Data wissen
Data invoegen
Gegevens
sorteren
Een regressiemodel definiëren
8-12
•
Als u één gegeven wilt wissen, markeert u het en
drukt u op
zullen één rij omhoog schuiven.
•
Om een gegevenskolom te wissen, markeert u een
gegeven in die kolom en drukt u op
Selecteer de kolomnaam.
•
Om alle gegevenskolommen te wissen, drukt u op
. Selecteer All columns.
CLEAR
Markeer het gegeven volgend op het invoegpunt. Druk
op
en vul dan een getal in. Het zal de ingevoerde
nul overschrijven.
1. In de Numerieke weergave markeert u de kolom die u
wilt sorteren en drukt u op
2. De sorteervolgorde bepalen. U kunt kiezen voor
INDEPENDENT of DEPENDENT.
3. Specificeer de INDEPENDENT en DEPENDENT
(onafhankelijke/afhankelijke) gegevenskolommen.
Het sorteren gebeurt volgens de onafhankelijke
kolom. Als Leeftijd bijvoorbeeld C1 is en Inkomen C2
en u wilt sorteren volgens Inkomen, dan maakt u van
C2 de onafhankelijke kolom voor het sorteren en van
C1 de afhankelijke kolom.
–
Om slechts één kolom te sorteren, kiest u
Geen,voor de afhankelijke kolom.
–
Bij statistieken voor één variabele met twee
gegevenskolommen, stelt u de frequentiekolom in
als de afhankelijke kolom.
4. Druk op
.
De Symbolische weergave bevat een uitdrukking (Fit1 tot
Fit5) die het regressiemodel definieert, of "aanpast",
zodat het kan worden gebruikt voor de regressie-analyse
van elke dataset van twee variabelen.
Er zijn drie manieren waarop u een regressiemodel kunt
selecteren:
•
Laat de standaardoptie de gegevens naar een rechte
lijn aanpassen.
. De waarden onder de gewiste cel
.
.
CLEAR
Statistisch aplet