Pagina 1
GRUNDFOS INSTRUCTIES SE and SL pumps, range 56 25-63 kW, 50/60 Hz Installatie- en bedieningsinstructies QR92777903 Installation and operating instructions (all available languages) http://net.grundfos.com/qr/i/92777903...
Nederlands (NL) Installatie- en bedieningsinstructies Vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie Inhoud Algemene informatie ..........6 Gevarenaanduidingen .
1.1 Gevarenaanduidingen De onderstaande symbolen en gevarenaanduidingen worden mogelijk weergegeven in installatie- en bedrijfsinstructies, veiligheidsinstructies en service-instructies van Grundfos. GEVAAR Geeft een gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, zal resulteren in de dood of in ernstig persoonlijk letsel.
1.3 Doelgroep Deze installatie- en bedieningsinstructies zijn bedoeld voor professionele installateurs. 2. Productintroductie 2.1 Productomschrijving ® De 25-63 kW SE- en SL-pompen zijn een serie Open S-tube waaierpompen die speciaal zijn ontworpen voor het verpompen van riool- en afvalwater in een breed scala aan gemeentelijke en industriële toepassingen. SL 25-63 kW pomp SE 25-63 kW pomp Pos.
• huishoudelijk afvalwater met toiletafval • ongezuiverd rioolwater in gemeentelijke pompstations of inlaatpompstations in afvalwaterzuiveringsinstallaties • onbehandeld water. 3. Identificatie 3.1 - typeplaatje Pos. Beschrijving EU-keuringsinstantie die de Ex-fabrikant goedkeurt Markering van explosiebeveiliging EU-explosiebeveiligingscertificaatnr. Voor het Verenigd Koninkrijk goedgekeurde instantie die de Ex-fabrikant goedkeurt en Explosiebeveiligingscertificaatnr.
Code Uitleg Aanduiding [Blanco]: Standaardsensoruitvoering Sensoruitvoering V1 Sensorversies Sensoruitvoering V2 Op maat gemaakte producten Aanpassing 3.3 Goedkeuringen De explosieveilige uitvoeringen zijn door FM Approvals gekeurd conform de ATEX-richtlijn en IEC-normen en hebben de volgende certificaten: • FMxxATEXxxxxX • IECEx FMG xx.xxxxX •...
ATEX / UKEX Direct aangedreven pomp: CE 0344 / UKCA 8505 II 2 G Ex db h IIB T4 Gb IP68 Pomp aangedreven door frequentie-omvormer: CE 0344 / UKCA 8505 II 2 G Ex db h IIB T3 Gb IP68 IECEx Direct aangedreven pomp: Ex db h IIB T4 Gb Ta = -20 tot +40 °C...
3.3.3 Mogelijke explosiegevaarlijke omgeving Gebruik explosieveilige pompen in omgevingen met mogelijk explosiegevaar. De pomp mag niet worden gebruikt voor het verpompen van explosieve, ontvlambare of brandbare vloeistoffen. De classificatie ter plekke van de opstelling moet voldoen aan de lokale voorschriften. Specifieke voorwaarden voor veilig gebruik van explosieveilige pompen: 1.
4. Het product ontvangen De pomp wordt af fabriek geleverd in een geschikte verpakking waarin de pomp dient te blijven totdat deze wordt geïnstalleerd. Zorg ervoor dat de pomp niet kan omvallen of omrollen. Pompverpakking 4.1 Het product inspecteren Tijdens perioden van opslag moet de pomp worden beschermd tegen vocht en hitte. Als de pomp niet in bedrijf is of langer dan een maand wordt opgeslagen, draait u de waaier eenmaal per maand.
4.2 Het product transporteren Alle hijsapparatuur moet worden beoordeeld voor het doel en gecontroleerd worden op schade voordat de pomp wordt gehesen. De capaciteit van de hijsapparatuur mag niet worden overschreden. Het gewicht van de pomp staat vermeld op het typeplaatje. WAARSCHUWING Beknellingsgevaar Dood of ernstig persoonlijk letsel...
