Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Viessmann VITOCROSSAL CIB Handleiding pagina 95

Condenserende gasketel
Inhoudsopgave

Advertenties

Regelingen
(vervolg)
■ Met ketelbeschermfuncties afhankelijk van de keteluitvoering:
– Regeling van een verdelerpomp
of
– regeling van een bijmengpomp
of
– regeling van een constante retourtemperatuurverhoging met
geregelde 3-weg-mengklep (alleen als alternatief voor de rege-
ling van een boilerlaadsysteem met mengklepgroep)
■ Functies via externe contacten:
– Externe omschakeling werkingsprogramma/externe mengklep
open
– Extern blokkeren/Extern Mengklep dicht
– Externe vraag met gewenste minimumaanvoertemperatuur
■ Bijkomende functies via uitbreiding EA1 (toebehoren):
– Externe vraag door instelling van een gewenste aanvoertempe-
ratuur via 0 tot 10 V-ingang
– Aansturing van een toevoerpomp naar een substation
of
signalering van de gereduceerde werking (reductie van het toe-
rental van de CV-pompen) via potentiaalvrije uitgang
– 3 digitale ingangen voor de volgende functies:
Externe omschakeling van het werkingsprogramma voor de ver-
warmingscircuits 1 tot 3
Extern blokkeren met storingsmeldingsingang
Storingsmeldingsingang
Kortstondige werking van de tapwatercirculatiepomp
Er wordt voldaan aan de vereisten van EN 12831 voor de bereke-
ning van de stooklast. Voor vermindering van het opwarmvermogen
wordt bij lage buitentemperaturen de gereduceerde kamertempera-
tuur verhoogd. Om de opwarmtijd na een verlagingperiode te ver-
minderen, wordt gedurende een bepaalde tijd de aanvoertempera-
tuur verhoogd.
Conform de energiewet op gebouwen (GEG) moet een ruimtelijke
regeling van de kamertemperatuur worden voorzien (zie GEG § 63).
Regelkarakteristiek
■ PI-gedrag met driepunt-uitgang
■ Instelbereik van de stooklijnen:
– Inclinatie: 0,2 tot 3,5
– Niveau: −13 tot 40 K
– Maximale begrenzing van de aanvoertemperatuur: 10 tot 127 °C
– Minimale begrenzing van de aanvoertemperatuur: 1 tot 127 °C
■ Verschiltemperatuur voor de verwarmingscircuits met mengklep: 0
tot 40 K
■ Instelbereik van de gewenste drinkwatertemperatuur:
10 tot 60 °C, om te zetten op 10 tot 95 °C
Tijdsprogramma
Tijdsprogramma
■ Dag- en weekprogramma
■ Automatische omschakeling zomer-/wintertijd
■ Automatische functie voor tapwaterverwarming en tapwatercircula-
tiepomp
■ Fabrieksvoorinstelling van tijd, weekdag en standaardschakeltijden
voor de kamerverwarming, de tapwateropwarming en de tapwater-
circulatiepomp
■ Schakeltijden individueel programmeerbaar, max. 4 periodes per
dag
Kortste schakelinterval: 10 min
Gangreserve: 14 dagen
Instelling van de werkingsprogramma's
Voor alle werkingsprogramma's is de vorstbescherming (zie vorstbe-
schermingsfunctie) van de verwarmingsinstallatie actief.
De volgende werkingsprogramma's kunnen worden ingesteld:
■ Verwarm. en warmwater
■ Alleen warm water
■ Uitschakelmodus
Externe omschakeling werkingsprogramma mogelijk, voor alle ver-
warmingscircuits gemeenschappelijk of afzonderlijk
Condenserende gasketel
Vorstbeschermingsfunctie
■ Bij een lagere buitentemperatuur dan ca. +1 °C wordt de vorstbe-
schermingsfunctie ingeschakeld. De verwarmingscircuitpompen
worden ingeschakeld en de aanvoertemperatuur op min. 10 °C
gehouden.
■ De vorstbeschermingsfunctie wordt uitgeschakeld bij een hogere
buitentemperatuur dan circa +3 °C . De verwarmingscircuitpompen
worden uitgeschakeld.
Zomerbedrijf
("Alleen warm water")
De branders worden alleen ingeschakeld als de warmwaterboiler
moet worden verwarmd (geschakeld door de boilertemperatuurrege-
ling).
De voor de betreffende ketel eventueel benodigde minimumketelwa-
tertemperatuur wordt aangehouden.
Instelling van de stooklijn (inclinatie en niveau)
De Vitotronic zorgt voor de weersafhankelijke regeling van de aan-
voertemperatuur van de installatie en de aanvoertemperatuur van de
verwarmingscircuits met mengklep. Daarbij wordt de aanvoertempe-
ratuur van de installatie automatisch 0 tot 40 K (toestand bij levering
8 K) hoger geregeld dan de hoogste actueel benodigde gewenste
aanvoertemperatuur van de verwarmingscircuits met mengklep.
Welke aanvoertemperatuur benodigd is om een bepaalde kamer-
temperatuur te bereiken, is afhankelijk van de verwarmingsinstallatie
en de isolatie van het te verwarmen gebouw.
Met de instelling van de stooklijnen worden de aanvoertemperatuur
van de installatie en de aanvoertemperatuur van de verwarmingscir-
cuits met mengklep aan deze omstandigheden aangepast.
De aanvoertemperatuur van de verwarmingscircuits met mengklep is
door de temperatuurregelaar en de elektronische maximumbegren-
zing van de ketelwatertemperatuur van de Vitotronic 100,
type GC7B, naar boven begrensd.
110
100
90
80
70
60
50
40
30
20
15
10
5
0
Buitentemperatuur in °C
Technische gegevens
Nominale spanning
Nominale frequentie
Nominale stroom
Opgenomen vermogen
Beschermingsklasse
Beschermingsgraad
Werking
inclinatie
1,8
1,6
1,4
1,2
1,0
0,8
0,6
0,4
0,2
-5 -10 -15 -20
-25
-30
230 V~
50 Hz
6 A~
10 W
I
IP 20 D conform EN
60529 te waarborgen
door opbouw/inbouw
Type 1B conform
EN 60 730-1
VIESMANN
12
95

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave