Tabel 3.3
TFTP-configuratiebestandsparameters (10 van 11)
scan-idle-timeout:
Bepaalt het aantal seconden (1 – 3600) dat een niet-actieve scanverbinding open
mag blijven. 0 dient voor het uitschakelen van de time-out. De standaardinstelling
is 300 seconden.
scan-email-config:
Dient voor het in- of uitschakelen van de functie scannen-naar-e-mail van de
Webscan-server. 0 deactiveert, 1 (standaardinstelling) activeert.
MFP-config:
Dient voor het in- of uitschakelen van printserver-ondersteuning voor de
clientsoftware die bij uw multifunctie- of alles-in-één-apparaat geleverd is.
0 (standaardinstelling): schakelt de ondersteuning voor clientsoftware uit
(alleen afdrukken is mogelijk).
1: schakelt de ondersteuning voor de clientsoftware in (maakt afdrukken en
scannen mogelijk).
usb-mode:
Bepaalt de communicatiemodus via de USB-poort van de HP Jetdirect-printserver.
Auto (standaardinstelling): Dient voor het automatisch onderhandelen en
instellen van de hoogst mogelijke communicatiemodus voor de aangesloten
printer of het aangesloten apparaat.
MLC: (Multiple Logical Channels) Een eigen communicatiemodus van
HP waarmee meerdere kanalen voor gelijktijdige afdruk-, scan- en
statuscommunicatie mogelijk zijn.
BIDIR: Een standaardverbinding voor ondersteuning van bidirectionele
communicatie tussen de printer en de printserver. De printserver verzendt
afdrukgegevens en ontvangt de status van de printer.
UNIDIR: Een standaardverbinding waarin gegevens slechts in één richting
worden overgedragen (naar de printer).
status-page-lang:
Bepaalt de PDL-taal (Page Description Language) die door de printserver gebruikt
wordt om de Jetdirect-configuratie/statuspagina naar de printer te verzenden.
Auto (standaardinstelling): de PDL wordt automatisch gedetecteerd wanneer
de printserver wordt ingeschakeld of nadat de fabriekswaarden zijn hersteld.
PCL: Hewlett-Packard Printer Control Language
ASCII: Standaard-ascii-tekens
HPGL2: Hewlett-Packard Graphics Language (v2)
PS: Postscript-taal
NLWW
TCP/IP-configuratie 71