5. Mechanische installatie Bevestig het extra typeplaatje dat met de pomp is meegeleverd op de installatielocatie aan de opstelling, waar het gemakkelijk bereikbaar en leesbaar is. Neem alle veiligheidsregels op de installatielocatie in acht. Zorg ervoor dat er voldoende toevoer van frisse lucht in de put is.
5.2 Verticale installatie op automatische koppeling Pompen voor permanente, verticale installatie in een put kunnen worden geïnstalleerd op een stationaire automatische koppeling en volledig of gedeeltelijk ondergedompeld in de verpompte vloeistof worden bediend. Gebruik geen elastische onderdelen of balgen voor het aansluiten van de leidingen. In sommige opstellingen is een (extra) voetstuk nodig onder de voetbocht voor een juiste installatie van de pomp.
Laat de pomp zakken langs de geleidestangen De pomp verbinden met de autokoppeling Ondergedompelde opstelling op automatische koppeling Het vrije uiteinde van de kabel mag niet worden ondergedompeld aangezien in dat geval water in de motor kan doordringen. 5.3 Permanente, verticale of horizontale, droge opstelling...
Pagina 18
Gebruik afsluiters aan beide zijden van de pomp om het onderhoud te vergemakkelijken. Droge, horizontale opstelling op horizontaal voetstuk Pompen in droge opstelling worden permanent opgesteld in een pompkelder. De pompmotor is afgesloten en waterdicht. Voer de volgende handelingen uit: 1.
Excentrisch verloopstuk in een horizontale installatie Pos. Beschrijving Excentrisch verloopstuk Minimaal niveau: 0,2 m 5.4 Tijdelijke verticale, ondergedompelde opstelling in een put Gebruik de ketting om de pomp te verplaatsen. Voer de volgende handelingen uit: 1. Bevestig de ringstandaard aan de zuigflens van de pomp. 2.
5.5 Uittrekkrachten voor ankerbouten Bouten Uittrekkracht voor een enkele bout Voetstuk van de automatische koppeling [mm] [kN] DN 100 DN 150 DN 200 DN 250 DN 300 In de aangegeven uittrekkrachten is geen veiligheidsfactor opgenomen. De vereiste veiligheidsfactor kan afhangen van de materialen en de gebruikte verankeringsmethode. 5.6 Minimaal vloeistofniveau Laat de pomp niet drooglopen.
6. Wees er zeker van dat alle beschermende apparatuur op een juiste wijze is aangesloten. 7. Vlotterschakelaars die worden gebruikt in mogelijk explosiegevaarlijke omgevingen moeten voor deze toepassing zijn goedgekeurd. Deze moeten worden aangesloten op de Grundfos Dedicated Controls, DC, DCD of de SLC, DLC-regelaars, via een intrinsiekveilige barrière om een veilige kring te waarborgen.
Pagina 22
Onderhouds- en servicewerkzaamheden aan explosieveilige pompen moeten worden uitgevoerd door Grundfos of een erkend servicebedrijf. Voor installatie en het eerste opstarten van de pomp, dient u de staat van de kabel te controleren om kortsluiting te voorkomen.
Pagina 23
• Directe inschakeling (DOL). • Ster-driehoeksinschakeling (Y/D). • Softstart. De geschikte inschakelmethode is onder meer afhankelijk van het beoogde gebruik en de beschikbare netvoeding. Bij gebruik van de ster-driehoeksinschakeling is het belangrijk om de schakeltijd tot een minimum te beperken om hoge kortstondige draaimomenten te vermijden. Gebruik een tijdrelais met een schakeltijd van maximaal 50 milliseconden, of volgens de specificaties van de fabrikant.
6.1 Bedradingsschema's sensoren +t° +t° +t° Sensoraansluiting, standaarduitvoering Pos. Beschrijving 3 × PTO Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Lekschakelaar 3 × PTC Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde. Gebruik voor de aansluiting van de lekschakelaar op de SM113- module de weerstandskit 92726268. De weerstand zet het digitale signaal van de lekschakelaar (klem 4, 5 en 6) om in een analoog 4-20 mA-signaal.
Pagina 25
+t° +t° +t° Sensoraansluiting, standaard Ex-uitvoering (SE-pompen) Pos. Beschrijving 3 × PTO 2 x Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Lekschakelaar 3 × PTC Droogloopschakelaar Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde. Sensordraad 7 is de sturingsdraad voor service. Indien niet gebruikt moet het einde van de draad worden geïsoleerd. Gebruik voor de aansluiting van de lekschakelaar op de SM113-module de weerstandskit 92726268.
Pagina 26
+t° +t° +t° Sensoraansluiting, standaard Ex-uitvoering zonder Droogloopschakelaar (SL-pompen) Pos. Beschrijving 3 × PTO 2 x Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Lekschakelaar 3 × PTC Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde. Sensordraad 7 is de sturingsdraad voor service. Indien niet gebruikt moet het einde van de draad worden geïsoleerd. Gebruik voor de aansluiting van de lekschakelaar op de SM113-module de weerstandskit 92726268.
Pagina 27
+t° +t° +t° Sensoraansluiting, uitvoering V1 Pos. Beschrijving 3 × PTO Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Pt100 (onderste lager) Algemene aarding voor sensoren Pt100 (bovenste lager) Pt100 (statorwikkeling) Trillingssensor Lekschakelaar 3 × PTC Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde. Gebruik voor de aansluiting van de lekschakelaar op de SM113- module de weerstandskit 92726268.
Pagina 28
+t° +t° +t° Sensoraansluiting, uitvoering V1 Ex (SE-pompen) Pos. Beschrijving 3 × PTO 2 x Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Pt100 (onderste lager) Algemene aarding voor sensoren Pt100 (bovenste lager) Pt100 (statorwikkeling) Trillingssensor Lekschakelaar 3 × PTC Droogloopschakelaar Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde. Sensordraad 15 is de sturingsdraad voor service. Indien niet gebruikt moet het einde van de draad worden geïsoleerd.
Pagina 29
+t° +t° +t° Sensoraansluiting, uitvoering V1 Ex zonder Droogloopschakelaar (SL-pompen) Pos. Beschrijving 3 × PTO 2 x Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Pt100 (onderste lager) Algemene aarding voor sensoren Pt100 (bovenste lager) Pt100 (statorwikkeling) Trillingssensor Lekschakelaar 3 × PTC Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde. Sensordraad 15 is de sturingsdraad voor service. Indien niet gebruikt moet het einde van de draad worden geïsoleerd.
Pagina 30
SM113 +t° +t° +t° Sensoraansluiting, uitvoering V2 Pos. Beschrijving 3 × PTO Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Pt100 (onderste lager) Voedingsingang voor sensorkaart van IO113 Algemene aarding voor sensoren Communicatiesignaal voor de IO 113 Pt100 (bovenste lager) Pt100 (statorwikkeling) Trillingssensor Lekschakelaar 3 × PTC Kabelscherm moet verbonden zijn met aarde.
Pagina 31
SM113 +t° +t° +t° Sensoraansluiting, uitvoering V2 Ex (SE-pompen) Pos. Beschrijving 3 × PTO 2 x Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Pt100 (onderste lager) Voedingsingang voor sensorkaart van IO113 Algemene aarding voor sensoren Communicatiesignaal voor de IO 113 Pt100 (bovenste lager) Pt100 (statorwikkeling) Trillingssensor Lekschakelaar 3 ×...
Pagina 32
SM113 +t° +t° +t° Sensoraansluiting, uitvoering V2 Ex zonder Droogloopschakelaar (SL-pompen) Pos. Beschrijving 3 × PTO 2 x Vochtdetectieschakelaar (bovenkant motor) Pt100 (onderste lager) Voedingsingang voor sensorkaart van IO113 Algemene aarding voor sensoren Communicatiesignaal voor de IO 113 Pt100 (bovenste lager) Pt100 (statorwikkeling) Trillingssensor Lekschakelaar...
