Samenvatting van Inhoud voor Canon i-SENSYS MF729Cx
Pagina 2
Belangrijke veiligheidsinstructies Installatie Elektrische aansluiting Hantering Onderhoud en inspecties Verbruiksartikelen Basishandelingen Onderdelen en de bijbehorende functies Voorzijde Achterzijde Binnenzijde Sleuf voor handmatige invoer Papierlade Bedieningspaneel Display Het scherm <Start> aanpassen Het display gebruiken Tekst invoeren Aanmelden bij de machine Documenten plaatsen Papier plaatsen Papier in de papierlade plaatsen Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer...
Pagina 3
Meerdere documenten op één vel kopiëren (2 op 1/4 op 1) Beide zijden van een identiteitsbewijs op één pagina kopiëren Donkere randen en kaderlijnen wissen (Kader wissen) Kopieën sorteren per pagina De gewenste kopieerinstellingen configureren De standaardinstellingen wijzigen Veelgebruikte kopieerinstellingen opslaan Faxen Begininstellingen configureren voor faxfuncties(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken...
Pagina 4
De machine als printer gebruiken Afdrukken vanaf een computer Een document afdrukken Afdrukken annuleren Afdrukstatus en logboeken controleren Verschillende afdrukinstellingen Vergroten of verkleinen Schakelen tussen enkelzijdig en dubbelzijdig afdrukken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Afdrukken sorteren per pagina Meerdere pagina's op één vel afdrukken Posters afdrukken Boekje afdrukken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Randen afdrukken...
Pagina 5
Het logboek voor verzonden documenten controleren (E-mail/I-Fax/Gedeelde map/FTP-server) Kan handig worden toegepast met een mobiel toestel Afdrukken/Scannen via Canon Mobile Application en Plug-in Afdrukken door met een mobiel toestel het apparaat aan te raken (NFC)(MF729Cx) Een eenvoudige draadloze verbinding tot stand brengen met Direct Connection (stand...
Pagina 6
De machine configureren voor het scannen naar gedeelde mappen Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie Het apparaat configureren voor het scannen naar de FTP-server FTP PASV-stand configureren De machine configureren voor uw netwerkomgeving Ethernet-instellingen configureren De maximale verzendeenheid wijzigen Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk DNS configureren SMB configureren...
Pagina 7
De UI op afstand starten Schermen van de UI op afstand Documenten beheren en de status van de machine controleren Menuopties instellen via de UI op afstand Geregistreerde gegevens opslaan/laden Gegevens van Instellingen opslaan Instelgegevens laden Adresboek wijzigen via de UI op afstand Overzicht van menuopties Netwerkinstellingen Voorkeuren...
Pagina 8
TX-resultaatrapport Communicatiebeheerrapport RX-resultaatrapport Afdelings-ID beheerrapport Adresboeklijst Lijst gebruikersgegevens / Gegevenslijst systeembeheer IPSec-beleidslijst Statusrapport verbruiksartikelen PCL-lettertypelijst(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) PS-lettertypelijst(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Aantal afdrukken weergeven Een USB-geheugenapparaat gebruiken voor het exporteren/importeren van geregistreerde gegevens Geregistreerde gegevens exporteren naar een USB-geheugenapparaat Geregistreerde gegevens importeren van een USB-geheugenapparaat Instellingen terugzetten op de standaardwaarden Menu initialiseren...
Pagina 10
U mag alleen handelingen uitvoeren die in deze handleiding worden beschreven. Canon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die het gevolg is van het gebruiken van het apparaat op een manier die niet wordt beschreven in deze handleiding, onjuist gebruik of reparaties/aanpassingen die niet zijn uitgevoerd door Canon of een hiervoor door Canon aangewezen partij.
Pagina 11
Gebruik het apparaat niet in de buurt van medische apparatuur. Door dit apparaat gegenereerde radiogolven kunnen medische apparatuur verstoren, wat zeer ernstige gevolgen kan hebben. Als vreemde voorwerpen in het apparaat vallen, haalt u de stekker uit het stopcontact en neemt u contact op met uw Canon- dealer.
Pagina 12
Voorkom slecht geventileerde locaties Dit apparaat genereert bij normaal gebruik een hele kleine hoeveelheid ozon, enzovoort. Hoewel de gevoeligheid voor ozon, enzovoort kan variëren, zijn deze hoeveelheden niet schadelijk. De aanwezigheid van ozon, enzovoort kan beter merkbaar zijn bij langer gebruik of tijdens lange productieruns, met name in slecht geventileerde ruimtes. Het is raadzaam dat de ruimte waarin het apparaat wordt gebruikt, afdoende wordt geventileerd voor het in stand houden van een comfortabele werkomgeving.
Pagina 13
0W59-002 Elektrische aansluiting Dit apparaat kan worden gebruikt met een spanning tussen 220 tot 240 V, en een elektrische frequentie van 50/60 Hz. Gebruik alleen een voeding die voldoet aan de aangegeven spanningsvereisten. Als u dat niet doet, kan dit brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
Pagina 14
0W59-003 Hantering Haal direct de stekker uit het stopcontact en neem contact op met een erkend Canon- dealer als het apparaat vreemde geluiden maakt, rook of een vreemde geur verspreidt of extreem heet wordt. Als u het apparaat onder die omstandigheden blijft gebruiken, kan dit brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
Pagina 15
Dit apparaat is geclassificeerd als een Klasse 1 Laserproduct volgens IEC60825-1: 2007, EN60825-1: 2007. De laserstraal kan schadelijk zijn voor het menselijk lichaam. De laserstraal wordt binnen de laserscanner gehouden door een kap, er is dus geen gevaar dat de laserstraal ontsnapt tijdens de normale werking van het apparaat. Lees de volgende opmerkingen en instructies door voor uw veiligheid.
Pagina 16
0W59-004 Onderhoud en inspecties Reinig het apparaat regelmatig. Als er sprake is van stofvorming, werkt de machine mogelijk niet goed. Let op de volgende punten als u de machine gaat reinigen. Zie Problemen oplossen als er tijdens gebruik een probleem optreedt. Zie Wanneer een probleem niet kan worden opgelost als u het probleem niet kunt oplossen of wanneer u van mening bent dat de machine moet worden geïnspecteerd.
Pagina 17
0W59-005 Verbruiksartikelen Gooi lege tonercartridges niet in open vuur. Bewaar tonercartridges of papier niet op een plek die wordt blootgesteld aan open vuur. Hierdoor kan de toner ontbranden, met brandwonden of brand als gevolg. Als u per ongeluk toner morst, ruim het dan op met een zachte, vochtige doek zodat de deeltjes niet worden ingeademd. Gebruik nooit een stofzuiger zonder bescherming tegen stofexplosies om de gemorste toner op te ruimen.
Pagina 18
Houd er rekening mee dat er Canon-namaaktonercartridges in omloop zijn. Het gebruik van namaak-tonercartridges kan resulteren in slechte afdrukkwaliteit of prestatie van het apparaat. Canon is niet verantwoordelijk voor eventuele storingen, ongelukken of schade als gevolg van het gebruik van een namaak-tonercartridge en -drumeenheid.
Pagina 19
0W59-006 Basishandelingen In dit hoofdstuk worden de basishandelingen beschreven, zoals het gebruiken van het bedieningspaneel of het plaatsen van het papier en de documenten. Het gaat hier om handelingen die vaak worden uitgevoerd om de functies van het apparaat te gebruiken. Onderdelen en de bijbehorende functies In dit gedeelte wordt aandacht besteed aan de externe en interne onderdelen van het apparaat en hun functie.
Pagina 20
Papier plaatsen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het papier in de papierlade en in de sleuf voor handmatige invoer plaatst. Papier plaatsen Opslaan in het adresboek In dit gedeelte wordt beschreven hoe u bestemmingen opslaat voor het verzenden van faxen of gescande documenten. Registreren in het adresboek Het volume aanpassen...
Pagina 21
0W59-007 Onderdelen en de bijbehorende functies In dit gedeelte worden de onderdelen van de machine beschreven (buitenzijde, voorzijde, achterzijde en binnenzijde), evenals de functie die ze hebben. Naast de onderdelen van de machine die nodig zijn voor het uitvoeren van basishandelingen zoals het plaatsen van documenten, het laden van papier en het vervangen van tonercartridges, wordt hier ook aandacht besteed aan de toetsen op het bedieningspaneel en het display.
Pagina 22
0W59-008 Voorzijde MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw MF628Cw / MF623Cn Documentinvoer Hiermee worden documenten automatisch in de machine gevoerd om te worden gescand. Als u twee of meer vellen in de invoer plaatst, worden deze achter elkaar gescand. Documenten plaatsen Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bevat toetsen zoals de numerieke toetsen en de [Start]-toets, een display en statuslampjes.
Pagina 23
Transportgeleider voor handmatige invoer Laat de transportgeleider voor handmatige invoer zakken wanneer er papier is vastgelopen in de sleuf voor handmatige invoer. Papierstoringen verhelpen Glasplaat Leg documenten die u wilt scannen op de glasplaat. Gebruik de glasplaat ook voor dikke of ingebonden documenten, zoals boeken, als deze niet in de invoer passen.
Pagina 24
0W59-009 Achterzijde MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw MF628Cw / MF623Cn USB-poort (USB2.0) Hier kunt u een USB-kabel aansluiten om de machine te verbinden met een computer. LAN-poort Hier kunt u een LAN-kabel aansluiten om de machine te verbinden met een bekabelde LAN-router, etc. Verbinding maken met een bekabeld LAN USB-poort ( USB1.1) (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw)
Pagina 25
0W59-00A Binnenzijde MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw MF628Cw / MF623Cn Lade met tonercartridges Hier installeert u de tonercartridges. Plaats de gele (Y), magenta (M), cyaan (C) en zwarte (K) tonercartridges in de sleuven in de lade, waarbij u achteraan begint. Tonercartridges vervangen KOPPELINGEN Tonercartridges vervangen...
Pagina 26
0W59-00C Sleuf voor handmatige invoer MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw MF628Cw / MF623Cn Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de breedte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in de machine wordt gevoerd. Papierlade (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Trek de papierlade uit als u papier gaat plaatsen.
Pagina 27
0W59-00E Papierlade MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw MF628Cw / MF623Cn Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de grootte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in het apparaat wordt gevoerd. Druk op de ontgrendelingspallen die in de afbeeldingen met pijlen worden aangegeven om de geleiders te ontgrendelen, zodat u deze kunt verschuiven.
Pagina 28
Het volume aanpassen NFC (Near Field Communication) merkteken (MF729Cx) U kunt ook functies gebruiken, zoals afdrukken, door met een smartphone of vergelijkbaar toestel waar op Canon Mobile Application is geïnstalleerd, over dit merkteken te bewegen. Afdrukken door met een mobiel toestel het apparaat aan te...
Pagina 29
[ID]-toets Druk hierop nadat u een ID en pincode hebt ingevoerd om u aan te melden wanneer Afdeling-ID beheer is ingeschakeld. Als u de machine niet meer nodig hebt, drukt u nogmaals op deze toets om u af te melden. Aanmelden bij de machine [Start] (Zwart-wit)-toets Druk hierop om documenten in zwart-wit te scannen of te kopiëren.
Pagina 30
0W59-00H Display Het <Start>-scherm of het instellingenscherm wordt op de display weergegeven, zodat u kunt beginnen met functies zoals kopiëren en scannen. U kunt ook met de display informatie controleren, zoals foutmeldingen en de bedieningsstatus van het apparaat. Het scherm is ook een aanraakpaneel, dus u kunt bedieningshandelingen uitvoeren door het scherm direct aan te raken.
Pagina 31
<Foutgegevens/melding> Hiermee kunt u gegevens bekijken van fouten die zijn opgetreden. Er wordt een foutbericht weergegeven <Apparaatstatus> Hiermee kunt u de status van de machine weergeven, zoals de hoeveelheid papier of de hoeveelheid toner die nog in de tonercartridges zit. <Papierinformatie>...
Pagina 32
Controleer tellerstand> Het scherm (MF729Cx) Wanneer u drukt op ), wordt het scherm <Controleer tellerstand> weergegeven. In dit scherm kunt u de tellerwaarden van afdrukken zien, en ook het serienummer van het apparaat en de configuratie van het apparaat. <Apparaatconfiguratie controleren> Toont het serienummer van het apparaat en de lijst van apparatuur die is aangesloten of ingeschakeld.
Pagina 33
0W59-00J Het scherm <Start> aanpassen U kunt knoppen voor snelkoppelingen die worden weergegeven in het scherm <Start> toevoegen/wissen naar eigen toepassing of u kunt ze rangschikken naar eigen voorkeur. U kunt de volgorde waarin zij worden weergegeven, wijzigen. Knoppen toevoegen aan het scherm <Start> Knoppen anders rangschikken Een ruimte invoeren Knoppen toevoegen aan het scherm <Start>...
Pagina 34
U kunt een geregistreerde knop verwijderen door het selectievakje voor de instellingen in de knop uit te schakelen en te tikken op <Toepassen>. Wanneer u een geregistreerde knop hebt verwijderd, verschijnt een spatie waar de knop werd weergegeven in het <Start>-scherm. Als het nodig is, kunt u de wissen. Een ruimte invoeren Lees het bericht dat wordt weergegeven en tik op <OK>.
Pagina 35
Tik op <Vorige> of <Volgende>. De knop wordt zo vaak verplaatst als u op het scherm tikt. Houd uw vinger op de knop <Vorige>/<Volgende> als u deze wilt blijven verplaatsen. Tik op <Toepassen>. Een ruimte invoeren U kunt het <Start>-scherm overzichtelijker maken, door spaties in plaats van knoppen in te voeren. Druk op en tik op <Instell.
Pagina 37
0W59-00K Het display gebruiken Het display is een aanraakscherm: u bedient het door het aan te raken. Vermijd de volgende handelingen. Hierdoor kunnen zich storingen voordoen of kan het display beschadigd raken. Hard drukken Drukken met puntige voorwerpen (vingernagel, balpen, potlood enzovoort) Aanraken met vochtige/vuile handen Het display gebruiken terwijl er een voorwerp op staat Tikken...
Pagina 38
Als u een item per ongeluk aanraakt Schuif uw vinger weg en laat los om de selectie te annuleren. Teruggaan naar het vorige scherm Druk op om terug te gaan naar het vorige scherm. Door het scherm bladeren De bladerbalk verschijnt op het scherm wanneer er nog informatie is die niet wordt weergegeven. Wordt de bladerbalk weergegeven, dan kunt u bladeren door in de gewenste richting te vegen.
Pagina 39
Tik op en u kunt de instelling van de schaal aanpassen. U kunt ook een instelling aanpassen door de schuifbalk naar links of naar rechts te vegen. U kunt verschillende instellingen wijzigen voor het display, zoals de bladersnelheid of de weergavetaal: Weergave-instellingen Als u het scherm wilt wijzigen dat automatisch wordt weergegeven wanneer het apparaat een bepaalde tijd inactief is, raadpleegt u:...
Pagina 40
0W59-00L Tekst invoeren Voer met de display en de numerieke toetsen tekst en waarden in. Een ander type tekst kiezen Tik op <A/a/12> als u een ander type tekst wilt invoeren. Welk type tekst op dat moment is geselecteerd, wordt aangeduid door de "A", "a"...
Pagina 41
Als u een spatie wilt invoeren, verplaatst u de cursor naar het einde van de tekst en tikt u op Voorbeeld van het invoeren van tekst en cijfers Voorbeeld: "Canon-1" Tik herhaaldelijk op <A/a/12> tot <A> is geselecteerd. Druk herhaaldelijk op totdat de letter "C" is geselecteerd.
Pagina 42
0W59-00R Aanmelden bij de machine Als Afdelings-ID-beheer is ingeschakeld of er zijn Systeembeheerders-ID's geactiveerd, kunt u het apparaat pas gebruiken wanneer u hebt ingelogd. U moet ook inloggen als er beperkingen zijn ingesteld voor het gebruik van de fax- en scanfuncties. Inlog Afdelings-ID beheer Inloggen op Geautoriseerd Verzenden Inlog Afdelings-ID beheer...
Pagina 43
weergegeven wanneer de fax- of scanfunctie wordt gebruikt. Voer uw gebruikersnaam in. Tik op <Gebruikersnaam>. Voer uw gebruikersnaam in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Voer het wachtwoord in. Tik op <Wachtwoord>. Voer het wachtwoord in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Tik op <Servernaam>, en selecteer de server voor uw legitimatie.
Pagina 44
KOPPELINGEN Afdeling-ID beheer configureren De systeembeheerders-id instellen...
Pagina 45
0W59-00S Documenten plaatsen Leg documenten op de glasplaat of in de documentinvoer. Gebruik de glasplaat voor het scannen van dikke of ingebonden documenten, zoals boeken. U kunt twee of meer vellen van documenten in de documentinvoer plaatsen zodat deze continu kunnen worden gescand. Raadpleeg Documenttype of Scangebied voor informatie over de soorten documenten die u op de glasplaat of in de...
Pagina 46
Leg het document met de afdrukzijde naar beneden op de glasplaat. Leg het document in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Om transparante documenten (bijvoorbeeld calqueerpapier of transparanten) te scannen, bedekt u deze met een vel normaal, wit papier. Sluit de documentinvoer voorzichtig. Het apparaat is gereed om het document te scannen.
Pagina 47
Schuif de documentgeleiders stevig tegen de randen van het document. Schuif de documentgeleiders naar binnen totdat ze stevig tegen de randen van het document zitten. De machine is gereed om het document te scannen. Schuif de documentgeleiders stevig tegen de randen van het document Als de documentgeleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er papierstoringen ontstaan.
Pagina 48
0W59-00U Papier plaatsen U kunt het papier plaatsen in de papierlade of in de sleuf voor handmatige invoer. Gebruik de papierlade voor het laden van de papiersoort die u het meest gebruikt. De papierlade is handig wanneer u grote hoeveelheden papier gebruikt. Gebruik de sleuf voor handmatige invoer wanneer u tijdelijk een formaat of type papier wilt gebruiken dat niet in de papierlade is geplaatst.
Pagina 49
Papierinstelling Papiersoort Papiergewicht op het apparaat 60 tot 74 g/m² <Normaal 1> Normaal papier 70 tot 84 g/m² <Normaal 2> *1 *2 75 tot 90 g/m² <Normaal 3> Gerecycled 60 tot 74 g/m² <Gerecycled> papier Gekleurd papier 60 tot 74 g/m² <Kleur>...
Pagina 50
Bewaar het papier niet verticaal of plaatst niet te veel papier opeen. Bewaar het papier niet in direct zonlicht, op een plaats die onderhevig is aan hoge vochtigheid of droogte of op een plaats met grote verschillen in temperatuur of luchtvochtigheid. Als u gaat afdrukken op papier dat vochtig is geworden Er kan stoom vrijkomen in het uitvoergebied van het apparaat of er kunnen zich waterdruppels vormen op de achterzijde van het bedieningspaneel of in het uitvoergebied.
Pagina 51
0W59-00W Papier in de papierlade plaatsen Gebruik de papierlade voor het papier dat u het meest gebruikt. Wanneer u wilt afdrukken op papier dat niet beschikbaar is in de papierlade, legt u het papier in de sleuf voor handmatige invoer. Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Plaats het papier met de korte zijde naar voren U kunt papier niet laden met de lange zijde naar voren.
Pagina 52
Leg het papier zo dat de rand van de papierstapel net de achterzijde van de papierlade raakt. Plaats het papier met de korte zijde naar voren, met de afdrukzijde naar boven. U kunt papier niet laden met de lange zijde naar voren.
Pagina 53
KOPPELINGEN Papier Melden om papierinstellingen te controleren...
Pagina 54
0W59-00X Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Wanneer u wilt afdrukken op papier dat niet beschikbaar is in de papierlade, legt u het papier in de sleuf voor handmatige invoer. Gebruik de papierlade voor het papier dat u het meest gebruikt. Papier in de papierlade plaatsen Voor de MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw Voor de MF628Cw / MF623Cn...
Pagina 55
Plaats het papier in de sleuf voor handmatige invoer totdat u weerstand voelt. Plaats het papier met de korte zijde naar voren, met de afdrukzijde naar boven. U kunt papier niet laden met de lange zijde naar voren. Waaier de papierstapel uit en tik met de onderkant op een vlak oppervlak om de vellen papier mooi gelijk te leggen. Stapel het papier niet hoger dan de markering voor het maximale aantal vellen Zorg ervoor dat de stapel papier niet hoger is dan de markering voor het maximale aantal vellen ( ).
Pagina 56
Voor de MF628Cw / MF623Cn Zorg ervoor dat u de papierlade plaatst Het apparaat drukt alleen af als de papierlade is geplaatst, zelfs als er papier is geladen in de sleuf voor handmatige invoer. Er verschijnt een foutbericht als u probeert af te drukken zonder papierlade. Plaats maar één vel papier tegelijk U kunt steeds maar één vel papier laden.
Pagina 57
U kunt alleen papier gebruiken dat met dit apparaat is bedrukt. U kunt niet afdrukken op de zijde die eerder is bedrukt. Als de afdrukken vaag zijn, selecteert u <Aan> voor <Lade 1>, <Lade 2> of <Multifunctionele lade>, afhankelijk van de papierbron die u gebruikt, bij <Handmatige instellingen achterkant (alleen voor 2-zijdig)>.
Pagina 58
0W59-00Y Enveloppen plaatsen Strijk de enveloppen glad voordat u ze gaat laden. Let ook op de invoerrichting van de enveloppen en welke kant naar boven wijst. Voordat u enveloppen gaat laden In de papierlade In de sleuf voor handmatige invoer In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u enveloppen in de gewenste richting laadt.
Pagina 59
In de papierlade Laad enveloppen van het formaat Monarch (MF628Cw / MF623Cn), COM10, DL of ISO-C5 met de korte zijde naar voren en met de kant zonder lijm (de voorzijde) naar boven. U kunt niet afdrukken op de achterzijde van enveloppen. Enveloppen van het formaat Monarch kunt u niet plaatsen in de papierlade van de MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw.
Pagina 60
0W59-010 Voorbedrukt papier plaatsen Als u papier gebruikt waarop vooraf een logo is afgedrukt, let u bij het plaatsen op de invoerrichting van het papier. Zorg dat het papier goed is geplaatst zodat er op de juiste kant van het papier met een logo wordt afgedrukt. Enkelzijdig afdrukken op papier met logo's Dubbelzijdig afdrukken op papier met logo's(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) In dit gedeelte wordt voornamelijk aandacht besteed aan het op de juiste manier laden van voorbedrukt papier, dus met de...
Pagina 61
Afdrukken op papier met logo's in de afdrukrichting Liggend De instelling <Invoermethode papier schakelen> (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Wanneer u afdrukt op voorbedrukt papier, moet u de afdrukzijde van het geladen papier wijzigen als u enkelzijdig of dubbelzijdig gaat afdrukken. Als <Invoermethode papier schakelen> echter is ingesteld op <Prioriteit afdrukzijde>, kunt u de afdrukzijde die u gebruikt voor het laden van voorbedrukt papier voor dubbelzijdig afdrukken (met de logokant naar beneden) ook gebruiken voor enkelzijdig afdrukken.
Pagina 62
0W59-011 Het type en formaat papier opgeven U moet ervoor zorgen dat de instellingen voor het type en formaat papier overeenkomen met het papier dat is geladen. Vergeet dus niet de papierinstellingen aan te passen wanneer u papier gaat laden dat afwijkt van het eerder gebruikte papier. Als de instellingen onjuist zijn, kan het papier vastlopen of kan er een afdrukfout optreden.
Pagina 63
0W59-012 Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst Druk op en tik op <Papierinst.>. Tik op <Lade 1> of <Lade 2>. <Lade 2> wordt alleen weergegeven wanneer de optionele papierlade (lade 2) is geïnstalleerd. (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Selecteer het papierformaat.
Pagina 64
0W59-013 Het type en formaat papier opgeven dat in de sleuf voor handmatige invoer is geladen Het onderstaande scherm wordt weergegeven als er papier is geladen in de sleuf voor handmatige invoer. Volg de aanwijzingen op het scherm om instellingen op te geven voor het formaat en type papier dat is geladen. Het bovenstaande scherm wordt niet weergegeven als papier wordt geladen Als u altijd hetzelfde papier gebruikt in de sleuf voor handmatige invoer, kunt u het opgeven van de papierinstellingen overslaan door het formaat en type papier vast te leggen als de standaardinstelling.
Pagina 65
Tik op <Toepassen>. Selecteer het papiertype. KOPPELINGEN Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer De papierformaten die worden weergegeven, beperken Papier...
Pagina 66
0W59-014 Standaardpapierinstellingen vastleggen voor de sleuf voor handmatige invoer U kunt standaardpapierinstellingen opslaan voor de sleuf voor handmatige invoer. Hierdoor hoeft u niet steeds instellingen in te voeren wanneer u altijd hetzelfde papier gebruikt in de sleuf voor handmatige invoer. Als u standaardpapierinstellingen hebt opgegeven, wordt het scherm met papierinstellingen niet meer weergegeven wanneer u papier laadt.
Pagina 67
Tik op <X>. Voer de lengte van de zijde <X> in met of de numerieke toetsen, en tik op <Toepassen>. Geef de lengte van de zijde <Y> op (de lange zijde). Tik op <Y>. Geef de lengte van de zijde <Y> op en tik op <Toepassen>. Tik op <Toepassen>.
Pagina 68
0W59-015 Een aangepast papierformaat registreren U kunt maximaal drie aangepaste papierformaten opslaan die u regelmatig gebruikt. Druk op en tik op <Papierinst.>. Tik op <Gebruikerspapier registreren>. Tik op <Niet geregistr.>. Als de papierformaten <1> tot en met <3> al zijn ingesteld, kunt u een instelling wijzigen of verwijderen om door te gaan. De procedures hiervoor worden hierna beschreven.
Pagina 69
Geef het papierformaat op. Geef de lengte van de zijde <X> op (de korte zijde). Tik op <X>. Voer de lengte van de zijde <X> in met of de numerieke toetsen, en tik op <Toepassen>. Geef de lengte van de zijde <Y> op (de lange zijde). Tik op <Y>.
Pagina 70
De opgeslagen papierformaten worden weergegeven wanneer u de standaardpapierinstellingen voor de sleuf voor handmatige invoer opgeeft. In het scherm kunt u één van de weergegeven formaten selecteren als het standaardpapierformaat voor de sleuf voor handmatige invoer. Standaardpapierinstellingen vastleggen voor de sleuf voor handmatige invoer KOPPELINGEN Papier in de papierlade plaatsen Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer...
Pagina 71
0W59-016 De papierformaten die worden weergegeven, beperken U kunt ervoor zorgen dat alleen papierformaten die u vaak gebruikt, worden getoond in het scherm voor het selecteren van de instelling van het papierformaat. Druk op en tik op <Papierinst.>. Tik op <Veelgebruikte papierformaten selecteren>. Tik op <Multifunctionele lade>, <Lade 1>...
Pagina 72
0W59-017 Registreren in het adresboek U kunt bestemmingen in het Adresboek die u veel gebruikt, registreren en ze gemakkelijk selecteren wanneer u ze nodig hebt. U kunt maximaal 300 bestemmingen in het adresboek registreren. U kunt naar bestemmingen zoeken op alfabet, uit lijsten in het Adresboek of door driecijferige nummers in te voeren (nummers voor verkort kiezen).
Pagina 73
0W59-018 Bestemmingen opslaan in het adresboek U kunt maximaal 281 bestemmingen als codes voor verkort kiezen in het adresboek registreren. U kunt bestemmingen die u hebt geregistreerd, bewerken of wissen. Adresboek wijzigen via de UI op afstand Druk op en tik op <Adresboek>. Tik op <Registr.
Pagina 74
<ECM TX> Als deze instelling <Aan> is en er tijdens verzending een fout in een afbeelding optreedt, wordt de fout gecontroleerd en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden. <TX-snelheid> Als het even duurt voordat een verzending begint, bijvoorbeeld vanwege een slechte telefoonverbinding, kunt u de transmissiestartsnelheid stapsgewijs verlagen vanaf 33600 bps.
Pagina 75
Een opgeslagen bestemming verwijderen Druk op en tik op <Adresboek>. Tik op <Details/Bew.>. Selecteer het tabblad met de bestemming die u wilt wissen, en selecteer de bestemming. Tik op <Verwijderen>. Als u wordt gevraagd een pincode in te voeren, gebruikt u de numerieke toetsen om de juiste pincode in te voeren en tikt u op <Toepassen>.
Pagina 76
0W59-019 Bestemmingen opslaan als favorieten Veelgebruikte bestemmingen kunt u als favorieten opslaan in het adresboek. De bestemmingen kunt u achteraf altijd wijzigen of verwijderen. U kunt maximaal 19 bestemmingen registreren in uw favorieten. Er worden geen codes voor verkort kiezen toegewezen aan favorieten. Druk op en tik op <Adresboek>.
Pagina 77
De inhoud van opgeslagen bestemmingen in de favorietenlijst wijzigen U kunt de inhoud van een opgeslagen bestemming altijd wijzigen. Het gaat hierbij om gegevens zoals nummers, namen en typen. Druk op en tik op <Adresboek>. Tik op < >. Tik op <Details/Bew.>, en tik op de bestemming die u wilt bewerken. Tik op <Bewerken>.
Pagina 78
0W59-01A Meerdere bestemmingen opslaan voor groepskiezen U kunt meerdere bestemmingen samenvoegen in groepen. U kunt maximaal 299 bestemmingen (100 bestemmingen voor e-mail) voor een groep registreren. Wanneer een groep is geregistreerd kunt u bestemmingen eraan toevoegen of eruit wissen. Druk op en tik op <Adresboek>.
Pagina 79
De inhoud van opgeslagen groepen wijzigen U kunt de inhoud van een opgeslagen groep altijd wijzigen. Het gaat hierbij om gegevens zoals namen, bestemmingen en codes voor verkort kiezen. Druk op en tik op <Adresboek>. Tik op <Details/Bew.>. Tik op < > en selecteer de bestemming die u wilt wijzigen. Tik op <Bewerken>.
Pagina 80
0W59-01C Het volume aanpassen De machine produceert in verschillende situaties geluidssignalen, bijvoorbeeld om aan te geven dat het versturen van een fax is voltooid of dat er papier is vastgelopen. U kunt het volume van deze geluiden afzonderlijk instellen. <Faxvolume> aanpassen Druk op de toets Wilt u <Faxvolume>...
Pagina 81
<Detectietoon voor Geluid om aan te geven dat een origineel in de origineel in invoer> documentinvoer is geplaatst Wordt alleen weergegeven voor MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw Stel het volume in met en tik op <Toepassen>. Tik op en verplaats de cursor naar uiterst links om het geluid uit te schakelen. Geluid alleen bij fout uitschakelen Tik op <Alleen b.
Pagina 82
0W59-01E De slaapstand instellen In de slaapstand wordt het stroomverbruik verlaagd door de stroomtoevoer naar het bedieningspaneel te onderbreken. Als er gedurende bepaalde tijd geen bewerkingen worden uitgevoerd op de machine, zoals tijdens de lunchpauze, kunt u energie besparen door op het bedieningspaneel te drukken.
Pagina 83
Als er een optionele handset of een externe telefoon is aangesloten op het apparaat, wordt de slaapstand verlaten wanneer u de handset van de haak neemt.
Pagina 84
0W59-01F De automatische uitschakeltijd instellen Door deze instelling in te schakelen, kunt u de machine zodanig instellen dat deze automatisch wordt uitgezet. De machine wordt automatisch uitgeschakeld zodra de opgegeven periode van inactiviteit is verstreken sinds het activeren van de slaapstand. U kunt instellen dat de stroomtoevoer automatisch wordt uitgeschakeld als u vergeet het apparaat uit te schakelen, bijvoorbeeld 's nachts of in vakanties.
Pagina 85
0W59-01H Kopiëren In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan basisbewerkingen voor kopiëren en worden verschillende andere handige functies beschreven, zoals dubbelzijdig kopiëren en beide zijden van een identiteitsbewijs kopiëren op één pagina. Basishandelingen gebruiken Basisbewerkingen voor kopiëren Kopiëren annuleren Kopieerpapier selecteren De gewenste kopieerinstellingen gebruiken Vergroten of verkleinen Donkere randen en kaderlijnen...
Pagina 86
0W59-01J Basisbewerkingen voor kopiëren Plaats één of meer documenten. Documenten plaatsen Druk op en tik op <Kopiëren>. Gebruik de numerieke toetsen om het gewenste aantal kopieën in te voeren. U kunt een waarde invoeren van 1 tot 999. Druk op om het ingevoerde aantal te annuleren.
Pagina 87
Selecteer het formaat van het document. Selecteer de papierbron the het papier bevat dat u wilt gebruiken. Als dit scherm niet wordt weergegeven, gaat u naar stap 3. Leg het volgende document op de glasplaat en druk op Herhaal deze stap totdat het volledige document is gescand. Tik op <Start kopiëren>.
Pagina 88
0W59-01K Kopieerpapier selecteren Geef aan welke papierbron het papier bevat dat u wilt gebruiken voor het afdrukken van kopieën. U moet eerst het formaat en type papier opgeven dat in de papierbron is geladen. Het type en formaat papier opgeven Papier plaatsen <Kopiëren>...
Pagina 89
0W59-01L Kopiëren annuleren Als u de kopieerbewerking wilt annuleren direct nadat u op hebt gedrukt, tikt u op <Annuleren> op het scherm of drukt u op het bedieningspaneel. U kunt het kopiëren ook annuleren nadat u de kopieerstatus hebt gecontroleerd. Tik op <Annuleren>...
Pagina 90
KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren...
Pagina 91
0W59-01R Verschillende kopieerinstellingen U kunt kiezen uit een groot aantal instellingen om zo op de gewenste manier kopieën te maken. Zo zijn er instellingen om papier te besparen maar ook om uw documenten beter leesbaar te maken. Vergroten of verkleinen Documenttype selecteren Dichtheid aanpassen Kleurbalans aanpassen...
Pagina 92
0W59-01S Vergroten of verkleinen U kunt kopieën vergroten of verkleinen door een vooraf ingesteld zoompercentage te gebruiken zoals <A5- >A4> of door in stappen van 1% een aangepast zoompercentage in te stellen. Kopiëren> <Zoompercentage> selecteer het zoompercentage <Aangepast percentage> Tik op of voer met de numerieke toetsen de kopieerverhouding in en tik op <Toepassen>.
Pagina 93
0W59-01U Documenttype selecteren U kunt de optische beeldkwaliteit voor de kopie selecteren op basis van het documenttype, zoals documenten met alleen tekst, documenten met grafieken en tabellen of documenten met tijdschriftfoto's. <Kopiëren> <Type origineel> selecteer het documenttype <Tekst/Foto/Kaart> Deze optie is geschikt voor het kopiëren van documenten die zowel tekst als foto's bevatten of voor documenten die gedetailleerde lijnen bevatten, zoals kaarten.
