveau van het ingevoerde geluid tot
het optimale niveau is bereikt.
Probeer het ingangsniveau zo hoog mogelijk in te stellen,
net onder het clipniveau. Zo bereikt u de hoogste
geluidskwaliteit. Volg de instructies hieronder om het
ingangsniveau te regelen.
• Als Input Source is ingesteld op A/D Input, regelt u het
ingangsniveau met de knop GAIN op het achterpaneel.
Als u het ingangsniveau niet goed kunt regelen,
wijzigt u de instelling Mic/Line in de modus Utility
(pagina 223).
• Als Input Source is ingesteld op Resample, regelt u
het ingangsniveau met behulp van de parameter
Record Gain.
• Als Input Source is ingesteld op FW, kan het
ingangsniveau niet worden geregeld.
7
Schakel de functie Confirm in of uit door
op de knop [SF1] te drukken.
Het tabblad Confirm wordt groen als deze functie wordt
ingeschakeld en blijft grijs als deze is uitgeschakeld. Als
Confirm is ingeschakeld, kunt u gemakkelijk uw zojuist
opgenomen sample beluisteren en deze opnieuw
opnemen als u niet tevreden bent over het resultaat.
8
Druk op de knop [F5] Start om het samplen
te starten.
Als de triggermodus 8 is ingesteld op 'manual', wordt
het samplen onmiddellijk gestart wanneer u op de knop
drukt (de aanduiding RECORDING verschijnt op
de display).
Als de triggermodus 8 is ingesteld op 'level', wordt het
samplen in de wachtstand gezet maar nog niet gestart
wanneer u op de knop drukt (de aanduiding WAITING
verschijnt op de display).
9
Speel het geluid af dat u wilt samplen.
Als de triggermodus 8 is ingesteld op 'level' en het
instrument een geluidssignaal ontvangt dat het
ingestelde triggerniveau 7 overschrijdt, wordt de
aanduiding WAITING door de aanduiding RECORDING
vervangen en wordt het samplen gestart. Tijdens het
samplen verschijnt er een grafische weergave van de
opgenomen audio op de display.
121
MOTIF XF Naslaggids

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave