Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Meting Van Isolatieweerstand; Gebruik Van Een Frequentie-Omvormer; Aanbevelingen; Kabelgegevens - Grundfos SE Installatie- En Bedieningsinstructies

9-30 kw
Inhoudsopgave

Advertenties

9.4.5 Meting van isolatieweerstand

De IO 113 meet de isolatieweerstand tussen een statorwikkeling
en de aarde:
weerstand hoger dan 10 MΩ = ok
weerstand tussen 10 MΩ en 1 MΩ = waarschuwing
weerstand lager dan 1 MΩ = alarm.

9.5 Gebruik van een frequentie-omvormer

In principe kunnen alle driefasenmotoren op een frequen-
tie-omvormer worden aangesloten.
Frequentiegeregeld bedrijf stelt de isolatie van de motorwikkelin-
gen echter vaak bloot aan zwaardere belasting en maakt de
motor luidruchtiger dan normaal door wervelstromen als gevolg
van spanningspieken.
Bovendien worden grote motoren die worden aangedreven via
een frequentie-omvormer, belast met stromen door de lagers.
Voor bedrijf met frequentie-omvormer houdt u rekening met de
volgende informatie:
Aan eisen moet worden voldaan.
Aanbevelingen zouden opgevolgd moeten worden.
Gevolgen dienen bekend te zijn.
9.5.1 Eisen
De thermische motorbeveiliging moet zijn aangesloten.
Piekspanning en dU/dt moeten overeenkomstig onderstaande
tabel zijn. De vermelde waarden zijn maximale waarden voor
toevoer aan de motorklemmen. Er is geen rekening gehouden
met de invloed van de kabel. Raadpleeg het gegevensblad
van de frequentie-omvormer m.b.t. de daadwerkelijke waar-
den en de invloed van de kabel op de piekspanning en dU/dt.
Maximale herhaalde piek-
spanning
[V]
850
Wanneer de pomp een Ex-goedgekeurde pomp is, controleer
dan of het Ex-certificaat van de specifieke pomp het gebruik
van een frequentie-omvormer toestaat.
Stel de U/f-verhouding van de frequentie-omvormer conform
de motorgegevens in.
Er moet worden voldaan aan lokale regelgeving/normen.

9.5.2 Aanbevelingen

Voordat er een frequentie-omvormer wordt geïnstalleerd: bereken
de laagst toegestane frequentie in de opstelling om nul doorstro-
ming te vermijden.
Verlaag het motortoerental (S1) niet naar minder dan 30 Hz.
Houd de stroomsnelheid hoger dan 1 m/sec.
Laat de pomp ten minste eens per dag op nominaal toerental
draaien om afzetting in het leidingsysteem te voorkomen.
Overschrijd de op het typeplaatje aangegeven frequentie niet,
want dit kan tot overbelasting van de motor leiden.
Houd de motorkabel zo kort mogelijk. De piekspanning zal stij-
gen met de lengte van de motorkabel. Zie het gegevensblad
van de gebruikte frequentie-omvormer.
Gebruik ingangs- en uitgangsfilters op de frequentie-omvor-
mer. Zie het gegevensblad van de gebruikte frequentie-omvor-
mer.
Gebruik een afgeschermde motorkabel als er een kans is dat
elektrische ruis andere elektrische apparatuur kan verstoren.
Zie het gegevensblad van de gebruikte frequentie-omvormer.
14
Maximale dU/dt U
400 V
N
[V/μ sec.]
2000
9.5.3 Gevolgen
Wanneer de pomp geregeld wordt via een frequentie-omvormer,
houd dan rekening met deze mogelijke gevolgen:
Het draaimoment met vergrendelde rotor zal lager liggen.
Hoeveel lager zal afhangen van het type frequentie-omvormer.
Zie de installatie- en bedieningsinstructies van de gebruikte
frequentie-omvormer voor informatie over het beschikbare
startkoppel.
De toestand van de lagers en asafdichting kan worden beïn-
vloed. Het mogelijke effect hangt af van de toepassing. Het
daadwerkelijke effect kan niet worden voorspeld.
De geluidsproductie kan toenemen. Zie de installatie- en
bedieningsinstructies van de gebruikte frequentie-omvormer
voor advies over hoe de geluidsproductie kan worden vermin-
derd.

9.6 Kabelgegevens

Standaard H07RN-F
Buitendiameter
Bereik
SE/SL
Kabeltype
2
pomp
[mm
]
[kW]
min.
7 x 4 + 5 x 1,5
21,0
9-30
7 x 6 + 5 x 1,5
23,8
7 x 10 + 5 x 1,5
24,5
EMC
Buitendiameter
Bereik
Kabeltype
SE/SL
pomp
[kW]
2
[mm
]
min.
3 x 6 + 5 x 1
24,5
9-30
3 x 10 + 5 x 1
24,7
3 x 16 + 5 x 1
24,9
Het minimale formaat van de aardgeleider moet
N.B.
gelijk zijn aan of groter zijn dan dat van de fase-
geleider.
Waarschuwing
Het bovendeksel van explosieveilige pompen is
voorzien van een externe aardklem om te zorgen
voor een verbinding met de aarde. In de elektri-
sche installatie moet een externe aansluiting van
deze klem naar de aarde zijn opgenomen. De
aardgeleider moet tegemoet komen aan alle gel-
dende elektrische veiligheidseisen.
Waarschuwing
Voorafgaand aan het installeren en de eerste keer
inschakelen van de pomp dient u de staat van de
kabel te controleren om kortsluiting te voorko-
men.
Minimale
kabel
buigstraal
[mm]
[cm]
max.
23,0
12,0
26,8
13,0
27,5
14,0
Minimale
kabel
buigstraal
[mm]
max.
[cm]
27,5
14
27,7
14
27,9
14

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Sl

Inhoudsopgave