Opmerkingen over de instellingen voor dag- en nachtmode
Dag/nacht mode kunnen worden geconfigureerd om te worden gewijzigd met
een externe invoer. Afhankelijk van de instellingen van de installatie, kan het
systeem worden geconfigureerd om de instelling voor de dag/nacht mode met
behulp van een externe invoer te negeren tot aan de volgende
geprogrammeerde wijziging (indien van toepassing).
Centrales in hetzelfde netwerk kunnen over verschillende
gevoeligheidsinstellingen voor de dag/nacht mode beschikken.
Indien de opdrachtfilter als zodanig wordt geconfigureerd, kan een centrale
fungeren als een lokale dag/nachtmode-instelling, onafhankelijk van de andere
centrales in het netwerk. Een lokale dag/nachtmode-instelling wordt aangeduid
op de LCD van de lokale centrale met het desbetreffende pictogram.
Zie "Pictogrammen op de LCD" op pagina 13.
Als de centrale een herhaal paneel is, moet u niet vergeten dat de weergegeven
dag/nacht mode overeenkomt met de centrales die zijn geconfigureerd voor de
globale gevoeligheidsmode-opdracht. Sommige centrales in het netwerk kunnen
werken met lokaal gedefinieerde gevoeligheidsinstellingen.
De dag/nachtmode instelling voor alle centrales in een brandmeldnetwerk maakt
deel uit van het netwerkstatusrapport.
Zie "Algemeen controle" op pagina 65 voor meer informatie over globale
bediening.
Het communicatiemenu
Gebruik het menu Communicatie om e-mailaccounts in te stellen voor het
melden van gebeurtenissen en een USB-apparaat dat is aangesloten op de
centrale veilig te verwijderen.
E-mailaccounts beheren
Selecteer E-mail account om de e-mailaccounts te beheren voor externe controle
en om het melden van gebeurtenissen te configureren die naar elk e-mailadres
worden gestuurd.
U configureert als volgt e-mailaccounts:
1. Selecteer Communicatie in het hoofdmenu.
2. Selecteer E-mail account en selecteer vervolgens de account die u wilt
bewerken (de standaardnamen zijn Account 1, Account 2, enz.).
3. Schakel de meldingen die in de e-mail opgenomen moeten worden in:
alarmgebeurtenissen, storingsgebeurtenissen, conditiegebeurtenissen,
logboekgebeurtenissen of rapporten.
Als er geen meldingen ingeschakeld worden, wordt de meldingsservice niet
geactiveerd.
4. Geef het e-mailadres op dat is gekoppeld aan de e-mailaccount.
2X Series Installatiehandleiding
Hoofdstuk 3: Configuratie en inbedrijfstelling
49