Inbedrijfstelling
6
Instellen van parameters aan de servoregelaar
Maximaal toegestane remarbeid
Radiale en axiale krachtbelasting
Reductor
6.3
Instellen van parameters aan de servoregelaar
6.3.1
Algemeen
6.3.2
Motorkeuze
64
Technische handleiding – CMP40 – 63, CMP.71 – 100
Om te voorkomen dat de rem een ontoelaatbare temperatuur bereikt, moet de maxi-
maal toegestane remarbeid worden aangehouden. Afhankelijk van het remtype moet
de remarbeid per schakeling resp. voor de noodstop worden gecontroleerd, zie hoofd-
stuk "Technische gegevens" (→ 2 73).
Controleer bij gebruik van servomotoren zonder reductor de dwars- en de axiale be-
lasting ten opzichte van de motoras, zie hoofdstuk "Radiale en axiale krachten".
Bij het gebruik van reductor-servomotoren moeten bovendien de grenswaarden van
de reductoren M
en n
apk
apk
AANWIJZING
Installeer de servoversterker buiten de explosiegevaarlijke omgeving.
Neem voor de inbedrijfstelling van de servoversterkers de desbetreffende technische
handleiding in acht.
AANWIJZING
Gebruik de geleide inbedrijfstelling van de actuele MOVITOOLS
®
MOVITOOLS
-software. Controleer de beperking van de maximale stroom na elke
geleide inbedrijfstelling. Stel de begrenzing indien nodig opnieuw in.
Om het juiste ATEX- of IECEx-motortype te selecteren, zie de volgende voorbeelden.
worden nageleefd.
®
MotionStudio- of