6.4 Bedrijf met een frequentie-omvormer VOORZICHTIG Elektrische schok Gering of beperkt persoonlijk letsel ‐ Houd rekening met mogelijke restspanning. Als de motor wordt bedreven door een frequentieomvormer, moet de temperatuurklasse van de explosieveilige pompen T3 zijn. In principe kunnen alle drie-fasemotoren worden aangesloten op een frequentieomvormer.
Alle motoren die worden gebruikt met frequentieomvormers dienen te worden beschermd tegen spanningspieken en dU/dT conform IEC60034-25 Figuur 14 - Curve A. Grundfos raadt het gebruik van geïsoleerde lagersystemen aan in installaties waar commonmodestromen een probleem kunnen vormen. Over het algemeen wordt aangeraden om gebruik te maken van geïsoleerde lagers uit de volgende series: •...
Het bovendeksel van de explosieveilige pompen is voorzien van een externe aardklem om de aansluiting op de aarde te waarborgen. De elektrische installatie moet een externe aansluiting van deze klem naar de aarde bevatten. De aardgeleider moet voldoen aan alle geldende elektrische veiligheidsvoorschriften.
6.7 Thermische schakelaars Drie bimetalen thermische schakelaars zijn ingebouwd in de statorwikkelingen. Bij overtemperatuur (150 °C) gaat een contact open. De motorisolatie heeft de klasse H (180 °C). De voedingsspanning naar de thermische schakelaars moet 12-24V DC zijn. De thermische schakelaars zijn aangesloten op de stuurstroomkabel en moeten worden aangesloten op het veiligheidscircuit van de afzonderlijke pompregelaar.
6.11 SM 113 module De SM 113 module wordt gebruikt voor het verzamelen en overbrengen van sensorgegevens. De SM 113 werkt met de IO 113 via powerline-communicatie met behulp van het Grundfos GENIbus-protocol. De SM 113 verzamelt gegevens van de volgende apparaten: •...
Trillingssensor Water-in-olie (WIO) sensor • Maximaal 3 Pt100-temperatuursensoren • Maximaal 4 Pt1000-temperatuursensoren • 1 PTC-temperatuursensor • 1 digitale ingang. De SM113 is uitgerust met een 2,7 kΩ weerstand om valse sensoralarmmeldingen in de IO 113 te vermijden. 6.12 Trillingsensor voor de pomp (PVS 3) De PVS 3 sensor bewaakt het trillingsniveau om de pomp en het leidingnetwerk tegen beschadiging te beschermen.
7. Inbedrijfstelling Pompen in droge opstelling moeten worden ontlucht. Voordat de pomp voor het eerst wordt ingeschakeld en na een lange periode van stilstand, moet de pomp zijn gevuld met de verpompte vloeistof. Zorg dat de pomp gevuld is met de verpompte vloeistof. Drooglopen is niet toegestaan.
Pagina 42
6. Zorg er bij pompen in ondergedompelde installaties voor dat deze volledig in de vloeistof zijn ondergedompeld. 7. Open de afsluiters, indien deze zijn aangebracht. 8. Controleer of het systeem is gevuld met vloeistof en is ontlucht. 9. Controleer de instellingen van de niveauschakelaars. 10.
8. Opslag Tijdens opslag moet de pomp worden beschermd tegen vocht en hitte. Na een periode van opslag inspecteert u de pomp voordat u deze in bedrijf stelt. Zorg ervoor dat de waaier vrij kan draaien. Let op de staat van asafdichtingen, O-ringen en kabeldoorvoeren. Tijdens opslag mag het product niet aan direct zonlicht worden blootgesteld.
9. Onderhoud en service Onderhouds- en servicewerkzaamheden aan explosieveilige pompen moeten worden uitgevoerd door Grundfos of een erkend servicebedrijf. Open de pomp niet wanneer de omringende atmosfeer explosief of stoffig is. GEVAAR Elektrische schok Dood of ernstig persoonlijk letsel ‐...
