Performance bewerken
4 Velocity Sens Depth Offset
(Velocity Sensitivity Depth Offset)
Hiermee bepaalt u de mate waarin gespeelde
aanslagsnelheden worden aangepast voor het aanslageffect
dat hiervan het resultaat is.
Hierdoor kunt u alle snelheden in dezelfde mate verhogen of
verlagen, zodat automatische compensatie mogelijk is voor te
harde en te zachte aanslagen. Als het resultaat 1 is of kleiner
is dan 1, wordt de waarde ingesteld op 1. Als het resultaat
groter is dan 127, wordt de waarde ingesteld op 127.
Instellingen: 0 – 127
Als Depth (hierboven)
= 64 en Offset = 32
127
Resulte-
rende
werkelijke
aanslag-
snelheid
(van invloed
op de toon-
generator)
0
64
Aanslagsnelheid waarmee
u een noot speelt
Als Depth (hierboven)
= 64 en Offset = 64
127
Resulte-
rende
werkelijke
aanslag-
snelheid
(van invloed
op de toon-
generator)
0
64
Aanslagsnelheid waarmee u een noot speelt
Arpeggio-instellingen—
[F2] ARP Main (Arpeggio Main)
Deze display bevat de basisinstellingen voor de arpeggio.
De instellingen van de parameters (! of meer) onder in de
display kunnen worden toegewezen aan de knoppen
[SF1] – [SF5].
1
2
3
4
5
6
@
#
$
%
!
OPMERKING
U kunt de display Four-Part niet oproepen vanuit
deze display.
OPMERKING
Afhankelijk van de geselecteerde parameter verschijnt het
pictogram KBD in het tabblad dat hoort bij de knop [SF6].
Nu kunt u het nootnummer of de snelheid invoeren door
op de betreffende toets op het toetsenbord te drukken,
terwijl u de knop [SF6] KBD ingedrukt houdt.
Zie pagina 37 voor meer informatie.
1 Switch*
Hiermee bepaalt u of arpeggio voor elke partij is in- of
uitgeschakeld.
Instellingen: off, on
112
MOTIF XF Naslaggids
Als Depth (hierboven)
= 64 en Offset = 96
127
Resulte-
rende
werkelijke
aanslag-
snelheid
(van invloed
op de toon-
generator)
127
0
64
Aanslagsnelheid waarmee
u een noot speelt
127
2 Hold*
Als deze parameter op 'on' wordt ingesteld, wordt de
arpeggio automatisch herhaald, zelfs wanneer u uw vingers
van de toetsen haalt, en de herhaling wordt voortgezet totdat
op de volgende toets wordt gedrukt.
Instellingen: sync-off (zie hieronder), off, on
sync-off
Als deze parameter op 'sync-off' wordt ingesteld, blijft het afspelen van
de arpeggio geruisloos doorgaan, zelfs wanneer u de toetsen loslaat.
Zodra u op een toets drukt, wordt het afspelen in arpeggio weer
ingeschakeld.
OPMERKING
Zie pagina 16 voor meer informatie over het gebruik van
de lijst met arpeggiotypen in de datalijst.
3 Change Timing*
Hiermee wordt de timing bepaald voor het omschakelen van
het arpeggiotype wanneer u tijdens het afspelen in arpeggio
een ander type selecteert. Als het arpeggiotype wordt
ingesteld op 'realtime', wordt het arpeggiotype onmiddellijk
omgeschakeld. Als het arpeggiotype wordt ingesteld op
'measure', wordt aan het begin van de volgende maat
127
omgeschakeld.
Instellingen: realtime, measure
4 Velocity Limit
Hiermee wordt de laagste en hoogste aanslagsnelheid
bepaald die het afspelen in arpeggio kan activeren. Zo kunt
u het aanslagbereik instellen waarmee u de toets indrukt om
het afspelen in arpeggio te activeren. U kunt ook een
afzonderlijk onder- en boventriggerbereik voor het afspelen
van de arpeggio maken, met een aanslag-'gat' in het
midden, door eerst de maximale waarde op te geven. Als u
bijvoorbeeld een aanslagbegrenzing van 93 – 34 instelt, kunt
u de arpeggio vanuit twee verschillende soorten
aanslagbereik laten spelen: zacht (1 – 34) en hard (93 – 127).
Noten die met een middelhoge aanslagsnelheid tussen 35
en 92 worden gespeeld, laten de arpeggio niet spelen.
Instellingen: 1 – 127
OPMERKING
Houd in gedachte dat geen geluid wordt geproduceerd als
Key Mode op 'sort' of 'thru' is ingesteld en als noten buiten
de hier ingestelde nootbegrenzing worden gespeeld.
5 Note Limit
Hiermee worden de laagste en hoogste noten bepaald in het
nootbereik van de arpeggio. Noten die binnen dit bereik
worden gespeeld, activeren de arpeggio. Als u bijvoorbeeld
7
8
een nootbegrenzing instelt van 'C5 – C4', kunt u de arpeggio
9
activeren door noten te spelen in het bereik C -2 tot C4 en C5
)
tot G8. Noten die worden gespeeld tussen C4 en C5 zijn niet
van invloed op de arpeggio.
Instellingen: C -2 – G8
^
OPMERKING
Houd in gedachte dat geen geluid wordt geproduceerd als
&
Key Mode op 'sort' of 'thru' is ingesteld en als noten buiten
de hier ingestelde nootbegrenzing worden gespeeld.
6 Voice with ARP
Aan elk type van de arpeggio wordt de juiste voice
toegewezen. Met deze parameter wordt bepaald of de
toepasselijke voice die is geregistreerd voor elk arpeggiotype
al dan niet wordt toegewezen aan de bewerkte partij. Als de
parameter wordt ingesteld op 'on', wordt de toepasselijke
voice toegewezen aan de bewerkte partij in plaats van de
huidige toegewezen voice. Als de parameter wordt ingesteld
op 'off', wordt de toepasselijke voice niet toegewezen aan de
bewerkte partij. De momenteel toegewezen voice blijft
behouden. De naam van de voice die is geregistreerd voor
het arpeggiotype wordt rechts weergegeven.
Instellingen: off (niet gekopieerd), on (gekopieerd)