Bedienen van de oven
Oven in- en uitschakelen
Ovenfuncties
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste
temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de
oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de tempera-
tuurkiezer van de oven beide in de UIT stand zetten.
3
Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automa-
tisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te hou-
den. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder
lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automatisch uitge-
schakeld.
Downloaded from www.vandenborre.be
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuurcontrolelampje
Temperatuurkeuze
15