48
7.5.7
Verwarming boiler
De watertemperatuur bij ingeschakelde boilerverarming wordt tijdens de hoogteafstelling bewaakt. Als
de watertemperatuur binnen een vastgestelde tijd niet meer stijgt en niet een bepaalde waarde heeft be-
reikt, wordt er een foutmelding gegeven.
Tijdens de hoogteafstelling, die telkens voor elke stoomfase wordt uitgevoerd, wordt de boilerverwar-
ming gecontroleerd. Als de watertemperatuur bij een ingeschakelde boilerverwarming binnen
ca. 6 minuten niet meer stijgt en niet tenminste 88°C heeft bereikt, verschijnt de foutmelding F7.
De apparaatbesturing schakelt in geval van een fout alle aktoren uit en schakelt over naar de foutmodus.
De foutmelding kan met een willekeurige toets worden opgeheven. Als de foutoorzaak echter niet is ver-
holpen, verschijnt dezelfde melding opnieuw bij de eerstvolgende stoomwerking.
Mogelijke foutoorzaken
•
Verwarming defect (overtemperatuurbeveiliging op verwarming, etc.)
•
Watertemperatuurmeting defect (NTC-temperatuurvoeler, bedrading, etc.)
•
Aansturingschakeling defect (schakelrelais, stuurtrap, etc.)
•
Bedrading foutief (steekverbindingen, kabelonderbreking, kabelkortsluiting, etc.)
•
Onderspanning
H3-72-01
Alleen voor intern gebruik