•
De frequentie-omvormer moet zijn voorzien van een RFI-filter.
•
De motor- en besturingskabels worden gekozen conform de specificatie in deze handleiding.
•
De installatie-instructies in deze handleiding worden opgevolgd.
Bij de ACS 400 is in een secundaire omgeving geen RFI-filter vereist.
Kabels - Instructies
U dient de individuele, onafgeschermde, kabeladers tussen de kabelafschermingsklem en de
aansluitklemmen zo kort mogelijk te houden. Houd de besturingskabels zo ver mogelijk uit de buurt
van vermogenskabels.
Voedingskabel
Voor de voedingskabel bevelen wij het gebruik aan van een vier-aderige kabel (drie-fasen met
veiligheidsaarde). Een afgeschermde voedingskabel is niet noodzakelijk. De dimensionering van
de kabels en zekeringen moet zijn afgestemd op de ingangsstroom. Bij de keuze van de kabels en
zekeringen moeten altijd de plaatselijke wettelijke voorschriften in acht worden genomen.
De aansluitklemmen van de voedingskabel bevinden zich aan de onderzijde van de omvormer. De
voedingskabel dient zo te worden geleid dat deze ten minste 20 cm verwijderd is van de zijkanten
van de omvormer; dit om overmatige elektromagnetische emissie naar de voedingskabel te
voorkomen. U dient bij een afgeschermde kabel de draden van de afscherming bij elkaar te draaien
tot een bundel die niet langer is dan vijf keer de diameter en deze te bevestigen aan de PE-klem
van de omvormer (of, indien aanwezig, aan de PE-klem van het ingangsfilter).
Motorkabel
Voor de motorkabel dient een symmetrische drie-aderige kabel met een concentrische PE-ader of
een vier-aderige kabel met een concentrische afscherming te worden gebruikt. Een symmetrisch
gebouwde PE-geleider wordt echter altijd aanbevolen. De minimumvereisten waaraan de
afscherming van de motorkabel moet voldoen, zijn aangegeven in Figuur 77.
Isolatiemantel
Figuur 77 Minimale vereisten voor afscherming van de motorkabel (bijvoorbeeld MCMK, NK
Cables).
166
Koperdraadmantel
Spiraal van kopertape
Binnenisolatie
Kabelkern
ACS 400 Handleiding