Pagina 94
0W59-01W Dichtheid aanpassen U kunt de dichtheid van de kopie aanpassen als de tekst of afbeeldingen in een document te licht of te donker zijn. U kunt ook de achtergrond aanpassen om de achtergrondkleur te verwijderen wanneer de pagina's van een document licht gekleurd zijn of vergeeld.
Pagina 95
KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren Kleurbalans aanpassen Scherpte aanpassen...
Pagina 96
0W59-01X Kleurbalans aanpassen Pas de kleurbalans aan om de individuele niveaus geel, magenta, cyaan of zwart te bepalen. <Kopiëren> <Kleurbalans> Selecteer de kleur Pas het kleurniveau aan <Toepassen> <Toepassen> <-> Hiermee maakt u de geselecteerde kleur lichter. <+> Hiermee maakt u de geselecteerde kleur donkerder. <Fijnaanpassing>...
Pagina 97
KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren Dichtheid aanpassen Scherpte aanpassen...
Pagina 98
0W59-01Y Scherpte aanpassen U kunt de scherpte van de gekopieerde afbeelding aanpassen. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren. <Kopiëren> <Scherpte> pas de scherpte aan <Toepassen>...
Pagina 99
0W59-020 Dubbelzijdig kopiëren U kunt twee pagina's van een document op beide zijden van het papier kopiëren. U kunt ook een dubbelzijdig document op beide zijden van het papier kopiëren, of op twee afzonderlijke pagina's. <2-zijdig> is mogelijk niet voor alle formaten en soorten papier beschikbaar. Papier <2-zijdig>...
Pagina 100
Als u kopieën wilt maken met een ander type inbinding dan het origineel <Origineel/type afwerking> <2-zijdig->2-zijdig> selecteer de afdrukrichting van het origineel selecteer het type binding van het origineel selecteer het type binding voor de kopie, een ander type dan bij het origineel 2-Zijdig->1-Zijdig Met deze instelling kunt u de richting van het uitvoerpapier uitlijnen.
Pagina 101
0W59-021 Meerdere documenten op één vel kopiëren (2 op 1/4 op 1) U kunt twee of vier documenten verkleind kopiëren op één vel papier. Hierdoor neemt het aantal pagina's af en kunt u eenvoudig papier besparen. Als u <2 op 1>/<4 op 1> gebruikt, wordt de kopieerverhouding automatisch verkleind (de kopieerverhouding wordt weergegeven op het scherm).
Pagina 102
0W59-022 Beide zijden van een identiteitsbewijs op één pagina kopiëren Gebruik <ID-kaart kopie> om de voor- en achterzijde van een identiteitsbewijs op dezelfde zijde van een pagina te kopiëren. Deze functie is handig als u bijvoorbeeld een rijbewijs of paspoort gaat kopiëren. <ID-kaart kopie>...
Pagina 103
0W59-023 Donkere randen en kaderlijnen wissen (Kader wissen) Als u documenten kopieert die kleiner zijn dan het uitvoerpapierformaat, verschijnen er mogelijk kaderlijnen rond de randen in de gekopieerde afbeelding. Als u tegenover elkaar liggende pagina's van een dik boek kopieert, verschijnen er mogelijk donkere randen. <Rand wissen> stelt u in staat om deze kaderlijnen en donkere randen te wissen.
Pagina 104
0W59-024 Kopieën sorteren per pagina Als u meerdere kopieën wilt gaan maken van documenten met meerdere pagina's, kunt u <Sorteren> op <Aan> zetten om de kopieën op volgorde te sorteren. Deze functie is handig bij het voorbereiden van hand- outs voor vergaderingen of presentaties. <Kopiëren>...
Pagina 105
0W59-025 De gewenste kopieerinstellingen configureren De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of op drukt. Als u vaak dezelfde instellingen gebruikt bij het kopiëren, kunt u deze opslaan als standaardinstellingen en hoeft u niet steeds dezelfde instellingen te configureren.
Pagina 106
0W59-026 De standaardinstellingen wijzigen De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of op drukt. Als u deze standaardinstellingen afstemt op de bewerkingen die u regelmatig uitvoert, kunt u tijd besparen doordat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft te configureren als u gaat kopiëren.
Pagina 107
0W59-027 Veelgebruikte kopieerinstellingen opslaan U kunt tot wel vier veelgebruikte combinaties van kopieerinstellingen registreren. Wanneer u gewoon een geregistreerde combinatie van instellingen selecteert wanneer u die nodig hebt, hoeft u niet steeds dezelfde instellingen uit te voeren voor het maken van kopieën, bijvoorbeeld als u vaak het aantal kopieën instelt op 5, stel dan <Rand wissen>...
Pagina 108
Als u <Ja> selecteert, wordt een bericht weergegeven. Bekijk de melding en tik vervolgens op <OK>. De geregistreerde combinatie van instellingen wordt toegevoegd aan het <Start>-scherm als een knop voor een snelkoppeling. Als het scherm <Start> vol is en de knop voor de snelkoppeling kan niet worden toegevoegd, wis dan met <Instell. startscherm>...
Pagina 109
0W59-028 Faxen In dit hoofdstuk worden faxinstellingen, basishandelingen voor het faxen en verschillende andere nuttige functies beschreven, zoals Faxen via pc voor het rechtstreeks vanaf een computer verzenden van documenten, Adresboek voor het gemakkelijk opgeven van bestemmingen en Doorsturen zodat u faxen kunt ontvangen, ook wanneer u niet op kantoor bent. Faxfuncties zijn alleen beschikbaar op de MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw.
Pagina 110
server opgeven (fax) Faxen verzenden en ontvangen op de manier zoals u dat wilt Eerst een gesprek tot stand Faxen gelijktijdig naar meerdere Ontvangen faxen in het geheugen brengen en dan een fax versturen bestemmingen verzenden opslaan (ontvangst in geheugen) (handmatig verzenden) (groepsverzending) Ontvangen faxen doorsturen...
Pagina 111
0W59-029 Begininstellingen configureren voor faxfuncties Volg stappen 1 - 4 hieronder om de faxinstellingen te configureren. Bepaal eerst welke ontvangstmodus het best aansluit bij uw situatie en volg dan de aanwijzingen op het scherm om de bijbehorende instellingen te configureren. Als u meer wilt weten over een bepaalde stap, klikt u op de koppeling om naar het desbetreffende gedeelte te gaan.
Pagina 112
0W59-02A Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken U kunt de faxinstellingen pas configureren als u hebt bepaald welke ontvangstmodus het best aansluit bij het beoogde gebruik. Beoogd gebruik Ontvangstmodus Alleen fax gebruiken/nooit telefoon gebruiken <Automatisch> Kies deze instelling als u het apparaat uitsluitend wilt gebruiken voor het ontvangen van faxen en u de telefoon of optionele handset niet gaat gebruiken.
Pagina 113
0W59-02C Het faxnummer en de naam van het apparaat registreren Registreer het faxnummer en de naam van het apparaat. Deze gegevens worden afgedrukt aan het begin van pagina's die u verstuurt. Druk op en tik op <Menu>. Tik op <Faxinstellingen> <Faxinstallatiegids>.
Pagina 114
Voer de naam van het apparaat in (zoals een gebruikersnaam of bedrijfsnaam) ( ) en tik op Tekst invoeren <Toepassen>. Gebruik een naam van maximaal 24 alfanumerieke tekens. Tik op <A/a/12> om de gewenste invoermodus te selecteren. » Ga verder met De ontvangstmodus selecteren KOPPELINGEN Faxen verzenden(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)
Pagina 115
0W59-02E De ontvangstmodus selecteren Selecteer vooraf de ontvangstmodus die het best aansluit bij het beoogde gebruik ( Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken). Tik op <Volgende>. Het onderstaande scherm wordt weergegeven nadat u een naam voor het apparaat hebt geregistreerd ( Het faxnummer en de naam van het apparaat registreren).
Pagina 116
KOPPELINGEN Faxen ontvangen (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)
Pagina 117
0W59-02F De telefoonlijn aansluiten Sluit de telefoonlijn aan op het apparaat. Tik op <Volgende>. Een van de onderstaande schermen wordt weergegeven nadat de ontvangstmodus is ingesteld ( De ontvangstmodus selecteren). Sluit de telefoonlijn aan op het apparaat. Belangrijke informatie voor het aansluiten van de telefoonlijn Het apparaat wordt geleverd met een telefoonsnoer en een adapter om de telefoonlijn aan te sluiten.
Pagina 118
Tik op <Volgende> als u de telefoonlijn hebt aangesloten. Tik op <Ja>. Tik op <OK>. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Als u de machine opnieuw opstart, wordt het type telefoonlijn automatisch ingesteld. Als het type telefoonlijn niet automatisch wordt ingesteld Volg de onderstaande procedure om het type telefoonlijn in te stellen.
Pagina 119
0W59-02H Faxen verzenden U moet enkele procedures doorlopen voordat u de faxfuncties kunt gebruiken. Begininstellingen configureren voor faxfuncties(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Plaats één of meer documenten. Documenten plaatsen Druk op en tik op <Faxen>. Wanneer het aanmeldingscherm verschijnt, voert u met de numerieke toetsen de gebruikersnaam en het wachtwoord in. Vervolgens selecteert u de authenticatie-server en drukt u op Inloggen op Geautoriseerd Verzenden Druk op...
Pagina 120
Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. Tik op <Verwijderen>. Tik op <Ja>. Als u bestemmingen snel en eenvoudig wilt verwijderen zonder de lijst met bestemmingen weer te geven Voordat u tikt op <Bestemming> in stap 1, kunt u tikken op en overschakelen tussen de bestemmingen die u hebt opgegeven.
Pagina 121
Tik op <Onderbreken> om eventueel een pauze aan het einde van het faxnummer toe te voegen. De wachttijd die hier wordt ingevoegd, is standaard ingesteld op 10 seconden. Deze wachttijd kunt u niet aanpassen. Tik op <Toepassen>. Geef de gewenste scaninstellingen op. Tik op de menuoptie die u wilt instellen.
Pagina 122
Als u faxen altijd met dezelfde instellingen wilt verzenden: De standaardinstellingen wijzigen Als u een combinatie van instellingen wilt opslaan voor eenvoudig gebruik: Veelgebruikte faxinstellingen opslaan Als u een geluid wilt horen als de handset van de haak is: Alarm Handset van haak KOPPELINGEN Het verzenden van faxen annuleren Faxen verzenden en ontvangen op de manier zoals u dat wilt (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)
Pagina 123
0W59-02J Geregistreerde bestemmingen opgeven U kunt bestemmingen opgeven door ze uit het Adresboek te selecteren of met nummers voor verkort kiezen, maar u kunt het ook doen met de numerieke toetsen. U kunt Het Adresboek of de nummers voor verkort kiezen pas gebruiken wanneer u van tevoren bestemmingen hebt geregistreerd.
Pagina 124
0W59-02K Opgeven vanuit het adresboek (fax) U kunt een bestemming opgeven via het adresboek door een keuze te maken in de lijst met opgeslagen bestemmingen of door op naam van ontvanger te zoeken naar bestemmingen. U moet bestemmingen opslaan in het adresboek om deze functie te kunnen gebruiken. Registreren in het adresboek Druk op en tik op <Adresboek>.
Pagina 125
Als u meerdere bestemmingen wilt opgeven Herhaal de volgende stappen. U kunt tot 300 bestemmingen opgeven. <Bestemming> <Opgeven uit adresboek> Selecteer een tabblad Selecteer een bestemming. Als u meer bestemmingen wilt opgeven met de numerieke toetsen, tikt u op <Bestemming> <Gebruik numerieke toetsen opgeven>.
Pagina 126
0W59-02L Bestemmingen rechtstreeks selecteren door codes voor verkort kiezen in te voeren (Fax) Getallen van drie cijfers (codes voor verkort kiezen) worden aan adressen in het Adresboek toegewezen. Als u een adres wilt opgeven hoeft u alleen maar de code voor verkort kiezen in te voeren. Als u verkort kiezen met code wilt gebruiken moet de bestemming van tevoren in het Adresboek zijn geregistreerd.
Pagina 127
Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. Tik op <Verwijderen>. Als u bij stap 2 Groepskiezen hebt opgegeven, wordt "XX bestemming(en)" weergegeven. Als u op <Aantal bestemmingen> tikt, ziet u hoeveel bestemmingen in de groep zijn opgeslagen. Tik op <Ja>. Als u bestemmingen snel en eenvoudig wilt verwijderen zonder de lijst met bestemmingen weer te geven Voordat u tikt op <Bestemming>...
Pagina 128
0W59-02R Eerder gebruikte bestemmingen opgeven (fax) U kunt een bestemming selecteren uit de drie laatst gebruikte bestemmingen. Als u een eerder gebruikte bestemming opgeeft, worden ook de laatst gebruikte faxinstellingen, zoals de dichtheid, voor die bestemming geselecteerd. Als <Beperk opn. verz. vanuit log> is ingesteld op <Aan>, kunt u deze functie niet gebruiken. Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren Als u het apparaat uitschakelt of <Beperk nieuwe bestemmingen>...
Pagina 129
Tik op <Bestemming> <Bevest./Bewerk>. Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. Tik op <Verwijderen>. Als u bij stap 2 Groepskiezen hebt opgegeven, wordt "XX bestemming(en)" weergegeven. Als u op <Aantal bestemmingen> tikt, ziet u hoeveel bestemmingen in de groep zijn opgeslagen. Tik op <Ja>.
Pagina 130
0W59-02S Bestemmingen op een LDAP-server opgeven (fax) Als in uw kantooromgeving een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ook bestemmingen opgeven die op die server zijn vastgelegd. Hiervoor opent u vanaf het apparaat het adresboek op een LDAP-server en zoekt u de bestemming.
Pagina 131
Door te tikken op <A/a/12> kunt u overschakelen tussen de verschillende invoerstanden (behalve voor het zoeken op faxnummer). Als u meerdere zoekcriteria wilt opgeven, herhaalt u stappen 4 en 5. Tik op <Zoekmethode>. Selecteer de zoekmethode. <Alle onderstaande voorwaarden gebruiken> Er worden alleen bestemmingen gevonden en weergegeven die voldoen aan alle zoekcriteria uit stappen 4 en 5.
Pagina 132
Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. Tik op <Verwijderen>. Tik op <Ja>. Als u bestemmingen snel en eenvoudig wilt verwijderen zonder de lijst met bestemmingen weer te geven Voordat u tikt op <Bestemming> in stap 1, kunt u tikken op en overschakelen tussen de bestemmingen die u hebt opgegeven.
Pagina 133
0W59-02U Verschillende faxinstellingen U kunt kiezen tussen verschillende nuttige instellingen, bijvoorbeeld als u de dichtheid wilt aanpassen of de helderheid van een afbeelding wilt verbeteren. Resolutie aanpassen Dichtheid aanpassen Scherpte aanpassen Dubbelzijdige documenten scannen (MF729Cx / MF728Cdw)
Pagina 134
0W59-02W Resolutie aanpassen U kunt de resolutie selecteren die het beste past bij uw documenttype. Hoe hoger de resolutie, des te scherper de afbeelding, maar des te langer het duurt om de fax te verzenden. <Faxen> <Resolutie> selecteer de resolutie <200 x 100 dpi (Normaal)>...
Pagina 135
0W59-02X Dichtheid aanpassen U kunt de dichtheid van de fax aanpassen als de tekst of afbeeldingen in een document te licht of te donker zijn. <Faxen> <Densiteit> De dichtheid aanpassen <Toepassen> <-> Hiermee verlaagt u de dichtheid. <+> Hiermee verhoogt u de dichtheid. KOPPELINGEN Faxen verzenden(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Scherpte aanpassen...
Pagina 136
0W59-02Y Scherpte aanpassen U kunt de scherpte van de afbeelding aanpassen voordat u deze verzendt. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren. <Faxen> <Scherpte>...
Pagina 137
0W59-030 Dubbelzijdige documenten scannen Het apparaat kan automatisch de voor- en achterzijde scannen van documenten in de invoer. U moet de documenten dan wel in de invoer leggen. Het apparaat kan de beide zijden van documenten namelijk niet automatisch scannen wanneer u de documenten op de glasplaat legt of wanneer Handmatig verzenden is ingeschakeld. <Faxen>...
Pagina 138
0W59-031 De gewenste faxinstellingen configureren De standaardinstellingen zijn de instellingen die steeds worden weergegeven wanneer u het apparaat aanzet of wanneer u drukt op Als u de instellingen die u vaak gebruikt, registreert als standaardinstellingen, hoeft u niet steeds dezelfde instellingen op te geven wanneer u een fax verstuurt.
Pagina 139
0W59-032 De standaardinstellingen wijzigen De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of op drukt. Als u deze standaardinstellingen afstemt op de bewerkingen die u regelmatig uitvoert, kunt u tijd besparen doordat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft te configureren als u gaat faxen.
Pagina 140
0W59-033 Veelgebruikte faxinstellingen opslaan U kunt tot wel 18 veelgebruikte combinaties van faxinstellingen registreren. U kunt geregistreerde instellingen snel weergeven, wanneer dat nodig is, zodat u niet iedere keer instellingen hoeft te maken, zoals "een tweezijdig origineel scannen, verzenden naar 5 bestemmingen, scherpte instellen".
Pagina 141
Controleer de details van de instellingen die u wilt registreren en tik op <Toepassen>. Verschillende faxinstellingen Tik op een te registreren instelling als u de waarde ervan wilt wijzigen. U kunt de bestemming van de registratie een andere naam geven door te tikken op <Naam wijzigen>. Tekst invoeren Selecteer of u de instellingen wilt registreren als een knop voor een snelkoppeling.
Pagina 142
Wanneer u de combinatie van instellingen weer hebt opgeroepen, kunt u, zo nodig, ook de faxinstellingen wijzigen. KOPPELINGEN Faxen verzenden(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)
Pagina 143
0W59-034 Het verzenden van faxen annuleren Als u het verzenden van faxberichten wilt annuleren, onmiddellijk nadat u drukt op (Zwart-wit), tik dan op <Annuleren> op de display of druk op op het bedieningspaneel. U kunt het verzenden van faxberichten ook annuleren na het controleren van de faxstatus. Tik op <Annuleren>...
Pagina 144
0W59-035 Faxen ontvangen In dit gedeelte worden de methoden beschreven voor het ontvangen van faxen. Er wordt ook uitgelegd hoe u de machine configureert voor het ontvangen van faxen. U moet enkele procedures uitvoeren met betrekking tot de faxfuncties voordat u de ontvangstinstellingen gaat opgeven.
Pagina 145
Als u de handset van de telefoon oppakt en een pieptoon hoort, weet u dat het een binnenkomende fax is. U kunt de fax dan ontvangen door op de telefoon een bepaalde code in te voeren. Een telefoon gebruiken om faxen te ontvangen (ontvangst op afstand) De machine instellen voor het ontvangen van faxen Druk op en tik op <Faxen>.
Pagina 146
Voettekst RX-pagina Als u wilt blijven afdrukken wanneer de toner bijna op is: Doorgaan met afdrukken als cartridge bijna leeg is Een telefoon gebruiken om faxen te ontvangen (ontvangst op afstand) Wanneer u de telefoon opneemt en een faxsignaal hoort, hoeft u niet naar de machine te lopen om de fax te ontvangen. Gebruik de telefoon om een bepaalde code in te voeren (standaard is dit 25) en de fax wordt dan ontvangen.
Pagina 147
0W59-036 Faxen verzenden en ontvangen op de manier zoals u dat wilt Naast de standaardmethoden voor het verzenden en ontvangen van faxen, zijn er verschillende andere manieren die aansluiten bij de manier waarop u werkt. Eerst een gesprek tot stand Faxen gelijktijdig naar meerdere Ontvangen faxen in het geheugen brengen en dan een fax versturen...
Pagina 148
0W59-037 Eerst een gesprek tot stand brengen en dan een fax versturen (handmatig verzenden) U kunt faxen handmatig versturen aan het einde van een telefoongesprek. Wanneer u een pieptoon hoort over de telefoon, betekent dit dat de ontvanger probeert uw fax te ontvangen. Druk op (Zwart-wit) om de fax te verzenden.
Pagina 149
0W59-038 Faxen gelijktijdig naar meerdere bestemmingen verzenden (groepsverzending) U kunt faxberichten versturen naar 310 bestemmingen tegelijk. Geef met de numerieke toetsen of het Adresboek meerdere bestemmingen op. Als er in uw kantoor een LDAP-server is geïnstalleerd. Het maximumaantal bestemmingen dat u kunt opgeven wanneer u een LDAP-server of de numerieke toetsen gebruikt, is 10. Als u de numerieke toetsen gebruikt in combinatie met een LDAP-server, kunt u een totaal van 10 bestemmingen opgeven.
Pagina 150
Druk op (Zwart-wit) om het verzenden te starten. KOPPELINGEN Faxen verzenden(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Het verzenden van faxen annuleren Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren...
Pagina 151
0W59-039 Ontvangen faxen in het geheugen opslaan (ontvangst in geheugen) U kunt ontvangen faxberichten in het geheugen opslaan en ze later afdrukken. Met deze functie kan worden voorkomen dat onbevoegde personen onbedoeld vertrouwelijke documenten kunnen inzien. Documenten opslaan in het geheugen Documenten afdrukken die in het geheugen zijn opgeslagen Documenten in het geheugen controleren/verwijderen De documenten in het geheugen kunt u ook doorsturen.
Pagina 152
<Menu> <Faxinstellingen> <Instellingen voor RX-functie> <Instellingen geheugenslot> <Uit> Documenten in het geheugen controleren/verwijderen U kunt gedetailleerde gegevens bekijken van de documenten die in het geheugen zijn opgeslagen, zoals faxnummers van afzenders en het aantal verzonden pagina's, en vervolgens overbodige documenten verwijderen. Druk op Tik op <RX-opdracht>.
Pagina 153
KOPPELINGEN Faxen ontvangen (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren...
Pagina 154
0W59-03A Ontvangen faxen doorsturen U kunt ontvangen documenten doorsturen naar andere bestemmingen. U kunt een document selecteren uit de documenten die in het geheugen zijn ontvangen, en het doorsturen, of u kunt het apparaat zo instellen dat het automatisch ieder ontvangen document doorstuurt naar opgegeven bestemmingen. U kunt faxnummers, maar ook e-mailadressen, I-Fax, gedeelde mappen in computers en een FTP-server opgegeven als bestemmingen voor het doorsturen.
Pagina 155
0W59-03C Een document selecteren om door te sturen De machine stuurt het document door dat u selecteert uit alle documenten die in het geheugen zijn ontvangen. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u eerst de functie voor ontvangst in het geheugen activeren. Ontvangen faxen in het geheugen opslaan (ontvangst in geheugen) Zo lang de functie voor ontvangst in het geheugen is ingeschakeld, worden de documenten in het geheugen niet verwijderd,...
Pagina 156
0W59-03E Alle ontvangen documenten automatisch doorsturen U kunt instellen dat alle ontvangen documenten worden doorgestuurd naar bepaalde bestemmingen. U kunt zo altijd en overal faxen ontvangen, ook als u niet op kantoor bent. Instellingen opgeven voor documenten die automatisch moeten worden doorgestuurd Doorgestuurde documenten afdrukken Documenten afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen waarvan het doorsturen is mislukt Instellingen opgeven voor documenten die automatisch moeten worden doorgestuurd...
Pagina 157
Documenten waarvan het doorsturen is mislukt, opslaan in het geheugen <Menu> <Faxinstellingen> <Instellingen voor doorsturen> <Afbeeldingen in geheugen opslaan> <Alleen bij fout> Documenten in het geheugen afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen Druk op Tik op <Fouten bij fax doorsturen>. Selecteer het document dat u wilt controleren. Het gecontroleerde document afdrukken Tik op <Afdr./doorz.>.
Pagina 158
Het gecontroleerde document opnieuw verzenden Tik op <Afdr./doorz.>. Tik op <Doorzenden>. Selecteer een bestemming in het adresboek. Opgeven vanuit het adresboek (fax) voor informatie over het werken met het adresboek. Het gecontroleerde document verwijderen Tik op <Verwijderen>. Tik op <Ja>. KOPPELINGEN Faxen ontvangen (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren...
Pagina 159
0W59-03F Verzonden faxen archiveren U kunt een fax verzenden naar een opgegeven adres, maar u kunt gefaxte documenten ook verzenden naar een vooraf ingesteld adres voor opslag. Zo kunt u gemakkelijk een logboek bijhouden van wat u hebt verstuurd. U kunt als adres voor opslag een faxnummer opgeven, een e-mailadres, een gedeelde map op de computer, een FTP-server of een I-Fax.
Pagina 160
0W59-03H Faxinformatiediensten ontvangen Via faxinformatiediensten kunt u op een eenvoudige manier in het bezit komen van nuttige informatie van bedrijven en organisaties. In dit gedeelte wordt een doorsnee procedure beschreven voor het ontvangen van deze diensten. Afhankelijk van de dienst, kunnen de procedures in werkelijkheid iets andere zijn. Volg de procedures voor de dienst die u gebruikt.
Pagina 161
Tik op <Start ontvangst>. Als u de handset hebt opgenomen, legt u deze nu neer. KOPPELINGEN Faxen ontvangen (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)
Pagina 162
0W59-03J Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren De statuswaarden en communicatielogboeken voor verzonden en ontvangen fax- en I-Faxdocumenten kunt u afzonderlijk controleren voor verzonden en ontvangen faxen. U kunt gedetailleerde gegevens bekijken van de faxen, zoals bestemmingen en het aantal pagina's, en u kunt overbodige documenten verwijderen.
Pagina 163
Selecteer het document waarvan u het logboek wilt controleren. <Log verzendopdracht>/<RX-opdrachtlog> Hier ziet u een lijst met de documenten die zijn verzonden en ontvangen. <OK> geeft aan dat een document zonder problemen is verzonden of ontvangen, en <Fout> betekent dat een document niet is verzonden of ontvangen omdat de bewerking is geannuleerd of omdat er een fout is opgetreden.
Pagina 164
0W59-03K Faxen versturen vanaf uw computer U kunt faxdocumenten die u met uw computerapplicatie hebt gemaakt, rechtstreeks vanaf de computer faxen. U hoeft de documenten dan niet eerst af te drukken en u kunt zo toner en papier besparen. U moet enkele procedures uitvoeren voordat u deze functie kunt gebruiken, zoals het opgeven van de basisinstellingen voor de faxfunctie ( Begininstellingen configureren voor faxfuncties(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)) en Installatiehandleiding MF-stuurprogramma raadplegen voor het installeren van...
Pagina 165
0W59-03L Faxen verzenden vanaf een computer Wanneer <Toestaan faxstuurprogramma TX> op het apparaat is ingesteld op <Uit>, kunt u geen faxen versturen vanaf een computer. Faxen via de pc uitschakelen (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) U moet Afdeling ID beheer inschakelen in het faxstuurprogramma dat u gebruikt als deze functie is ingeschakeld op het apparaat.
Pagina 166
Klik op het tabblad [Bestemming selecteren]. Klik op [Bestemming toevoegen]. Stel de communicatiestand in of het faxnummer (of URL). Herhaal de stappen 2 en 3 als u bestemmingen erbij wilt opgeven. Als u een nummer moet opgeven om een buitenlijn te kiezen, selecteert u [Gedetailleerde instellingen] [Prefix voor buitenlijn toevoegen aan G3/IP-faxnummer] en typt u het nummer bij [Prefix voor buitenlijn].
Pagina 167
Klik op [Verzenden] om het document te verzenden.
Pagina 168
0W59-03R Een voorblad toevoegen aan faxen die u verstuurt vanaf een pc U kunt een voorblad toevoegen aan het document dat u wilt versturen. Selecteer één van de drie kant-en-klare voorbladen in het faxstuurprogramma of maak zelf een voorblad. Klik voor meer informatie op [Help] in het faxstuurprogramma. Open een document in een programma en geef het afdrukvenster weer.
Pagina 169
Tabblad [Afzender] Selecteer de informatie die u wilt meesturen over de afzender en geef deze informatie op. Tabblad [Bestemming] Selecteer de informatie die u wilt meesturen over de bestemming en geef deze informatie op. De namen van bestemmingen, het bedrijf en de afdeling, plus het faxnummer, die zijn opgegeven op het tabblad [Bestemming selecteren]/[Bestemming invoeren] ( Faxen verzenden vanaf een computer) worden opgenomen op het voorblad.
Pagina 170
Tabblad [Details] [Aantal te verzenden vellen vermelden] Schakel dit selectievakje in als u het aantal pagina's dat u gaat verzenden, wilt vermelden op het voorblad. Typ vervolgens het aantal pagina's bij [Aantal te verzenden vellen]. Het aantal te verzenden vellen wordt niet automatisch geteld.
Pagina 171
0W59-03S Het adresboek gebruiken voor faxverzending via de pc Nadat u veelgebruikte bestemmingen voor faxen die u vanaf de pc stuurt aan het adresboek hebt toegevoegd, kunt u deze bestemmingen eenvoudig opgeven wanneer u vanaf uw pc een fax gaat versturen. U kunt ook adresboekgegevens in de indeling CSV uit andere programma's importeren op het apparaat, zoals uit Microsoft Excel.
Pagina 172
0W59-03U Bestemmingen opslaan In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u bestemmingen kunt opslaan in het adresboek die u wilt gebruiken als u faxen rechtstreeks vanaf uw computer gaat versturen. U kunt verschillende bestemmingen in het adresboek selecteren en deze opslaan als een groepsbestemming (groepskiezen).
Pagina 173
Als u opgeslagen bestemmingen wilt wijzigen of verwijderen, selecteert u een bestemming bij [Adresboek] en klikt u op [Bewerken] of [Verwijderen]. Geef de gewenste instellingen op en klik op [OK]. Adres Voer de naam van de ontvanger, het bedrijf en de afdeling in. [Notities] Voer desgewenst opmerkingen in.
Pagina 174
Klik op het tabblad [Bestemming selecteren] [Adresboek bewerken]. Klik op [Groep toevoegen]. Als u opgeslagen bestemmingen wilt wijzigen of verwijderen, selecteert u een bestemming bij [Adresboek] en klikt u op [Bewerken] of [Verwijderen]. Geef de gewenste instellingen op en klik op [OK]. [Groepsnaam] Voer een groepsnaam in zoals "Verkoopafdeling 1".
Pagina 175
Selecteer het type bestemmingen dat u wilt weergeven bij [Beschikbare bestemmingen], waaruit u de bestemmingen kunt selecteren die u voor groepskiezen wilt opslaan. [Persoon] afzonderlijke bestemmingen weergeven. [Groeperen] groepsbestemmingen weergeven. [Alle] Alle bestemmingen weergeven die in het adresboek zijn opgeslagen. [Beschikbare bestemmingen] Selecteer de bestemmingen die u wilt opslaan voor groepskiezen en klik op [Toevoegen].
Pagina 176
0W59-03W Opgeslagen bestemmingen gebruiken In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u bestemmingen opvraagt die in het adresboek zijn opgeslagen. Bestemmingen opslaan U kunt het adresboek niet gebruiken als u geen toegang hebt tot de map waarin het adresboek is opgeslagen. Meld u aan als een gebruiker met toegang tot de map of kies een andere opslaglocatie voor het adresboek.
Pagina 177
Met [Adreslijst] kunt u naar bestemmingen zoeken. Wanneer u op [Adresboek bewerken] klikt, kunt u het adresboek bewerken.
Pagina 178
U kunt adresboekgegevens in de indeling CSV uit andere programma's importeren op de machine, zoals uit Microsoft Excel. Omgekeerd kunt u het adresboek ook exporteren naar een bestand voor gebruik op andere faxapparaten of in andere programma's. De machine ondersteunt twee bestandsindelingen: CSV-bestanden (*.csv) en Canon Address Book-bestanden (*.abk). Adresboekgegevens importeren...
Pagina 179
Selecteer het bestand dat u wilt importeren en klik op [Openen]. In het geval van een CSV-bestand geeft u de scheidingstekens op die in het bestand worden gebruikt. De bestemmingen die uit het bestand worden geïmporteerd, kunt u nu kiezen in [Adresboek]. Adresboekgegevens exporteren Open de printermap.
Pagina 180
Klik op het tabblad [Bestemming selecteren] [Adresboek bewerken]. Klik op [Exporteren]. Als u de [Beveiligen met een wachtwoord bij export van de adreslijst] hebt geselecteerd in het dialoogvenster dat verschijnt als u op het tabblad [Speciaal] op [Beveiligingsinstellingen] klikt, wordt er een dialoogvenster weergegeven voor het invoeren van een wachtwoord als u op [Exporteren] klikt.
Pagina 181
De gegevens in het adresboek worden naar de opgegeven locatie geëxporteerd. De locatie voor het opslaan van adresboekgegevens wijzigen Open de printermap. De printermap weergeven Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het faxstuurprogramma voor uw apparaat en klik op [Voorkeursinstellingen voor afdrukken].
Pagina 182
Geef de locatie op voor het opslaan van de adresboekgegevens en klik op [OK]. Sla de adresboekgegevens op in een map waarvoor u schrijfbevoegdheden hebt, zoals de map [Mijn documenten]. Als u een adresboek wilt maken, klikt u op [Nieuw]. Als u het bestaande adresboek naar de opgegeven map wilt kopiëren, klikt u op [Kopiëren].
Pagina 183
0W59-03Y Internet Fax (I-Fax) gebruiken De functie Internet Fax (I-Fax) biedt u de mogelijkheid faxen te verzenden en te ontvangen over internet. De oorspronkelijke te faxen documenten worden als TIFF- beeldbestanden aan e-mailberichten gehecht. Omdat er geen telefoonverbinding wordt gebruikt, kunt u faxberichten versturen naar verre bestemmingen en documenten van vele pagina's versturen zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over de kosten van de communicatie.
Pagina 184
0W59-040 I-Faxen verzenden Als u een fax wilt versturen naar een computer of een ander toestel dat geschikt is voor I-Fax, geeft u niet een faxnummer op als de bestemming, maar een e-mailadres. Verstuurt u een I-Fax naar een computer, dan wordt deze verstuurt als een e-mail-attachment in TIFF-formaat.
Pagina 185
Geef de gewenste scaninstellingen op. Tik op de menuoptie die u wilt instellen. <Scanformaat> Een scanformaat opgeven <Densiteit> Dichtheid aanpassen <Type origineel> Documenttype selecteren <2-zijdig origineel>(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Dubbelzijdige documenten scannen (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) <Scherpte> Scherpte aanpassen De bestandsnaam van een gescand document wordt automatisch toegewezen op basis van de volgende indeling: nummer voor communicatiebeheer (vier cijfers)_datum en tijdstip van verzenden_documentnummer (drie cijfers).tif.
