Therapie-instellin-
gen
Sync. aan/Sync. uit
Mate van beademingsondersteuning
Beademingsondersteuning Beademingsmodus
Geen
Laag
Gemiddeld
Hoog
Gebruiksaanwijzing Perseus A500 SW 2.0n
Betekenis / Functie
Spontane ademhalingsondersteuning aan- / uitschakelen
De synchronisatie in- of uitschakelen zorgt voor de volgende wijziging in de
beademingsmodus:
Drukgecontroleerd
Sync. aan
PC - BIPAP
Sync. uit
PC - CMV
Als synchronisatie wordt ingeschakeld, worden verplichte ademhalingen gesyn-
chroniseerd met de ademinspanning van de patiënt. Zo wordt de beademings-
frequentie RR constant gehouden door de verplichte ademhalingen en de
expiratoire tijd aan te passen. Aan het eind van de expiratoire fase wordt een
inspiratoir triggervenster geactiveerd, zodat de verplichte ademhaling tot
5 seconden eerder kan worden geïnitieerd (patiëntcategorie Volw.) of
1,5 seconden eerder (patiëntcategorieën Ped en Neo). Als de spontane inspira-
toire flow de ingestelde waarde van de flowtrigger Trigger bereikt tijdens dit trig-
gervenster, wordt een voortijdige verplichte beademing getriggerd.
Als er geen spontaan ademen wordt gedetecteerd binnen het inspiratoire trig-
gervenster, wordt direct een verplichte beademing toegepast.
Standby, Pauze, Ext. VGU
Man/Spon, CPAP, CPAP / PSV met ∆Psupp <5 hPa (cmH
CPAP / PSV met ∆Psupp ≥5 hPa (cmH
Volumegecontroleerde modi
Drukgecontroleerde modi
Werkingsprincipe
Volumegecontroleerd
VC - SIMV
VC - CMV
O)
2
O)
2
269