Brandstoftank vullen
Vul de brandstoftank langzaam om
morsen te voorkomen. Vul de tank niet
verder dan tot de onderkant van de
vulpijp. Hierdoor blijft er ruimte voor een
luchtlaag, zodat de brandstof in de tank
kan uitzetten door warmteopname uit
de motor of zonlicht.
1
cbnm
1.
Hals van de vulpijp
2.
Maximaal brandstofpeil
Controleer na het tanken altijd of de
tankdop goed gesloten is.
ALGEMENE INFORMATIE
Standaarden
Zijstandaard
De motorfiets is voorzien van een
beveiliging die voorkomt dat met de
motorfiets kan worden gereden terwijl
de zijstandaard is uitgeklapt.
Probeer
2
zijstandaard uitgeklapt of het bevei-
ligingsmechanisme
aangezien dit gevaarlijke rijomstandig-
heden kan veroorzaken.
Het niet opvolgen van bovenstaand
advies kan leiden tot verlies van
controle
mogelijk ernstig letsel of de dood tot
gevolg.
Leun, zit of klim niet op de motorfiets
wanneer deze op de zijstandaard
staat.
Hierdoor kan de motorfiets omvallen.
Het niet opvolgen van bovenstaand
advies kan leiden tot licht tot matig
letsel.
1.
Zijstandaard
WAARSCHUWING
nooit
te
rijden
te
over
de
motorfiets
VOORZICHTIG
85
met
de
hinderen,
met
1