Download Print deze pagina

HP jetdirect 175x Handleiding pagina 108

Advertenties

Tabel 3.4
Telnet-opdrachten en parameters (19 van 20)
laa
webscan-
config
scan-idle-
timeout
scan-email-
config
MFP-config
usb-mode
NLWW
Een Locally Administered Address (LAA) dat het in de fabriek
toegewezen LAN-hardwareadres (MAC-adres) vervangt. Als LAA
wordt gebruikt, moet een door de gebruiker op te geven
tekenreeks van exact 12 hexadecimale cijfers worden ingevoerd.
Voor Token Ring-printservers moet het LAA-adres beginnen met
een hexadecimale waarde van 40 tot en met 7F.
Voor Ethernet-printservers moet het LAA-adres beginnen met de
hexadecimale waarde X2, X6, XA of XE, waar X een hexadecimaal
teken tussen 0 en F is.
Het standaardadres is het in de fabriek toegewezen adres.
Dient voor het in- of uitschakelen van de functie Webscan van de
printserver als deze op een ondersteund apparaat is aangesloten.
0 deactiveert, 1 (standaardinstelling) activeert.
Bepaalt het aantal seconden (1 – 3600) dat een niet-actieve
scanverbinding open mag blijven. 0 dient voor het uitschakelen
van de time-out. De standaardinstelling is 300 seconden.
(Email-scan-config) Dient voor het in- of uitschakelen van de
functie scannen-naar-e-mail van de Webscan-server.
0 deactiveert, 1 (standaardinstelling) activeert.
(MFP-config) Dient voor het in- of uitschakelen van printserver-
ondersteuning voor de clientsoftware die bij uw multifunctie- of
alles-in-één-apparaat geleverd is.
0 (standaardinstelling): schakelt de ondersteuning voor
clientsoftware uit (alleen afdrukken is mogelijk).
1: schakelt de ondersteuning voor de clientsoftware in (maakt
afdrukken en scannen mogelijk).
Bepaalt de communicatiemodus via de USB-poort van de
HP Jetdirect-printserver.
Auto (standaardinstelling): dient voor het automatisch
onderhandelen en instellen van de hoogst mogelijke
communicatiemodus voor de aangesloten printer of het
aangesloten apparaat.
MLC: (Multiple Logical Channels) Een eigen
communicatiemodus van HP waarmee meerdere kanalen
voor gelijktijdige afdruk-, scan- en statuscommunicatie
mogelijk zijn.
BIDIR: Een standaardverbinding voor ondersteuning van
bidirectionele communicatie tussen de printer en de
printserver. De printserver verzendt afdrukgegevens en
ontvangt de status van de printer.
UNIDIR: Een standaardverbinding waarin gegevens slechts in
één richting worden overgedragen (naar de printer).
TCP/IP-configuratie 108

Advertenties

loading