Pagina 186
Voer het onderwerp in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Tik op <A/a/12> om de gewenste invoermodus te selecteren. Tik op <Bericht>. Voer de tekst van het bericht in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Tik op <A/a/12> om de gewenste invoermodus te selecteren. Tik op <Toepassen>.
Pagina 187
Druk op (Zwart-wit) om het verzenden te starten. Het scannen wordt gestart. Wanneer het SMTP-authenticatiescherm wordt weergegeven, voer dan met de numerieke toetsen de gebruikersnaam en het wachtwoord in en tik vervolgens op <Toepassen>. Als u het verzenden wilt annuleren, tikt u op <Annuleren> <Ja>.
Pagina 188
Lees de melding die wordt weergegeven en klik op [OK]. E-mail wordt gewist uit de postbus. Wanneer de postbus is leeggemaakt Wanneer u eenmaal op [OK] hebt geklikt in het berichtenvenster, wordt alle e-mail in de postbus van de server gewist.
Pagina 189
0W59-041 I-Faxen ontvangen Wanneer een I-Fax binnenkomt Wanneer een I-Fax binnenkomt, knippert het lampje [Verwerken/gegevens] op het bedieningspaneel. Wanneer een I-Fax volledig is ontvangen, wordt het document automatisch afgedrukt gaat het lampje uit. U kunt de ontvangst annuleren door te drukken op <RX-opdracht>...
Pagina 190
0W59-042 De machine als printer gebruiken Er zijn tal van manieren om het apparaat als printer te gebruiken. U kunt documenten op uw computer afdrukken met behulp van het printerstuurprogramma of afbeeldingsbestanden afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat. Maak afhankelijk van uw wensen volledig gebruik van de afdrukfuncties.
Pagina 191
0W59-043 Afdrukken vanaf een computer Documenten die u met een programma op uw computer hebt gemaakt, kunt u afdrukken via het printerstuurprogramma. Het printerstuurprogramma heeft een aantal handige instellingen, zoals vergroten/verkleinen en dubbelzijdig afdrukken, waarmee u uw documenten op verschillende manieren kunt afdrukken. U kunt de afdrukfunctie van de machine pas gebruiken nadat u enkele procedures hebt doorlopen, zoals het installeren van het printerstuurprogramma op uw computer.
Pagina 193
0W59-044 Een document afdrukken In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een document op uw computer afdrukt via het printerstuurprogramma. Ga pas afdrukken nadat u het formaat en het type papier hebt opgegeven dat is geladen in de papierbron. Papier plaatsen Het type en formaat papier opgeven Controleer dat het papierformaat en de papiersoort die zijn geselecteerd in het printerstuurprogramma, overeenkomen met het formaat en de soort die zijn geplaatst.
Pagina 194
[Uitvoerformaat] Selecteer het formaat van het papier waarop het document zal worden afgedrukt. Als het geselecteerde formaat verschilt van het formaat dat is opgegeven in [Paginaformaat], wordt het document automatisch vergroot/verkleind afgedrukt op het geselecteerde formaat. Vergroten of verkleinen Klikbare UI Op de voorbeeldafbeelding kunt u gemakkelijk, op intuïtieve wijze, instellingen zoals de paginalay-out en inbindpositie opgeven.
Pagina 195
Klik op [Afdrukken] of op [OK]. Het afdrukken wordt gestart. In sommige programma's verschijnt het onderstaande scherm. Als u het afdrukken wilt annuleren, klikt u op [Annuleren] als het bovenstaande scherm wordt weergegeven. Nadat het scherm verdwijnt of als het scherm niet wordt weergegeven, kunt u het afdrukken op andere manieren annuleren. Afdrukken annuleren Als u in Windows 8/Server 2012 afdrukt vanuit de app Windows Store...
Pagina 196
0W59-045 Afdrukken annuleren U kunt het afdrukken annuleren vanaf uw computer of vanaf het bedieningspaneel van de machine. Vanaf een computer Vanaf het bedieningspaneel Vanaf een computer U annuleert het afdrukken vanaf het pictogram van de printer dat wordt weergegeven in het systeemvak van het bureaublad. Dubbelklik op het printerpictogram.
Pagina 197
Vanaf het bedieningspaneel Annuleer het afdrukken met Druk op om te annuleren Als op het scherm een lijst met documenten verschijnt wanneer u op hebt gedrukt Tik op het document dat u wilt annuleren. Kijk wat de status van de afdruktaak is, voordat u annuleert <Kopieer-/afdrukopdracht>...
Pagina 198
0W59-046 Afdrukstatus en logboeken controleren U kunt de actuele afdrukstatus en de logboeken voor afgedrukte documenten controleren. Handig in de volgende situaties Als het erg lang duurt voordat uw documenten worden afgedrukt, kunt u de wachtrij bekijken met de documenten die nog niet zijn afgedrukt.
Pagina 199
<Opdrachtlog afdrukken> Hier ziet u een lijst met de documenten die zijn afgedrukt. <OK> geeft aan dat een document zonder problemen is afgedrukt, en <Fout> betekent dat een document niet is afgedrukt omdat de bewerking is geannuleerd of omdat er een fout is opgetreden.
Pagina 200
0W59-047 Verschillende afdrukinstellingen Er zijn verschillende afdrukinstellingen die u kunt kiezen, zoals vergroot/verkleind afdrukken en dubbelzijdig afdrukken. Vergroten of verkleinen Schakelen tussen enkelzijdig en Afdrukken sorteren per pagina dubbelzijdig afdrukken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Meerdere pagina's op één vel Posters afdrukken Boekje afdrukken (MF729Cx / afdrukken...
Pagina 201
0W59-048 Vergroten of verkleinen U kunt afdrukken vergroten of verkleinen door een vooraf ingesteld zoompercentage voor afdrukken te selecteren, zoals A5 naar A4. U kunt ook zelf een aangepast zoompercentage kiezen, dat u kunt verhogen of verlagen in stappen van 1%. Het zoompercentage voor afdrukken instellen door het formaat van het origineel en het papier op te geven (vaste schaal) Het zoompercentage voor afdrukken wordt automatisch ingesteld op basis van het formaat van het origineel en van het papier dat u...
Pagina 202
De instellingen voor vergroten/verkleinen in bepaalde programma's hebben prioriteit boven de desbetreffende instellingen in het printerstuurprogramma. KOPPELINGEN Een document afdrukken...
Pagina 203
0W59-049 Schakelen tussen enkelzijdig en dubbelzijdig afdrukken Als u werkt met de MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw, kunt u enkelzijdig en dubbelzijdig afdrukken. De standaardinstelling is [Dubbelzijdig afdrukken]. Pas de instelling desgewenst aan. Dubbelzijdig afdrukken is mogelijk niet voor alle formaten en soorten papier beschikbaar. Papier Tabblad [Algemene instellingen] selecteer [Enkelzijdig afdrukken] of [Dubbelzijdig afdrukken] bij...
Pagina 204
KOPPELINGEN Een document afdrukken Meerdere pagina's op één vel afdrukken Boekje afdrukken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw)
Pagina 205
0W59-04A Afdrukken sorteren per pagina Als u afdrukken wilt maken van documenten met meerdere pagina's, selecteert u [Sorteren] om complete sets op volgorde af te drukken. Deze functie is handig bij het voorbereiden van hand-outs voor vergaderingen of presentaties. tabblad [Algemene instellingen] selecteer [Sorteren] of [Groeperen] bij [Sorteren/groeperen] [OK] [Sorteren/groeperen]...
Pagina 206
0W59-04C Meerdere pagina's op één vel afdrukken U kunt meerdere pagina's afdrukken op één vel papier. Zo kunt u vier of negen pagina's afdrukken op één vel door [4 op 1] of [9 op 1] te gebruiken. Gebruik deze functie als u papier wilt besparen of een document wilt bekijken als miniaturen.
Pagina 207
0W59-04E Posters afdrukken U kunt één pagina van een document verspreid over meerdere pagina's afdrukken. Als u een document met één pagina van het formaat A4 bijvoorbeeld negen keer zo groot maakt, hebt u een poster van 3x3 vellen A4-formaat nadat u het document hebt afgedrukt en de vellen aan elkaar hebt geplakt. tabblad [Algemene instellingen] selecteer bij [Pagina-opmaak] de afmetingen van de poster (bijvoorbeeld [Poster [2 x 2]])
Pagina 208
0W59-04F Boekje afdrukken U kunt twee pagina's van een document op beide zijden van één vel papier afdrukken en dan de bedrukte pagina's dubbelvouwen om een boekje te maken. Het printerstuurprogramma regelt de afdrukvolgorde, zodat de paginanummers kloppen. Boekje afdrukken is mogelijk niet voor alle formaten en soorten papier beschikbaar. Het papier dat beschikbaar is voor dubbelzijdig afdrukken, is ook beschikbaar voor boekje afdrukken.
Pagina 209
boekje]. KOPPELINGEN Een document afdrukken...
Pagina 210
0W59-04H Randen afdrukken U kunt randen, zoals stippellijnen of dubbele ononderbroken lijnen, toevoegen aan de marges van afdrukken. tabblad [Pagina-instelling] klik op [Pagina opties] selecteer het type rand bij [Kader] [OK] [OK] [Kader] Selecteer hier het type rand. Voorbeeld Hier ziet u een voorbeeld met de geselecteerde rand. KOPPELINGEN Een document afdrukken Datums en paginanummers afdrukken...
Pagina 211
0W59-04J Datums en paginanummers afdrukken U kunt de informatie zoals datums of paginanummers afdrukken. Daarnaast kunt u aangeven waar in het document u deze informatie wilt afdrukken (linksboven, rechtsonder, enzovoort). Tabblad [Pagina-instelling] klik op [Pagina opties] selecteer de afdrukpositie van de afdrukdatum, de gebruikersnaam of het paginanummer [OK] [OK]...
Pagina 212
0W59-04K Afdrukken met watermerk U kunt een watermerk zoals "KOPIE" of "VERTROUWELIJK" afdrukken over het document. U kunt nieuwe watermerken maken of vooraf geregistreerde watermerken gebruiken. Tabblad [Pagina-instelling] schakel het selectievakje [Watermerk] in selecteer een watermerk in [Watermerknaam] [OK] [Watermerk]/[Watermerknaam] Schakel het selectievakje [Watermerk] in om de beschikbare watermerken weer te geven in de vervolgkeuzelijst [Watermerknaam].
Pagina 213
KOPPELINGEN Een document afdrukken Randen afdrukken Datums en paginanummers afdrukken...
Pagina 214
0W59-04L Kleurenmodus instellen U kunt een kleurenmodus selecteren (kleur of zwart-wit). Als een document pagina's bevat in zowel kleur als zwart-wit, kiest u de instelling Auto (Kleur/Z-W) om kleurenpagina's automatisch in kleur af te drukken en zwart-witpagina's automatisch in zwart-wit. tabblad [Algemene instellingen] selecteer de kleurenmodus bij [Kleurenmodus] [OK]...
Pagina 215
Klik voor meer informatie op [Help] in het printerstuurprogramma. KOPPELINGEN Een document afdrukken...
Pagina 216
0W59-04R Bepaalde pagina's afdrukken op ander papier U kunt bepaalde pagina's van een document afdrukken, zoals wanneer u het voorblad van een boekje afdrukt op gekleurd papier. Plaats in dit geval het gekleurde papier voor het voorblad in de sleuf voor handmatige invoer, plaats normaal papier voor de middenpagina's in de papierlade en geef vervolgens de papierinstellingen op in het printerstuurprogramma.
Pagina 217
0W59-04S Documenttype selecteren U kunt het type document opgeven om zo een optimale beeldkwaliteit te garanderen. Er zijn verschillende instellingen voor fotodocumenten, documenten met grafieken en tabellen, en documenten met CAD- tekeningen met zeer dunne lijntjes. tabblad [Kwaliteit] selecteer het type document bij [Doel] [OK] [Doel] Selecteer een optie die het best past bij het type document of het doel van de afdruk.
Pagina 218
0W59-04U Toner besparen U kunt in het printerstuurprogramma instellen dat documenten met minder toner worden afgedrukt. Als de tonerspaarstand is ingeschakeld, bestaat de kans dat dunne lijnen en delen met een lichtere afdrukdichtheid vaag worden. tabblad [Kwaliteit] selecteer het type document bij [Doel] klik op [Geavanceerde instellingen] selecteer [Tonerspaarstand] op het scherm [Geavanceerde instellingen]...
Pagina 219
0W59-04W Meerdere documenten combineren en afdrukken Met behulp van Canon PageComposer kunt u meerdere documenten samenvoegen tot één afdruktaak en de taak afdrukken met de opgegeven afdrukinstellingen. Op deze manier kunt u bijvoorbeeld documenten combineren die met verschillende programma's zijn gemaakt en alle pagina's op hetzelfde papierformaat afdrukken.
Pagina 220
Herhaal stappen 1 - 4 voor de documenten die u wilt combineren. De documenten worden toegevoegd aan Canon PageComposer. Selecteer in de lijst [Documentnaam] de documenten die u wilt combineren en klik op U selecteert meerdere documenten door op de documenten te klikken terwijl u de toets [SHIFT] of [CTRL] ingedrukt houdt.
Pagina 221
Klik voor meer informatie op [Help] in Canon PageComposer. [Details] Hiermee geeft u het scherm met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma weer. Er zijn minder instellingen beschikbaar dan bij gewoon afdrukken. Selecteer in de lijst [Documentnaam] de gecombineerde afdruktaak die u wilt afdrukken en klik op Het afdrukken wordt gestart.
Pagina 222
0W59-04X Printerinstellingen configureren op het apparaat Wanneer u een document afdrukt vanaf een computer, kunt u verschillende afdrukinstellingen opgeven in het programma waarmee u het document hebt gemaakt of in het printerstuurprogramma. Denk hierbij aan instellingen zoals het aantal exemplaren en de kleurenmodus. De hieronder beschreven instelling <Papierformaat negeren>...
Pagina 223
0W59-04Y Een document afdrukken dat is beveiligd met een pincode (beveiligd afdrukken) Als u gaat afdrukken vanaf een computer, kunt u een pincode instellen voor een document. Het document blijft dan in het geheugen van het apparaat staan en wordt pas afgedrukt nadat op het bedieningspaneel van het apparaat de juiste pincode is ingevoerd. Deze functie wordt Beveiligd afdrukken genoemd en het document dat u beveiligt met een pincode wordt een beveiligd document genoemd.
Pagina 224
0W59-050 Instellingen configureren voor beveiligd afdrukken Zorg ervoor dat Beveiligd afdrukken is ingeschakeld in het printerstuurprogramma. Om de onderstaande procedure uit te voeren, moet u zich bij de computer aanmelden met een administratoraccount. Open de printermap. De printermap weergeven Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram en klik op [Eigenschappen van printer] of [Eigenschappen].
Pagina 225
0W59-051 Documenten beveiligd afdrukken In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een document vanuit een programma kunt afdrukken als een beveiligd document. Er wordt eerst beschreven hoe u een beveiligd document naar de machine stuurt en daarna kunt u lezen hoe u het beveiligde document kunt afdrukken. Een beveiligd document van een computer naar de machine sturen Beveiligde documenten afdrukken De periode instellen waarna beveiligde documenten worden verwijderd...
Pagina 226
Geef de afdrukinstellingen op en klik op [OK]. Klik op de tabbladen [Algemene instellingen], [Pagina-instelling], [Afwerking], [Papierbron] of [Kwaliteit] om indien nodig de gewenste afdrukinstellingen op elk scherm op te geven. Verschillende afdrukinstellingen Klik op [Afdrukken] of op [OK]. Nadat het beveiligde document naar het apparaat is verzonden, blijft het document in het geheugen wachten om te worden afgedrukt.
Pagina 227
Beveiligde documenten afdrukken Als u een beveiligd document naar het apparaat hebt verstuurd, moet u het document binnen 30 minuten afdrukken. Als die tijd is verstreken, wordt het document verwijderd uit het geheugen van het apparaat en kunt u het document niet meer afdrukken. Als beveiligde documenten niet worden afgedrukt, nemen ze geheugenruimte in beslag en bestaat de kans dat gewone (onbeveiligde) documenten niet kunnen worden afgedrukt.
Pagina 228
Druk op en tik op <Menu>. Tik op <Instellingen Systeembeheer>. Als het aanmeldingsscherm verschijnt, gebruikt u de numerieke toetsen om de juiste combinatie van ID en pincode in te voeren. Druk vervolgens op Aanmelden bij de machine Tik op <Instellingen beveiligde afdruk>. Tik op <Aan>.
Pagina 229
0W59-052 De gewenste afdrukinstellingen configureren U kunt combinaties van instellingen opslaan als "Profielen" om te voldoen aan uw diverse afdrukbehoeften. U kunt de instellingen die u vaak gebruikt ook opslaan als de standaardinstelling. Zodra de standaardinstelling is ingesteld, worden de opgeslagen instellingen automatisch weergegeven op het scherm van het printerstuurprogramma en kunt u de handelingen overslaan om de afdrukinstellingen op te geven en kunt u onmiddellijk afdrukken.
Pagina 230
0W59-053 Combinaties van veelgebruikte afdrukinstellingen opslaan Als u bij elke afdruktaak instellingen moet opgeven om bijvoorbeeld "enkelzijdig af te drukken op A4-papier in de afdrukstand Liggend", kan dit nogal tijdrovend en vervelend worden. Als u deze veelgebruikte combinaties van afdrukinstellingen echter opslaat als een "profiel", kunt u de gewenste afdrukinstellingen eenvoudig opgeven door het bijbehorende profiel te laden.
Pagina 231
De instellingen van het geselecteerde profiel wijzigen U kunt de instellingen van een profiel wijzigen. Desgewenst kunt u de gewijzigde instellingen opslaan als een ander profiel. KOPPELINGEN Een document afdrukken...
Pagina 232
0W59-054 De standaardinstellingen wijzigen De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven als u het scherm met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma opent. U kunt deze instellingen echter wijzigen. Als u bijvoorbeeld alle documenten, dus ook documenten in kleur, in zwart-wit wilt afdrukken, kunt u de standaardinstelling voor de kleurenmodus wijzigen in [Zwart-wit]. Als u de standaardinstellingen wijzigt, is de instellingen altijd [Zwart-wit] wanneer u het scherm van het printerstuurprogramma opent en hoeft u niet steeds dezelfde instellingen configureren telkens als u gaat afdrukken.
Pagina 233
0W59-055 Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenapparaten) U kunt afbeeldingsbestanden die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat afdrukken door het USB-geheugenapparaat rechtstreeks op het apparaat aan te sluiten. Als u deze functie gebruikt, kunt u afdrukken zonder een computer te gebruiken. Ondersteunde bestandsindelingen U kunt de volgende soorten afbeeldingsbestanden afdrukken.
Pagina 234
schokken van het USB-apparaat of de machine. U mag het apparaat niet uitschakelen als er een bewerking wordt uitgevoerd. Druk op en tik op <Geheugen- media afdr.>. Tik op <Bestand selecteren en afdrukken>. Index afdrukken U kunt miniaturen afdrukken van de afbeeldingsbestanden (alleen JPEG) die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Als u de afbeeldingen wilt afdrukken als miniaturen, selecteert u <Indexafdruk>...
Pagina 235
Als u een bestand had geselecteerd voordat u op <Alle items> tikte, kunt u alleen bestanden met dezelfde indeling selecteren. Voorbeelden weergeven U kunt de weergavemethode wijzigen van <Details> (voor bestandsnamen en wijzigingsdatums) in <Afbeeldingen> (voor voorbeelden). Als u een voorbeeld van afbeeldingen weergeeft, kunt u de inhoud van bestanden controleren voordat u een bestand gaat afdrukken.
Pagina 236
De sorteervolgorde van bestanden wijzigen U kunt de sorteervolgorde wijzigen van de bestanden op een USB-geheugenapparaat. U kunt een instelling voor het sorteren opgeven, zoals <Naam (oplopend)> of <Datum/tijd (oplopend)> opgeven als de standaardinstelling voor de sorteervolgorde van bestanden. Standaardinstellingen bestandssortering Tik op <Alle items>.
Pagina 237
<Aantal kopieën> Geef het aantal kopieën op van 1 tot 99. Tik op of voer met de numerieke toetsen een hoeveelheid in en tik op <Toepassen>. <Papier> Selecteer het papier waarop u wilt afdrukken. <N op 1> <N op 1> is niet beschikbaar voor het afdrukken van TIFF-bestanden. U kunt twee of vier afbeeldingen op één vel papier afdrukken.
Pagina 238
<Type kalender> Hiermee worden de pagina's zo afgedrukt dat deze verticaal worden geopend nadat ze zijn ingebonden. <2-zijdig> is mogelijk niet voor alle formaten of soorten papier beschikbaar. Papier <JPEG/TIFF-details instellen> Geef de standaardinstellingen op van de functie USB Afdrukken voor JPEG- en TIFF-bestanden. <Datum afdrukken>...
Pagina 239
<Helderheid> U kunt de helderheid van afdrukken aanpassen. Tik op wanneer u de helderheid wilt aanpassen en tik op <Toepassen>. <-> Hiermee worden documenten donkerder afgedrukt. <+> Hiermee worden documenten lichter afgedrukt. U kunt de helderheid van TIFF-bestanden alleen aanpassen als deze via JPEG zijn gecomprimeerd. <Halftonen>...
Pagina 240
Deze instelling vergroot of verkleint het originele document zodanig dat het in het afdrukvlak van het papierformaat past. <Afdrukgebied vergroten> Met deze instelling kunt u opgeven of het afdrukvlak op het papier moet worden vergroot. <Uit> Het gebied tot 4 mm vanaf de boven-, onder-, linker- en rechterrand van het papier kan niet worden bedrukt. <Aan>...
Pagina 241
geselecteerd in het CMYK Simulatieprofiel. CMYK-simulatieprofielvoor de beschrijving van de instelling. <Grijswaardenprofiel gebruiken> Met deze instelling kunt u definiëren hoe apparaatafhankelijke grijstintgegevens worden verwerkt. Grijswaardenprofiel gebruikenvoor de beschrijving van de instelling. <Uitvoerprofiel> Met deze instelling kunt u het profiel definiërende dat geschikt is voor de gegevens die u gaat afdrukken. Het wordt toegepast op alle gegevens in de afdruktaak, dus controleer dat het geselecteerde profiel het juiste is voor de taak.
Pagina 242
Druk op Tik op <Apparaatstatus>. Tik op <Geheugenmedium verwijderen>. Wacht totdat het bericht <Het geheugenmedium kan veilig worden verwijderd.> wordt weergegeven. Verwijder het USB-geheugenapparaat. Als u altijd dezelfde afdrukinstellingen wilt gebruiken: De standaardinstellingen voor afdrukken wijzigen KOPPELINGEN Afdrukinstellingen geheugenmedia...
Pagina 243
0W59-056 De standaardinstellingen voor afdrukken wijzigen De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of op drukt. Als u deze standaardinstellingen afstemt op de bewerkingen die u regelmatig uitvoert, kunt u tijd besparen doordat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft op te geven als u gaat afdrukken.
Pagina 244
Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden Als u een Mac OS-gebruiker bent, zie dan Installatiehandleiding MF-stuurprogramma voor het installeren van de software en Canon Scanner Stuurprogramma Handleiding voor het werken met scanfuncties ( Voor Mac OS-gebruikers). Afhankelijk van het besturingssysteem en de versie van het scannerstuurprogramma of de programma's die u gebruikt, kunnen de schermen van het stuurprogramma in deze handleiding verschillen van de echte schermen.
Pagina 245
0W59-058 Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden Zorg ervoor dat het apparaat en uw computer met elkaar verbonden zijn en dat alle software is geïnstalleerd. Wilt u verbinding maken via een draadloos of bekabeld LAN, dan moet u dit apparaat registreren in MF Network Scanner Selector. Registreer het apparaat volgens onderstaande procedure.
Pagina 246
0W59-059 Scannen vanaf het apparaat De volgorde van het scannen van een document en het opslaan op een computer kan alleen worden uitgevoerd wanneer vanaf het apparaat wordt gescand. Voer de scan uit terwijl u opgeeft op welke computer de documenten worden opgeslagen, geef op of de documenten in kleur of in zwart-wit worden gescand, of de documenten worden opgeslagen als PDF- of JPEG-bestanden en geef de overige instellingen op.
Pagina 247
Instellingen wijzigen U kunt instellingen wijzigen vanuit MF Scan Utility. Zie voor meer informatie [Instructies] in MF Scan Utility. Zie, als u Mac-gebruiker bent, Canon Scanner Stuurprogramma Handleiding. Voor Mac OS-gebruikers Druk op Het scannen wordt gestart.
Pagina 248
Gemakkelijker scannen vanaf het apparaat Altijd met dezelfde instellingen scannen: De standaardinstellingen wijzigen Combinaties van scaninstellingen registreren en weergeven wanneer dat nodig is: Veelgebruikte scaninstellingen registreren (E-mail/I-fax/Gedeelde map/FTP-server) Andere nuttige scanfuncties U kunt gescande documenten opslaan op een USB-geheugenapparaat of ze als bijlagen van een e-mailbericht of een I-fax te versturen.
Pagina 249
U kunt de gescande gegevens doorsturen naar een opgegeven applicatie, of aan een e-mailbericht hechten. Zie voor meer informatie [Instructies] in MF Scan Utility. Zie, als u Mac-gebruiker bent, Canon Scanner Stuurprogramma Handleiding. Voor Mac OS-gebruikers...
Pagina 250
0W59-05C Scannen vanuit een programma U kunt documenten scannen vanuit applicaties zoals software voor beeldverwerking of tekstverwerking. De gescande afbeelding wordt rechtstreeks in het programma geladen waardoor u de afbeelding onmiddellijk kunt bewerken of verwerken. De volgende procedure verschilt afhankelijk van het programma. Het programma moet compatibel zijn met TWAIN of WIA .
Pagina 251
Wanneer u scant vanuit MF Scan Utility, kunt u ScanGear MF oproepen en geavanceerde scan-instellingen configureren. Klik op [ScanGear] in MF Scan Utility en start ScanGear MF. Zie voor meer informatie [Instructies] in MF Scan Utility. Zie, als u Mac OS-gebruiker bent, Canon Scanner Stuurprogramma Handleiding. Voor Mac OS-gebruikers Starten vanuit een programma U kunt met ScanGear MF afbeeldingen importeren in software voor beeldverwerking of tekstverwerking.
Pagina 252
0W59-05F Scaninstellingen configureren in de eenvoudige modus Eenvoudige modus is een verzameling van basisscaninstellingen in ScanGear MF die zijn ontworpen voor een gemakkelijke bediening. Dit betekent dat Eenvoudige modus een gecomprimeerde versie is van ScanGear MF. Configureer instellingen in de volgorde die is opgegeven van tot en met op het scherm en klik op [Scannen].
Pagina 253
Als u het document in de documentinvoer hebt geplaatst [Doc. (kleur/invoerlade)] Het document wordt gescand als een kleurenafbeelding. [Doc. Het document wordt gescand als een afbeelding met grijswaarden. (grijswrden/invoerlade)] [Doel selecteren] Selecteer een instelling op basis van het beoogde gebruik van de gescande afbeelding. [Afdrukken (300 dpi)] Selecteer deze optie als u de gescande afbeelding afdrukt.
Pagina 254
0W59-05H Scaninstellingen configureren in de geavanceerde modus Als u op het tabblad [Geavanceerde modus] op het ScanGear MF-scherm klikt, kunt u meer geavanceerde aanpassingen in de beeldkwaliteit maken dan mogelijk is in de Eenvoudige modus. U kunt aangepaste instellingen ook opslaan als favoriete instellingen. Klik op het pictogram naast het onderwerp voor meer details.
Pagina 255
(De afbeelding verplaatsen) Sleept de afbeelding om het zichtbare gedeelte van de afbeelding te verplaatsen wanneer een voorbeeld wordt vergroot. (Zoomen) Vergroot de volledige voorbeeldafbeelding. Klik met de linkermuisknop om in te zoomen. Klik met de rechtermuisknop op de vergrote afbeelding om uit te zoomen. Als u een gedeelte van de afbeelding wilt vergroten om details te bekijken, gebruikt u [Zoomen] ( (Naar links draaien)/ (Naar rechts draaien)
Pagina 256
kunt ook [Inbindlocatie] instellen als u dubbelzijdige documenten in de documentinvoer plaatst. [Kleurenmodus] Selecteer het type afbeelding om documenten te scannen. Het document wordt gescand als een zwart-wit afbeelding (alleen in zwart en wit, dus zonder [Zwart-wit] tussenliggende grijstinten). U kunt de drempel die tekst scheidt in het document wijzigen of de afbeelding wijzigen naar zwart-wit met [Drempel] ( Helderheid en kleur aanpassen).
Pagina 257
Selecteer [Aanpasbaar] om het uitvoerformaat en de verhouding tussen de breedte en de hoogte te wijzigen. Sleep het gebied dat u wilt scannen op de voorbeeldafbeelding of voer waarden voor de breedte en de hoogte in. Als u het vergrotingspercentage opgeeft in het [%]-invoerveld aan de rechterkant van de invoervelden voor de breedte en de hoogte, wordt het document vergroot of verkleind voor het scannen.
Pagina 258
Configureer kleurinstellingen zoals helderheid, contrast en kleur. De weergegeven items zijn afhankelijk van de instellingen die zijn geselecteerd bij [Kleurenmodus] ( Instellingen opgeven voor documenten en kleurenmodus). Als [Tekstverbetering] is geselecteerd, kunt u deze instellingen niet configureren. (Helderheid/contrast) Past de helderheid en het contrast (het verschil tussen de lichte en donkere delen) van de afbeelding aan. Klik op de rechterbovenhoek van het scherm om de aanpassing uit te voeren terwijl u deze op een grafiek controleert.
Pagina 259
(Pipet voor grijsbalans) Klik op een deel van de voorbeeldafbeelding (of het bijsnijdkader) dat u wilt renderen als een achromatische kleur (zwart, grijs of wit) die geen kleurdiepte heeft. De kleurtint op de rest van de afbeelding wordt aangepast en daarbij is het deel waarop is geklikt, het gemiddelde.
Pagina 260
Instellingen opslaan of oproepen Roep opgeslagen helderheids- of kleurinstellingen op voor Veelgebruikte instellingen opslaan Overige instellingen opgeven Klik op [Voorkeuren] om verschillende instellingen te configureren, zoals de bediening tijdens het scannen. Het tabblad [Voorbeeld] Configureer de bewerkingen voor het voorbeeld en automatisch bijsnijden. [Voorbeeld bij starten van ScanGear] Selecteer de voorbeeldbewerking wanneer u ScanGear MF start.
Pagina 261
[Scannen zonder het ScanGear-venster te gebruiken] Wanneer u het document scant met behulp van OCR-software of een ander programma, wordt het ScanGear MF- scherm mogelijk niet weergegeven. In dit geval wordt het document gescand met de instelling van het programma dat wordt toegepast.
Pagina 262
[Map voor tijdelijke bestanden] Klik op [Bladeren] om de map voor het tijdelijk opslaan van een afbeelding, te wijzigen. [Geluidsinstellingen] U kunt aangeven welke muziek of geluiden het apparaat moet afspelen tijdens het scannen of wanneer het scannen is voltooid. Klik op [Bladeren] om een bestand dat moet worden afgespeeld, op te geven. De volgende bestandsindelingen (extensies) worden ondersteund: MIDI-bestanden (.mid/.rmi/.midi) Audiobestanden (.wav/.aif/.aiff)
Pagina 263
Selecteer [Toevoegen/verwijderen] in [Voorkeursinstellingen]. Het scherm [Favoriete instellingen toevoegen/verwijderen] wordt weergegeven. [Toevoegen/verwijderen] is beschikbaar wanneer de voorbeeldafbeelding wordt weergegeven. Voer een naam in in [Naam instelling] en klik op [Toevoegen] [Opslaan]. Voer een naam in voor de instellingen die moeten worden opgeslagen. Gebruik een naam die gemakkelijk te vinden is in de vervolgkeuzelijst.
Pagina 264
Plaats één of meer documenten en klik op [Voorbeeld]. Pas de helderheid of de kleur aan. Helderheid en kleur aanpassen Selecteer indien nodig de instellingen die u wilt opslaan. Selecteer [Toevoegen/verwijderen] in de vervolgkeuzelijst. Het scherm [Tintcurve-instellingen toevoegen/verwijderen] of [Drempelinstellingen toevoegen/verwijderen] wordt weergegeven.
Pagina 265
0W59-05J Eenvoudig scannen met een apparaatgebaseerde bewerking Het apparaat kan originele documenten converteren naar elektronische bestandsindelingen zoals PDF zonder een computer te gebruiken. Het digitaliseren van documenten heeft veel voordelen. U kunt kiezen tussen verschillende nuttige instellingen. Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen Eén manier om deze functie te gebruiken is door documenten rechtstreeks naar een USB-geheugenapparaat te scannen en het USB- geheugenapparaat mee te nemen naar uw afspraak of vergadering.
Pagina 266
0W59-05K Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen Dit gedeelte beschrijft hoe u documenten kunt scannen en deze rechtstreeks opslaan op een USB-geheugenapparaat dat op het apparaat is aangesloten. U kunt de gescande documenten opslaan als JPEG-afbeeldingen en PDF-bestanden of in andere digitale bestandsformaten. Ondersteunde USB-geheugenapparaten U kunt USB-geheugenapparaten met de volgende bestandssystemen gebruiken.
Pagina 267
Geef de gewenste scaninstellingen op. Selecteer de instellingen. Gedetailleerde instellingen opgeven Druk op Het scannen wordt gestart. Tik, als u het scannen wilt annuleren, op <Annuleren> <Ja>. Wanneer u in stap 2 documenten in de documentinvoer plaatst Als het scannen is voltooid, worden de gescande gegevens opgeslagen op het USB-geheugenapparaat. Als u in stap 2 documenten op de glasplaat legt Als het scannen is voltooid, volgt u de onderstaande procedures (behalve als u in stap 5 JPEG als de bestandsindeling hebt geselecteerd).
Pagina 268
Tik op <Geheugenmedium verwijderen>. Wacht totdat het bericht <Het geheugenmedium kan veilig worden verwijderd.> wordt weergegeven. Verwijder het USB-geheugenapparaat. Als u altijd dezelfde scaninstellingen wilt gebruiken: De standaardinstellingen wijzigen...
Pagina 269
0W59-05L Documenten rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden als e-mailberichten U kunt meerdere bestemmingen opgeven, waaronder Cc- of Bcc-bestemmingen, net als bij het versturen van e-mails met een e- mailprogramma. Plaats één of meer documenten. Documenten plaatsen Druk op en tik op <Scannen>. Wanneer het aanmeldingsscherm wordt weergegeven, voert u met de numerieke toetsen de gebruikersnaam en het wachtwoord in.
