4
Mechanische installatie
Reductoren en motorreductoren in explosieveilige uitvoering II2GD en II3GD
4.2
Reductoren en motorreductoren in explosieveilige uitvoering II2GD en II3GD
4.2.1
Omgevingstemperatuur
4.2.2
Temperatuurklasse
4.2.3
Oppervlaktetemperatuur
4.2.4
Beschermingsgraad
30
Montage- en technische handleiding – Explosieveilige reductoren
AANWIJZING
•
De explosieveilige reductoren en motorreductoren van de series R..7, F..7, K..7,
K..9, S..7 en SPIROPLAN
groep II, categorie 2G (Ex-atmosfeer gas) en 2D (Ex-atmosfeer stof). Ze zijn be-
stemd voor toepassing in zone 1 en 21.
•
De explosieveilige reductoren van de series R..7, F..7, K..7, K..9 en S..7 met een
adapter van het type AR (adapter met slipkoppeling) voldoen aan apparaatgroep
II, categorie 3G (Ex-atmosfeer gas) en 3D (Ex-atmosfeer stof). Ze zijn bestemd
voor toepassing in zone 2 en 22.
•
De reductoren en motorreductoren van de serie SPIROPLAN
in een explosiegevaarlijke omgeving worden toegepast.
Indien geen afwijkende gegevens op het typeplaatje staan, mogen reductoren in de
Ex-uitvoering uitsluitend bij omgevingstemperaturen tussen -20 °C – +40 °C worden
gebruikt.
Wanneer het temperatuurbereik door de aangebouwde componenten wordt beperkt,
gelden de gegevens op het typeplaatje van die componenten.
AANWIJZING
Afwijkende omgevingstemperaturen worden dienovereenkomstig op het typeplaatje
aangegeven.
De direct op het net aangesloten reductoren/motorreductoren van de categorie II2G
(Ex-atmosfeer gas) zijn, afhankelijk van toerental, overbrenging en ruimtelijke posities,
toegelaten voor de temperatuurklassen T3 tot T6.
Kijk voor de temperatuurklasse van de reductor op het typeplaatje.
Om afhankelijk van de applicatie vast te kunnen leggen welke individuele reductor en
welke via de regelaar bestuurde 4- en 8-polige motorreductoren kunnen worden ge-
bruikt, verzoeken wij u vriendelijk om contact op te nemen met SEW-EURODRIVE.
De oppervlaktetemperatuur van de reductor in categorie II2D bedraagt, afhankelijk
van het toerental, de overbrenging en de bouwvorm, 120 °C of 140 °C.
Lagere oppervlaktetemperaturen zijn alleen toegestaan na overleg met SEW-
EURODRIVE en moeten op het typeplaatje worden aangegeven. De exploitant van de
installatie moet waarborgen dat de stofafzetting niet dikker wordt dan maximaal 5 mm
overeenkomstig EN 50281-1-2.
Alle reductoruitvoeringen voldoen aan de beschermingsgraad IP65 overeenkomstig
EN 60529.
®
W voldoen aan de bouwvoorschriften van apparaat-
®
W10.. mogen niet