GROOTHOEKCONVERTER ACW-100
TELECONVERTER ACT-100
CLOSEUP-VOORZETLENS CL49-200
De groothoekconverter ACW-100 verkort de brandpuntsafstand van het objectief van de camera
met 0,8x; de teleconverter ACT-100 verlengt de brandpuntsafstand 1,5x. De update CD-ROMs die
worden geleverd bij de ACW-100 en ACT-100 dienen NIET te worden gebruikt voor de DiMAGE
A200.
De closeup voorzetlens CL49-200 verkort de kleinste scherpstelafstand van het objectief tot circa 8
cm.
Wend u voor meer informatie over bovenvermelde en andere accessoires die in deze
gebruiksaanwijzing worden vermeld tot uw handlaar of Konica Minolta dealer.
Deze gebruiksaanwijzing bevat informatie over producten en accessoires die verkrijgbaar waren op
het moment van druk. Wend u voor informatie over compatibliteit en producten die niet in deze
gebruiksaanwijzing voorkomen tot uw handelaar of Konica Minolta.
ONDERHOUD EN OPSLAG
Lees om het maximum uit uw camera te halen dit hoofdstuk goed door. Met goede verzorging zal
hij jarenlang dienst doen.
Camera-onderhoud
• Stel de camera niet bloot aan slagen of schokken.
• Zet de camera tijdens transport uit.
• Deze camera is niet waterdicht of spatwaterdicht. Met natte handen plaatsen/verwijderen van de batterijen
of de CompactFlash kaart, of met natte handen bedienen van de camera kan tot schade leiden.
• Denk er aan het water en op het strand aan dat u de camera niet aan water en zand blootstelt. Water, zand,
stof of zout kan de camera beschadigen.
• Laat de camera niet lang in de zon liggen. Richt het objectief niet rechtstreeks naar de zon; de CCD kan
erdoor beschadigd raken.
164
Converters, Closeup-voorzetlens, Onderhoud en opslag
Reinigen
• Is de camera vuil, veeg hem dan zachtjes schoon met een zachte, schone en droge doek. Komt de camera
in contact met zand, blaas dan eerst de losse deeltjes weg, anders kan vegen of poetsen tot krassen
leiden.
• Wilt u het oppervlak van het objectief schoonmaken, blaas dan eerst stof of zand weg; is verdere reiniging
nodig, bevochtig dan een lenstissue of een zachte doek met lensreinigingsvloeistof en poets het glas
voorzichtig schoon.
• Gebruik nooit organische oplossingen voor het reinigen van de camera.
• Raak het lensoppervlak nooit met uw vingers aan.
Opslag
• Bewaar de camera op een koele, droge, goed geventileerde plaats, uit de buurt van stof en chemicaliën.
Gaat u de camera lange tijd niet gebruiken, bewaar hem dan in een luchtdichte doos met silicagel
droogmiddel.
• Verwijder de batterijen en de CompactFlash kaart uit de camera wanneer u de camera langere tijd niet gaat
gebruiken.
• Bewaar de camera niet in een ruimte waar naftaleen of mottenballen worden gebruikt.
• Tijdens lange opslag is het goed de camera af en toe eens te laten werken. Gaat u hem na langdurige
opslag weer gebruiken, controleer dan eerst of alles goed functioneert.
Bedrijfstemperatuur en -omstandigheden
• Deze camera is ontworpen voor gebruik in temperaturen van 0°C tot 40°C.
• Laat de camera nooit achter in een omgeving waarin het erg warm kan worden, zoals in een auto die in de
zon staat, of waar het erg vochtig is.
• Brengt u de camera van een koude naar een warme omgeving, doe hem dan in een goed afgesloten plastic
zak om condensvorming te voorkomen. Laat de camera acclimatiseren en haal hem dan uit de plastic zak.
165