Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Bypass Testen; Het Minimumventiel Testen; Het Restdrukalarm 1 Testen; Onderhoudswerkzaamheden Aan De Componenten - Dräger BG ProAir Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

Bij toestellen met constante zuurstofdosering wordt de test
automatisch gestart.
 De test wordt uitgevoerd.
✓ Na ca. 15 seconden is het testresultaat beschikbaar. De
volgende gebeurtenissen kunnen zich voordoen:
– Het kringloopademhalingstoestel is in orde.
worden weergegeven op het display van de
Connect ECU.
– Een storing is opgetreden.
worden weergegeven op het display van de
Connect ECU.
De test herhalen of het toestel laten onderhouden.
Als de constante dosering om nationale of wettelijke
redenen met een testtoestel moet worden getest, zie
hoofdstuk 5.2.7.1.

5.2.6.11 De bypass testen

1. De keuzeschakelaar op het testtoestel op
2. Het cilinderventiel langzaam minstens twee
omwentelingen opendraaien.
De Connect ECU schakelt automatisch in en voert een
zelftest uit.
3. Kort op de toets van de bypass drukken.
 De zuurstof moet hoorbaar in het circuit stromen
(stromingsgeluid).

5.2.6.12 Het minimumventiel testen

1. De keuzeschakelaar op het testtoestel op
2. De blokkeerhendel in de veerbrug klappen en ervoor
zorgen dat hij vastgeklikt is.
3. Het display op het testtoestel observeren en wachten
totdat de druk niet meer daalt.
4. De druk aflezen van het display.
 De waarde moet tussen +0,5 mbar en +3,0 mbar
liggen.

5.2.6.13 Het restdrukalarm 1 testen

1. De keuzeschakelaar op het testtoestel op
2. Het cilinderventiel sluiten.
3. Bij toestellen met zuurstofdosering volgens behoefte, kort
op de toets van de bypass drukken, zodat de druk in het
ademcircuit daalt.
Bij toestellen met constante zuurstofdosering daalt de
druk automatisch.
4. De Connect ECU observeren:
 Bij ca. 55 bar verandert de kleur op het display in rood
en moet restdruckalarm 1 worden geactiveerd.
5. Het aansluitstuk uit de aansluiting van het testtoestel
trekken.
Het toestel wordt volledig ontlucht.
6. De beschermkap op de aansluiting plaatsen.
Gebruiksaanwijzing
|
Dräger BG ProAir
en
O
2
en
of
en
O
O
2
2
zetten.
zetten.
zetten.
7. De Connect ECU in de stand-bymodus schakelen.
Hiervoor gelijktijdig op de rechter en de linker toets
drukken, totdat 3-2-1 op het display wordt weergegeven.
Op het display wordt de batterijstatus weergegeven.
De laadtoestand van de batterij moet >50 % zijn
(weergave
,
of
toestel klaar is voor het volgende gebruik.
De Connect ECU schakelt over naar stand-bymodus.
8. Het testtoestel uitschakelen.
5.2.7 Onderhoudswerkzaamheden aan de
componenten

5.2.7.1 De constante dosering testen

(alleen bij toestellen met constante zuurstofdosering)
Werkuitrusting
– RZ 7000 (R62500)
– De volgende onderdelen uit de BG ProAir Test Set
(3722266):
(1) snelkoppeling (3722211)
(2) testslang (E02120)
(3) adapter RZ 7000 (R62599)
De constante dosering moet alleen bij toestellen met
constante zuurstofdosering worden getest. Dit hoofdstuk geldt
niet voor toestellen met zuurstofdosering volgens behoefte.
De test van de constante dosering wordt automatisch
uitgevoerd tijdens de hogedruklektest. Indien nodig kan deze
ook apart aan de Dräger RZ 7000 worden getest.
1. Testopbouw creëren:
a. Het testtoestel inschakelen.
b. De testslang (2) met de adapter RZ 7000 (3) op het
testtoestel aansluiten.
c. De testslang met de snelkoppeling (1) op de
middendrukslang voor de zuurstoftoevoer aan de CO
absorber (zie overzichtsgrafiek aan het begin van de
handleiding, positie 7) aansluiten.
2. De veerbrug naar boven draaien om de functie van het
minimumventiel te deactiveren.
3. Het cilinderventiel langzaam minstens twee
omwentelingen opendraaien.
De Connect ECU schakelt automatisch in en voert een
zelftest uit.
De Connect ECU mag niet in stroomspaarmodus staan.
Als de zelftest niet wordt uitgevoerd, het
kringloopademhalingstoestel rechtop zetten en terug
neerleggen. De Connect ECU is nu in stand-bymodus en
de test kan worden herhaald.
4. De keuzeschakelaar van het testtoestel op L/min zetten.
 Na een korte stabilisatitijd moet de flow tussen
1,3 L/min en 1,7 L/min liggen
5. Het cilinderventiel sluiten.
6. De veerbrug aan de beide zijden in de draagschaal
vastklikken. Erop letten dat u aan beide zijden een
klikgeluid hoort.
1) Geldt alleen bij een cilinderdruk van >150 bar.
Onderhoud
op de Connect ECU) zodat het
1)
.
|
nl
-
2
27

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave