Bediening
Voor ieder gebruik
Controleer of
-
de watertoevoerkraan geopend
is.
-
de bodemzeef correct geplaatst
is, omdat grove voedingsresten
de waterafvoer en de pomp
kunnen verstoppen.
-
de deur van het apparaat
correct gesloten is.
Alleen dan kunt u het apparaat in
gebruik nemen.
16
Het instelprincipe
Om het apparaat in te stellen, gaat u
als volgt te werk:
A Sluit de deur.
B Schakel het apparaat in.
C Kies de ovenfunctie.
D Wijzig eventueel de voorgeprogram-
meerde temperatuur.
E Stel de bereidingstijd in.
F Start het programma.
De verschillende stappen worden in de
volgende rubrieken uitvoerig beschre-
ven.