Het afvoeren van de motorvloeistof moet plaatsvinden volgens de lokale voorschriften. • Kabeldoorvoeren: Zorg ervoor dat de kabeldoorvoeren waterdicht zijn en dat de kabels niet knikken of worden afgekneld. • Speling rondom de waaier: Controleer de speling rondom de waaier. •...
Lekkamer op SL-pompen Pos. Beschrijving Lekkamer Lekkamerplug 1. Plaats een plastic bak onder de lekkamerplug. 2. Verwijder de lekkamerplug (B). 3. Laat de vloeistof uit de lekkamer lopen. Kantel de pomp, indien nodig. 9.3 Pomprevisie Pompen die in normaal bedrijf draaien vereisen een grondige revisie na 24.000 bedrijfsuren of 6 jaar, naar gelang wat het eerst van toepassing is.
Pagina 47
Gebruik SML3 koelvloeistof voor motorkoeling. Het indringingsniveau van de verpompte vloeistof in de motorvloeistof kan worden gecontroleerd. Gebruik een refractometer (productnr. 98676968) waarbij de refractie-index in procenten wordt weergegeven. Gebruik altijd de propyleenglycol-schaal. Gemeten vriespunt Binnendringing van vloeistof (%) -20 °C (-4 °F) -18 °C (0,4 °F) -17 °C (1,4 °F) -15 °C (5 °F)
9.4.1 Motorvloeistof aftappen voor SL-pompen 1. Plaats de pomp horizontaal zodat de vulplug (412) naar onderen is gericht. 2. Plaats een opvangbak (capaciteit van meer dan 13 liter) onder de vulopening. 3. Verwijder de vulplug en laat de motorvloeistof uit de afdichtingsbehuizing lopen. 9.4.2 Motorvloeistof vullen voor SL-pompen 1.
3. Vul de afdichtingsbehuizing via de vulopening met de gewenste motorvloeistof. De afdichtingsbehuizing is vol wanneer de vloeistof de rand van de vulopening bereikt (1). Voor volledige vulling is ongeveer 13 liter motorvloeistof nodig.) 4. Wanneer de afdichtingsbehuizing vol is: plaats de plug terug in de vulopening en draai aan met 30 +/- 3 Nm draaimoment.
3. Vul de koelmantel via de vulopening met de gewenste motorvloeistof. De koelmantel is vol wanneer de vloeistof de rand van de vulopening bereikt (L). Voor volledige vulling is ongeveer 37 liter motorvloeistof nodig. 4. Wanneer de koelmantel vol is: plaats de plug terug in de vulopening en draai aan met 30 +/- 3 Nm draaimoment.
GEVAAR Elektrische schok Dood of ernstig persoonlijk letsel ‐ Voordat u met werkzaamheden aan het product begint, dient u er zeker van te zijn dat de elektriciteitstoevoer is uitgeschakeld en niet per ongeluk kan worden ingeschakeld. De waaierspeling bij verticale, ondergedompelde opstellingstypen wordt rechtstreeks via de pompinlaat geïnspecteerd.
Pagina 53
Spelingsschroeven waaier SE Spelingsschroeven waaier SL Pos. Beschrijving Stelschroeven Borgbouten...
Pagina 54
9.6.1 Aanpassing van speling rondom waaier - bij groot onderhoud waarbij de pomp uit de toepassing wordt gehaald Draai de stelbouten voorzichtig vast om lagerschade te vermijden. De volgende methode is geschikt voor pompen in horizontale positie. Horizontale hijspunten voor SL-pompen SL-pompen zijn niet bedoeld voor horizontale installatie.
