Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Lichtmeetmethoden; Filter - Konica Minolta DIMAGE A200 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Lichtmeetmethoden

Met de lichtmeetmethode kiest u voor het gebruikte lichtmeetpa-
troon. Liggen de helderheidsniveaus van het onderwerp buiten het
MultiSegment
lichtmeetbereik, dan wordt de lichtmeetaanduiding rood.
De lichtmeetmethode wordt geselecteerd met de functietoets en
de stuureenheid (blz. 64).
:move
:sel.
:enter
Meerveldsmeting gebruikt 256 segmenten om helderheid en kleur te meten. Deze infor-
matie wordt gecombineerd met afstandsinformatie om de juiste belichting te realiseren. Dit
geavanceerde lichtmeetsysteem geeft accurate, probleemloze belichtingsresultaten in
bijna alle situaties.
Centrumgerichte lichtmeting meet het totale beeld, met nadruk op hetr midden. De
meting is goed te gebruiken als een referentie voor eigen interpretatie van de lichtsituatie,
bijvoorbeeld in combinatie met handinstelling van de belichting.
Spotmeting gebruikt een klein deel van het beeld om de belich-
ting te meten. Is deze methode gekozen, dan wordt het meet-
veld aangegeven met een klein cirkeltje in het midden van het
live-beeld. Hiermee kunt u zeer precies een bepaald gedeelte
van het onderwerp meten, zonder dat extreem lichte en/of
extreem donkere beeldpartijen daar invloed op hebben. Gebruikt
u spotmeting in combinatie met het Flex Scherpstelpunt (blz.
48), dan verplaatst het spotmeetveld zich samen met het
scherpstelveld. Deze functie kunt u selecteren in sectie 1 van
het opnamemenu (blz. 90).
Welke lichtmeetmethode is ingesteld verschijnt in het zoeker/monitorbeeld.
72
Geavanceerde opnametechniek

Filter

:move
Bij gebruik met de kleurinstellingen Natural Color, Vivid Color, Portrait of Embedded Adobe RGB kan
het Filter worden ingesteld in elf niveaus (± 5). Een positieve correctie werkt als een warmgetint fil-
ter. Een negatieve correctie heeft het tegengestelde effect en maakt het beeld koeler.
Gebruikt u de filtercorrectie in de zwart-witstand van de kleurinstelling, dan zijn er elf tinten beschik-
baar. De filterinstelling volgt een cyclus van neutraal naar rood, naar groen, naar magenta, naar
blauw en dan weer terug naar neutraal. De nulstand is neutraal. Zwart-wit-filterinstellingen werken
niet door op RAW-beelden.
Weergave bij spotmeting
U kunt de algehele kleur van een scene veranderen. De filter-
effecten verschillen naar gelang de gebruikte kleurinstelling, zie
Filter - 3
de kleurvoorbeelden op blz. 173.
De filtereffecten worden ingesteld met de functietoets en de
stuureenheid (blz. 64) Verandert u de instelling, dan geven een
symbool plus een getal aan om welk filter het gaat.
Staat het filter op elke andere instelling behalve nul, dan blijft de
aanduiding als waarschuwing zichtbaar.
:sel.
:enter
73

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave