138 | DR 10e, DR 14e, DR 17e | Opmerkingen met betrekking tot HF-emissie en immuniteit
Aanbevolen scheidingsafstand
Dit apparaat is bestemd voor gebruik in een elektromagnetische omgeving
waarin de hoogfrequente stralingsstoringsvariabelen worden bewaakt. De
gebruiker van het apparaat kan elektromagnetische storingen helpen te
voorkomen door de minimumafstanden tussen draagbare en mobiele
hoogfrequente communicatie-apparatuur (zenders) en het apparaat te
respecteren. De aanbevolen veiligheidsafstanden op basis van het maximale
uitgangsvermogen van de communicatie-apparatuur, worden hieronder
vermeld.
Aanbevolen veilige afstanden tussen draagbare en mobiele hoogfrequente
communicatie-apparatuur en het apparaat
Nominaal ver-
mogen van de
zender
W
0,01
0,1
1
10
100
Voor zenders met een nominaal maximaal uitgangsvermogen dat niet hier-
boven wordt vermeld, kan de aanbevolen scheidingsafstand d in meters (m)
worden geschat met de vergelijking die geldt voor de frequentie van de zen-
der, waarbij P het maximale uitgangsvermogen is van de zender in watt (W)
volgens de fabrikant van de zender.
OPMERKING 1: Bij 80 MHz en 800 MHz geldt de scheidingsafstand voor het
hogere frequentiebereik.
OPMERKING 2: Deze richtlijnen zijn mogelijk niet relevant voor elke situ-
atie. De verstrooiing van elektromagnetische golven wordt beïnvloed door
absorptie en weerkaatsing door gebouwen, voorwerpen en mensen.
0370C NL 20220623 1626
Veiligheidsafstand op basis van de transmissiefrequentie
m
150 kHz tot 80
MHz
d = 1,2
0,12
0,38
1,2
3,8
12
80 MHz tot 800
MHz
d = 1,2
0,12
0,38
1,2
3,8
12
800 MHz tot 2,5
GHz
d = 2,3
0,23
0,73
2,3
7,3
23