Pagina 270
Geef de gewenste scaninstellingen op. Tik op de instellingen. Gedetailleerde instellingen opgeven De bestandsnaam van een gescand document wordt automatisch toegewezen op basis van de volgende indeling: nummer voor communicatiebeheer (vier cijfers)_datum en tijdstip van verzenden_documentnummer (drie cijfers).bestandsextensie. Voorbeeld van bestandsnamen: Als een document van één pagina wordt geconverteerd tot een PDF-bestand en verzonden op 17 oktober 2015 om 19:00:05 uur.
Pagina 271
Tik op <Bericht>. Voer de tekst van het bericht in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Tik op <A/a/12> om de gewenste invoermodus te selecteren. Tik op <Toepassen>. Het antwoordadres opgeven Tik op <Antwoord aan>. Tik op <Opgeven uit adresboek>. Tik op een antwoordadres uit het Adresboek.
Pagina 272
Tik op <Prioriteit>. Selecteer een prioriteitsniveau. Druk op om het verzenden te starten. Het scannen wordt gestart. Wanneer het SMTP-authenticatiescherm wordt weergegeven, voer dan met de numerieke toetsen de gebruikersnaam en het wachtwoord in en tik vervolgens op <Toepassen>. Als u het verzenden wilt annuleren, tikt u op <Annuleren> <Ja>.
Pagina 273
Klik op [Netwerkinstellingen] [E-mail-/I-faxinstellingen]. Klik op [Wissen] in [Postbus wissen]. Lees de melding die wordt weergegeven en klik op [OK]. E-mail wordt gewist uit de postbus. Wanneer de postbus is leeggemaakt Wanneer u eenmaal op [OK] hebt geklikt in het berichtenvenster, wordt alle e-mail in de postbus van de server gewist.
Pagina 274
Als u altijd dezelfde scaninstellingen wilt gebruiken: De standaardinstellingen wijzigen Als u een combinatie van instellingen wilt opslaan voor eenvoudig gebruik: Veelgebruikte scaninstellingen registreren (E-mail/I-fax/Gedeelde map/FTP-server) Als u de naam van de afzender van de e-mail wilt opgeven: Registreer apparaatnaam (e-mail/I-fax) KOPPELINGEN Het verzenden van documenten annuleren (E-mail/I-Fax/Gedeelde map/FTP-server) Het logboek voor verzonden documenten controleren (E-mail/I-Fax/Gedeelde map/FTP-server)
Pagina 275
0W59-05R Documenten rechtstreeks opslaan in een gedeelde map/op een FTP-server Alleen bestemmingen in het adresboek kunnen worden gebruikt voor scannen naar gedeelde mappen. Als er geen bestemmingen zijn opgeslagen in het adresboek, moet u dat doen voordat u documenten kunt gaan scannen naar gedeelde mappen.
Pagina 276
De eerste naam van een gescand document wordt automatisch toegewezen op basis van de volgende indeling: nummer voor communicatiebeheer (vier cijfers)_datum en tijdstip van verzenden_documentnummer (drie cijfers).bestandsnaamextensie. Voorbeeld van bestandsnamen: Als een document van één pagina wordt geconverteerd tot een PDF-bestand en verzonden op 17 oktober 2015 om 19:00:05 uur.
Pagina 277
0W59-05S Het verzenden van documenten annuleren (E-mail/I-Fax/Gedeelde map/FTP-server) Als u het verzenden van documenten wilt annuleren, onmiddellijk nadat u drukt op , tik dan op <Annuleren> op de display of druk . U kunt het verzenden van faxberichten ook annuleren na het controleren van de status van de verzending. Tik op <Annuleren>...
Pagina 278
KOPPELINGEN Documenten rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden als e-mailberichten I-Faxen verzenden Documenten rechtstreeks opslaan in een gedeelde map/op een FTP-server...
Pagina 279
0W59-05U Gedetailleerde instellingen opgeven In dit gedeelte worden de instellingen beschreven die u kunt kiezen als u documenten gaat scannen. Deze instellingen bevatten het opgeven van de bestandsindeling waarnaar documenten worden geconverteerd, het aanpassen van de dichtheid om de weergave van gescande documenten te verbeteren en ook de basisinstellingen zoals het opgeven van de afdrukstand of het scanformaat.
Pagina 280
0W59-05W Een scanformaat opgeven U kunt het scanformaat van documenten opgeven. <Scannen> Tik op <USB-geheugen> of <E-mail>/<I-fax>/<Bestand> wanneer u bestemmingen wilt opgeven. <Scanformaat> Selecteer het formaat van het document KOPPELINGEN Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen Documenten rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden als e-mailberichten Documenten rechtstreeks opslaan in een gedeelde map/op een FTP-server I-Faxen verzenden...
Pagina 281
0W59-05X Een bestandsindeling selecteren U kunt selecteren in welk bestandformaat documenten worden gescand. Kies uit PDF/JPEG/TIFF. Met PDF kunt u kiezen uit Compact PDF met een kleiner gegevensomvang of uit OCR (optical character recognition) PDF, dat het mogelijk maakt tekst te doorzoeken. Met <PDF-details instellen> kunt u uw PDF-beveiliging verbeteren.
Pagina 282
<Acrobat 9.0 of equivalent/256-bits AES> Genereer een PDF-bestand dat geschikt is voor Adobe Acrobat/Adobe Reader/Adobe Acrobat Reader 9.0 of later. <Acrobat 10.0 of equivalent/256-bits AES> Genereer een PDF-bestand dat geschikt is voor Adobe Acrobat/Adobe Reader/Adobe Acrobat Reader 10 of later. Slechts <Acrobat 9.0 of equivalent/256-bits AES>...
Pagina 283
<Prioriteit beeldkwaliteit> De beeldkwaliteit verbetert, maar het compressieniveau vermindert en de gegevensgrootte is groot. KOPPELINGEN Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen Documenten rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden als e-mailberichten Documenten rechtstreeks opslaan in een gedeelde map/op een FTP-server...
Pagina 284
0W59-05Y Dichtheid aanpassen U kunt de dichtheid van de scan aanpassen als de tekst of afbeeldingen in een document te licht of te donker zijn. <Scannen> Tik op <USB-geheugen> of <E-mail>/<I-fax>/<Bestand> wanneer u bestemmingen wilt opgeven. <Densiteit> Adjust the density <Toepassen>...
Pagina 285
0W59-060 De afdrukstand van het document opgeven U kunt de afdrukstand instellen op Staand of Liggend. <Scannen> Tik op <USB-geheugen> of <E-mail>/<Bestand> wanneer u bestemmingen wilt opgeven. <Type origineel> Selecteer het documenttype <Staand> Selecteer deze optie voor documenten met de afdrukstand Staand. <Liggend>...
Pagina 286
0W59-061 Documenttype selecteren U kunt de beeldkwaliteit voor de scan selecteren op basis van het documenttype, zoals documenten met alleen tekst, documenten met grafieken en tabellen of documenten met tijdschriftfoto's. <Scannen> Tik op <USB-geheugen> of <E-mail>/<I-fax>/<Bestand> wanneer u bestemmingen wilt opgeven. <Type origineel>...
Pagina 287
0W59-062 Dubbelzijdige documenten scannen Het apparaat kan automatisch de voor- en achterzijde scannen van documenten in de invoer. Het apparaat kan de beide zijden van documenten niet automatisch scannen wanneer u de documenten op de glasplaat legt. <Scannen> Tik op <USB-geheugen> of <E-mail>/<I-fax>/<Bestand> wanneer u bestemmingen wilt opgeven. <2- zijdig origineel>...
Pagina 288
0W59-063 Scherpte aanpassen U kunt de scherpte van de afbeelding aanpassen voordat u deze verzendt. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren. <Scannen> Tik op <USB-geheugen>...
Pagina 289
0W59-064 De juiste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit kiezen De gescande documenten worden geconverteerd naar de opgegeven bestandsindelingen. Op dat moment kunt u het compressieniveau van het bestand opgeven. Als u <Klein: Geheugenprioriteit> selecteert, wordt een hogere compressieverhouding gebruikt dan normaal en is het resultaat een kleiner bestand met een lagere beeldkwaliteit.
Pagina 290
0W59-065 Gammawaarden instellen De gescande documenten worden geconverteerd naar de opgegeven bestandsindelingen. Op dat moment kunt u de gammawaarden opgeven die op de documenten moeten worden toegepast. U kunt de gammawaarde opgeven van de monitor die wordt gebruikt om de geconverteerde bestanden te bekijken, zodat de bestanden worden weergegeven met de helderheid van de originele documenten.
Pagina 291
0W59-066 Verzenden met geregistreerde bestemmingen (E-mail/I-Fax/Gedeelde map/FTP-server) U kunt bestemmingen opgeven door deze in het adresboek te selecteren en door de numerieke toetsen te gebruiken. Als u het adresboek wilt gebruiken, moet u eerst bestemmingen opslaan in het adresboek. U kunt ook eerder gebruikte bestemmingen opgeven. Als in uw kantooromgeving een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ook bestemmingen op de server opgeven.
Pagina 292
0W59-067 Opgeven vanuit het adresboek U kunt een bestemming opgeven via het adresboek door een keuze te maken in de lijst met opgeslagen bestemmingen of door op naam van ontvanger te zoeken naar bestemmingen. U moet bestemmingen opslaan in het adresboek om deze functie te kunnen gebruiken. Registreren in het adresboek Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie Adresboek wijzigen via de UI op afstand...
Pagina 293
tekens op het geselecteerde tabblad. < > Druk hierop om bestemmingen voor faxen weer te geven. Zie Opgeven vanuit het adresboek (fax) als u bestemmingen wilt opgeven via dit tabblad. < > Druk hierop om bestemmingen voor e-mails weer te geven. <...
Pagina 294
te geven Voordat u <Bevest./Bewerk> selecteert in stap 1, kunt u tikken op en overschakelen tussen de bestemmingen die u hebt opgegeven. Geef een bestemming op die u wilt wissen en druk op KOPPELINGEN Documenten rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden als e-mailberichten I-Faxen verzenden Documenten rechtstreeks opslaan in een gedeelde map/op een FTP-server...
Pagina 295
0W59-068 Bestemmingen rechtstreeks selecteren door codes voor verkort kiezen in te voeren Als u de 3-cijferige code (code voor verkort kiezen) weet die aan de bestemming is toegewezen, kunt u de bestemming opgeven door die code direct op te geven. Als u verkort kiezen met code wilt gebruiken moet de bestemming van tevoren in het Adresboek zijn geregistreerd.
Pagina 296
Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. Tik op <Verwijderen>. Als u bestemmingen hebt opgegeven in Groepskiezen in stap 2, wordt <Aantal bestemmingen: > op het scherm weergegeven. Wanneer u dit item selecteert, worden gedetailleerde bestemmingen in Groepskiezen weergegeven. Tik op <Ja>. Als u bestemmingen snel en eenvoudig wilt verwijderen zonder de lijst met bestemmingen weer te geven Voordat u <Bevest./Bewerk>...
Pagina 297
0W59-069 Eerder gebruikte bestemmingen opgeven U kunt een bestemming selecteren uit de drie laatst gebruikte bestemmingen. Als u een eerder gebruikte bestemming opgeeft, worden ook de laatst gebruikte scaninstellingen, zoals de dichtheid, voor die bestemming geselecteerd. Als <Beperk opn. verz. vanuit log> is ingesteld op <Aan>, kunt u deze functie niet gebruiken. Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren Als u het apparaat uitschakelt of <Beperk nieuwe bestemmingen>...
Pagina 298
0W59-06A Bestemmingen op een LDAP-server opgeven (E-mail/I-Fax) Als in uw kantooromgeving een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ook bestemmingen opgeven die op die server zijn vastgelegd. Hiervoor opent u vanaf het apparaat het adresboek op een LDAP-server en zoekt u de bestemming.
Pagina 299
Door te tikken op <A/a/12> kunt u overschakelen tussen de verschillende invoerstanden (behalve voor het zoeken op faxnummer). Als u meerdere zoekcriteria wilt opgeven, herhaalt u stappen 4 en 5. Tik op <Zoekmethode>. Geef de zoekmethode op. <Alle onderstaande voorwaarden gebruiken> Er worden alleen bestemmingen gevonden en weergegeven die voldoen aan alle zoekcriteria uit stappen 4 en 5.
Pagina 300
Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. Tik op <Verwijderen>. Tik op <Ja>. Als u bestemmingen snel en eenvoudig wilt verwijderen zonder de lijst met bestemmingen weer te geven Voordat u <Bevest./Bewerk> selecteert in stap 1, kunt u tikken op en overschakelen tussen de bestemmingen die u hebt opgegeven.
Pagina 301
0W59-06C De gewenste scaninstellingen configureren De standaardinstellingen zijn de instellingen die steeds worden weergegeven wanneer u het apparaat aanzet of wanneer u drukt op Als u de scaninstellingen die u vaak gebruikt, registreert als standaardinstellingen, hoeft u niet steeds dezelfde instellingen op te geven wanneer u kopieën maakt.
Pagina 302
0W59-06E De standaardinstellingen wijzigen De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of op drukt. Als u deze standaardinstellingen afstemt op de bewerkingen die u regelmatig uitvoert, kunt u tijd besparen doordat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft op te geven als u gaat scannen.
Pagina 303
Instellingen Selecteer het item dat u wilt instellen en wijzig de standaardwaarde. Bestandsinstellingen <Menu> <Scaninstellingen> <Bestandsinstellingen> <Wijzig standaardinstellingen> Selecteer de instelling Wijzig de standaardwaarde van het geselecteerde item <Toepassen> Instellingen Selecteer het item dat u wilt instellen en wijzig de standaardwaarde. KOPPELINGEN Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen Documenten rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden als e-mailberichten...
Pagina 304
0W59-06F Veelgebruikte scaninstellingen registreren (E-mail/I-fax/Gedeelde map/FTP- server) U kunt tot wel 18 combinaties van scaninstellingen die u vaak gebruikt, registreren. Omdat u naar wens geregistreerde instellingen kunt weergeven, zijn er niet steeds ingewikkelde procedures nodig (bijv. het documenttype instellen, compacte PDF opgeven als bestandsformaat en het bestand naar alle interne personeel sturen).
Pagina 305
Selecteer waar u de instellingen wilt registreren. Controleer de details van de instellingen die u wilt registreren en tik op <Toepassen>. Gedetailleerde instellingen opgeven Tik op een te registreren instelling als u de waarde ervan wilt wijzigen. U kunt de bestemming van de registratie een andere naam geven door te tikken op <Naam wijzigen>. Tekst invoeren Selecteer of u de instellingen wilt registreren als een knop voor een snelkoppeling.
Pagina 306
U kunt bestemmingen niet meer wijzigen wanneer de instellingen zijn geregistreerd. Wis de instellingen, als u een bestemming wilt wijzigen, en registreer de instellingen opnieuw. Als u een bestemming hebt geregistreerd die u had opgegeven vanuit het Adresboek, en u wist vervolgens de bestemming uit het Adresboek, dan wordt de bestemming ook gewist uit de favoriete scaninstellingen.
Pagina 307
0W59-06H Het logboek voor verzonden documenten controleren (E-mail/I- Fax/Gedeelde map/FTP-server) U kunt het logboek voor gescande documenten die direct vanuit het apparaat zijn verzonden, inzien als lijst. Wanneer <Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Uit>, kunt u de logboeken voor verzonden documenten niet inzien. Weergave opdrachtlog Druk op Tik op <TX-opdracht>.
Pagina 308
Het apparaat gebruiken vanaf een Smartphone/Tablet U kunt met Canon Mobile Application gemakkelijk printen of scannen vanaf een mobiel toestel. Als uw mobiele toestel geschikt is voor NFC, kunt u afdrukken door gewoon het apparaat met het toestel aan te raken. verder kunt u de verbinding met het apparaat tot stand brengen zonder een draadloze LAN-router en kunt u de "UI op afstand"...
Pagina 310
U kunt gegevens afdrukken die op een smartphone/tablet staan die met dit apparaat is verbonden, en documenten die met het apparaat zijn gescand, naar de smartphone/tablet verzenden, die met het apparaat is verbonden. Ga voor geschikte besturingssystemen, de gedetailleerde procedure voor instellingen en bediening, naar de Canon website: http://www.canon.com/.
Pagina 311
Schakel op het mobiele toestel de NFC-functie in. Zie voor meer informatie de instructiehandleidingen voor uw mobiele toestel of neem contact op met de fabrikant. Installeer Canon Mobile Application op uw mobiele toestel. Zie voor meer informatie de Canon-website: http://www.canon.com/. Canon Mobile Application starten.
Pagina 312
0W59-06R Een eenvoudige draadloze verbinding tot stand brengen met Direct Connection (stand Toegangspunt) Zelfs op een locatie zonder toegangspunten of draadloze LAN-routers kunt u een directe verbinding tot stand brengen tussen het apparaat en uw mobiele toestel. U kunt dan afdrukken vanaf uw mobiele toestel wanneer u maar wilt, zonder moeilijke instellingen voor verbinding.
Pagina 314
0W59-06S UI op afstand gebruiken vanaf een mobiel toestel U kunt de UI op afstand gebruiken vanuit een webbrowser die op uw mobiele toestel is geïnstalleerd. Zo kunt u de status van het apparaat controleren en instellingen van het apparaat opgeven vanaf uw mobiele toestel. Geschikte browsers De volgende browsers zijn geschikt voor de UI op afstand van mobiele toestellen.
Pagina 315
0W59-06U AirPrint gebruiken U kunt afdrukken, scannen of faxen zonder een printerstuurprogramma, u verzendt afdrukgegevens draadloos vanaf Apple-apparaten. AirPrint instellen AirPrint-instellingen configureren Het scherm voor AirPrint weergeven Functies van AirPrint Afdrukken met AirPrint Scannen met AirPrint Faxen met AirPrint (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Problemen oplossen Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is AirPrint-instellingen configureren...
Pagina 316
Klik op [Bewerken]. Geef de vereiste instellingen op en klik op [OK]. [AirPrint gebruiken] Schakel dit selectievakje in als u wilt afdrukken met AirPrint. Schakel het selectievakje uit als u AirPrint wilt uitschakelen. [Printernaam]/[Locatie]/[Breedtegraad]/[Lengtegraad] Voer de naam en de installatielocatie in om dit apparaat eenvoudig te herkennen vanaf uw Apple-apparaat. Deze informatie is handig als u meerdere AirPrint-printers gebruikt.
Pagina 317
U kunt het scherm van AirPrint weergeven en zo niet alleen toegang krijgen tot de verschillende AirPrint-instellingen, maar ook gegevens van verbruiksartikelen bekijken, zoals papier en tonercartridges. ( IEEE 802.1X-verificatie configureren). Klik op [Systeemvoorkeuren] in het Dock op het bureaublad [Printers en scanners].
Pagina 318
0W59-06W Afdrukken met AirPrint U hebt niet altijd een computer nodig voor het afdrukken van e-mailberichten, foto's, webpagina's en andere documenten. Met AirPrint kunt u direct afdrukken vanaf Apple-apparaten zoals iPad, iPhone, iPod touch. Afdrukken vanaf een iPad, iPhone of iPod touch Afdrukken vanaf Mac Systeemvereisten Voor het afdrukken met AirPrint hebt u een van de volgende Apple-toestellen nodig.
Pagina 319
Tik op [Druk af]. Het afdrukken wordt gestart. De afdrukstatus controleren Druk tijdens het afdrukken twee keer op de Home-knop van het Apple-toestel tik op [Druk af]. Afdrukken vanaf Mac Controleer dat het apparaat is ingeschakeld en verbinding heeft met uw Mac. Zie "Aan de slag", als u wilt weten hoe u dit kunt nagaan.
Pagina 320
0W59-06X Scannen met AirPrint U kunt met AirPrint de gegevens die door het apparaat zijn gescand, direct overzenden naar een Mac. Systeemvereisten Als u wilt scannen met AirPrint hebt u een Mac nodig met daarop Mac OS X 10.9 of later geïnstalleerd. Netwerkomgeving U hebt een van de volgende omgevingen nodig.
Pagina 321
Wanneer <Automatisch online voor scan op afstand> is ingesteld op <Uit>, zet dan het apparaat eerst online door te tikken op <Scannen> <Scanner op afstand> in deze volgorde vanuit het <Start>-scherm, en start vervolgens de procedure voor het scannen. Instellingen externe UI U kunt niet scannen terwijl instellingen voor afdrukken, kopiëren of faxen worden uitgevoerd, of het apparaat op welke manier dan ook in bedrijf is.
Pagina 322
0W59-06Y Faxen met AirPrint Met AirPrint kunt u faxen verzenden vanaf een Mac bijna zoals u afdrukt vanaf een Mac. Systeemvereisten Wilt u faxen verzenden met AirPrint, dan hebt u een Mac nodig met Mac OS X 10.9 of later daarop geïnstalleerd. Netwerkomgeving U hebt een van de volgende omgevingen nodig.
Pagina 323
0W59-070 Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is, probeer dan een van de volgende oplossingen. Controleer dat het apparaat is ingeschakeld. Als het apparaat is ingeschakeld, schakel het dan eerst uit, wacht ten minste 10 seconden en zet het vervolgens weer aan en kijk of het probleem is verholpen.
Pagina 324
0W59-071 Google Cloudprinter gebruiken Google Cloudprinter is een service waarmee gebruikers met een Google-account kunnen afdrukken vanuit programma's zoals Google Documenten™ of Gmail™ via een smartphone, tablet of computer die is verbonden met internet. In tegenstelling tot het traditionele afdrukken vanaf een computer, is Google Cloudprinter een nieuwe technologie waarmee u kunt afdrukken door een printer rechtstreeks te verbinden met het web.
Pagina 325
0W59-072 Afdrukken met Google Cloudprinter Als u wilt afdrukken met Google Cloudprinter, moet de machine zijn geregistreerd bij Google Cloudprinter. De apparaatinstellingen controleren De instellingen van Google Cloud Print wijzigen De machine registreren bij Google Cloudprinter U kunt Google Cloudprinter alleen gebruiken met een Google-account. Als u die nog niet hebt, gaat u naar de website van Google en maakt u een account aan.
Pagina 326
Klik op [Netwerkinstellingen] [Instellingen Google Cloudprinter]. Klik op [Registreren] in [Registratiestatus]. Als [Registreren] niet beschikbaar is U moet Google Cloud Print inschakelen. Klik op [Bewerken], schakel het selectievakje [Google Cloudprinter gebruiken] in en klik op [OK]. Als u het apparaat opnieuw wilt registreren Als u het apparaat opnieuw wilt registreren omdat de eigenaar van het apparaat is veranderd of vanwege andere redenen, moet u de registratie van het apparaat eerst ongedaan maken en het apparaat vervolgens opnieuw registreren.
Pagina 327
Volg de aanwijzingen op het scherm om de machine te registreren. Wilt u afdrukken, start dan een applicatie die geschikt is voor Google Cloud Print, zoals Google Chrome™, Gmail of Google Docs op een informatie-terminal zoals een computer of smartphone. Ga naar de website van Google Cloudprinter voor informatie over de meest recente programma's die ondersteuning bieden voor Google Cloudprinter.
Pagina 328
0W59-073 Netwerk Het apparaat is ontworpen voor flexibel gebruik binnen verschillende omgevingen. Dit betekent dat het apparaat naast verschillende standaardfuncties voor netwerkgebruik, ook geavanceerde technologieën ondersteunt. Gelukkig hoeft u geen netwerkexpert te zijn om deze functies te kunnen gebruiken, bij het ontwerpen van het apparaat is immers ook rekening is gehouden met het gebruiksgemak. Voer de configuratiestappen voor de netwerkfuncties één voor één uit door de instructies zorgvuldig te volgen.
Pagina 329
0W59-074 Verbinding maken met een netwerk Wanneer u de verbinding tot stand brengt van het apparaat met een bekabeld of draadloos lokaal netwerk (LAN), moet u een IP-adres instellen dat uniek is voor het geselecteerde netwerk. Kies voor "bekabeld" of "draadloos", afhankelijk van de communicatie-omgeving en netwerkapparatuur.
Pagina 330
Verbinding maken met een draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Stel zo nodig het IP-adres in. Op het tijdstip van aankoop is het apparaat zo ingesteld dat een IP adres automatisch wordt opgehaald. Wijzig deze instelling als u een specifiek IP adres wilt gebruiken. IP-adressen instellen...
Pagina 331
0W59-075 Bekabeld LAN of Draadloos LAN selecteren Wanneer u een besluit hebt genomen over de verbinding tussen het apparaat en de computer via een bedraad of een draadloos netwerk, selecteert u bedraad of draadloos met het bedieningspaneel. NB als u de instelling wijzigt van <Bedraad LAN> in <Draadloos LAN> of vice versa, zult u de installatie van MF-stuurprogramma's die op uw computer zijn geïnstalleerd, ongedaan moeten maken en ze vervolgens opnieuw moeten installeren.
Pagina 332
0W59-076 Verbinding maken met een bekabeld LAN Sluit de machine via een router aan op een computer. Sluit de machine met een LAN-kabel aan op de router. Sluit een LAN-kabel aan. Sluit de machine met een LAN-kabel aan op een router. U hoort een klik als de connector van de kabel op zijn plaats klikt.
Pagina 333
0W59-077 Verbinding maken met een draadloos LAN Als u een draadloze router (of een toegangspunt) gebruikt, loopt de verbinding tussen de machine en een computer via radiogolven. Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor Wi-Fi Protected Setup (WPS), kunt u het netwerk automatisch en dus eenvoudig configureren.
Pagina 334
Als de draadloze router is ingesteld voor WEP-verificatie, kunt u mogelijk geen verbinding instellen via WPS. Verbinding handmatig instellen Als u handmatig een draadloze verbinding gaat instellen, kunt u een draadloze router selecteren of zelf de benodigde gegevens invoeren. Ongeacht de methode, moet u beschikken over de benodigde gegevens, zoals de SSID en netwerksleutel ( De SSID en de netwerksleutel controleren).
Pagina 335
0W59-078 De verbinding instellen met behulp van de WPS Drukknop-modus Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor de drukknop-modus van WPS, kunt u eenvoudig een verbinding configureren via de WPS-knop. De instructies voor de draadloze router kunnen per apparaat verschillen. Raadpleeg de handleiding van de router voor hulp. Tik op <Menu>...
Pagina 336
Wanneer de configuratie is voltooid, wordt het onderstaande scherm weergegeven en gaat ongeveer 2 seconden later het Wi-Fi- lampje branden. Wacht ongeveer 2 minuten totdat de instellingen voor het IP-adres van de machine zijn voltooid. Signaalsterkte Als voor een verbinding meerdere draadloze routers beschikbaar zijn, maakt de machine verbinding met het apparaat met het krachtigste signaal.
Pagina 337
0W59-079 De verbinding instellen met behulp van de WPS PIN-modus Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor de WPS PIN-modus, genereert u een pincode met de machine en registreert u deze code op het netwerkapparaat. De instructies voor de draadloze router kunnen per apparaat verschillen. Raadpleeg de handleiding van de router voor hulp. Vanaf een computer Ga in een browser naar de instellingen van de draadloze router en geef het scherm weer voor het invoeren van een WPS PIN-code.
Pagina 338
Vanaf het bedieningspaneel Controleer of het Wi-Fi-lampje brandt op het bedieningspaneel. Het Wi-Fi-lampje knippert wanneer er een draadloze router wordt gedetecteerd. Wanneer de configuratie is voltooid, wordt het onderstaande scherm weergegeven en gaat ongeveer 2 seconden later het Wi-Fi- lampje branden. Wacht ongeveer 2 minuten totdat de instellingen voor het IP-adres van de machine zijn voltooid.
Pagina 339
0W59-07A De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren U kunt de beschikbare draadloze routers (of toegangspunten) zoeken en een keuze maken uit de display van het apparaat. Geef voor de netwerksleutel een WEP-sleutel op of TKIP. Controleer en noteer de benodigde configuratiegegevens, zoals de SSID en netwerksleutel De SSID en de netwerksleutel controleren) voordat u een draadloze router selecteert.
Pagina 340
Als uw draadloze router niet wordt gevonden Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk. Problemen met installatie/instellingen Voer de netwerksleutel in die u hebt opgeschreven. Voer de netwerksleutel in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Tekst invoeren WPA-PSK of WPA2-PSK Tik op <Ja>.
Pagina 341
Als het IP-adres van het apparaat is gewijzigd In een DHCP-omgeving kan het IP-adres van het apparaat automatisch worden gewijzigd. Als dit gebeurt, wordt de verbinding gehandhaafd op voorwaarde dat het apparaat en de computer nog steeds deel uitmaken van hetzelfde subnet. KOPPELINGEN Verbinding maken met een draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw)
Pagina 342
0W59-07C De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven Als u gedetailleerde beveiligingsinstellingen wilt opgeven of geen draadloze verbinding tot stand kunt brengen via de andere procedures, kunt u alle benodigde gegevens voor de draadloze verbinding ook zelf invoeren. Controleer en noteer de benodigde gegevens voordat u de instellingen gaat opgeven.
Pagina 343
Tik op <WEP-sleutel bewerken>. Selecteer de WEP-sleutel (1 t/m 4) die u wilt wijzigen. U kunt maximaal vier WEP-sleutels opslaan. Voer de netwerksleutel in die u hebt opgeschreven. Voer de netwerksleutel in met de numerieke toetsen en tik op <Toepassen>. Tekst invoeren Tik op <Selecteer WEP-sleutel>.
Pagina 344
Als er een foutbericht verschijnt tijdens het installeren Tik op <Sluiten>, controleer of de opgegeven instellingen juist zijn en ga terug naar stap 5. Controleer of het Wi-Fi-lampje brandt op het bedieningspaneel. Het Wi-Fi-lampje knippert wanneer er een draadloze router wordt gedetecteerd. Wanneer de configuratie is voltooid, wordt het onderstaande scherm weergegeven en gaat ongeveer 2 seconden later het Wi-Fi- lampje branden.
Pagina 345
LAN. Als u een Mac OS gebruikt De dvd-rom die bij het apparaat wordt geleverd, bevat niet de Canon MF/LBP Wireless Setup Assistant voor Mac OS. U kunt deze verkrijgen door naar de volgende Canon Website te gaan:http://www.canon.com/ Plaats de meegeleverde dvd-rom in het dvd-rom-station van de computer.
Pagina 346
Lees de licentieovereenkomst en klik op [Yes] om akkoord te gaan. Controleer de gegevens die worden weergegeven voor de draadloze router. Noteer de benodigde gegevens. Als u niet weet welke gegevens u nodig hebt, noteert u alle weergegeven gegevens. Als er geen draadloze routers worden gevonden Klik op [Refresh].
Pagina 347
0W59-07F IP-adressen instellen Als u de machine wilt gebruiken in een netwerk, hebt u een uniek IP-adres nodig. Er zijn twee versies van IP-adressen beschikbaar: IPv4 en IPv6. Configureer het IP-adres afhankelijk van de netwerkomgeving. Als u IPv6-adressen wilt gebruiken, moet u de IPv4- adresinstellingen op de juiste manier configureren.
Pagina 348
0W59-07H IPv4-adres instellen Het IPv4-adres van het apparaat kan automatisch worden toegewezen via een speciaal protocol zoals DHCP of het kan handmatig worden ingevoerd. Als u het apparaat verbindt met een bekabeld LAN, zorg er dan voor dat de stekker van de LAN-kabel stevig in de aansluiting zit ( Verbinding maken met een bekabeld LAN).
Pagina 349
Als <Uit> is geselecteerd, verandert u dit in <Aan>. Tik op <Toepassen>. IP-adressen die worden toegewezen via DHCP vervangen het adres dat is verkregen via Auto IP. Handmatig een IP-adres invoeren Controleer of <Automatisch verkrijgen> is ingesteld op <Uit>. Als <Aan> wordt weergegeven, tikt u op <Automatisch verkrijgen> en stelt u zowel <Selecteer protocol> als <Auto IP>...
Pagina 350
KOPPELINGEN IPv6-adres instellen Netwerkinstellingen weergeven WINS configureren...
Pagina 351
0W59-07J IPv6-adres instellen De IPv6-adressen van het apparaat kunnen worden geconfigureerd via de UI op afstand. Controleer voordat u IPv6-adressen gaat instellen de instellingen van het IPv4-adres ( IPv4-instellingen weergeven). U kunt de IPv6-adressen pas gebruiken wanneer u de juiste IPv4-instellingen hebt ingesteld. NB. De scanfunctie die gebruikmaakt van het scannerstuurprogramma of MF Scan Utility is niet beschikbaar in een IPv6-omgeving.
Pagina 352
Schakel het selectievakje [Gebruik IPv6] in en configureer de vereiste instellingen. [Gebruik IPv6] Schakel dit selectievakje in om IPv6 te activeren op het apparaat. Als u IPv6 niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit. [Stateless adres] Schakel dit selectievakje in als u een stateless adres gebruikt. Als u geen stateless adres gebruikt, schakelt u het selectievakje uit. [Gebruik handmatig adres] Wanneer u handmatig een IPv6-adres wilt invoeren, schakelt u dit selectievakje in en gebruikt u de daarvoor bestemde vakken om het IP-adres, de prefixlengte en het standaardrouteradres in te voeren.
Pagina 353
Instellingen selecteren vanaf het bedieningspaneel De IPv6-instellingen zijn ook bereikbaar via <Menu> op het scherm <Start>. IPv6-instellingen KOPPELINGEN IPv4-adres instellen Netwerkinstellingen weergeven...
Pagina 354
0W59-07K Netwerkinstellingen weergeven IPv4-instellingen weergeven IPv6-instellingen weergeven Het MAC-adres weergeven voor Bedraad LAN Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Het IP-adres is niet goed geconfigureerd als dit wordt weergegeven als "0.0.0.0". Als u het apparaat aansluit op een switching hub of bridge, kan er sprake zijn van een verbindingsfout, zelfs wanneer het IP- adres goed is geconfigureerd.
Pagina 355
Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Tik op <Menu> in het scherm <Start>. Tik op <Netwerkinstellingen>. Als het aanmeldingsscherm verschijnt, gebruikt u de numerieke toetsen om de juiste combinatie van ID en pincode in te voeren. Druk vervolgens op Aanmelden bij de machine Tik op <Instellingen draadloos LAN>.
Pagina 357
0W59-07L De instellingen configureren voor Directe Verbinding (Stand Toegangspunt) Maak met een mobiel toestel draadloos en rechtstreeks verbinding met het apparaat zonder draadloze LAN-router (of toegangspunt). Zie voor hoe u kunt afdrukken met Directe Verbinding Een eenvoudige draadloze verbinding tot stand brengen met Direct Connection (stand Toegangspunt)(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw).
