Om een goede koeling van de motor tijdens bedrijf te waarbor-
gen, dient aan de volgende minimale eisen te worden voldaan:
•
Opstellingstype S
Voor S1 bedrijf (continu bedrijf) moet de pomp altijd tot aan de
bovenkant van de motor worden ondergedompeld in de ver-
pompte vloeistof.
Waarschuwing
SE/SL pompen zonder koelmantel, met opstel-
lingstype S, moeten altijd volledig worden onder-
gedompeld in de verpompte vloeistof om Ex-vei-
lig te zijn.
•
Opstellingstype C
Het pomphuis moet altijd worden ondergedompeld in de ver-
pompte vloeistof.
Vloeistofniveaus voor opstel-
lingstypen S en C:
Afb. 1 Vloeistofniveau
•
Opstellingstypen D en H
Geen speciale eisen.
3.3 Geluidsbelasting
Waarschuwing
Afhankelijk van het opstellingstype kan de
geluidsbelasting van de pomp hoger zijn dan 70
dB(A).
Gebruik gehoorbescherming als er in de buurt
van een dergelijke installatie wordt gewerkt.
3.4 Motorvloeistof
De motor is in de fabriek gevuld met Grundfos motorvloeistof
SML3 die vorstbestendig is tot -20 °C. De motorvloeistof helpt bij
het overdragen van de warmte die wordt gegenereerd door de
motor naar de koelkamer en naar de verpompte vloeistof die aan
de buitenkant langs de pomp stroomt.
4
S1 bedrijf en
Ex-pompen, opstel-
lingstype S
Opstellingstype C
4. Aflevering en transport
De pomp wordt af fabriek geleverd in deugdelijke verpakking,
waarin de pomp dient te blijven totdat deze zal worden geïnstal-
leerd. Zorg ervoor dat de pomp niet kan omvallen of omrollen.
4.1 Transport en opslag
Alle hijsapparatuur moet worden beoordeeld voor het beoogde
doel, en gecontroleerd worden op schade voordat u begint met
het hijsen van de pomp. De capaciteit van de hijsapparatuur mag
onder geen beding worden overschreden. Het gewicht van de
pomp staat vermeld op het typeplaatje van de pomp.
Waarschuwing
Pompen met zuigflens DN 100 of DN 150 (drukbe-
reiken S en H) in rechtop staande positie voldoen
niet aan de stabiliteitseisn van norm EN 809 (sta-
biel bij kanteling naar een hoek van 10 graden).
Gebruik een servicestandaard ter ondersteuning
van de pomp.
Productnummer voor servicestandaard:
Zuigflens maat DN 100: 98669229.
Zuigflens maat DN 150: 98669251.
Waarschuwing
Hijs de pomp altijd met de hijsbeugel of met een
vorkheftruck, en nooit aan de motorkabel of de
slang/leiding.
Verwijder de isolatie van het vrije uiteinde van de
voedingskabel pas op het moment dat de elektri-
sche aansluiting tot stand wordt gebracht. Geïso-
Voorzichtig
leerd of niet, het vrije uiteinde van de kabel mag
nooit worden blootgesteld aan vocht of water. Als
dit niet wordt nageleefd, dan kan de motor
beschadigd raken.
Als de pomp gedurende langere tijd wordt opgeslagen, dan dient
te worden gezorgd voor bescherming tegen vocht en hitte.
Temperatuur tijdens transport en opslag: -20 tot +60 °C.
Waarschuwing
Als de pomp langer dan een jaar wordt opgesla-
gen, of als het een tijd duurt voordat de pomp na
installatie in gebruik wordt genomen, dan moet
de waaier ten minste eens per maand worden
gedraaid.
Na een lange opslagperiode dient de pomp te worden geïnspec-
teerd, alvorens in bedrijf te worden genomen. Zorg ervoor dat de
waaier vrij kan draaien. Let speciaal op de staat van de asafdich-
tingen en de kabeldoorvoer.