Pagina 55
5. De waaierspeling (speelruimte tussen zuigdeksel en waaier) zou nu 0,5 ± 0,1 mm moeten bedragen Controleer de speelruimte rondom in stappen van 60° door de waaier te draaien en met gebruik van een voelermaat. 6. Draai de borgbouten aan: het vereiste draaimoment bedraagt 50 ± 5 Nm. Waaierspeling (1) is ingesteld. Controleer de grootte van de speelruimte opnieuw om te controleren dat de instelling niet is veranderd bij het aandraaien van de schroeven.
Pagina 56
9.6.2 Aanpassing van speling rondom waaier - bij klein onderhoud wanneer de pomp in de toepassing blijft Draai de stelbouten voorzichtig vast om lagerschade te vermijden. De volgende methode is geschikt voor pompen in horizontale positie. Horizontale hijspunten voor SL-pompen SL-pompen zijn niet bedoeld voor horizontale installatie.
Spoel de pomp grondig door met schoon water en spoel de pomponderdelen af na demontage. Voordat u het product retourneert voor service, neemt u contact op met Grundfos met details over de verpompte vloeistof. Anders kan Grundfos het uitvoeren van service op het product weigeren.
10. Problemen oplossen Houd u aan alle voorschriften die van toepassing zijn op pompen die zijn opgesteld in explosiegevaarlijke omgevingen. Zorg dat er geen werkzaamheden worden uitgevoerd in mogelijk explosiegevaarlijke atmosferen. GEVAAR Elektrische schok Dood of ernstig persoonlijk letsel ‐ Voordat u met werkzaamheden aan het product begint, dient u er zeker van te zijn dat de elektriciteitstoevoer is uitgeschakeld en niet per ongeluk kan worden ingeschakeld.
Pagina 59
Storing Oorzaak Oplossing Wissel twee fasen van de motor De draairichting is verkeerd. Draai de waaier vast of vervang De waaier zit los of is versleten. deze. De pomp of de leidingen zijn Reinig de pomp of de leidingen. verstopt door verontreinigingen. Meet het drukverschil en vergelijk de waarde met de pompcurve.
Pagina 60
Storing Oorzaak Oplossing De pomp is gedeeltelijk verstopt Reinig de pomp. door verontreinigingen. Wissel twee fasen van de motor De draairichting is verkeerd. De pomp werkt buiten het Herstel de juiste bedrijfscondities. opgegeven bedrijfsbereik. Vervang de pomp of neem, indien De pomp is defect.
11. Technische gegevens pH-waarde Pompen in permanente opstelling kunnen met de volgende pH-waarden te maken krijgen: Materiaalvariant Installatie pH-waarde Alle typen Standaard 6-14 Gietijzeren waaier, pomphuis en bovenkant van de motor. Dichtheid en viscositeit van de verpompte vloeistof Dichtheid: 1000 kg/m Kinematische viscositeit: 1 mm /s (1 cSt).
Dit product of delen ervan dienen te worden afgevoerd op een milieuverantwoorde wijze. 1. Maak gebruik van de plaatselijke reinigingsdienst. 2. Als dat niet mogelijk is, neem dan contact op met een filiaal of servicedienst van Grundfos het dichtst bij u in de buurt.
Pagina 63
Argentina Columbia Hong Kong Bombas GRUNDFOS de Argentina S.A. GRUNDFOS Colombia S.A.S. GRUNDFOS Pumps (Hong Kong) Ltd. Ruta Panamericana km. 37.500industin Km 1.5 vía Siberia-Cota Conj. Potrero Unit 1, Ground floor, Siu Wai industrial 1619 - Garín Pcia. de B.A.
Pagina 64
Lithuania Serbia Turkey GRUNDFOS Pumps UAB Grundfos Srbija d.o.o. GRUNDFOS POMPA San. ve Tic. Ltd. Smolensko g. 6 Omladinskih brigada 90b Sti. LT-03201 Vilnius 11070 Novi Beograd Gebze Organize Sanayi Bölgesi Tel.: + 370 52 395 430 Tel.: +381 11 2258 740...
Pagina 65
92777903 12.2023 ECM: 1366422 www.grundfos.com...