Pagina 358
0W59-07R De machine configureren voor afdrukken of faxen vanaf een computer Wanneer u het apparaat gebruikt als een netwerkprinter of om faxen te versturen vanaf een computer, kunt u de protocollen en poorten configureren die u wilt gebruiken voor afdrukken en een afdrukserver instellen voor het apparaat. Ga het apparaat pas configureren voor afdrukken of faxen vanaf een computer nadat u de basisprocedures hebt uitgevoerd.
Pagina 359
0W59-07S Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren Configureer de protocollen die worden gebruikt voor het afdrukken van documenten vanaf een netwerkcomputer. De ondersteunde protocollen zijn LPD, RAW en WSD (Web Services on Devices). Om de poortnummers van protocollen te wijzigen, raadpleegt u Poortnummers wijzigen.
Pagina 360
[Gebruik LPD-afdrukken] Schakel dit selectievakje in om af te drukken via LPD. Als u niet afdrukt via LPD, schakelt u het selectievakje uit. [Gebruik RAW-afdrukken] Schakel dit selectievakje in om af te drukken via RAW. Als u RAW niet gebruikt om af te drukken, schakelt u het selectievakje uit.
Pagina 361
uitgeschakeld, blijft de slaapstand van het apparaat actief, zelfs als er multicast-discovery-berichten worden verstuurd in het netwerk. Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Instellingen selecteren vanaf het bedieningspaneel De instellingen voor LPD, RAW en WSD zijn ook bereikbaar via <Menu>...
Pagina 362
Als het IP-adres van de machine is gewijzigd, voegt u een nieuwe poort toe. Dit is ook een goede oplossing als er tijdens het installeren van het printerstuurprogramma een onjuist poorttype is geselecteerd in de Windows-printermap. Klik op [Poort toevoegen]. Selecteer [Canon MFNP Port] bij [Beschikbare poorttypen] en klik op [Nieuwe poort].
Pagina 363
Klik op [Automatisch detecteren], selecteer het apparaat als dit is gevonden en klik op [Volgende]. Als het apparaat niet wordt gevonden Klik op [Vernieuwen]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [IP-adres] of [MAC-adres], voert u het IP-adres of MAC-adres van het apparaat Netwerkinstellingen weergeven in en klikt u op [Volgende].
Pagina 364
KOPPELINGEN Een printserver instellen...
Pagina 365
Overleg met uw netwerkbeheerder als u een printserver wilt implementeren in een domeinomgeving. Afdeling ID beheer uitvoeren met een afdrukserver In dat geval moet u Canon Driver Information Assist Service toevoegen tijdens de installatie van het printerstuurprogramma. Raadpleeg de Installatiehandleiding MF-stuurprogramma voor nadere bijzonderheden.
Pagina 366
Klik op [Opties voor delen wijzigen]. Als het dialoogvenster [Gebruikersaccountbeheer] wordt weergegeven, klik dan op [Ja] of [Doorgaan]. Installeer eventueel aanvullende stuurprogramma's. Deze bewerking is noodzakelijk als u via de printserver MF-stuurprogramma's wilt installeren op computers met een andere bitarchitectuur. Klik op [Extra stuurprogramma's].
Pagina 367
Zoek de gedeelde printer op de printserver. Printers weergeven die worden gedeeld op de printserver Dubbelklik op de gedeelde printer. Volg de instructies op het scherm om de stuurprogramma's te installeren. KOPPELINGEN Afdrukken vanaf een computer...
Pagina 368
0W59-07X Scaninstellingen configureren (E-mail/I-faxen/Gedeelde mappen/FTP- server) U kunt gescande originele documenten alleen rechtstreeks per e-mail of I-Fax verzenden of opslaan in gedeelde mappen of op een FTP- server als u het netwerk configureert. De Instel-tool Zendfunctie, een applicatie die bij het apparaat wordt geleverd, zal u helpen bij de vereiste installatie.
Pagina 369
0W59-07Y Scan-instellingen configureren (E-mail verzenden, I-Faxes verzenden & ontvangen) Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar e-mail. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden. Verbinding maken met een draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Verbinding maken met een bekabeld LAN Zorg ervoor dat u over de volgende gegevens beschikt:...
Pagina 370
0W59-080 Basisinstellingen voor e-mail configureren De Instel-tool Zendfunctie is een hulpmiddel voor het configureren van de e-mailinstellingen. Met dit programma kunt u ook e- mailadressen opslaan in het adresboek. U kunt meer gedetailleerde instellingen opgeven door de UI op afstand te gebruiken in plaats van de Instel-tool Zendfunctie Communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax configureren).
Pagina 371
Als het onderstaande scherm verschijnt Klik op [Ja]. Selecteer het apparaat in [Apparatenlijst] en klik op [Volgende]. Als het apparaat niet wordt weergegeven in [Apparatenlijst] Klik op [Opnieuw zoeken]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [Zoeken op IP-adres], typt u het IP-adres van het apparaat en klikt u op [OK].
Pagina 372
Als u wordt gevraagd een pincode voor het adresboek in te voeren, typt u de pincode voor het adresboek en klikt u op [OK]. Een pincode instellen voor het adresboek Geef de vereiste instellingen op. [Registratie] [Favorietnummer] Met de Instel-tool Zendfunctie kunt u een e-mailadres opslaan in het onderdeel <Favorieten> van het adresboek. Selecteer een nummer in de vervolgkeuzelijst.
Pagina 373
Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Er kunnen extra instellingen nodig zijn, afhankelijk van het netwerk dat u gebruikt. Neem voor meer informatie contact op met uw internetprovider of de netwerkbeheerder.
Pagina 374
0W59-081 Communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax configureren Configureer met de UI op afstand de gedetailleerde instellingen voor het verzenden en ontvangen, zoals de instellingen voor het gebruik van het apparaatvoor het verzenden en ontvangen van I-Faxen en de instellingen voor POP-verificatie en versleuteling, voordat u e- mailberichten of I-Faxen verzendt.
Pagina 375
[SMTP-server] Voer met maximaal 48 alfanumerieke tekens de naam van de SMTP-server in (of het IP-adres) voor het verzenden van e-mail en I-Faxen. [E-mailadres] Gebruik maximaal 120 tekens voor het e-mailadres dat u wilt gebruiken voor het apparaat. [POP-server] Voeren met maximaal 48 alfanumerieke tekens de naam van de SMTP-server of het IP-adres in voor het verzenden van e-mail en I-Faxen.
Pagina 376
[Gebruik POP-authenticatie voor verzending] Schakel het selectievakje in als u de POP3-server voor verificatie wilt gebruiken. [Gebruik APOP-authenticatie] Schakel het selectievakje in om het wachtwoord tijdens het verificatieproces te coderen met APOP. [Gebruik SMTP-authenticatie (SMTP AUTH)] Als u verificatie wilt inschakelen op de SMTP-server, schakelt u het selectievakje in en typt u maximaal 64 tekens in het vak [Gebruikersnaam].
Pagina 377
0W59-082 De machine configureren voor het scannen naar gedeelde mappen Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar gedeelde mappen. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden. Verbinding maken met een draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Verbinding maken met een bekabeld LAN Zorg ervoor dat u over de volgende gegevens beschikt:...
Pagina 378
0W59-083 Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie Het scannen naar gedeelde mappen wordt ook wel "scannen naar SMB" genoemd omdat de functie werkt met SMB (Server Message Block), een technologie van Windows. SMB is een protocol voor het delen van bronnen, zoals bestanden en printers, met meerdere apparaten in een netwerk ( SMB configureren ).
Pagina 379
Als het onderstaande scherm verschijnt Klik op [Ja]. Selecteer het apparaat in [Apparatenlijst] en klik op [Volgende]. Als het apparaat niet wordt weergegeven in [Apparatenlijst] Klik op [Opnieuw zoeken]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [Zoeken op IP-adres], typt u het IP-adres van het apparaat en klikt u op [OK].
Pagina 380
Als u wordt gevraagd een pincode voor het adresboek in te voeren, typt u de pincode voor het adresboek en klikt u op [OK]. Een pincode instellen voor het adresboek Geef de vereiste instellingen op. [Registratie] [Favorietnummer] Met de Instel-tool Zendfunctie kunt u een gedeelde map voor het opslaan van gescande documenten toevoegen aan het onderdeel <Favorieten>...
Pagina 381
[Toegangsbeperking voor gedeelde map] Selecteer het keuzerondje [Niet ingesteld] of [Ingesteld], afhankelijk van de toegangsinstellingen die zijn ingesteld voor de gedeelde map. Als u [Ingesteld] selecteert, typt u de gebruikersnaam in het vak [Naam geregistreerde gebruiker] en het wachtwoord in het vak [Wachtwoord voor toegang]. Klik op [Volgende].
Pagina 382
0W59-084 Het apparaat configureren voor het scannen naar de FTP-server Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar een FTP-server. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden. Verbinding maken met een draadloos LAN (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Verbinding maken met een bekabeld LAN Zorg ervoor dat u over de volgende gegevens beschikt:...
Pagina 383
0W59-085 FTP PASV-stand configureren PASV is een FTP-communicatiestand die wordt gebruikt voor bestandsoverdracht. U kunt alleen verbinding maken met een FTP-server via een firewall met de PASV-stand. Controleer eerst dat de PASV-stand is ingesteld op de FTP-server. Of de PASV-stand wordt gebruikt voor FTP hangt af van uw netwerkomgeving en de instellingen op de FTP-server waar gegevens naartoe worden verzonden.
Pagina 384
Schakel het selectievakje [FTP PASV-modus gebruiken] in en klik op [OK]. [FTP PASV-modus gebruiken] Selecteer het selectievakje voor het gebruik van de PASV-stand. Gebruikt u de PASV-stand niet, laat het selectievakje dan leeg. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan.
Pagina 385
0W59-086 De machine configureren voor uw netwerkomgeving De configuratie van een netwerk varieert naargelang de functie van het netwerk. Het apparaat is ontworpen voor compatibiliteit met zo veel mogelijk netwerkconfiguraties en ondersteunt om die reden verschillende technologieën. Overleg met de netwerkbeheerder en kies voor een configuratie die aansluit bij uw netwerkomgeving.
Pagina 386
0W59-087 Ethernet-instellingen configureren Ethernet is een standaard voor het uitwisselen van gegevens in een lokaal netwerk (LAN). U kunt de communicatiemodus (Half duplex/Full duplex) en het type Ethernet (10BASE-T/100BASE-TX) instellen. Over het algemeen is het zo dat u het apparaat kunt gebruiken zonder dat u de standaardinstellingen hoeft te wijzigen Instellingen Ethernet-stuurprogramma), maar u kunt de instellingen wijzigen om deze beter af te stemmen op uw netwerkomgeving.
Pagina 387
KOPPELINGEN De maximale verzendeenheid wijzigen Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk...
Pagina 388
0W59-088 De maximale verzendeenheid wijzigen In de meeste Ethernet-netwerken is 1500 bytes de maximale grootte van een gegevenspakket dat kan worden verzonden. Een pakket is het blok met gegevens waarin de oorspronkelijke gegevens worden opgedeeld voordat ze worden verzonden. De maximale verzendeenheid (MTU) kan per netwerk verschillen.
Pagina 389
0W59-089 Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk Als in een netwerk redundante connectiviteit wordt aangeboden door de aanwezigheid van verschillende switching hubs of bridges, moet er een mechanisme zijn om te voorkomen dat pakketten in een oneindige lus terechtkomen. Een efficiënte oplossing is dus om voor elke switch-poort een bepaalde rol te definiëren.
Pagina 390
0W59-08A DNS configureren DNS (Domain Name System) is een service voor naamomzetting waarmee de naam van een host (of domein) wordt gekoppeld aan een IP-adres. Configureer de benodigde instellingen voor DNS, mDNS of DHCP. De procedures voor het configureren van DNS zijn verschillend voor IPv4 en IPv6.
Pagina 391
[DNS-instellingen] [Adres primaire DNS-server] Voer het IP-adres van een DNS-server in. [Adres secundaire DNS-server] Voer het IP-adres van een secundaire DNS-server in, indien beschikbaar. [Hostnaam] Typ hier maximaal 47 alfanumerieke tekens voor de hostnaam van het apparaat dat u wilt registreren op de DNS- server.
Pagina 392
IPv6 DNS configureren Klik op [Bewerken] in [IPv6-instellingen]. Configureer de DNS-instellingen van IPv6. Het selectievakje [Gebruik IPv6] moet zijn ingeschakeld om de instellingen te configureren. IPv6-adres instellen [DNS-instellingen] [Adres primaire DNS-server] Voer het IP-adres van een DNS-server in. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adressen). [Adres secundaire DNS-server] Voer het IP-adres van een secundaire DNS-server in, indien beschikbaar.
Pagina 393
mDNS (multicast DNS) wordt ondersteund door Bonjour en is een protocol voor het koppelen van een hostnaam aan een IP-adres zonder DNS te gebruiken. Schakel het selectievakje in als u mDNS wilt gebruiken. [Gebruik zelfde mDNS-naam als IPv4] Schakel het selectievakje in als u dezelfde mDNS-naam wilt gebruiken als in IPv4. Als u een andere naam wilt instellen, schakelt u het selectievakje uit en typt u de mDNS-naam in het vak [mDNS-naam].
Pagina 394
0W59-08C SMB configureren SMB (Server Message Block) is een protocol voor het delen van bronnen, zoals bestanden en printers, met meerdere apparaten in een netwerk. Het apparaat maakt gebruik van SMB om gescande documenten op te slaan in een gedeelde map. Afhankelijk van het netwerk, moet u de NetBIOS-naam en een werkgroepnaam instellen.
Pagina 395
Geef de vereiste instellingen op en klik op [OK]. [NetBIOS-naam] Gebruik maximaal 15 alfanumerieke tekens voor de NetBIOS-naam van het apparaat. [Werkgroepnaam] Gebruik maximaal 15 alfanumerieke tekens voor de naam van de werkgroep waarvan het apparaat deel uitmaakt. NetBIOS-namen of werkgroepnamen die beginnen met een asterisk ( ) kunnen niet worden geregistreerd op een WINS-server. Start de machine opnieuw op.
Pagina 396
0W59-08E WINS configureren WINS (Windows Internet Name Service) is een service voor naamomzetting waarmee een NetBIOS-naam (de naam van een computer of printer in een SMB-netwerk) wordt gekoppeld aan een IP-adres. U moet de WINS-server opgeven om WINS in te schakelen. Als u instellingen voor de WINS-server wilt opgeven, moeten de NetBIOS-naam en de werkgroepnaam zijn ingesteld.
Pagina 397
[WINS-resolutie] Schakel dit selectievakje in als u WINS wilt gebruiken voor naamomzetting. Als u WINS niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit. [WINS-serveradres] Voer het IP-adres van de WINS-server in. Als het IP-adres van de WINS-server wordt verkregen van een DHCP-server, heeft het verkregen IP-adres prioriteit boven het IP-adres dat is ingevoerd in het vak [WINS-serveradres].
Pagina 398
0W59-08F LDAP-servers registreren Als er een LDAP-server is geïmplementeerd in het netwerk, kunt u faxnummers en e-mailadressen zoeken op de server. Deze nummers en adressen kunt u vervolgens als bestemmingen opgeven of in het adresboek opslaan. NB. als de authenticatie voor de zendfunctie ( LDAP-Server-authenticatie ) is ingeschakeld, moet u de server die wordt gebruikt voor authenticatie, registreren.
Pagina 399
Geregistreerde server-informatie bewerken Klik op de tekstlink onder [Servernaam] voor het bewerkingsscherm. Geregistreerde server-informatie wissen Klik op [Verwijderen] rechts van de naam van de server die u wilt wissen klik op [OK]. Registreer de LDAP-server. Registreer de server die wordt gebruikt voor zoekopdrachten Registreer de server voor het zoeken naar fax- en e-mail-bestemmingen.
Pagina 400
Geef aan hoe lang het apparaat moet zoeken. Voer een waarde in tussen 30 en 300 seconden. [Inloggegevens] Selecteer [Niet gebruiken], [Gebruik] of [Gebruik (beveiligingsauthenticatie)], afhankelijk van het type verificatie dat wordt gebruikt door de LDAP-server. Als [Gebruik] of [Gebruik (beveiligingsauthenticatie)] is geselecteerd, moet u een gebruikersnaam en wachtwoord opgeven.
Pagina 401
[Serveradres] en DNS Let op de volgende punten om fouten te voorkomen bij het zoeken naar bestemmingen: Als de hostnaam is opgegeven bij [Serveradres], moet er een DNS-server beschikbaar zijn in het netwerk. If the IP address is entered for [Serveradres], controleer dan of de DNS-server alleen voorwaarts zoeken ondersteunt.
Pagina 402
KOPPELINGEN Bestemmingen op een LDAP-server opgeven (fax) Bestemmingen op een LDAP-server opgeven (E-mail/I-Fax) SNTP configureren LDAP-Server-authenticatie...
Pagina 403
0W59-08H SNTP configureren Met SNTP (Simple Network Time Protocol) kunt u de systeemklok synchroniseren met de tijdserver in het netwerk. Het protocol wordt meestal gebruikt voor het synchroniseren van het apparaat en een server, bijvoorbeeld wanneer het apparaat toegang nodig heeft tot een LDAP-server waarvoor verificatie is ingeschakeld.
Pagina 404
Schakel het selectievakje [Gebruik SNTP] in en geef de benodigde instellingen op. [Gebruik SNTP] Schakel het selectievakje in als u SNTP wilt gebruiken voor synchronisatie. Als u SNTP niet wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje uit. [NTP-servernaam] Voer het IP-adres van de NTP- of de SNTP-server in. Als DNS beschikbaar is in het netwerk, kunt u een hostnaam (of FQDN) van maximaal 255 alfanumerieke tekens invoeren.
Pagina 405
0W59-08J De machine bewaken en bedienen met SNMP SNMP (Simple Network Management Protocol) is een protocol voor het bewaken en aansturen van communicatieapparaten in een netwerk dat werkt met MIB (Management Information Base). De machine ondersteunt SNMPv1 en SNMPv3 met extra beveiliging. U kunt de status van de machine controleren vanaf een computer wanneer u documenten afdrukt of de UI op afstand gebruikt.
Pagina 406
Klik op [Bewerken]. Geef instellingen voor SNMPv1 op. Als u de SNMPv1-instellingen niet hoeft te wijzigen, gaat u verder met de volgende stap. [Gebruik SNMPv1] Schakel dit selectievakje in om SNMPv1 in te schakelen. De overige instellingen voor SNMPv1 kunt u alleen opgeven als dit selectievakje is ingeschakeld.
Pagina 407
[Gebruik speciale community] De speciale community is een vooraf-gedefinieerde community die uitsluitend is bedoeld voor beheerders die met Canon-software werken, zoals iW Management Console. Schakel het selectievakje in als u de speciale community wilt gebruiken. Als u de speciale community niet wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje uit.
Pagina 408
Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Zowel SNMPv1 als SNMPv3 uitschakelen Als beide versies van SNMP zijn uitgeschakeld, zijn enkele functies van het apparaat niet beschikbaar, zoals het opvragen van gegevens van het apparaat via het printerstuurprogramma.
Pagina 409
Dit gedeelte beschrijft de procedures van de SLP-instellingen en instellingen voor communicatie tussen het apparaat en plug-ins voor iW Management Console. U kunt deze instellingen opgeven via de UI op afstand. Neem voor meer informatie over iW Management Console contact op met de officiële Canon-dealer ter plaatse. SLP-communicatie met software voor apparaatbeheer configureren...
Pagina 410
Geef de SLP-instellingen op. Instellingen voor Multicast Discovery opgeven Klik op [Bewerken] in [Instellingen Multicast Discovery]. Schakel het selectievakje [Reageren op Discovery] in en geef de benodigde instellingen op. [Reageren op Discovery] Schakel het selectievakje in als het apparaat moet reageren op pakketten voor Multicast Discovery van software voor apparaatbeheer en u bewaking door software voor apparaatbeheer wilt inschakelen.
Pagina 411
Klik op [Bewerken] in [Meldingsinstellingen sluimermodus]. Schakel het selectievakje [Melden] in en geef de benodigde instellingen op. [Melden] Schakel het selectievakje in als u Software voor apparaatbeheer wilt informeren over de status van de stroomvoorziening van het apparaat. Als [Melden] is geselecteerd, wordt er niet onnodig gecommuniceerd tijdens de slaapstand en wordt het totale stroomverbruik teruggebracht.
Pagina 412
Klik op [Netwerkinstellingen] [Instellingen voor apparaatinstellingenbeheer]. Klik op [Bewerken]. Selecteer [Apparaatinstellingenbeheer gebruiken] [OK]. KOPPELINGEN De slaapstand instellen...
Pagina 413
0W59-08L Beveiliging De realiteit is dat overal en altijd vertrouwelijke gegevens worden verwerkt door informatieapparaten, waaronder computers en printers. Het vervelende is dat elk van deze apparaten het doelwit kan worden van kwaadwillende derden. Aanvallers kunnen ongeoorloofde toegang krijgen tot uw apparaten of indirect voordeel halen uit slordigheid. Hoe het ook zij, u kunt geconfronteerd worden met onverwachte verliezen als uw vertrouwelijke gegevens worden onderschept.
Pagina 414
0W59-08R De machine beschermen tegen ongeoorloofde toegang Voorkom dat onbevoegden toegang krijgen tot de machine en deze kunnen gebruiken. U kunt verschillende beveiligingsmaatregelen treffen, zoals het beheren van toegangsmachtigingen, het instellen van firewalls en het aanpassen van poortnummers.
Pagina 415
IP-adres van het externe netwerk te beperken. Deze functie die is geïnstalleerd op een Canon-printer/multifunctioneel apparaat, biedt u de mogelijkheid een IP-adresfilter op te zetten. Zie voor informatie over hoe u een IP-adresfilter kunt opzetten...
Pagina 416
Als een kwaadwillende buitenstaander probeert onbevoegd toegang te krijgen tot een printer/multifunctioneel apparaat, beperkt het instellen van een pincode voor informatie die is opgeslagen in het apparaat, het risico van een informatielek. Met de Canon printer/het Canon multifunctionele apparaat kunt u diverse typen informatie beveiligen door een pincode in te stellen.
Pagina 417
0W59-08U Toegangsmachtigingen instellen Beveilig het apparaat tegen toegang door onbevoegden door alleen gebruikers met toegangsrechten toe te staan het apparaat te gebruiken. Toegangsrechten worden apart ingesteld voor systeembeheerders, algemene gebruikers en de UI op afstand. Wanneer toegangrechten zijn ingesteld, moet de gebruiker een ID en pincode invoeren als hij of zij wil afdrukken of instellingen wil wijzigen. Afdelings-ID-accounts zijn er in twee typen: systeembeheerders-ID, die uitsluitend is bedoeld voor beheerders, en Afdelings-ID voor gewone gebruikers.
Pagina 418
0W59-08W De systeembeheerders-id instellen Er is een pincode voor het gebruik van de UI op afstand. Alleen gebruikers die de pincode weten hebben toegang tot de UI op afstand. U kunt ook een pincode instellen voor de Systeembeheerder ID. Als deze pincode ingeschakeld hebt u <Netwerkinstellingen> en <Instellingen Systeembeheer>...
Pagina 419
Gegevens van systeembeheerder controleren Als u de pincode niet meer weet Vergeet u pincode niet. Weet u uw pincode niet meer, neem dan contact op de officiële Canon-dealer of de Canon-help-lijn. Aanmelden bij het apparaat Als u <Netwerkinstellingen> of <Instellingen Systeembeheer> wilt gebruiken terwijl er een...
Pagina 420
0W59-08X Afdeling-ID beheer configureren U kunt de toegang tot het apparaat beheren door meerdere ID's te gebruiken voor meerdere gebruikers of groepen. Als een gebruiker probeert het apparaat te gebruiken terwijl Afdeling ID beheer is ingeschakeld, verschijnt er een aanmeldingsscherm en moet de gebruiker zijn of haar Afdeling ID met bijbehorende pincode invoeren om toegang te krijgen tot het apparaat.
Pagina 421
Geef de vereiste instellingen op en klik op [OK]. [Afdelings-ID] Voer maximaal zeven cijfers voor de Afdelings-ID. [Pincode instellen] Als u een pincode wilt instellen, schakelt u het selectievakje in en voert u een code in van maximaal zeven cijfers in de tekstvakken [Pincode] en [Bevestigen].
Pagina 422
Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten Klik op [Instellingen/registratie]. Klik op [Afdelings-ID beheer] [Bewerken]. Schakel het selectievakje [Afdelings-ID beheer] in en klik op [OK]. [Afdelings-ID beheer] Schakel het selectievakje in als u Afdelings-ID-beheer wilt activeren. Als u Afdelings-ID-beheer niet wilt gebruiken, schakel het selectievakje dan uit.
Pagina 423
Afdeling-ID beheer instellen voor afdrukken of faxen vanaf een computer Als u Afdeling-ID beheer wilt inschakelen voor afdrukken of faxen vanaf een computer, moet u instellingen opgeven met de stuurprogramma's die u al op de computer hebt geïnstalleerd. Geef een afdeling-id op en eventueel de bijbehorende pincode. Om de onderstaande procedure uit te voeren, moet u zich bij de computer aanmelden met een administratoraccount.
Pagina 424
[Pincode instellen toestaan] Schakel het selectievakje voor het gebruik van een pincode in. [Afdelings-id] Voer maximaal zeven cijfers voor de Afdelings-ID. [Pincode] Voer maximaal zeven cijfers voor de pincode als deze is ingesteld voor de Afdelings-ID. [Verifiëren] Klik hier als u wilt controleren of de juiste ID en pincode zijn ingevoerd. Deze functie is niet beschikbaar als het apparaat en de computer via een USB- of een WSD-poort (Web Services on Devices) met elkaar zijn verbonden.
Pagina 425
Schakel selectievakjes uit en klik op [OK]. [Afdrukopdrachten met onbekende ID's toestaan] Als u wilt afdrukken of faxen vanaf een computer terwijl Afdeling-ID-beheer is ingeschakeld, moet u de juiste ID en pincode invoeren ( Afdeling-ID beheer instellen voor afdrukken of faxen vanaf een computer). Als het selectievakje voor deze instelling is ingeschakeld, kunt u afdrukken of faxen zonder de ID en pincode in te voeren.
Pagina 426
0W59-08Y Een pincode instellen voor UI op afstand U kunt een pincode instellen voor toegang tot de UI op afstand. Alle gebruikers gebruiken een gewone pincode. Wanneer Afdelings-ID beheer is ingeschakeld, is deze instelling niet vereist. Afdeling-ID beheer configureren Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten Klik op [Instellingen/registratie].
Pagina 427
[Toegangspincode externe UI gebruiken] Als u dit selectievakje inschakelt, moet u voor toegang tot de UI op afstand een pincode invoeren. [Instellen/Wijzigen pincode] Als u een pincode wilt instellen, schakelt u het selectievakje in en voert u een code in van maximaal zeven cijfers in de tekstvakken [Pincode] en [Bevestigen].
Pagina 428
0W59-090 LDAP-Server-authenticatie Als er op uw systeem een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ervoor zorgen dat LDAP-server-authenticatie wordt uitgevoerd wanneer de zendfunctie wordt gebruikt. Zo voorkomt u onbevoegd gebruik door derden en het lekken van informatie. Wanneer de instellingen voor autorisatie zijn ingeschakeld, wordt het scherm voor Geautoriseerd Verzenden weergegeven bij gebruik van de fax- of scanfunctie en kan de uitvoering ervan alleen doorgaan als deze naar behoren is geautoriseerd door de LDAP-server.
Pagina 429
[Authenticatiescherm weergeven wanneer verzending begint] Schakel het selectievakje in als u het aanmeldingsscherm voor Geautoriseerd Verzenden wilt weergeven wanneer de fax- of scanfunctie wordt gebruikt (LDAP-server-authenticatie). [Bevestigingsscherm weergeven bij het afmelden] Schakel dit selectievakje in als u een scherm wilt weergeven waarin u zich naar keuze kunt afmelden wanneer u bent aangemeld voor zowel Geautoriseerd verzenden als Afdelings-ID-beheer.
Pagina 430
configureren. niet weergeven] [Bestemming authenticatiegebruiker als verzender opgeven] Schakel dit selectievakje in wanneer het e-mailadres van een geautoriseerde gebruiker wordt ingesteld als verzender. De e- mailadressen van geautoriseerde gebruikers moeten geregistreerd zijn op de LDAP-server. Schakelt u dit selectievakje uit, dan wordt het e-mailadres dat is ingesteld in de [E-mail-/I-faxinstellingen], ingesteld als verzender.
Pagina 431
[Authenticatiemethode] Maakt het u mogelijk op te geven of een authenticatiescherm wordt getoond op de server, bij het verzenden. [Gebruik dezelfde Voert autorisatie uit op de server met de gebruikersnaam en het wachtwoord ingevoerd in authenticatiegegevens het aanmeldingsscherm Geautoriseerd Verzenden. Schakelt u het selectievakje als toen de [Authenticatiescherm weergeven tijdens verzending] in dan wordt het authenticatiescherm verzendbewerking...
Pagina 432
0W59-091 Communicatie beperken door firewalls in te stellen Zonder goede beveiliging kunnen onbevoegden toegang krijgen tot computers en andere communicatieapparaten die op een netwerk zijn aangesloten. Om deze ongewenste toegang te voorkomen, kunt u instellingen opgeven voor het filteren van gegevenspakketten. Op deze manier wordt de communicatie beperkt tot apparaten met bepaalde IP-adressen of MAC-adressen.
Pagina 433
0W59-092 IP-adressen opgeven voor firewallregels U kunt de communicatie beperken tot alleen apparaten met bepaalde IP-adressen of apparaten met specifieke IP-adressen blokkeren maar andere communicatie toestaan. U kunt een afzonderlijk IP-adres opgeven of een bereik van IP-adressen. U kunt maximaal 16 IP-adressen (of bereiken van IP-adressen) opgeven voor zowel IPv4 als IPv6. De hier beschreven pakketfilters besturen de communicatie over TCP, UDP en ICMP.
Pagina 434
Selecteer deze optie om het verzenden van gegevens vanaf het apparaat naar een computer te beperken door IPv4-adressen op te geven. [IPv4-adres: Infilter] Selecteer deze optie om het ontvangen van gegevens van het apparaat naar een computer te beperken door IPv4-adressen op te geven.
Pagina 435
Een bereik van 192.168.0.10- adressen Plaats een afbreekstreepje tussen de adressen. 192.168.0.20 opgeven Een bereik van 192.168.0.32/27 adressen Typ het adres, gevolgd door een schuine streep en een getal dat de opgeven met lengte van het voorvoegsel aangeeft. fe80::1234/64 een voorvoegsel Als [Weigeren] is geselecteerd voor een uitgaand filter Uitgaande multicast- en broadcast-pakketten kunnen niet worden gefilterd.
Pagina 436
0W59-093 MAC-adressen opgeven voor firewallregels U kunt de communicatie beperken tot alleen apparaten met bepaalde MAC-adressen of apparaten met specifieke MAC-adressen blokkeren maar andere communicatie toestaan. U kunt maximaal 32 MAC-adressen opgeven. Deze functie is niet beschikbaar wanneer het apparaat is verbonden met een draadloos LAN. Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
Pagina 437
Selecteer deze optie om het ontvangen van gegevens van het apparaat naar een computer te beperken door MAC-adressen op te geven. Geef de instellingen voor pakketfiltering op. Selecteer de voorwaarde (het standaardbeleid) om de communicatie van andere apparaten met het apparaat toe te staan of te weigeren en geef vervolgens MAC-adressen op voor uitzonderingen.
Pagina 438
Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Het bedieningspaneel gebruiken U kunt ook het filteren van MAC-adressen inschakelen of uitschakelen vanuit <Menu> in het <Start>-scherm. MAC- adresfilter KOPPELINGEN IP-adressen opgeven voor firewallregels...
Pagina 439
0W59-094 Poortnummers wijzigen Poorten vormen het eindpunt van het communicatietraject tussen apparaten. Belangrijke protocollen maken meestal gebruik van vaste poortnummers. Een nadeel hiervan is dat apparaten met deze poortnummers kwetsbaar zijn voor aanvallen, iedereen weet de poortnummers namelijk. De netwerkbeheerder kan de beveiliging verder verbeteren door andere poortnummers te gebruiken. Als u een poortnummer hebt gewijzigd, moet u het nieuwe nummer doorgeven aan de communicerende apparaten, zoals computers en servers.
Pagina 440
0W59-095 Een proxy instellen Een proxy (of HTTP-proxyserver) verwijst naar een computer of software die HTTP-communicatie uitvoert voor andere apparaten, met name bij communicatie met bronnen buiten het netwerk, zoals bij het browsen op websites. De clientapparaten maken via de proxyserver verbinding met het externe netwerk en communiceren niet rechtstreeks met de externe bronnen.
Pagina 441
[Gebruik proxy] Schakel het selectievakje in om de opgegeven proxyserver te gebruiken voor communicatie met een HTTP-server. [Adres HTTP-proxyserver] Voer het adres van de proxyserver in. Geef het IP-adres op of de hostnaam, afhankelijk van de omgeving. [Poortnummer HTTP-proxyserver] Wijzig eventueel het poortnummer. Voer een nummer in tussen 1 en 65535. [Gebruik proxy binnen zelfde domein] Schakel dit selectievakje in als u ook de opgegeven proxy-server wilt gebruiken voor communicatie met apparaten in hetzelfde domein.
Pagina 442
0W59-096 De functies van de machine beperken De kans bestaat dat sommige functies van de machine bijna nooit worden gebruikt of aanleiding geven voor misbruik. Uit veiligheidsoverwegingen kunt u de functionaliteit van de machine beperken door deze functies geheel of gedeeltelijk uit te schakelen. Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek en verzendfuncties Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek en verzendfuncties Beperkingen instellen voor USB-functies...
Pagina 443
0W59-097 Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek en verzendfuncties Bepaalde vormen van informatielekkage kunt u voorkomen door de beschikbare bestemmingen voor faxen en e-mails te beperken tot de bestemmingen in het adresboek of op LDAP-servers. Een andere manier is om een pincode in te stellen voor het adresboek, zodat onbevoegde gebruikers het adresboek niet kunnen aanpassen.
Pagina 444
0W59-098 Een pincode instellen voor het adresboek U kunt instellen dat gebruikers een pincode moeten invoeren om nieuwe vermeldingen toe te voegen aan het adresboek of bestaande vermeldingen aan te passen. Als u een pincode instelt voor het adresboek, wordt de kans kleiner dat documenten worden verstuurd naar verkeerde ontvangers omdat het adresboek alleen nog kan worden gewijzigd door gebruikers die de pincode weten.
