4
Klik op [Bewerken].
5
Geef de vereiste instellingen op en klik op [OK].
[AirPrint gebruiken]
Schakel dit selectievakje in als u wilt afdrukken met AirPrint. Schakel het selectievakje uit als u AirPrint wilt uitschakelen.
[Printernaam]/[Locatie]/[Breedtegraad]/[Lengtegraad]
Voer de naam en de installatielocatie in om dit apparaat eenvoudig te herkennen vanaf uw Apple-apparaat. Deze informatie is
handig als u meerdere AirPrint-printers gebruikt.
Als u [Printernaam] wijzigt
Als u [Printernaam] wijzigt, die u eerder hebt opgegeven, zult u misschien niet meer kunnen afdrukken vanaf de Mac die u tot
dan voor het afdrukken hebt kunnen gebruiken. Dit verschijnsel doet zich voor omdat <mDNS-naam> (
IPv4 ook automatisch wordt gewijzigd. U moet in dit geval het apparaat weer aan de Mac toevoegen.
6
Start de machine opnieuw op.
Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan.
Het scherm voor AirPrint weergeven
DNS configureren) van