Remregeling lage snelheid
De radarsensoren van het systeem op de voor- en achterbumper en de voorgrille van het
voertuig detecteren de kans op een botsing met een muur of andere obstakels tijdens normaal
rijden of wanneer het gaspedaal met te veel kracht wordt ingetrapt. Het systeem helpt
vervolgens botsingen vermijden en beperkt de schade bij botsingen met behulp van de
remregeling lage snelheid en/of gasklepregeling botsingsbeperking en gasklepregeling
botsingsbeperking achter.
uuHonda SensinguRemregeling lage snelheid
1Remregeling lage snelheid
3
De remregeling lage snelheid kan niet alle
aanrijdingen voorkomen en kan de schade niet
beperken in situaties waarin het gaspedaal per
ongeluk of met te veel kracht wordt ingedrukt.
Wanneer u te veel op dit systeem vertrouwt, kan
dit een botsing met ernstig of dodelijk letsel tot
gevolg hebben. Let altijd op uw omgeving, de
gekozen schakelstand en het gebruik van het
pedaal. De bestuurder blijft verantwoordelijk
voor het veilig besturen van het voertuig.
Als de remregeling voor lage snelheid wordt geactiveerd in
een situatie waarin u niet wilt dat de remmen automatisch
worden bediend (bijvoorbeeld wanneer het voertuig zich op
een spoorwegovergang bevindt), trapt u het rempedaal in
om het systeem uit te schakelen en te blijven rijden zoals
bedoeld.
Als het systeem wordt geactiveerd door stoepranden,
wielstoppers of niveauverschillen op de weg en u niet kunt
parkeren of eromheen kunt rijden, schakel dan het systeem
uit.
WORDT VERVOLGD
WAARSCHUWING
499