Pagina 445
0W59-099 Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen Door het aantal faxnummers dat bij het verzenden van documenten kan worden opgegeven, te beperken tot de nummers die al in het adresboek zijn opgeslagen, de nummers die eerder zijn gebruikt of de nummers waarnaar kan worden gezocht vanaf de LDAP-servers, verkleint u de kans op onjuiste bestemmingen en op het lekken van informatie door gebruikers.
Pagina 446
0W59-09A Faxen via de pc uitschakelen U kunt instellen dat gebruikers geen faxen kunnen versturen vanaf een computer. Tik op <Menu> in het scherm <Start>. Tik op <Faxinstellingen>. Selecteer <Instellingen voor TX-functie> <Toestaan faxstuurprogramma TX>. Als het aanmeldingsscherm verschijnt, gebruikt u de numerieke toetsen om de juiste combinatie van ID en pincode in te voeren. Druk vervolgens op Aanmelden bij de machine Tik op <Uit>.
Pagina 447
0W59-09C Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren Verhindert het opgeven van bestemmingen uit de transmissiegegevens. Door middel van deze beperking voorkomt u dat bestemmingen worden geselecteerd uit de transmissiegegevens voor "Fax verzenden", "Scannen en Verzenden als e-mail" en "Scannen en opslaan in Gedeelde Map of op FTP-server".
Pagina 448
0W59-09E Bestemmingen controleren vóór het verzenden van documenten Door het faxnummer twee keer in te voeren verkleint u de kans dat een document door onjuiste invoer naar een verkeerd nummer wordt gestuurd. Gebruik functies die in dit gedeelte worden beschreven als u vertrouwelijke documenten verzendt. Scherm weergeven voor het bevestigen van faxnummers (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Bestemmingen in het adresboek weergeven Scherm weergeven voor het bevestigen van faxnummers (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw)
Pagina 449
<Uit> Selecteer deze optie om de details van de ingevoerde code voor verkort kiezen niet weer te geven. <Aan> Selecteer deze optie om de details van de ingevoerde code voor verkort kiezen weer te geven. KOPPELINGEN Bestemmingen opslaan Opgeven vanuit het adresboek (fax) Opgeven vanuit het adresboek Adresboek wijzigen via de UI op afstand...
Pagina 450
0W59-09F Groepsverzending uitschakelen Groepsverzending is een functie waarmee u achter elkaar faxen naar verschillende ontvangers kunt sturen. Deze functie kunt u desgewenst uitschakelen. Tik op <Menu> in het scherm <Start>. Tik op <Faxinstellingen>. Tik op <Beperk TX-functie> <Beperk groepsverzending>. Als het aanmeldingsscherm verschijnt, voert u met de numerieke toetsen de juiste combinatie van ID en pincode in. Druk vervolgens op Aanmelden bij de machine Selecteer <Bevestig groepsverzending>...
Pagina 451
0W59-09H Beperkingen instellen voor USB-functies USB is een handige manier om randapparatuur aan te sluiten en gegevens op te slaan of te verplaatsen. Bij een onjuist beheer kan USB echter ook een bron van informatielekkage zijn. Wees voorzichtig wanneer u USB-geheugenapparaten gebruikt. Dit gedeelte beschrijft hoe u de verbinding via de USB-poort van het apparaat kunt beperken en hoe u het gebruik van USB-geheugenapparaten kunt uitsluiten.
Pagina 452
Tik op <Opslaan in USB-geheugen>. Tik op <Uit>. <Uit> Selecteer deze optie om te voorkomen dat gegevens worden opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Gescande gegevens kunnen niet worden opgeslagen op het USB-geheugenapparaat. <Aan> Selecteer deze optie als gegevens mogen worden opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Start de machine opnieuw op.
Pagina 453
0W59-09J HTTP-communicatie uitschakelen HTTP wordt gebruikt voor communicatie via het netwerk, bijvoorbeeld wanneer u het apparaat bedient via de UI op afstand. Als u een USB-verbinding gebruikt of HTTP om een andere reden niet nodig hebt, kunt u het protocol uitschakelen om aanvallen van kwaadwillende gebruikers via de ongebruikte HTTP-poort te voorkomen.
Pagina 454
0W59-09K De UI op afstand uitschakelen De UI op afstand is handig omdat u dan instellingen voor de machine kunt opgeven via een webbrowser op een computer. U kunt de UI op afstand alleen gebruiken als de machine via het netwerk is verbonden met een computer. Als de machine via USB met een computer is verbonden, of als u de UI op afstand niet nodig hebt, kunt u de interface uitschakelen om het risico te verkleinen dat de machine door kwaadwillende gebruikers op afstand wordt bediend via het netwerk.
Pagina 455
0W59-09L Geavanceerde beveiligingsfuncties implementeren Bevoegde gebruikers kunnen worden benadeeld door aanvallen van kwaadwillende personen, bijvoorbeeld door sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden. Om uw belangrijke en kostbare gegevens te beschermen tegen deze aanvallen, ondersteunt de machine de volgende functies te verbetering van de veiligheid en beveiliging. SSL-gecodeerde communicatie SSL is een protocol voor het coderen (versleutelen) van gegevens die over een netwerk worden verstuurd en wordt vaak gebruikt voor communicatie via een webbrowser of een e-mailprogramma.
Pagina 456
0W59-09R Met SSL gecodeerde communicatie inschakelen voor de UI op afstand U kunt met behulp van SSL (Secure Sockets Layer) de communicatie coderen die plaatsvindt tussen het apparaat en een webbrowser op de computer. SSL is een mechanisme voor het coderen van gegevens die over het netwerk worden verzonden of ontvangen. SSL moet zijn ingeschakeld wanneer u de UI op afstand gebruikt voor het opgeven van instellingen voor IPSec (Methode gedeelde sleutel), verificatie met IEEE 802.1X (TTLS/PEAP) of SNMPv3.
Pagina 457
Details bekijken van een certificaat U kunt de details van het certificaat controleren of het certificaat verifiëren door op de gewenste tekstkoppeling onder [Sleutelnaam] te klikken of op het pictogram van het certificaat. Sleutelparen en digitale certificaten verifiëren Schakel SSL in voor de UI op afstand. Klik op [Beveiligingsinstellingen] [Instellingen externe UI].
Pagina 458
Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Het bedieningspaneel gebruiken U kunt ook een met SSL versleutelde communicatie inschakelen of uitschakelen vanuit <Menu> in het <Start>-scherm. Gebruik SSL De UI op afstand starten met SSL Als u probeert de UI op afstand te starten terwijl SSL is ingeschakeld, kan er een waarschuwing worden weergegeven met betrekking tot het beveiligingscertificaat.
Pagina 459
0W59-09S IPSec-instellingen configureren Internet Protocol Security (IPSec of IPsec) bestaat uit een verzameling protocollen voor het coderen van gegevens die worden getransporteerd over een netwerk, inclusief internet-netwerken. Terwijl SSL alleen de gegevens codeert die in een bepaald programma worden gebruikt, zoals een webbrowser of een e-mailprogramma, worden met IPSec complete IP-pakketten of de payloads daarvan gecodeerd, waardoor met IPSec een flexibelere beveiliging kan worden gerealiseerd dan met SSL.
Pagina 460
IPSec-instellingen configureren U kunt IPSec pas gebruiken voor gecodeerde communicatie als u beleidsinstellingen voor beveiliging hebt geregistreerd. Een dergelijke beleidsinstelling bestaat uit de hieronder beschreven groepen met instellingen. U kunt maximaal 10 beleidsinstellingen registreren. Als u klaar bent met de instellingen, geeft u de volgorde aan waarin u de beleidsinstellingen wilt toepassen. Selector De beleidsinstelling Selector definieert voorwaarden waaraan IP-pakketten moeten voldoen om met IPSec-communicatie te worden uitgewisseld.
Pagina 461
Klik op [Bewerken]. Schakel het selectievakje [Gebruik IPSec] in en klik op [OK]. Als het apparaat alleen pakketten mag ontvangen die voldoen aan een van de beleidsinstellingen die u hieronder definieert, schakelt u het selectievakje [Pakketten zonder beleid ontvangen] uit. Klik op [Nieuw beleid registreren].
Pagina 462
[Lokaal adres] Selecteer het keuzerondje voor het type IP-adres van het apparaat waarop u het beleid wilt toepassen. [Alle IP- Selecteer deze optie om IPSec te gebruiken voor alle IP-pakketten. adressen] Selecteer deze optie om IPSec te gebruiken voor alle IP-pakketten die van of naar het IPv4-adres van het [IPv4-adres] apparaat worden verstuurd.
Pagina 463
Als u het IPv4-adres handmatig invoert, kunt u een bereik opgeven door het subnetmasker te gebruiken. Voer het subnetmasker in en gebruik punten om getallen te scheiden (bijvoorbeeld:"255.255.255.240"). [Prefixlengte] Door het bereik van IPv6-adressen handmatig op te geven kunt u ook het bereik opgeven met behulp van prefixes. voer een bereik in tussen 0 en 128 als de prefix-lengte.
Pagina 464
Geef instellingen op voor [Geldig voor] en [Authenticatie]/[Encryptie]/[DH-groep]. Een sleutelpaar en vooraf geïnstalleerde CA-certificaten gebruiken voor verificatie Selecteer het keuzerondje [Methode digitale handtekening] bij [Authenticatiemethode] en klik op [Sleutel en certificaat]. Klik op [Registreer standaardsleutel] naast het sleutelpaar dat u wilt gebruiken. Details weergeven van een sleutelpaar of certificaat U kunt de details van het certificaat controleren of het certificaat verifiëren door op de gewenste tekstkoppeling onder [Sleutelnaam] te klikken of op het pictogram van het certificaat.
Pagina 465
Hier wordt de verbindingsmodus van IPSec weergegeven. Het apparaat biedt ondersteuning voor de transportmodus, waarin de payloads van IP-pakketten worden gecodeerd. De tunnelmodus is niet beschikbaar. In deze modus worden complete IP-pakketten (headers en payloads) ingekapseld. Klik op [OK]. Als u nog een beveiligingsbeleid wilt registreren, gaat u terug naar stap 6. Bepaal de volgorde van de beleidsinstellingen onder [Geregistreerd IPSec-beleid].
Pagina 466
0W59-09U IEEE 802.1X-verificatie configureren De machine kan als een clientapparaat worden aangesloten op een 802.1X-netwerk. Een doorsnee 802.1X-netwerk bestaat uit een RADIUS-server (verificatieserver), een LAN-switch (authenticator) en clientapparaten met verificatiesoftware (supplicants). Als een apparaat probeert verbinding te maken met het 802.1X-netwerk, moeten de gebruikersgegevens worden geverifieerd om er zeker van te zijn dat de verbinding tot stand wordt gebracht door een bevoegde gebruiker.
Pagina 467
Klik op [Bewerken]. Schakel het selectievakje [Gebruik IEEE 802.1X] in, typ de aanmeldingsnaam in het vak [Inlognaam] en geef de vereiste instellingen op. [Gebruik IEEE 802.1X] Schakel dit selectievakje in om verificatie met IEEE 802.1X mogelijk te maken. [Inlognaam] Typ maximaal 24 alfanumerieke tekens als de naam (EAP-identiteit) die wordt gebruikt voor het identificeren van de gebruiker. TLS instellen Schakel het selectievakje [Gebruik TLS] in en klik op [Sleutel en certificaat].
Pagina 468
Details weergeven van een sleutelpaar of certificaat U kunt de details van het certificaat controleren of het certificaat verifiëren door op de gewenste tekstkoppeling onder [Sleutelnaam] te klikken of op het pictogram van het certificaat. Sleutelparen en digitale certificaten verifiëren TTLS/PEAP instellen Schakel het selectievakje [Gebruik TTLS] of [Gebruik PEAP] in.
Pagina 469
[Gebruikersnaam] Gebruik maximaal 24 alfanumerieke tekens voor de gebruikersnaam. [Wijzig wachtwoord] Als u het wachtwoord wilt instellen of wijzigen, schakelt u het selectievakje in en typt u maximaal 24 tekens voor het nieuwe wachtwoord in de vakken [Wachtwoord] en [Bevestigen]. Klik op [OK].
Pagina 470
0W59-09W Instellingen configureren voor sleutelparen en digitale certificaten Om de communicatie te coderen met een extern apparaat, moet vooraf een coderingssleutel worden verzonden en ontvangen via een onbeveiligd netwerk. Dit probleem wordt opgelost door cryptografie met openbare sleutels. Cryptografie met openbare sleutels garandeert een veilige uitwisseling door belangrijke en waardevolle gegevens te beschermen tegen aanvallen, zoals sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden.
Pagina 471
0W59-09X Sleutelparen genereren Een sleutelpaar kan worden gegenereerd met het apparaat wanneer dat nodig is voor versleutelde communicatie via Secure Sockets Layer (SSL). U kunt SSL gebruiken wanneer u toegang wenst tot het apparaat via de UI op afstand. Er kunnen maximaal vier sleutelparen worden gegenereerd op het apparaat.
Pagina 472
Een geregistreerd sleutelpaar wissen Klik op [Verwijderen] bij het sleutelpaar dat u wilt verwijderen klik op [OK]. U kunt een sleutelpaar niet wissen als het op dat moment in gebruik is, bijvoorbeeld wanneer "[SSL]" of "[IEEE 802.1X]" wordt weergegeven onder [Sleutelgebruik]. In dat geval kunt u het sleutelpaar pas wissen wanneer u de functie hebt uitgeschakeld of het sleutelpaar hebt vervangen.
Pagina 473
[Standaardnaam] Gebruik maximaal 48 alfanumerieke tekens voor de algemene naam (Common Name) van het certificaat. "Common Name" wordt vaak afgekort tot "CN". Klik op [OK]. Het genereren van sleutels voor netwerkcommunicatie kan 10 tot 15 minuten in beslag nemen. Het gegenereerde sleutelpaar wordt automatisch opgeslagen op de machine. Sleutel en certificaatondertekeningsverzoek (CSR) aanmaken Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
Pagina 474
weergegeven onder [Sleutelgebruik]. In dat geval kunt u het sleutelpaar pas wissen wanneer u de functie hebt uitgeschakeld of het sleutelpaar hebt vervangen. Selecteer [Sleutel en certificaatondertekeningsverzoek (CSR)] en klik op [OK]. Geef instellingen op voor de sleutel en het certificaat. [Sleutelinstellingen] [Sleutelnaam] Gebruik maximaal 24 alfanumerieke tekens voor de naam van het sleutelpaar.
Pagina 475
Het CSR-bestand (Key and Certificate Signing Request) wordt opgeslagen op de computer. Hecht het opgeslagen bestand aan en leg de applicatie voor aan de certificeringsinstantie (CA). Het door de CA uitgegeven Digitale Certificaat registreren U kunt het sleutelpaar dat is gegenereerd door het Certificate Signing Request (CSR) pas gebruiken als het certificaat is geregistreerd. Registreer het digitale certificaat wanneer de certificeringsinstantie het heeft uitgegeven en volg daarvoor onderstaande procedure.
Pagina 476
Klik op [Bladeren], geef het bestand voor het certificaatondertekeningsverzoek op en klik op [Registreren]. KOPPELINGEN Door een CA uitgegeven sleutelparen en digitale certificaten gebruiken Sleutelparen en digitale certificaten verifiëren Met SSL gecodeerde communicatie inschakelen voor de UI op afstand IPSec-instellingen configureren...
Pagina 477
0W59-09Y Door een CA uitgegeven sleutelparen en digitale certificaten gebruiken Sleutelparen en digitale certificaten voor gebruik met het apparaat zijn verkrijgbaar bij een certificeringsinstantie (CA). U kunt deze bestanden opslaan en vervolgens registreren via de UI op afstand. Let er goed op dat het sleutelpaar en het certificaat voldoen aan de eisen die het apparaat stelt ( Vereisten voor sleutels en certificaten).
Pagina 478
Een geregistreerd sleutelpaar of CA-certificaat wissen Klik op [Verwijderen] naast het sleutelpaar of CA-certificaat dat u wilt verwijderen en klik vervolgens op [OK]. De vooraf geïnstalleerde CA-certificaten kunt u niet verwijderen. U kunt een sleutelpaar niet wissen als het op dat moment in gebruik is, bijvoorbeeld wanneer "[SSL]" of "[IEEE 802.1X]" wordt weergegeven onder [Sleutelgebruik].
Pagina 479
Een CA-certificaat registreren Klik op [Registreren] naast het CA-certificaat dat u wilt opslaan. KOPPELINGEN Sleutelparen genereren Sleutelparen en digitale certificaten verifiëren Met SSL gecodeerde communicatie inschakelen voor de UI op afstand IPSec-instellingen configureren IEEE 802.1X-verificatie configureren...
Pagina 480
0W59-0A0 Een handtekeningsleutel voor het apparaat genereren U kunt een handtekeningsleutel en een certificaat genereren die laten zien dat een document is gescand op het apparaat. Het certificaat wordt aangehecht wanneer een origineel wordt gescand en wordt geconverteerd tot een PDF-bestand. Een handtekeningsleutel voor het apparaat wordt slechts eenmaal gegenereerd en kan niet worden gewist.
Pagina 481
Schakel het selectievakje [Apparaathandtekening] in en klik op [OK]. De handtekeningsleutel voor het apparaat wordt gegenereerd. De handtekeningsleutel voor het apparaat vernieuwen Klik rechts van een Handtekeningsleutel van het apparaat op [Bijwerken]. Klik op [OK].
Pagina 482
0W59-0A1 Sleutelparen en digitale certificaten verifiëren Als u sleutelparen en CA-certificaten hebt geregistreerd, kunt u de gegevens van deze onderdelen bekijken of hun geldigheid en handtekening controleren. Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten Klik op [Instellingen/registratie].
Pagina 483
Het resultaat van het verifiëren van het certificaat wordt zoals hieronder weergegeven. KOPPELINGEN Sleutelparen genereren Door een CA uitgegeven sleutelparen en digitale certificaten gebruiken...
Pagina 484
0W59-0A2 De UI op afstand gebruiken Als u een webbrowser gebruikt om het apparaat op afstand te bedienen, kunt u de documenten die wachten om te worden afgedrukt, of de status van het apparaat controleren. U kunt ook enkele instellingen uitvoeren, zoals het opslaan van het adresboek. U hoeft uw bureau dus niet te verlaten om systeembeheertaken uit te voeren.
Pagina 485
0W59-0A3 De UI op afstand starten Om het apparaat op afstand te bedienen, moet u het IP-adres van het apparaat in een webbrowser invoeren en de UI op afstand opstarten. Controleer vooraf het IP-adres dat op het apparaat is ingesteld ( Netwerkinstellingen weergeven).
Pagina 486
Klik op [Aanmelden]. De portaalpagina (hoofdpagina) wordt weergegeven. Schermen van de UI op afstand...
Pagina 487
0W59-0A4 Schermen van de UI op afstand In dit gedeelte worden de belangrijkste schermen van de UI op afstand beschreven. Portaalpagina (hoofdpagina) Pagina [Status monitor/Annuleren] Pagina [Instellingen/Registratie] Pagina [Adresboek] Portaalpagina (hoofdpagina) [Afmelden] Hiermee meldt u zich af bij de UI op afstand. UI staat trouwens voor User Interface, ofwel gebruikersinterface in het Nederlands. De aanmeldingspagina wordt vervolgens weergegeven.
Pagina 488
Pagina [Status monitor/Annuleren] [Naar portal] Keert terug naar de portaalpagina (hoofdpagina). Menu Klik op een item en de inhoud wordt weergegeven op de rechterpagina. Documenten beheren en de status van de machine controleren Navigatiepad De reeks van pagina's die u hebt geopend om bij de huidige pagina te komen. U kunt hier zien welke pagina wordt weergegeven. Pictogram Vernieuwen Hiermee vernieuwt u de weergegeven pagina.
Pagina 489
Systeembeheer instellingen U kunt alleen [Instellingen Systeembeheer] opgeven als u bent aangemeld in de systeembeheerdersmodus. Wanneer u zich hebt aangemeld in de Algemene Gebruikersstand, wordt alleen de optie [Systeembeheer] weergegeven. Pagina [Adresboek] [Naar portal] Geeft de portaalpagina (hoofdpagina) weer. [Favorieten] Hiermee geeft u de favorietenlijst weer.
Pagina 490
0W59-0A5 Documenten beheren en de status van de machine controleren De huidige status van afdruktaken controleren Taakgeschiedenis controleren Foutgegevens controleren Verbruiksartikelen controleren Apparaatspecificaties controleren Gegevens van systeembeheerder controleren Totaal aantal afdrukken controleren De bestandsnaam van het document geeft slechts 32 tekens weer. De afgedrukte toepassingsnaam kan aan de bestandsnaam worden toegevoegd.
Pagina 491
Foutgegevens controleren Als er een fout optreedt, kunt u deze pagina weergeven door op de portaalpagina (hoofdpagina) op het bericht te klikken onder [Foutgegevens]. Portaalpagina (hoofdpagina) Meld u aan bij de UI op afstand ( De UI op afstand starten) [Statusmonitor/annuleren] [Foutgegevens] Verbruiksartikelen controleren...
Pagina 492
Meld u aan bij de UI op afstand ( De UI op afstand starten) [Statusmonitor/annuleren] [Apparaatfuncties] Gegevens van systeembeheerder controleren U kunt informatie over het apparaat en de systeembeheerder weergeven. Deze informatie is ingesteld bij [Systeembeheer] op de pagina [Instellingen/registratie]. Instellingen Systeembeheer Meld u aan bij de UI op afstand ( De UI op afstand starten)
Pagina 493
KOPPELINGEN Schermen van de UI op afstand...
Pagina 494
0W59-0A6 Menuopties instellen via de UI op afstand U kunt verschillende instellingen van de machine wijzigen met de UI op afstand. De meeste instellingen kunnen ook via het bedieningspaneel van de machine worden gewijzigd, maar sommige instellingen kunt u alleen wijzigen via de UI op afstand. Sommige instellingen kunt u pas wijzigen wanneer u zich hebt aangemeld in de stand Systeembeheerder.
Pagina 496
0W59-0A7 Geregistreerde gegevens opslaan/laden Vermeldingen in het adresboek of instellingen van menuopties die op het apparaat zijn opgeslagen, kunt u overbrengen naar uw computer (exporteren). Omgekeerd kan ook. Gegevens die zijn opgeslagen op uw computer kunnen worden overgebracht naar het apparaat (importeren).
Pagina 497
0W59-0A8 Gegevens van Instellingen opslaan U kunt gegevens exporteren zoals die van het Adresboek, en instellingen van het apparaat en deze opslaan op een computer. U wordt geadviseerd regelmatig een back-up van belangrijke instellingen te maken. Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten Klik op [Instellingen/registratie].
Pagina 498
[Instellingen/registratie] Schakel dit selectievakje in als u de instellingen van het apparaat wilt exporteren. [Encryptiewachtwoord] Voer een wachtwoord voor versleuteling in van maximaal 32 alfanumerieke tekens. Voer hetzelfde wachtwoord in een [Bevestigen]. Voor het exporteren van gegevens moet u een wachtwoord voor versleuteling instellen. U hebt het wachtwoord nodig wanneer u geëxporteerde gegevens importeert.
Pagina 499
0W59-0A9 Instelgegevens laden Laad (importeer) gegevens die zijn geëxporteerd uit het apparaat. U kunt ook instellingen importeren van een andere apparaat, als dat van hetzelfde model is als het uwe. Start de UI op afstand en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten Klik op [Instellingen/registratie].
Pagina 500
[Instellingen/registratie] Schakel dit selectievakje in als u de instellingen van het apparaat wilt importeren. Klik op [Start importeren]. Klik op [OK]. De geselecteerde gegevens van instellingen worden in het apparaat geladen. Klik op [OK]. Als het selectievakje [Instellingen/registratie] is ingeschakeld in stap 4, start het apparaat automatisch opnieuw op. KOPPELINGEN Schermen van de UI op afstand Adresboek wijzigen via de UI op afstand...
Pagina 501
0W59-0AA Adresboek wijzigen via de UI op afstand U kunt het adresboek van het apparaat registreren of bewerken via de computer. Stel het adres van de gedeelde map of de FTP-server hier in. U kunt de instellingen alleen wijzigen als u zich aanmeldt in de systeembeheerdersmodus. Start de UI op afstand.
Pagina 502
Selecteer [Type bestemming om te registreren] en klik op [OK]. U kunt het adres van de gedeelde map of van de FTP-server opslaan door [Bestand] te selecteren. Geef de vereiste instellingen op. Registreren in het adresboek Het adres van de gedeelde map of de FTP-server registreren [Naam] Voer hier een naam in voor de bestemming.
Pagina 503
Voer de locatie in van de map waar de gegevens naartoe worden gezonden (maximaal 120 tekens). [Gebruikersnaam] Voer de gebruikersnaam in die is ingesteld voor de gedeelde map of de FTP-server (maximaal 32 tekens). [Wachtwoord instellen] Schakel dit selectievakje in als u een wachtwoord voor de gedeelde map of de FTP-server wilt instellen en voer een [Wachtwoord] in van maximaal 32 tekens.
Pagina 504
0W59-0AC Overzicht van menuopties Er zijn diverse instellingen in dit apparaat. U kunt alle opties uitgebreid aanpassen. U kunt toegang krijgen tot deze instellingen via <Menu> in het scherm <Start>. U kunt een lijst afdrukken met alle instellingen om de huidige instellingen te controleren: Lijst gebruikersgegevens / Gegevenslijst systeembeheer...
Pagina 505
0W59-0AE Netwerkinstellingen Alle instellingen voor het netwerk worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " gelden alleen voor de MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw. Instellingen die zijn gemarkeerd met " " kunnen niet worden geïmporteerd of geëxporteerd. Selecteer bedraad/draadloos LAN Instellingen draadloos LAN Directe verbinding inschakelen...
Pagina 506
Selecteer toegangspunt Draadloze LAN-routers die toegang hebben tot het apparaat, worden automatisch geladen en u kunt deze dus selecteren in de lijst. U moet handmatig een netwerksleutel invoeren, zoals een WEP-sleutel of een PSK. De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren Handmatig invoeren Selecteer deze optie om een draadloze verbinding te configureren door handmatig een SSID in te voeren.
Pagina 507
TCP/IP-instellingen Hiermee kunt u instellingen opgeven om de machine te gebruiken in een TCP/IP-netwerk, zoals instellingen voor het IP-adres. IPv4-instellingen Geef instellingen op om de machine te gebruiken in een IPv4-netwerk. Instellingen IP-adres Configureer het IP-adres dat wordt gebruikt voor het identificeren van apparaten, zoals computers en printers, in een TCP/IP- netwerk.
Pagina 508
Domeinnaam verkrijgen WINS-serveradres verkrijgen SMTP-serveradres verkrijgen POP-serveradres verkrijgen IPv6-instellingen Geef instellingen op om de machine te gebruiken in een IPv6-netwerk. Gebruik IPv6 Hiermee kunt u IPv6 in- of uitschakelen op het apparaat. U kunt met deze optie ook de huidige instellingen bekijken. IPv6- adres instellen Controleer instellingen...
Pagina 509
mDNS-instellingen Hier kunt u instellingen opgeven om DNS-functies te gebruiken zonder DNS-servers. DNS configureren Gebr.zelfde mDNS-naam als IPv4 mDNS-naam Instellingen DHCP-opties Selecteer, als DHCP is ingeschakeld, met deze instellingen of u het DNS-serveradres of de domeinnaam wilt ophalen met de optionele functies van DHCP.
Pagina 510
Instellingen WSD-scannen Gebruik WSD-scannen Gebruik Scan naar computer Gebruik Multicast Discovery FTP PASV-modus gebruiken Geef op of u de stand PASV wilt gebruiken voor FTP. Maakt u verbinding met een FTP-server via een firewall, dan moet u de stand PASV selecteren. FTP PASV-stand configureren Gebruik HTTP Hiermee kunt u HTTP in- of uitschakelen.
Pagina 511
HTTP 1 t/m 80 t/m 65535 Multicast Discovery 1 t/m 427 t/m 65535 POP3 1 t/m 110 t/m 65535 SMTP 1 t/m 25 t/m 65535 1 t/m 21 t/m 65535 SNMP 1 t/m 161 t/m 65535 MTU-grootte Selecteer de maximumgrootte van pakketten die de machine kan verzenden of ontvangen. De maximale verzendeenheid wijzigen 1300...
Pagina 512
Selecteer deze optie om het bewaken van printerbeheerinformatie vanaf een netwerkcomputer met SNMP-compatibele software in of uit te schakelen. <Menu> <Netwerkinstellingen> <SNMP-instellingen> <Printerbeheerinformatie verkrijgen van host> Selecteer <Uit> of <Aan> Start het apparaat opnieuw op Instellingen speciale poort Hiermee kunt u de speciale poort in- of uitschakelen. De speciale poort wordt gebruikt voor het afdrukken, faxen of scannen met MF Scan Utility en wanneer u instellingen voor het apparaat wilt opvragen of opgeven via het netwerk.
Pagina 513
Geef op of u software voor apparaatbeheer wilt gebruiken, zoals iW Management Console voor het beheren van de gegevens van het apparaat, bijv. instellingen en bestemmingen in het Adresboek. Neem voor gedetailleerde informatie over iW Management Console contact op met de Canon-dealer bij u in de buurt. <Menu>...
Pagina 514
0W59-0AF Voorkeuren Alle instellingen voor de display en het de Engelse Toetsenbord-layout worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden Gemarkeerd met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " gelden alleen voor de MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw. Instellingen die zijn gemarkeerd met "...
Pagina 515
Vijf niveaus <Menu> <Voorkeuren> <Weergave-instellingen> <Helderheid> Tik op als u de helderheid wilt aanpassen <Toepassen> Omwisselen schermkleuren Selecteer <Aan> om de schermkleuren om te wisselen. Selecteer <Aan> als het scherm lastig te lezen is, zelfs nadat u de helderheid hebt aangepast met de optie <Helderheid>. <Menu>...
Pagina 516
Langzaam Standaard Snel <Menu> <Voorkeuren> <Weergave-instellingen> <Schuifsnelheid> Selecteer de snelheid Type cursorverplaatsing Met deze optie kunt u instellen hoe de cursor wordt verplaatst nadat u een teken hebt ingevoerd op het scherm. Selecteer <Automatisch> om de cursor na ongeveer één seconde automatisch achter het ingevoerde teken te plaatsen. Selecteer <Handmatig> als u de cursor zelf achter het ingevoerde teken wilt plaatsen.
Pagina 517
Geef de indeling op van een USB-toetsenbord als dat op het apparaat is aangesloten. VS-indeling VK-indeling <Menu> <Voorkeuren> <Engelse toetsenbordindeling> Selecteer <VS-indeling> of <VK-indeling>...
Pagina 518
0W59-0AH Tijdklokinstellingen Alle instellingen voor de timer worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " zijn mogelijk niet beschikbaar of hebben per land of regio afwijkende standaardinstellingen. Instellingen die zijn gemarkeerd met " " kunnen niet worden geïmporteerd of geëxporteerd. Opties gemarkeerd met "...
Pagina 519
Huidige datum/tijd instellen Stel de actuele datum en tijd in. Tik op en verplaatst de cursor en ik op en geef de datum en tijd op of schakel over tussen <AM>/<PM>. Selecteer een waarde voor <Tijdzone> voordat u de huidige datum en tijd gaat instellen. Als u de waarde voor <Tijdzone> wijzigt, worden de huidige datum en tijd automatisch aangepast.
Pagina 520
<Menu> <Tijdklokinstellingen> <Instellingen datum en tijd> <Zomertijdinstellingen> Selecteer een maand en dag <Toepassen> Automatische resettijd Als er gedurende een bepaalde tijd geen toets wordt ingedrukt op het bedieningspaneel, wordt er een zogenaamde automatische reset uitgevoerd en wordt het standaardscherm weergegeven. Geef het interval op waarop automatisch resetten wordt uitgevoerd. Selecteer <0>...
Pagina 521
niet geactiveerd als het instellingenmenu wordt weergegeven. Gebruik de standaardinstellingen om zo veel mogelijk stroom te besparen. De slaapstand instellen MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw 10 tot 60 (min.) MF628Cw / MF623Cn 20 tot 60 (min.) Automatische offline tijd Als het onderstaande scherm wordt weergegeven (de machine is online voor scanbewerkingen) en vervolgens gedurende bepaalde tijd geen toets wordt ingedrukt, wordt de machine automatisch offline geschakeld.
Pagina 522
0W59-0AJ Algemene instellingen Alle instellingen voor de bediening van de papierlade en de papierinvoermethode worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " zijn alleen beschikbaar als de optionele papierlade (lade 2) is geplaatst. Opties gemarkeerd met "...
Pagina 523
Multifunctionele lade Lade 1 Lade 2 <Menu> <Algemene instellingen> <Autom. selectie lade Aan/Uit> Selecteer de functie Selecteer de papierbron Selecteer <Uit> of <Aan> <Toepassen> Functies Selecteer de functie waarvoor u automatische ladeselectie wilt configureren. Selecteer <Overige> voor functies zoals het afdrukken van rapporten en lijsten, en het afdrukken van afbeeldingen op een USB-geheugenapparaat.
Pagina 524
Papierbronnen Selecteer de papierbron waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Snelheidsprioriteit> Als u papier gebruikt waarop vooraf een logo is afgedrukt, moet u de afdrukzijde wijzigen als u enkelzijdig of dubbelzijdig afdrukt. U kunt het beste <Snelheidsprioriteit> selecteren als het niet uitmaakt op welke zijde er wordt afgedrukt. <Prioriteit afdrukzijde>...
Pagina 525
0W59-0AK Kopieerinstellingen Alle instellingen voor het kopiëren worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " gelden alleen voor de MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw. Opties gemarkeerd met " " zijn alleen beschikbaar als de optionele papierlade (lade 2) is geplaatst. Wijzig standaardinstellingen Standaardinstellingen initialiseren Wijzig standaardinstellingen...
Pagina 527
0W59-0AL Faxinstellingen Alle instellingen voor het faxen worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Instellingen die zijn gemarkeerd met " " zijn mogelijk niet beschikbaar of hebben een andere standaardwaarde, afhankelijk van het land waar u het apparaat gebruikt. Instellingen die zijn gemarkeerd met "...
Pagina 528
Configureer de instellingen voor de verzendstartsnelheid wanneer faxen worden verzonden en ontvangen, en voor het archiveren van documenten die zijn verzonden. TX-startsnelheid Met deze optie kunt u de snelheid waarmee de communicatie wordt gestart, stapsgewijs verlagen vanaf 33600 bps. Pas deze snelheid aan wanneer het lang duurt voordat een fax kan worden verzonden als gevolg van een slechte telefoonlijnverbinding.
