Code Beschrijving
21 =
ACS OVERBEL
Het relais wordt bekrachtigd als er een ACS 400-overbelastingswaarschuwing of -fout optreedt.
22 =
ONDERSPANNING
Het relais wordt bekrachtigd als er een onderspanningswaarschuwing of -fout optreedt.
23 = AI1
VERLOREN
Het relais wordt bekrachtigd als het AI1-signaal uitvalt.
24 = AI2
VERLOREN
Het relais wordt bekrachtigd als het AI2-signaal uitvalt.
25 =
MOT OVERTEMP
Het relais wordt bekrachtigd als er een motorovertemperatuurswaarschuwing of -fout optreedt
26 =
GEBLOKKEERD
Het relais wordt bekrachtigd als er een blokkeringswaarschuwing of -fout optreedt.
27 = o
NDERBELAST
Het relais wordt bekrachtigd als er een onderbelastingswaarschuwing of -fout optreedt.
28 =
PID SLAAP
Het relais wordt bekrachtigd als de PID-slaapfunctie actief is.
29 =
PFC
Relaisuitgang is gereserveerd voor PFC-regeling (pomp/ventilatorregeling). Deze optie mag alleen worden
geselecteerd als de macro 'PFC-regeling' in gebruik is.
Opmerking! Deze waarde kan uitsluitend worden geselecteerd wanneer de omvormer gestopt is.
30 =
AUTOCHANGE
Het relais wordt bekrachtigd als een 'PFC autochange' operatie gaande is. Deze optie mag alleen worden
geselecteerd als de macro 'PFC-regeling' in gebruik is.
31 =
GESTART
Het relais wordt bekrachtigd als de aandrijving een startcommando krijgt (zelfs als het signaal 'startvrijgave'
niet aanwezig is). Relais wordt niet bekrachtigd als een stopcommando wordt ontvangen of een fout
optreedt.
1402 RELAISUITGANG 2
Inhoud van relaisuitgang 2. Zie parameter 1401
1.
RELAISUITGANG
1403 RO 1 IN-VERTR
Inschakelvertraging voor relais 1.
1404 RO 1 UIT-VERTR
Uitschakelvertraging voor relais 1.
1405 RO 2 IN-VERTR
Inschakelvertraging voor relais 2.
1406 RO 2 UIT-VERTR
Uitschakelvertraging voor relais 2.
82
Geselecteerd stuursignaal
Relaisstatus
1403
IN
Figuur 40
-
1404
-
VERTR
UIT
VERTR
ACS 400 Handleiding