Druk voor een maximaal resultaat in
koude omstandigheden, vanuit de stand
UIT, eerst eenmaal op de schakelaar
voor heet en verlaag het warmteniveau
daarna naar warm door nogmaals op
de schakelaar te drukken wanneer de
handgrepen zijn opgewarmd.
Om de handvatverwarming uit te scha-
kelen drukt u op de schakelaar tot het
symbool van de handvatverwarming
niet langer zichtbaar is op het display.
Uitschakeling bij lage spanning
Als een lage spanning wordt gede-
tecteerd, wordt de schakelaar van de
handvatverwarming
gesteld. De handvatverwarming kan
pas weer worden gebruikt wanneer de
spanning weer tot een veilig niveau is
toegenomen.
De schakelaar wordt niet automatisch
weer in werking gesteld, ook niet als
de spanning weer tot een veilig niveau
is toegenomen. De gebruiker moet de
schakelaar zelf indrukken om de hand-
vatverwarming in te schakelen.
Mistlichtschakelaar (indien
gemonteerd)
Om de mistlichten in of uit te schakelen,
moet u met de koplampen aan de mist-
lichtschakelaar kort indrukken. Wanneer
de mistlichten zijn ingeschakeld, brandt
het
mistlichtcontrolelampje
display.
De
mistlichtschakelaar
wanneer de koplampen branden en de
motor loopt.
Als de mistlampen branden wanneer de
motor wordt afgezet, gaan ze weer aan
als de motor binnen 15 minuten wordt
gestart. De mistlampen gaan 15 minuten
nadat de motor is afgezet weer uit.
buiten
werking
in
het
werkt
alleen
ALGEMENE INFORMATIE
Grootlichtknop
De grootlichtknop heeft verschillende
functies; deze zijn ervan afhankelijk of
de dagrijverlichting (DRL) is gemon-
teerd of niet. Wanneer het grootlicht is
ingeschakeld, brandt het controlelampje
grootlicht in het display.
Modellen met dagrijverlichting (DRL)
Als de DRL-schakelaar in de stand
dagrijlicht (DRL) staat, kan het groot-
licht
worden
ingeschakeld
grootlichtknop ingedrukt te houden. Dit
blijft branden zolang de knop ingedrukt
wordt gehouden, en gaat uit zodra de
knop wordt losgelaten.
Als de DRL-schakelaar in de stand
dimlicht
staat,
kan
worden ingeschakeld door op de groot-
lichtknop te drukken. Door nogmaals op
de knop te drukken wordt het dimlicht
weer ingeschakeld.
Op dit model is geen aan/uit-schake-
laar voor verlichting aangebracht. Het
achterlicht
en
de
lichting
gaan
automatisch
wanneer het contact in de stand AAN
wordt gedraaid. De koplamp brandt als
het contact in de stand AAN staat en de
motor draait.
Modellen zonder dagrijverlichting (DRL)
Druk op de grootlichtknop om het groot-
licht in te schakelen. Door nogmaals op
de knop te drukken wordt het dimlicht
weer ingeschakeld.
Op dit model is geen aan/uit-schake-
laar voor verlichting aangebracht. Het
positielicht, achterlicht en de kente-
kenplaatverlichting
automatisch wanneer het contact in de
stand AAN wordt gedraaid. De koplamp
brandt als het contact in de stand AAN
staat en de motor draait.
door
de
het
grootlicht
kentekenplaatver-
branden
werken
allemaal
69