Pagina 529
<PBX> Selecteer het type telefooncentrale dat u gebruikt. Als u <Prefix> selecteert, voert u de code voor het voorvoegsel op het volgende scherm in <Code> Gebruik de numerieke toetsen om de code voor het prefix in te voeren, tik op <Onderbreken> en tik vervolgens op <Toepassen>.
Pagina 530
<Menu> <Faxinstellingen> <Instellingen voor TX-functie> <ECM TX> <Aan> Stel pauzeduur in Als u bijvoorbeeld een telefoongesprek start door "0 - (pauze) - (telefoonnummer)" te kiezen, wordt eerst 0 gekozen en vervolgens wordt een paar seconden later het telefoonnummer gekozen. Als u een internationale fax verzendt, moet u de bestemmingen opgeven door "(internationale toegangscode) - (landnummer) - (netnummer) - (faxnummer)"...
Pagina 531
TX-terminal-ID Kies deze optie om instellingen op te geven voor het toevoegen van gegevens van de afzender aan de koptekst van faxen, zoals het faxnummer en de naam van de machine. De ontvanger kan aan de hand van deze gegevens zien van wie de fax afkomstig is. Afdrukpositie Binnen beeldvlak Buiten beeldvlak...
Pagina 532
MF628Cw) Beperk groepsverzending Kies deze optie om groepsverzending al dan niet toe te staan. Dit is een functie waarmee u achter elkaar faxen naar verschillende bestemmingen kunt sturen. Groepsverzending uitschakelen (MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Bevestig groepsverzending Weiger groepsverzending Standaardinstellingen initialiseren Selecteer deze optie als u de standaardinstellingen voor faxverzending wilt herstellen.
Pagina 533
1 t/m 2 t/m 99 (keer) Als u deze functie gebruikt in de modus <Automatisch>, moet u vooraf de telefoon aansluiten op het apparaat. <Menu> <Faxinstellingen> <Instellingen voor RX-functie> <Inkomend belsignaal> <Aan> Geef op hoe veel keer het signaal voor een inkomende fax overgaat <Toepassen>...
Pagina 534
Pincode geheugenslot Rapport afdrukken Geheugenslottijd Starttijd geheugenslot Eindtijd geheugenslot RX-afdrukinstellingen Hiermee kunt u instellingen opgeven voor het afdrukken van ontvangen faxen. Afdrukken op beide zijden Kies deze optie om instellingen op te geven voor het dubbelzijdig afdrukken van ontvangen faxen. <Menu>...
Pagina 535
Selecteer <Verticaal/Horizontaal> om het document zowel verticaal als horizontaal te verkleinen. Selecteer <Alleen verticaal> om alleen verticaal te verkleinen. Voettekst RX-pagina Kies deze optie om aan te geven of u aan de onderkant van ontvangen faxen bepaalde informatie wilt afdrukken, zoals de datum en tijd van ontvangst en paginanummers.
Pagina 536
Alleen bij fout Afbeeldingen in geheugen opslaan Selecteer deze optie om in te stellen of faxen in het geheugen moeten worden opgeslagen als het doorsturen ervan is mislukt. U kunt de documenten dan later opnieuw verzenden of afdrukken. Documenten afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen waarvan het doorsturen is mislukt Alleen bij fout Faxinstallatiegids...
Pagina 537
0W59-0AR Scaninstellingen Alle instellingen voor het scannen worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Instellingen gemarkeerd met " " worden alleen ingeschakeld wanneer een als optie verkrijgbare Send PDF Security Feature Set is geregistreerd. Instellingen gemarkeerd met "...
Pagina 538
Stand origineel Staand Liggend Type origineel Tekst Tekst/Foto Foto 2-zijdig origineel Type boek Type kalender Scherpte Zeven niveaus Bestandsgrootte Klein: Geheugenprioriteit Standaard Groot: Prioriteit beeldkwaliteit Standaardinstellingen initialiseren Selecteer deze optie als u de standaardinstellingen voor het opslaan van gegevens op een USB-geheugenapparaat, wilt herstellen. <Menu>...
Pagina 539
Negen niveaus Stand origineel Staand Liggend Type origineel Tekst Tekst/Foto Foto 2-zijdig origineel Type boek Type kalender Scherpte Zeven niveaus Bestandsgrootte Klein: Geheugenprioriteit Standaard Groot: Prioriteit beeldkwaliteit Onderwerp/bericht Onderwerp Attached Image Bericht Antwoord aan Geen Opgeven uit adresboek Prioriteit Laag Standaard Hoog Standaardinstellingen initialiseren...
Pagina 540
Tekst/Foto Foto 2-zijdig origineel Type boek Type kalender Scherpte Zeven niveaus Onderwerp/bericht Onderwerp Attached Image Bericht Antwoord aan Geen Opgeven uit adresboek TX-terminal-ID Informatie zoals de datum en de tijd van verzending en het e-mailadres van het apparaat (informatie van de verzender) kunnen als kopregel aan verzonden documenten worden toegevoegd.
Pagina 541
RX-afdrukformaat Geef het papierformaat op dat moet worden gebruikt voor afdrukken. OFICIO Brazil-OFICIO Mexico-OFICIO Government-LTR Government-LGL FOOLSCAP AUS-FOOLSCAP India-LGL <Menu> <Scaninstellingen> <I-faxinstellingen> <RX-afdrukinstellingen> <RX-afdrukformaat> Selecteer het papierformaat Bestandsinstellingen U kunt de instellingen voor het opslaan van documenten in een gedeelde map of op een FDP-server wijzigen en registreren. Wijzig standaardinstellingen U kunt de instellingen voor het opslaan van documenten in een gedeelde map of op een FDP-server wijzigen en registreren.
Pagina 542
Type boek Type kalender Scherpte Zeven niveaus Bestandsgrootte Klein: Geheugenprioriteit Standaard Groot: Prioriteit beeldkwaliteit Standaardinstellingen initialiseren U kunt de instellingen voor het opslaan van documenten in een gedeelde map of op een FDP-server wijzigen en registreren. <Menu> <Scaninstellingen> <Bestandsinstellingen> <Standaardinstellingen initialiseren> <Ja>...
Pagina 543
Beeldniveau in tekstmodus Prioriteit bestandsgrootte Normaal Prioriteit beeldkwaliteit OCR-instellingen (doorzoekbare tekst) Geef, als u met OCR (Optical Character Recognition) van een tekstdocument een "doorzoekbare PDF" wilt maken, op of het apparaat de tekstrichting van het document bepaalt en de richting van het document detecteert. Slimme scan <Menu>...
Pagina 544
0W59-0AS Afdrukinstellingen geheugenmedia Alle instellingen voor het afdrukken van geheugenmedia worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " zijn alleen beschikbaar als de optionele papierlade (lade 2) is geplaatst. Opties gemarkeerd met "...
Pagina 545
Halftonen Foutdiffusie: Uit /Aan Puur zwarte tekst Zwarte overdruk RGB-bronprofiel sRGB Gamma 1,5 Gamma 1,8 Gamma 2,4 Geen CMYK-simulatieprofiel JapanColor(Canon) U.S. Web Coated v1.00(Canon) Euro Standard v1.00(Canon) Geen Grijswaardenprofiel gebruiken Uitvoerprofiel Normaal Foto TR Normaal TR Foto Afstemmethode Perceptueel Verzadiging...
Pagina 546
<Menu> <Afdrukinstellingen geheugenmedia> <Standaard weergave-instellingen> Selecteer <Details> of <Afbeeldingen> <Details> Selecteer deze optie om bestandsnamen en datums in een lijst weer te geven. <Afbeeldingen> Selecteer deze optie om miniaturen weer te geven. Standaardinstellingen bestandssortering Geef aan of u de bestanden op een USB-geheugenapparaat oplopend of aflopend wilt sorteren op bestandsnaam of datum. Naam (oplopend) Naam (aflopend) Datum/tijd (oplopend)
Pagina 547
bestandsnamen. <Lange bestandsnaam> Hiermee worden bestandsnamen weergegeven met maximaal 20 tekens. Het aantal tekens hierboven is exclusief de tekens in bestandsextensies, zoals ".jpg". Standaardinstellingen initialiseren Selecteer deze optie als u de instellingen voor Memory Media Print wilt terugzetten naar de standaardwaarden af-fabriek. <Menu>...
Pagina 548
0W59-0AU Printerinstellingen Alle instellingen voor de printer worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met " " zijn alleen beschikbaar als de optionele papierlade (lade 2) is geplaatst. Opties gemarkeerd met " " gelden alleen voor de MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw. Opties gemarkeerd met "...
Pagina 549
<Menu> <Printerinstellingen> <Prioriteit stuurprogramma-instellingen bij afdrukken> Selecteer de papierbron waaruit het papier bij voorkeur wordt gehaald <Aan> Selecteer <Uitvoer forceren> of <Fout weergeven> Kopieën Geef hier het gewenste aantal kopieën op. 1 t/m 99 (Kopieën) <Menu> <Printerinstellingen> <Kopieën> Geef het aantal af te drukken exemplaren op <Toepassen>...
Pagina 550
STMT EXEC Nr. 10 (COM10) Monarch ISO-C5 Standaard papiertype Selecteer de standaardinstelling voor het type papier waarop u gaat afdrukken. Normaal 1 (60-74 g/m²) Normaal 2 (70-84 g/m²) Normaal 3 (75-90 g/m²) Gerecycled Kleur Dik 1 (86-119 g/m²) Dik 2 (120-128 g/m²) Dik 3 (129-163 g/m²) Gecoat 1 (100-110 g/m²) Gecoat 2 (120-130 g/m²)
Pagina 551
17 niveaus Zwart 17 niveaus De instellingen voor <Densiteit> worden uitgeschakeld wanneer u <Tonerbesparing> inschakelt. <Menu> <Printerinstellingen> <Afdrukkwaliteit> <Densiteit> Selecteer de tonerkleur Geef de tonerdichtheid op <Toepassen> <Toepassen> Densiteit (fijnaanpassing) Hiermee kunt u voor elke tonerkleur de dichtheid aanpassen. U kunt de dichtheid afzonderlijk aanpassen voor gebieden die donkerder zijn (<Hoog>), een gemiddelde dichtheid hebben (<Medium>) of lichter zijn (<Laag>).
Pagina 552
Als deze optie is ingeschakeld, bestaat de kans dat dunne lijnen en delen met een lichtere afdrukdichtheid vaag worden. <Menu> <Printerinstellingen> <Afdrukkwaliteit> <Tonerbesparing> Selecteer <Uit> of <Aan> Gradatie Selecteer de gegevensverwerkingsmethode die u wilt gebruiken om gradaties (overgangen) te reproduceren. Selecteer <Hoog 2> als u met een betere kwaliteit wilt afdrukken dan met <Hoog 1>.
Pagina 553
Hiermee worden de randen van objecten (tekst, lijnen, afbeeldingen en foto's) vloeiend afgedrukt. <Modus 5> Hiermee worden afbeeldingen en halftonen gelijkmatig afgedrukt. <Modus 6> Hiermee worden complete objecten vloeiend afgedrukt. Als <Foutdiffusie> is ingeschakeld voor <Halftonen> ( Halftonen), hebben <Modus 1>, <Modus 2>, <Modus 3>...
Pagina 554
Lange zijde Korte zijde U kunt geen bindmarge maken met alleen deze instelling. Gebruik deze instelling in combinatie met <Rugmarge> om de bindmarge in te stellen voor de geselecteerde inbindpositie. <Menu> <Printerinstellingen> <Lay-out> <Inbindlocatie> Selecteer <Lange zijde> of <Korte zijde> Rugmarge Geef hier de bindmarge op die u wilt toepassen op de inbindpositie die is geselecteerd bij <Inbindlocatie>.
Pagina 555
Als u de instellingen combineert met de instelling <Rugmarge>, worden de opgegeven waarden bij elkaar opgeteld. <Menu> <Printerinstellingen> <Lay-out> <Korte zijde verschuiven (voorkant)> Geeft de waarde voor de verschuiving op <Toepassen> Lange zijde verschuiven (voorkant) Kies deze optie om de afdrukpositie in te stellen door voor de lange zijde aan de voorkant van het papier een verschuivingspercentage op te geven.
Pagina 556
Kies deze optie om de afdrukpositie in te stellen door voor de lange zijde aan de achterkant van het papier een verschuivingspercentage op te geven. Een hogere waarde betekent dat de afdrukpositie naar beneden schuift. Een hogere waarde betekent dat de afdrukpositie naar boven schuift. -50,0 t/m ±0 t/m +50,0 (mm) Als door deze instelling gegevens buiten het afdrukbare gebied komen te staan, wordt het gedeelte buiten het afdrukbare gebied niet afgedrukt.
Pagina 557
<Menu> <Printerinstellingen> <Time-out> Stel de tijdsperiode in <Toepassen> Persoonlijkheid Deze instelling stelt het apparaat in staat gegevens te verwerken die zijn ontvangen van de host-computer in het opgegeven gegevensformaat. Wanneer u de stand Persoonlijkheid instelt op <Automatisch> laat u het apparaat het type van de van de host ontvangen gegevens voor iedere taak afzonderlijk bepalen.
Pagina 558
<Menu> <Printerinstellingen> <Gradatie-instellingen> Geef de gradatieinstellingen op Gecomprimeerde beelduitvoer Met deze optie kunt u aangeven hoe afdrukgegevens moeten worden verwerkt als deze te groot zijn voor het geheugen van de machine. U kunt instellen dat de gegevens dan met een lagere beeldkwaliteit worden afgedrukt (<Uitvoer>) of dat het afdrukken moet worden geannuleerd en er een foutbericht moet worden weergegeven (<Fout weergeven>).
Pagina 559
Lettergrootte Geef het lettertype op dat u wilt gebruiken door het bijbehorende lettertype-ID-nummer. U kunt vanaf het bedieningspaneel een lijst afdrukken met voorbeelden van de beschikbare PCL-lettertypen. PCL-lettertypelijst(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) MF729Cx 0 t/m 104 MF728Cdw / MF724Cdw 0 t/m 54 <Menu>...
Pagina 560
Tekencode Selecteer hier de tekencode (tekenset) die het meest geschikt is voor de computer die u gebruikt om afdrukgegevens te verzenden. De opgegeven instelling wordt genegeerd als de tekencode wordt bepaald door het lettertype dat is opgegeven bij <Lettergrootte>. MF729Cx ARABIC8 DESKTOP PC850...
Pagina 561
<Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <Gebruikerspapier> Selecteer <Uit> of <Aan> Maateenheid Kies deze optie om de maateenheid te selecteren voor het instellen van een aangepast papierformaat. Millimeter Inch <Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <Maateenheid> Selecteer <Millimeter> of <Inch> X-dimensie Geef hier de horizontale afmeting (korte kant) van het aangepaste papier op. 77 t/m 215 (mm) <Menu>...
Pagina 562
<Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <CR aan LF toevoegen> Selecteer <Ja> of <Nee> A4-afdrukbreedte vergroten Kies deze optie als u wilt instellen dat de breedte van het afdrukbare gebied van A4-papier in de stand Staand moet worden aangepast aan de breedte van LTR-papier. <Menu>...
Pagina 563
<Foutdiffusie> Kies deze optie om kleine tekst en dunne lijnen scherp af te drukken. Als deze optie is ingesteld op <Aan>, worden de instellingen die u voor <Tekst>, <Illustraties> en <Afbeelding> hebt opgegeven bij <Resolutie> en <Gradatie> niet toegepast. <Resolutie>/<Gradatie> <Resolutie>...
Pagina 564
Afbeelding Normaal Foto Deze instelling wordt alleen toegepast als <CMS> is geselecteerd bij <CMS (overeenstemmend)/gamma>. <Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <Uitvoerprofiel> Selecteer <Tekst>, <Illustraties> of <Afbeelding> selecteer <Normaal> of <Foto> Afstemmethode Selecteer de methode voor kleurafstemming om de kleur van de afdrukken in overeenstemming te brengen met de kleuren die op het beeldscherm worden weergegeven.
Pagina 565
Grijscorrectie Geef aan of u grijstinten (zwart en wit) alleen met de zwarte toner wilt afdrukken. U kunt deze instelling afzonderlijk opgeven voor tekst, afbeeldingen en foto's. Tekst Illustraties Afbeelding <Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <Grijscorrectie> Selecteer <Tekst>, <Illustraties> of <Afbeelding> selecteer <Uit> of <Aan> <Uit>...
Pagina 566
Kies deze optie om de methode te selecteren voor het verwerken van afdrukgegevens. U kunt ervoor kiezen kleurafstemming uit te voeren of gammacorrectie. U kunt deze instelling afzonderlijk opgeven voor tekst, afbeeldingen en foto's. Tekst Gamma Illustraties Gamma Afbeelding Gamma <Menu>...
Pagina 567
Toepassen op illustraties Toepassen op tekst <Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <Geavanceerd gladmaken> Selecteer de effeningsstand BarDIMM Met deze instelling kunt u streepjescodes afdrukken die worden ondersteund door de Barcode Printing Kit. Als <Inschakelen> wordt geselecteerd, zal het apparaat streepjescodes genereren wanneer het opdrachten voor streepjescodes ontvangt van een host- computer.
Pagina 568
<Menu> <Printerinstellingen> <PCL> <FreeScape> Selecteer een escapecode Geef de instellingen op voor PS-afdrukken, zoals paginalay-out en afdrukkwaliteit. Time-out opdracht Deze instelling biedt u de mogelijkheid op te geven hoeveel tijd verstrijkt tot een taak wordt geannuleerd. Als een taak niet wordt voltooid binnen de ingestelde tijdslimiet, wordt de taak automatisch geannuleerd.
Pagina 569
Afhankelijk van de gegevens die moeten worden afgedrukt, zal <Tonerbesparing> misschien niet worden toegepast, zelfs niet als <Aan> is geselecteerd. Als <Aan> is geselecteerd voor <Tonerbesparing>, zullen zeer lichte afbeeldingen of afbeeldingen met veel detail misschien niet duidelijk worden afgedrukt. <Menu>...
Pagina 570
Het apparaat converteert CMYK-gegevens naar het apparaatafhankelijk CMYK-kleurmodel gebaseerd op het simulatiedoel dat is geselecteerd in het CMYK Simulatieprofiel. JapanColor(Canon) U.S. Web Coated v1.00(Canon) Euro Standard v1.00(Canon) Geen U zult misschien niet alle profielen die beschikbaar zijn, kunnen gebruiken. Als kleurengegevens worden afgedrukt in grijs met behulp van een gedownload profiel, controleer dan dat het profiel geschikt is.
Pagina 571
Deze instelling gebruikt het JapanColor-profiel. Hiermee worden afdrukken gemaakt die nauw overeenkomen met de afdrukstandaard in Japan. <U.S. Web Coated v1.00(Canon)> Deze instelling gebruikt het U.S. Web Coated-profiel. Hiermee worden afdrukken gemaakt die nauw overeenkomen met de afdrukstandaard in de VS.
Pagina 572
gegevens in de afdruktaak, dus controleer dat het geselecteerde profiel het juiste is voor de taak. Normaal Foto TR Normaal TR Foto Als u <Geen> selecteert bij <RGB-bronprofiel> of <CMYK-simulatieprofiel>, en het apparaat ontvangt een apparaatafhankelijke kleurenruimtedefinitie waarvan de kleuren worden verwerkt door de hostcomputer, wordt deze instelling niet toegepast.
Pagina 573
<Perceptueel> Deze instelling geeft de beste resultaten voor foto's of bitmapafbeeldingen. <Verzadiging> Deze instelling is het meest geschikt voor het afdrukken van illustraties en grafieken in zakelijke presentaties. <Colorimetrisch> Met deze instelling wordt de RGB-kleurwaarde van het afdrukbereik van het apparaat dicht benaderd. Verwerking RGB puur zwart Met deze instelling kunt u opgeven hoe zwarte en grijze gegevens met een gelijke verhouding van R tot G tot B moeten worden verwerkt wanneer apparaatafhankelijke RGB-gegevens worden omgezet in CMYK-gegevens met het <RGB-bronprofiel>...
Pagina 574
Verwerking CMYK puur zwart Met deze instelling kunt opgeven hoe zwart-witgegevens (C=M=Y=0) moeten worden afgedrukt wanneer de apparaatafhankelijke CMYK-gegevens worden verwerkt met het <CMYK-simulatieprofiel> van het apparaat. Bij gebruik van bepaalde instellingen kan het gebeuren dat zwart-witgegevens (C=M=Y=0) worden afgedrukt met uitsluitend de zwarte (K) toner, zelfs als <Uit>...
Pagina 575
<Foutdiffusie> Kies deze optie om kleine tekst en dunne lijnen scherp af te drukken. Als deze optie is ingesteld op <Aan>, worden de instellingen die u voor <Tekst>, <Illustraties> en <Afbeelding> hebt opgegeven bij <Resolutie> en <Gradatie> niet toegepast. <Resolutie>/<Gradatie> <Resolutie>...
Pagina 576
Met deze instelling wordt overdruk niet toegepast op steunkleuren. Als een andere instelling dan <Geen> wordt geselecteerd bij <CMYK-simulatieprofiel>, wordt overdruk niet toegepast. (Zie CMYK-simulatieprofiel) <Menu> <Printerinstellingen> <PS> <Samengestelde overdruk> Selecteer <Uit> of <Aan> Geavanceerd gladmaken Selecteer deze optie als u wilt opgeven hoe rafelige randen van tekst en afbeeldingen moeten worden gecorrigeerd. U kunt deze instelling afzonderlijk opgeven voor tekst en afbeeldingen.
Pagina 577
U kunt kiezen op welke manier kleurwaarden in een grijswaarde worden omgezet wanneer u kleurgegevens afdrukt. sRGB NTSC Uniforme RGB Deze instelling is ongeldig voor zwart-witgegevens. <Menu> <Printerinstellingen> <PS> <Grijswaardeconversie> Geef de grijswaardenconversie op <sRGB> Hiermee kunt u de grijswaarde berekenen met de kleurconversiemethode die op sRGB is gebaseerd. <NTSC>...
Pagina 578
0W59-0AW Aanpassing/onderhoud Alle instellingen voor de afstelling en het onderhoud van het apparaat worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ) Opties gemarkeerd met een sterretje ( ) zijn alleen beschikbaar als de optionele papierlade (lade 2) is geplaatst. Autom.
Pagina 579
Kies deze optie om de functie Correctie onjuiste afdrukkleur direct na het inschakelen van het apparaat automatisch uit te voeren. U kunt deze aanpassing ook handmatig uitvoeren ( Onjuiste afdrukkleuren corrigeren). <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Instellingen autom. correctie> <Correctie onjuiste afdrukkleur wanneer hoofdschakelaar AAN> Selecteer <Uit>...
Pagina 580
Als afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier te licht zijn, selecteert u <Aan>. U kunt deze optie per papierbron instellen. Multifunctionele lade Lade 1 Lade 2 <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Speciale verwerking> <Verwerken van speciaal papier> <Handmatige instellingen achterkant (alleen voor 2-zijdig)> Selecteer de papierbron <Aan>...
Pagina 581
Schak. voor enveloppen Pas deze instelling aan als enveloppen te licht worden bedrukt of niet goed worden ingevoerd. Envelop 1 Envelop 2 <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Speciale verwerking> <Verwerken van speciaal papier> <Schak. voor enveloppen> Selecteer <Envelop 1> of <Envelop 2> <Envelop 1> Kies deze optie om enveloppen met normale fixeerkracht te bedrukken.
Pagina 582
ITB reinigen Reinig de transfer-band in het apparaat om te voorkomen dat de afdrukkwaliteit afneemt. Transfer-band Invoer reinigen Reinig de invoerrollen als documenten vies zijn nadat ze door de invoer zijn gevoerd. Documentinvoer...
Pagina 583
Gebruik als USB-apparaat Opslaan in USB-geheugen Geheugenmedia afdruk Aan/Uit Product Extended Survey Program inschakelen Info over verbruiksartikelen weergeven (RUI/Toner Status) Canon Mobile Scanning inschakelen Instellingen Google Cloudprinter Melden om papierinstellingen te controleren Instellingen importeren/exporteren Instellingen beveiligde afdruk Selecteer OS van via USB verbonden pc...
Pagina 584
<Menu> <Instellingen Systeembeheer> <NFC inschakelen> Selecteer <Uit> of <Aan> Start het apparaat opnieuw op Instellingen Systeembeheerderinformatie Geef de id of pincode uitsluitend in voor beheerders die toegangsmachtigingen hebben voor <Netwerkinstellingen> en <Instellingen Systeembeheer>. Id is <Systeembeheerder-ID> en pincode is <Pincode systeembeheerder>. U kunt ook de naam van een beheerder registreren.
Pagina 585
<Menu> <Instellingen Systeembeheer> <Afdelings-ID-beheer Aan/Uit> Selecteer <Uit> of <Aan> Beveiligingsinstellingen Selecteer deze optie om instellingen in of uit te schakelen voor gecodeerde communicatie via SSL of IPSec, evenals instellingen voor het filteren van gegevenspakketten op IP-adres of MAC-adres. Gebruik SSL Kies deze optie om aan te geven of u SSL-gecodeerde communicatie wilt gebruiken.
Pagina 586
IPv6-adresfilter Selecteer deze optie om instellingen in of uit te schakelen voor het filteren van pakketten die zijn verzonden naar of ontvangen van apparaten met opgegeven IPv6-adressen. IP-adressen opgeven voor firewallregels Uitfilter Infilter <Menu> <Instellingen Systeembeheer> <Beveiligingsinstellingen> <IPv6-adresfilter> Selecteer <Uitfilter> of <Infilter> Selecteer <Uit>...
Pagina 587
<Menu> <Instellingen Systeembeheer> <Selecteer land/regio> Selecteer een land of regio Instellingen externe UI Configureer instellingen voor het gebruiken van UI op afstand. Met UI op afstand kunt u de instellingen van het apparaat configureren vanaf een webbrowser. Externe UI gebruiken Selecteer of u UI op afstand wilt gebruiken.
Pagina 588
Pincode adresboek Kies deze optie om een pincode in te stellen die moet worden ingevoerd om nieuwe vermeldingen toe te voegen aan het adresboek of om bestaande vermeldingen te wijzigen. Een pincode instellen voor het adresboek Beperk nieuwe bestemmingen Selecteer of de faxnummers en e-mail-/I-Faxadressen die kunnen worden opgegeven, alleen bestemmingen mogen zijn die al zijn geregistreerd het Adresboek.
Pagina 589
MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw / MF623Cn Geheugenmedia afdruk Aan/Uit Geef aan of gegevens mogen worden afgedrukt die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat dat is aangesloten op de machine. Beperkingen instellen voor het afdrukken via USB MF729Cx MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw / MF623Cn Product Extended Survey Program inschakelen Hiermee kunt u Product Extended Survey Program in- of uitschakelen (een programma voor het verzamelen van gebruiksgegevens van de machine).
Pagina 590
Wilt u Tonerstatus niet gebruiken, selecteer dan <Uit>. Wilt u voorkomen dat door middel van een knop, die wordt weergegeven in Tonerstatus, tonercartridges kunnen worden gekocht, selecteer dan <Aan> en vervolgens <Uit>. Canon Mobile Scanning inschakelen Selecteer ofof u wilt toestaan dat van een mobiel apparaat wordt gescand met de Canon-toepassing voor mobiel scannen. <Menu> <Instellingen Systeembeheer>...
Pagina 591
Instellingen importeren/exporteren U kunt met behulp van een USB-geheugenapparaat Adresboekbestemmingen en andere typen gegevens van instellingen importeren en exporteren. Een USB-geheugenapparaat gebruiken voor het exporteren/importeren van geregistreerde gegevens Importeren Exporteren Instellingen beveiligde afdruk Schakel beveiligd afdrukken in of uit. Documenten beveiligd afdrukken Wistijd beveiligde afdruk 10 t/m 30 t/m 240 (min.) Selecteer OS van via USB verbonden pc...
Pagina 592
<Via pc> Selecteer deze optie om de firmware-update op de website van Canon zelf handmatig te installeren. Raadpleeg de handleiding op de website voor installatie-instructies. Als het apparaat een draadloze LAN gebruikt, werkt u deze bij met <Via pc> onderaan of gebruikt u een USB-kabel om verbinding te maken.
Pagina 593
Geheugenmedia afdruk Aan/Uit Instellingen Apparaatinformatie Product Extended Survey Program inschakelen Afdelings-ID-beheer Aan/Uit Informatie over kopen van verbruiksartikelen Beveiligingsinstellingen Canon Mobile Scanning inschakelen Instellingen externe UI Instellingen Google Cloudprinter Automatisch online voor scan op afstand Melden om papierinstellingen te controleren Beperk TX-functie...
Pagina 594
Er wordt een foutbericht weergegeven Er wordt een foutcode weergegeven Veelvoorkomende problemen Als u denkt dat het apparaat niet goed werkt, raadpleegt u de volgende gedeeltes voordat u contact opneemt met Canon. Veelvoorkomende problemen Problemen met installatie/instellingen Problemen bij het kopiëren...
Pagina 595
Trek het vastgelopen document of papier niet hardhandig uit het apparaat Hierdoor kunnen inwendige onderdelen beschadigd raken. Als u het papier niet kunt verwijderen, neemt u contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Wanneer een probleem niet kan worden opgelost Vastgelopen documenten in de documentinvoer (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Als er documenten in de documentinvoer zijn geplaatst, verwijdert u deze eerst.
Pagina 596
Open de klep van de documentinvoer. Zet de hendel in de ontgrendelstand. Trek het document voorzichtig uit de invoer. Verwijder het vastgelopen document uit de binnenste klep van de invoer. Houd de groene knop vast en open de binnenste klep. Trek het document voorzichtig uit de invoer.
Pagina 597
Zet het bedieningspaneel omhoog. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Laat het bedieningspaneel zakken en sluit de klep aan de voorzijde. Papierstoringen in de sleuf voor handmatige invoer (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) Als er papier in de lade is geplaatst, verwijdert u dit eerst. Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, gaat u verder met de volgende stap.
Pagina 598
Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet, kan de lade beschadigd raken wanneer u deze laat vallen omdat de lade te snel naar buiten schuift. Pak de groene knoppen vast en duw het aangegeven onderdeel naar beneden. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat.
Pagina 599
Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Als de optionele papierlade (lade 2) is bevestigd, trekt u het papier op dezelfde manier uit het apparaat. Plaats de papierlade. Wanneer het onderstaande scherm wordt weergegeven, tik dan op <Ja>. Papierstoringen aan de achterzijde Open de achterklep.
Pagina 600
Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Sluit de achterklep. Vastgelopen documenten in de documentinvoer (MF628Cw / MF623Cn) Als er documenten in de documentinvoer zijn geplaatst, verwijdert u deze eerst. Volg daarna de onderstaande procedure. Open de klep van de documentinvoer. Trek het document voorzichtig uit de invoer.
Pagina 601
Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Laat het bedieningspaneel zakken. Open de achterklep. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Sluit de achterklep. Papierstoringen in de sleuf voor handmatige invoer (MF628Cw / MF623Cn) Trek de papierlade uit. Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet, kan de lade beschadigd raken wanneer u deze laat vallen omdat de lade te snel naar buiten schuift.
Pagina 602
Pak de groene knoppen vast en duw het aangegeven onderdeel naar beneden. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Pak de groene knoppen vast en plaats het onderdeel uit de afbeelding terug. Sluit vervolgens de klep. Schuif het onderdeel uit de afbeelding terug totdat het vastklikt. Plaats de papierlade.
Pagina 603
0W59-0C1 Er wordt een foutbericht weergegeven Als u geen fax kunt verzenden, het geheugen vol is of als er bedieningsproblemen zijn, verschijnt er een bericht op het scherm. In de volgende lijst worden deze foutberichten toegelicht. Kopiëren in zwart-wit is beperkt. Wilt u kopiëren in kleur? Kopiëren in zwart-wit is uitgeschakeld in Afdelings-ID-beheer.
Pagina 604
Kan toegangspunt niet vinden. Tijdens het automatisch instellen met WPS, is binnen de ingestelde periode geen draadloze router gevonden. Maak opnieuw verbinding en houd hierbij rekening met de tijdslimiet. De verbinding instellen met behulp van de WPS Drukknop-modus De verbinding instellen met behulp van de WPS PIN-modus Er is handmatig een SSID of netwerksleutel van een draadloze router ingevoerd, maar de invoer is onjuist.
Pagina 605
Wijzig de beperkingen voor verzenden voor de gebruiker die is aangemeld. Afdeling-ID beheer configureren Cart.comm.fout. Gebruik niet-Canon-cartr. niet gedekt door gar. Inkt in cartr. niet correct weergeg. Er is misschien een tonercartridge niet goed is geïnstalleerd of deze werkt niet goed.
Pagina 606
Het wachtwoord is niet meer geldig. Stel een nieuw wachtwoord in. Controleer de authenticatie-instellingen. De authenticatiemethode die is ingesteld op het apparaat komt niet overeen met de authenticatiemethode die is ingesteld op de RADIUS-server. Controleer dat op dit apparaat en op de RADIUS-server dezelfde authenticatiemethode is ingesteld, en stel de juiste authenticatiemethode in.
Pagina 607
De netwerksleutel (PSK) van een draadloze router waarmee verbinding moet worden gemaakt, is niet goed ingesteld op de machine. Controleer de netwerksleutel (PSK) van de draadloze router en stel de sleutel opnieuw in op de machine. De SSID en de netwerksleutel controleren De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven Als het probleem ook blijft optreden nadat u de netwerksleutel hebt gecontroleerd, controleert u of het apparaat goed...
Pagina 608
Kan geen verbinding maken met het draadloze LAN. Zet de hoofdschakelaar UIT en weer AAN en configureer de instellingen opnieuw. De verbinding is mislukt vanwege een fout tijdens het instellen van de draadloze LAN-verbinding. Start de machine opnieuw op en geef de instellingen nogmaals op. Als het probleem ook blijft optreden nadat u het apparaat opnieuw hebt opgestart, controleert u of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk.
Pagina 609
De netwerksleutel (de WEP-sleutel) van een draadloze router waarmee verbinding moet worden gemaakt, is niet goed ingesteld op de machine. Controleer de netwerksleutel (de WEP-sleutel) van de draadloze router en stel de sleutel opnieuw in op de machine. De SSID en de netwerksleutel controleren De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven Maak opnieuw verbinding door een draadloze router te selecteren of door de WEP-verificatiemethode handmatig te wijzigen in <Open systeem>.
Pagina 610
Het geheugen is vol geraakt met afdrukgegevens die door fouten niet kunnen worden afgedrukt. MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw Annuleer het afdrukken van documenten wanneer er iets fout gaat. Afdrukken annuleren MF628Cw / MF623Cn Annuleer het afdrukken van de documenten met fouten of druk de documenten af door <Fout overslaan> te selecteren. Afdrukken annuleren Geheugenmedia afdruk is beperkt.
