7. Als er IP-configuratieparameters nodig zijn voor toegang tot het
netwerk (bijvoorbeeld wegens IP-adresbeperkingen voor DHCP
of de hosttoegangslijst), dient u deze parameters nu in te stellen.
Op de 802.11b-configuratiepagina kunt u de volgende
TCP/IP-instellingen configureren:
IP Configuration Method
IP-adres
Subnet Mask
Standaardgateway
Als u het IP-adres wijzigt en op Apply klikt, wordt mogelijk de
communicatie met de printserver verbroken. Om de verbinding
opnieuw tot stand te brengen, gebruikt u het nieuwe IP-adres.
8. Wanneer de HP Jetdirect-printserver is geconfigureerd met de
instellingen van het draadloze netwerk, klikt u op Apply.
Opmerking
9. Controleer of de printer binnen het netwerk kan communiceren.
Zie
De draadloze netwerkverbinding
Opmerking
Zie
De printer op de netwerksystemen installeren
de draadloze computer aan te sluiten.
De draadloze netwerkverbinding controleren
Wanneer u de HP Jetdirect-printserver hebt geconfigureerd
met een draadloze verbinding met het netwerk, moeten de
netwerkcomputers met de printer kunnen communiceren.
Als dit het geval is, kunt u printerinstallatiesoftware gebruiken
om de printer te installeren op elk systeem dat afdruktaken
rechtstreeks naar de printer zal verzenden.
NLWW
Standaard dient AppleTalk te zijn ingeschakeld
(klik op het tabblad AppleTalk om dit te
controleren).
Configureer de draadloze computer weer met
de oorspronkelijke instellingen, zodat de
computer weer toegang tot het netwerk krijgt.
Zorg ervoor dat u indien nodig de oorspronkelijke
netwerkpoortinstellingen, de TCP/IP-parameters
en het proxygebruik van de webbrowser herstelt.
Draadloze HP Jetdirect 802.11b-printservers 303
controleren.
om de printer op