H3-72-01
29
5.6
Bodemverwarming 140 W met overtemperatuurbeveiliging
Overtemperatuur
Overtemperatuur
Overtemp.
Verwarming bodemmat
De bodemverwarming moet de hoeveelheid condensaat op de bodem van de ovenruimte verminderen.
Dankzij het opnieuw verdampen kan gelijktijdig ook de waterbehoefte tijdens een bak-/stoomproces te-
ruggebracht worden.
De functie bodemverwarming is alleen in de modus stomen geactiveerd.
De bodemverwarming wordt na beëindiging van de hoogteafstelling met gereduceerd vermogen geac-
tiveerd. Bij een eerste activering van de klimaatsensor wordt de bodemverwarming met een bepaalde
vertraging met het maximumvermogen ingeschakeld.
Als de deur tijdens het bakken/stomen wordt geopend, begint de bodemverwarming weer met geredu-
ceerd vermogen te verwarmen. Het maximumvermogen wordt pas weer afgegeven na een zekere ver-
traging na een eerste activering van de klimaatsensor.
De bodemverwarming bezit een uitschakelvertraging die met een bepaalde vertraging op een niet rea-
geren van de klimaatsensor reageert met het uitschakelen van de bodemverwarming. Een hernieuwd
inschakelen van de verdamper resp. de hierdoor veroorzaakte reactie van de klimaatsensor betekent
dat de bodemverwarming opnieuw wordt ingeschakeld. Dit gebeurt eerst met verminderd vermogen en
vervolgens zoals boven beschreven met het maximumvermogen.
Alleen voor intern gebruik