Pagina 611
Controleer de instellingen van de machine en het netwerk, en maak opnieuw verbinding. Verbinding maken met een netwerk Papier vastgelopen. Er is papier vastgelopen. Verwijder het vastgelopen papier of document, en druk opnieuw af (mogelijk wordt het afdrukken automatisch verder uitgevoerd).
Pagina 612
Verbruiksartikelen Bereid de magenta cartridge voor. Er is nog maar een geringe hoeveelheid toner in de tonercartridges. Zorg dat er een vervangende tonercartridge beschikbaar is. Verbruiksartikelen Bereid de gele cartridge voor. Er is nog maar een geringe hoeveelheid toner in de tonercartridges. Zorg dat er een vervangende tonercartridge beschikbaar is.
Pagina 613
Meld u aan met een Afdelings-ID waarvoor scannen niet is uitgeschakeld. U kunt een Afdelings-ID en pincode opvragen bij uw Beheerder. Afdeling-ID beheer configureren Stel de juiste authenticatiegegevens in. De informatie over client-authenticatie (sleutelpaar en certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord, of CA- certificaat) is niet goed ingesteld.
Pagina 614
De computer is beperkt. De functie om te scannen vanaf het bedieningspaneel is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer. Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de UI op afstand, geef het bewerkingsscherm voor de desbetreffende afdelings-id weer en schakel het selectievakje [Scanopdrachten met onbekende ID's toestaan] in. Taken blokkeren indien afdelings-id onbekend Einde gebruiksduur van cyaan cartridge is bereikt.
Pagina 615
Documenttype selecteren Geheugen vol. Beveiligde afdrukopdrachten verwerken. Het geheugen is vol geraakt door beveiligde documenten die nog niet zijn afgedrukt. Verwijder de beveiligde documenten die in het geheugen zijn opgeslagen. Documenten beveiligd afdrukken Geheugen is vol. Scannen wordt geannuleerd. Wilt u afdrukken? Het scannen van een document is mislukt vanwege onvoldoende geheugenruimte.
Pagina 616
Wijzig de WEP-verificatiemethode in "Gedeelde sleutel" op de draadloze router en maak opnieuw verbinding. Raadpleeg voor meer informatie de handleidingen van uw netwerkapparatuur of neem contact op met de fabrikant. Gebruik van niet-Canon-cart. niet gedekt door garantie. Hoeveelh. inkt in cartr. kan niet correct worden weerg.
Pagina 617
0W59-0C2 Er wordt een foutcode weergegeven Als het afdrukken mislukt, u een fax of gescand document niet kunt verzenden of ontvangen of als er een andere fout optreedt, wordt die fout als een foutcode van drie cijfers weergegeven in een rapport of een bericht op het scherm <Statusmonitor>. Raadpleeg de volgende informatie om voor een foutcode mogelijke oorzaken en oplossingen weer te geven.
Pagina 618
#018 Het verzenden van een fax is mislukt omdat de machine van de ontvanger niet heeft gereageerd vanwege een bezette lijn of andere oorzaken. Als het apparaat van de ontvanger is uitgeschakeld of als de lijn bezet is, kan een fax mogelijk niet worden verzonden. Vraag de ontvanger de status van het apparaat te controleren.
Pagina 619
Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen #406 Een gescand document kan door een fout niet worden opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Koppel het USB-geheugenapparaat los en sluit het weer aan. Documenten rechtstreeks scannen naar een USB-geheugen Scan een kleiner aantal documenten. #408 Schrijven is niet gelukt omdat het geheugenmedium werd losgekoppeld terwijl er gegevens op werden geschreven.
Pagina 620
#751 De server is niet opgestart of er is een netwerkverbinding verbroken. (Wanneer het niet lukt verbinding te maken met de bestemming, wordt dat soms veroorzaakt door een verbreking van de verbinding onderweg.) Controleer de bestemming. Controleer de netwerkstatus. Netwerkinstellingen weergeven Het IP adres is niet goed ingesteld.
Pagina 621
Er is geen IP-adres ingesteld. Stel het IP-adres op de juiste manier in. IP-adressen instellen De machine kan direct na het opstarten niet communiceren met apparatuur in een netwerk omdat er een wachttijd is ingesteld voor het starten van de communicatie. Het apparaat kan niet beginnen te communiceren onmiddellijk nadat het is ingeschakeld.
Pagina 622
Er zijn geen toegangsbevoegdheden verleend voor de gedeelde map. Controleer of de gebruikersnaam en het wachtwoord die zijn geregistreerd voor de bestemming overeenkomen met de gebruikersaccount (gebruikersnaam en wachtwoord) die is geregistreerd voor de gedeelde map. Zie voor meer informatie over gedeelde mappen, Gids Instelling Verzenden (op de dvd-rom). Zie Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie of Adresboek wijzigen via de UI op afstand voor meer informatie over hoe u bestemmingen...
Pagina 623
#813 De aanmeldingsnaam die wordt gebruikt voor POP-verificatie is niet goed ingesteld. Voer de aanmeldingsnaam die wordt gebruikt voor POP-verificatie goed in. #818 De ontvangen gegevens zijn in een bestandsformaat dat het apparaat niet kan afdrukken. Neem contact op met de wederpartij en vraag of ze de gegevens in een ander bestandsformaat willen zenden. #819 De ontvangen gegevens zijn niet geschikt (onjuiste MIME-informatie).
Pagina 624
De ontvangen gegevens zijn niet geschikt (omvatten niet-geschikte MIME- informatie). Neem contact op met de wederpartij en vraag ze de instellingen te controleren en de gegevens opnieuw te verzenden. #829 De ontvangen gegevens zijn 1.000 pagina's of meer lang. Het apparaat wist de gegevens voorpagina 1.000 en verder en drukt de eerste 999 pagina's af of slaat ze op in het geheugen.
Pagina 625
Het verzenden van een e-mail is mislukt vanwege een POP-verificatiefout. Controleer de instelling en probeer het opnieuw. Communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax configureren #852 De machine wordt onverwachts uitgeschakeld. Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit. #853 Een document kan niet worden afgedrukt omdat de hoeveelheid gegevens groter is dan de verwerkingslimiet van de machine.
Pagina 626
Er is een fout opgetreden tijdens het afdrukken vanaf een computer. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Probeer opnieuw af te drukken nadat de machine opnieuw is opgestart. #995 Een document dat wacht op verzending is geannuleerd. Verzend het document eventueel opnieuw.
Pagina 627
Als er problemen ontstaan tijdens het gebruiken van de machine, controleer dan de tips in dit gedeelte voordat u contact met ons opneemt. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk.
Pagina 628
Kijk of de SSID wordt vermeld op de draadloze router zelf of op de verpakking. Controleer de SSID of de netwerksleutel van de draadloze LAN-router met behulp van “Canon MF/LBP Wireless Setup Assistant” (Canon MF/LBP-assistent draadloze verbinding instellen).
Pagina 629
Een modus die de automatische SSID-detectie van andere apparaten uitschakelt. Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk. Als het apparaat geen verbinding kan maken met de draadloze LAN Het apparaat belt in naar een onbedoelde bestemming (als er een inbelrouter is aangesloten op het netwerk). Als een inbelrouter geen broadcast-pakketten hoeft door te geven, stelt u de router zo in dat deze pakketten niet worden doorgegeven.
Pagina 630
De WEP-sleutel die automatisch is gegenereerd (hexadecimaal) wordt geselecteerd. Een functie waarbij de draadloze router de verbinding weigert als de SSID op het apparaat dat moet worden aangesloten, is ingesteld op "ELKE" of leeg is. Wanneer u de instellingen van de draadloze router moet wijzigen Als de draadloze router is ingesteld zoals hieronder beschreven, wijzigt u de instellingen van de router.
Pagina 631
0W59-0C5 Problemen bij het kopiëren Zie ook Veelvoorkomende problemen. Het afdrukresultaat is niet naar tevredenheid. Het papier is gekreukeld of gekruld. Als u niet goed kunt afdrukken...
Pagina 632
0W59-0C6 Problemen bij het afdrukken Zie ook Veelvoorkomende problemen. Het afdrukresultaat is niet naar tevredenheid. Het papier is gekreukeld of gekruld. Als u niet goed kunt afdrukken U kunt niet afdrukken. Zie de Installatiehandleiding MF-stuurprogramma en controleer dat het printerstuurprogramma goed is geïnstalleerd op uw computer.
Pagina 633
0W59-0C7 Problemen bij het faxen of met de telefoon Zie ook Veelvoorkomende problemen. Problemen bij het verzenden Het lukt niet een fax te verzenden. Is de externe telefoonlijn bezet? Wacht tot de lijn vrij is. Is er een fout opgetreden? Druk het communicatiebeheerrapport af en bekijk de inhoud. Communicatiebeheerrapport Is de telefoonlijn goed ingesteld? De telefoonlijn aansluiten...
Pagina 634
Probeer de volgende oplossingen als het afdrukresultaat te wensen overlaat, of als het papier gekreukeld is of omkrult. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Vlekken aan de onderzijde van...
Pagina 635
0W59-0C9 Het afdrukresultaat is niet goed Als het apparaat van binnen vies is, kan dit gevolgen hebben voor het afdrukresultaat. Reinig het apparaat zorgvuldig. Het apparaat reinigen Vlekken aan de onderzijde van afdrukken Gebruikt u geschikt papier? Controleer welke papiersoorten geschikt zijn en vervang het papier door een bruikbaar soort. Papier Papier plaatsen Het type en formaat papier opgeven...
Pagina 636
Vlekken en spetters Gebruikt u geschikt papier? Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Papier Papier plaatsen Zijn de tonercartridges opgebruikt? Controleer hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit en vervang zo nodig de tonercartridges. Tonercartridges vervangen Komt het papier formaat dat is opgegeven in het stuurprogramma wel overheen met het formaat van het papier dat wordt gebruikt?
Pagina 637
Drukt u gegevens af zonder marges? Dit symptoom doet zich voor als een marge is ingesteld op Geen in het printerstuurprogramma. Marges van 5 mm of minder rond de rand van het papier of 10 mm of minder rond de rand van enveloppen vallen buiten het bedrukbare gebied van het apparaat.
Pagina 638
0W59-0CA Het papier krult om of is gekreukeld Gekreukeld papier Is het papier goed geplaatst? Als de stapel papier hoger is dan de markering voor het maximale aantal vellen of schuin in de lade ligt, kunnen er kreukels of vouwen ontstaan. Papier plaatsen Gebruikt u papier dat vochtig is geweest? Gebruik nieuw papier dat helemaal droog is.
Pagina 639
0W59-0CC Papier wordt niet goed ingevoerd Afdrukken zijn scheef Zijn de papiergeleiders afgesteld op de randen van het papier? Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, zijn de afdrukken scheef. Papier plaatsen Wordt het papier ingevoerd via de sleuf voor handmatige invoer? Plaats het papier in de papierlade.
Pagina 640
Als u door het raadplegen van de informatie in dit hoofdstuk een probleem nog steeds niet kunt oplossen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Het is niet toegestaan het apparaat te demonteren of te repareren Als u dat wel doet, bestaat de kans dat de garantie vervalt.
Pagina 641
0W59-0CF Onderhoud In dit hoofdstuk wordt het onderhoud van de machine beschreven, inclusief het reinigen van de machine en het initialiseren van instellingen. Standaardreiniging Het apparaat reinigen Het apparaat wordt vuil, zie Behuizing. Vlekken op originelen of afdrukken, zie Glasplaat of Documentinvoer.
Pagina 642
0W59-0CH Het apparaat reinigen Maak de machine regelmatig schoon om te voorkomen dat de afdrukkwaliteit afneemt en om de machine veilig en prettig te kunnen gebruiken. Lees eerst de veiligheidsinstructies door voordat u aan de slag gaat. Onderhoud en inspecties Onderdelen die u moet reinigen Behuizing van het apparaat en de ventilatieopeningen Behuizing...
Pagina 643
0W59-0CJ Behuizing Wrijf de behuizing van het apparaat regelmatig schoon, vooral bij de ventilatieopeningen, om het apparaat in goede conditie te houden. Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken. Als u het apparaat uitschakelt, worden gegevens in de wachtrij verwijderd. Faxen die zijn ontvangen met de functie Geheugenontvangst, faxen die wachten op verzending en rapporten die na het verzenden en ontvangen van faxen automatisch worden afgedrukt, worden niet verwijderd.
Pagina 644
0W59-0CK Glasplaat Verwijder regelmatig stof van de glasplaat en de onderzijde van de invoer om vlekken op documenten of afdrukken te voorkomen. Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken. Als u het apparaat uitschakelt, worden gegevens in de wachtrij verwijderd. Faxen die zijn ontvangen met de functie Geheugenontvangst, faxen die wachten op verzending en rapporten die na het verzenden en ontvangen van faxen automatisch worden afgedrukt, worden niet verwijderd.
Pagina 645
0W59-0CL Documentinvoer Grafietpoeder of stof op de rollers in dit document invoer kan vlekken geven op de afdrukken. Maak the documentinvoer schoon, als dit zich voordoet. Als er nog vlekken te zien zijn nadat u de invoer hebt schoongemaakt, start dan het automatisch reinigen van de documentinvoer.
Pagina 646
Tik op <Invoer reinigen>. Tik op <Start>. Het reinigen begint. Wanneer ongeveer 1 minuut later het bericht <Voltooid.> wordt weergegeven, drukt u op en keert u terug naar het scherm <Start>.
Pagina 647
0W59-0CR Fixeereenheid Er kan zich vuil verzamelen op de fixeereenheid in het apparaat, met zwarte strepen op afdrukken als gevolg. Voer de onderstaande procedure uit om de fixeereenheid te reinigen. U kunt de fixeereenheid niet reinigen als de wachtrij van het apparaat documenten bevat die nog moeten worden afgedrukt.
Pagina 648
0W59-0CS Transfer-band Er kan zich vuil verzamelen op de transfer-band in de machine, met als gevolg dat de afdrukkwaliteit afneemt. Voer de onderstaande procedure uit om de transfer-band te reinigen. U kunt de transfer-band niet reinigen als de wachtrij van de machine documenten bevat die nog moeten worden afgedrukt.
Pagina 649
0W59-0CU Tonercartridges vervangen Het apparaat geeft een melding weer wanneer er nog maar weinig toner in de tonercartridge zit. NB de afdrukkwaliteit kan verslechteren, als u doorgaat met afdrukken zonder dit op te lossen. Op de display kunt u zien hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit. Er wordt een bericht weergegeven Afdrukken zijn van slechte kwaliteit Controleren hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit...
Pagina 650
Afdrukken zijn van slechte kwaliteit Als uw afdrukken één van de onderstaande kenmerken gaan vertonen, raakt één van uw tonercartridges leeg. Vervang de bijna lege tonercartridge ook als er geen bericht wordt weergegeven. Tonercartridges vervangen Witte strepen Vage afdruk Ongelijke dichtheid Vlekken en spetters Witruimte op het origineel is grijs op de afdruk Controleren hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit...
Pagina 651
0W59-0CW Tonercartridges vervangen Lees de veiligheidsvoorschriften in Onderhoud en inspecties en Verbruiksartikelen voordat u tonercartridges gaat vervangen. Open de klep aan de voorzijde. Trek de lade met de tonercartridges naar buiten. MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw MF628Cw / MF623Cn Trek de lege tonercartridge recht omhoog uit de houder. Haal de nieuwe tonercartridge uit de beschermende verpakking.
Pagina 652
Wanneer u de afdichtingstape naar buiten trekt Als er tape achterblijft in een tonercartridge, kan dit gevolgen hebben voor de kwaliteit van afdrukken, inclusief faxen. Het is trouwens niet mogelijk om een fax opnieuw af te drukken, aangezien de faxgegevens direct na het afdrukken automatisch worden verwijderd.
Pagina 653
0W59-0CX De machine verplaatsen Het apparaat is zwaar. Volg altijd de onderstaande procedures als u het apparaat gaat verplaatsen om lichamelijk letsel te voorkomen. Lees ook altijd de veiligheidsvoorschriften voordat u aan de slag gaat. Belangrijke veiligheidsinstructies Schakel het apparaat en de computer uit. Als u het apparaat uitschakelt, worden gegevens in de wachtrij verwijderd.
Pagina 654
MF628Cw / MF623Cn Zet het apparaat voorzichtig neer op de nieuwe gebruikslocatie. Zie Aan de slag voor informatie over het installeren van het apparaat nadat u dit hebt verplaatst. Meegeleverde documentatie...
Pagina 655
0W59-0CY Afdrukkwaliteit handhaven en verbeteren Als de afdrukresultaten te wensen overlaten, zoals een lage beeldkwaliteit, slechte reproduceerbaarheid of onjuiste afdrukkleuren, probeert u de onderstaande correcties. Automatische gradatie-aanpassing Als de dichtheid of helderheid van kleuren verschilt in afdrukken en originelen, voert u de optie <Autom. gradatie-aanpassing> uit om de kleuren nauwkeuriger te reproduceren.
Pagina 656
0W59-0E0 De gradatie corrigeren Gradatie verwijst naar de overgang van donker naar licht van de tinten van een kleur. Hoe meer tinten in de gradaties van kleuren die worden afgedrukt, des te natuurlijker de afdrukken. Als de reproduceerbaarheid van kleuren slecht is en de dichtheid en helderheid van afdrukken duidelijk afwijken van de originelen, kunt u een automatische aanpassing of correctie uitvoeren.
Pagina 657
Plaats de correctieafbeelding op de glasplaat met de afdrukzijde naar beneden. Leg het papier zo dat de zwarte streep zich aan de achterzijde van de machine bevindt. Sluit de documentinvoer voorzichtig. Druk op (Kleur). De correctieafbeelding wordt gescand en de aanpassing begint. Na ongeveer 30 seconden wordt de tweede correctieafbeelding afgedrukt.
Pagina 658
Transfer-band Snelle aanpassing Met dit type aanpassing wordt de geoptimaliseerde status gehandhaafd die is verkregen met <Volledige aanpassing>. Dit type aanpassing kunt u niet uitvoeren als bepaalde bewerkingen actief zijn, zoals scannen en afdrukken. Als het resultaat van deze aanpassing te wensen overlaat, voert u de optie <Volledige aanpassing>...
Pagina 659
Bevestig de procedure en tik op <Start>. De aanpassing wordt uitgevoerd. Na ongeveer 1 minuut wordt er een correctieafbeelding afgedrukt. Open de documentinvoer nadat het tweede scherm hierboven niet meer wordt weergegeven. Plaats de correctieafbeelding op de glasplaat met de afdrukzijde naar beneden. Leg het papier zo dat de zwarte streep zich aan de achterzijde van de machine bevindt.
Pagina 660
0W59-0E1 Onjuiste afdrukkleuren corrigeren Er kan sprake zijn van onjuiste afdrukkleuren als de positie van kleuren verschuiven wanneer voor het afdrukken van één afbeelding meerdere tonercartridges nodig zijn. Het gevolg is dat afdrukken er vaag uit kunnen zien. Voer de volgende procedure uit om onjuiste afdrukkleuren te corrigeren.
Pagina 661
0W59-0E2 Waarden aanpassen voor reproduceerbaarheid van tekstkleur in kleurendocumenten Als de kopieerresultaten van zwarte of zwartachtige tekst niet naar wens zijn, kunt u de reproduceerbaarheid van de kleuren aanpassen met deze correctie. Deze correctiewaarde kan onafhankelijk worden ingesteld in de documentinvoer en de glasplaat. De instellingen worden toegepast op kleurenkopieën wanneer <Type origineel>...
Pagina 662
0W59-0E3 Rapporten en lijsten afdrukken U kunt de resultaten van faxtaken bekijken en de instellingen van de machine controleren door rapporten en lijsten af te drukken. TX-resultaatrapport Hiermee kunt u de logboeken van verzonden documenten controleren. TX-resultaatrapport Communicatiebeheerrapport Hiermee kunt u de logboeken van verzonden en ontvangen documenten controleren. Communicatiebeheerrapport RX-resultaatrapport Hiermee kunt u de logboeken van ontvangen faxdocumenten controleren.
Pagina 663
0W59-0E4 TX-resultaatrapport U kunt een TX-resultaatrapport afdrukken en de fax- of e-maillogboeken controleren van verzonden documenten en van documenten die naar een gedeelde map of een FTP-server zijn gescand. U kunt het rapport afdrukken na elke transmissie of alleen wanneer er een verzendfout optreedt.
Pagina 664
Een deel van een faxdocument afdrukken in het rapport Wanneer u <Aan> of <Alleen bij fout> selecteert, kunt u een deel van een faxdocument opnemen in het rapport. Stel <TX- afbeelding opnemen> in op <Aan>.
Pagina 665
0W59-0E5 Communicatiebeheerrapport U kunt de fax- en e-maillogboeken van verzonden en ontvangen documenten controleren door een communicatiebeheerrapport af te drukken. U kunt dit rapport automatisch afdrukken na elke 40 transmissies of handmatig. <Menu> <Uitvoerrapport> <Rapportinstellingen> <Communicatiebeheerrapport> Selecteer de afdrukinstelling <Automatisch afdrukken (40 verzendingen)> Selecteer <Aan>...
Pagina 666
0W59-0E6 RX-resultaatrapport U kunt de logboeken van ontvangen fax- en I-faxdocumenten controleren door een RX-resultaatrapport af te drukken. U kunt het rapport afdrukken na elke transmissie of alleen als er een ontvangstfout optreedt. <Menu> <Uitvoerrapport> <Rapportinstellingen> <RX-resultaatrapport> Selecteer de afdrukinstelling <Uit>...
Pagina 667
0W59-0E7 Afdelings-ID beheerrapport Wanneer Afdelings-ID-beheer is ingeschakeld, kunt u voor elke <Afdelings-ID> het totale aantal afdrukken controleren door een Afdelings-ID-beheerrapport af te drukken. Als u weet welke aantallen er worden afgedrukt, kunt u de voorraad papier en tonercartridges beter beheren. <Menu>...
Pagina 668
0W59-0E8 Adresboeklijst U kunt de lijst met bestemmingen controleren die als <Kiescode>, <Favorieten> en <Groepskiezen> beschikbaar zijn in het adresboek door een zogenaamde adresboeklijst af te drukken. <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> <Adresboeklijst> Selecteer de instelling die wilt afdrukken controleer dat papier van het formaat en soort dat op het scherm wordt weergegeven, in het apparaat is geplaatst <Ja>...
Pagina 669
0W59-0E9 Lijst gebruikersgegevens / Gegevenslijst systeembeheer U kunt de lijst met instellingen ( Overzicht van menuopties) en de inhoud die op het apparaat is opgeslagen controleren door een lijst met gebruikersgegevens of een lijst met gegevens voor systeembeheer af te drukken. Beide lijsten vermelden het formaat en type papier dat op het apparaat is geregistreerd, plus de afdrukinstellingen van <TX-resultaatrapport>, <Communicatiebeheerrapport>...
Pagina 670
0W59-0EA IPSec-beleidslijst U kunt controleren welke beleidsinstellingen en IPSec-instellingen zijn geregistreerd op de machine door het rapport IPSec-beleidslijst af te drukken. <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> <IPSec-beleidslijst> Controleer dat papier van het formaat en de soort dat op het scherm wordt weergegeven, in het apparaat is geplaatst <Ja>...
Pagina 671
0W59-0EC Statusrapport verbruiksartikelen U kunt de status controleren van de verbruiksartikelen die in het apparaat zijn geïnstalleerd. <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> <Statusrapport verbruiksartikelen> Controleer dat papier van het formaat en de soort dat op het scherm wordt weergegeven, in het apparaat is geplaatst <OK>...
Pagina 672
0W59-0EE PCL-lettertypelijst U kunt een lijst afdrukken en controleren welke lettertypen beschikbaar zijn in de stand PCL. <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> <PCL-lettertypelijst> Controleer dat papier van het formaat en de soort dat op het scherm wordt weergegeven, in het apparaat is geplaatst <Ja>...
Pagina 673
0W59-0EF PS-lettertypelijst U kunt een lijst afdrukken en controleren welke lettertypen beschikbaar zijn in de stand PS. <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> <PS-lettertypelijst> Controleer dat papier van het formaat en de soort dat op het scherm wordt weergegeven, in het apparaat is geplaatst <Ja>...
Pagina 674
0W59-0EH Aantal afdrukken weergeven U kunt afzonderlijke totalen opvragen voor het aantal kleurenpagina's dat is afgedrukt en het aantal pagina's in zwart-wit. Deze totalen omvatten faxen, rapporten en lijsten, plus kopieën en afdrukken van gegevens vanaf computers. MF729Cx Het item dat u wilt controleren, selecteren Controleren hoeveel pagina's er zijn afgedrukt Tellers Selecteer de teller waarvan u de waarde wilt controleren.
Pagina 675
0W59-0EJ Een USB-geheugenapparaat gebruiken voor het exporteren/importeren van geregistreerde gegevens Gegevens zoals die uit het Adresboek en apparaatgegevens kunnen worden geëxporteerd en op een USB-geheugenapparaat worden opgeslagen. U kunt ook de gegevens die op een USB-geheugenapparaat zijn opgeslagen, importeren. U kunt gegevens die zijn geëxporteerd uit het apparaat, in andere modellen importeren, en daarom is dit een eenvoudige manier om informatie zoals Adresboekgegevens naar meerdere apparaten te kopiëren .
Pagina 676
0W59-0EK Geregistreerde gegevens exporteren naar een USB-geheugenapparaat Gegevens zoals Adresboekgegevens en instellingen van het apparaat kunnen worden geëxporteerd en opgeslagen op een USB- geheugenapparaat. U wordt geadviseerd regelmatig een back-up te maken van belangrijke instellingen. Sluit een USB-geheugenapparaat aan op de USB-poort (USB2.0). De USB-poort achteraan aan de rechterzijde van het apparaat is niet beschikbaar.
Pagina 677
Koppel het USB-geheugenapparaat los van de USB-poort (USB2.0). Druk op Druk op Tik op <Apparaatstatus>. Tik op <Geheugenmedium verwijderen>. Wacht totdat de melding <Het geheugenmedium kan veilig worden verwijderd.> wordt weergegeven. Verwijder het USB-geheugenapparaat.
Pagina 678
0W59-0EL Geregistreerde gegevens importeren van een USB-geheugenapparaat Importeer met deze procedure gegevens die uit het apparaat zijn geëxporteerd naar een USB-geheugenapparaat. Als de apparaten van het zelfde model zijn, kunt u ook de instellingen van het andere apparaat naar dit apparaat importeren. Wanneer u Adresboekgegevens importeert, worden de gegevens die op dat moment op het apparaat zijn geregistreerd, overschreven.
Pagina 679
Adresboekgegevens wilt annuleren. Koppel het USB-geheugenapparaat los van de USB-poort (USB2.0). Druk op Druk op Tik op <Apparaatstatus>. Tik op <Geheugenmedium verwijderen>. Wacht totdat de melding <Het geheugenmedium kan veilig worden verwijderd.> wordt weergegeven. Verwijder het USB-geheugenapparaat.
Pagina 680
0W59-0ER Instellingen terugzetten op de standaardwaarden U kunt de volgende instellingen herstellen (initialiseren): Menu initialiseren Sleutels en certificaten initialiseren Het adresboek initialiseren...
Pagina 681
0W59-0ES Menu initialiseren U kunt de instellingen van het apparaat herstellen ( Overzicht van menuopties). Afhankelijk van welke instellingen u selecteert, zult u misschien na het initialiseren het apparaat opnieuw moeten starten. <Menu> <Instellingen Systeembeheer> <Menu initialiseren> Het item dat u wilt initialiseren, selecteren <Ja>...
Pagina 682
Met onderstaande procedure kunt u de standaard-<Netwerkinstellingen> herstellen. Selecteer <Menu> <Netwerkinstellingen> <Initialiseer Netwerkinstellingen> <Ja> en start vervolgens het apparaat opnieuw op. <Alles initialiseren> Initialiseert alle instellingen op het apparaat.
Pagina 683
0W59-0EU Sleutels en certificaten initialiseren U kunt de instellingen herstellen van de gebruikte sleutelparen en digitale certificaten. Als u deze bewerking uitvoert, worden alle sleutelparen en certificaten die zijn opgeslagen op de machine verwijderd (behalve de vooraf geïnstalleerde digitale certificaten). Als deze bewerking is voltooid, kunt u geen functies meer gebruiken waarvoor sleutelparen vereist zijn, zoals SSL-gecodeerde communicatie en TLS als onderdeel van IEEE 802.1X-verificatie.
Pagina 684
0W59-0EW Het adresboek initialiseren U kunt de instellingen van het adresboek terugzetten op de standaardwaarden. Alle gegevens in het adresboek worden hierbij verwijderd. <Menu> <Instellingen Systeembeheer> <Adresboek initialiseren> <Ja> KOPPELINGEN Registreren in het adresboek Adresboek wijzigen via de UI op afstand...
Pagina 685
0W59-0EX Bijlage Dit hoofdstuk bevat de technische specificaties van dit apparaat, instructies voor het gebruik van de e-Handleiding, disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie voor klanten.
Pagina 686
0W59-0EY Handige functies Het is zeker de moeite waard om de functies uit te proberen die in dit hoofdstuk worden beschreven. De functies zijn onderverdeeld in vier categorieën: "Milieubesparing levert geld op", "Efficiënter werken", "Digitaal is beter" en "Ongekende mogelijkheden".
Pagina 687
0W59-0F0 Milieubesparing levert geld op Dubbelzijdig afdrukken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) U kunt dubbelzijdig afdrukken gebruiken voor kopieën, afdruktaken verzonden uit uw computer, en zelfs binnenkomende faxen. Omdat u dan de helft minder papier gebruikt dan anders, kunt u uw papierkosten halveren. U kunt zelfs nog meer besparen door dubbelzijdig afdrukken te combineren met N op 1-afdrukken van meerdere pagina's op één blad papier.
Pagina 688
De slaapstand instellen voor meer informatie over deze functie. Toner besparen Wilt u documenten of concepten afdrukken, maar is de afdrukkwaliteit niet zo belangrijk? U kunt dan een instelling kiezen die minder toner gebruikt. Kijk eens hoe dat bevalt en u kunt eenvoudig toner en geld besparen.
Pagina 689
0W59-0F1 Efficiënter werken Adresboek Als u faxnummers en e-mailadressen invoert in het adresboek, hoeft u niet steeds alle cijfers van het nummer of letters van het adres in te voeren als u iets wilt gaan versturen. De adressen die u het vaakst gebruikt, kunt u weergeven met de functie <Favorieten>.
Pagina 690
Steek een USB-stick in het apparaat en u kunt afbeeldingen en documenten direct afdrukken, zonder computer. U kunt zelfs afbeeldingen in bijv. JPEG-formaat bekijken voor u ze afdrukt, dus er wordt geen papier verspild. U kunt ook handgeschreven memo's, enz. scannen en direct op een USB-stick opslaan. Handig voor onderweg. Zie voor meer informatie over deze functie Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenapparaten).
Pagina 691
0W59-0F2 Digitaal is beter Scannen en mailen U kunt gescande documenten per e-mail versturen zonder dat u uw computer hoeft aan te zetten. Converteer het gescande document vanaf de machine naar een e-mailbijlage. Als u van de generatie bent die liever een fax verstuurt dan moeilijk doet met een computer, is deze functie de oplossing.
Pagina 692
Scaninstellingen configureren in ScanGear MF voor meer informatie over deze functie. Doorzoekbare PDF's Tekst zoeken in een PDF is mogelijk met een "doorzoekbare PDF". Wanneer u een origineel scant met zowel tekst als afbeeldingen, worden de tekstgedeelten in tekstgegevens geconverteerd door OCR. U kunt dan niet alleen zoeken naar tekstinformatie, maar u kunt ook naar wens delen kopiëren in een Excel-rekenblad of Word-document in Microsoft Office.
Pagina 693
Wanneer u snel een voorstel wilt afdrukken dat u hebt opgemaakt op een tablet terwijl u onderweg was naar een zakenbestemming, of met een smartphone materiaal wilt scannen dat is uitgedeeld op een vergadering, komt Canon Mobile Application goed van pas. Zelfs op plaatsen waar geen draadloze LAN-router is, kunt u draadloos en direct de verbinding met het apparaat tot stand brengen met behulp van een mobiel toestel.
Pagina 694
Een document afdrukken dat is beveiligd met een pincode (beveiligd afdrukken) (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) voor meer informatie over deze functie. Draadloos werken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Geen kabels, snelle installatie, eenvoudig onderhoud. Als u beschikt over een draadloze LAN-router met WPS, hoeft u helemaal geen instellingen op te geven en kunt u bijna meteen aan de slag.
Pagina 695
Sommige documenten verdienen een betere behandeling dan een zielig nietje in de linkerbovenhoek. Met deze machine kunt u daarom heel eenvoudig boekjes maken. Het printerstuurprogramma zorgt voor de positionering van de pagina's. U hoeft de pagina's alleen maar te vouwen en in het midden te nieten. Boekje afdrukken (MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw) voor meer informatie over deze functie.
Pagina 696
0W59-0F4 Technische specificaties De technische specificaties van het apparaat kunnen bij verbeteringen van het apparaat zonder vooraankondiging worden gewijzigd. Apparaatspecificaties Specificaties draadloos LAN(MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw / MF628Cw) Documenttype Scangebied Papier Specificaties van de kopieerfunctie Specificaties van de faxfunctie(MF729Cx / MF728Cdw / MF628Cw) Specificaties van de scannerfunctie Specificaties van de afdrukfunctie Specificaties voor het verzenden van e-mail...
Pagina 697
0W59-0F5 Apparaatspecificaties MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw Type Persoonlijke desktop 220 tot 240 V, 50/60 Hz Elektrische aansluiting (De netspanningsvereisten kunnen per land verschillen. Controleer de spanning van het land waar u het apparaat hebt gekocht.) Maximaal 1.200 W of minder Gemiddeld verbruik in stand-by Ongeveer 25 W Gemiddeld verbruik in de slaapstand...
Pagina 698
MF628Cw / MF623Cn Persoonlijke desktop Type 220 tot 240 V, 50/60 Hz Elektrische aansluiting (De netspanningsvereisten kunnen per land verschillen. Controleer de spanning van het land waar u het apparaat hebt gekocht.) Maximaal 900 W of minder Gemiddeld verbruik in stand-by Ongeveer 20 W Gemiddeld verbruik in de slaapstand Opgenomen vermogen...
Pagina 700
0W59-0F7 Documenttype Ondersteunde documentsoorten Glasplaat Documentinvoer Normaal papier Normaal papier/Dik papier/Foto/Kleine documenten (zoals (document van één pagina/documenten Type indexkaarten)/Speciale papiersoorten (zoals calqueerpapier, van meerdere pagina's met hetzelfde transparanten, etc./Boekje (maximale dikte van 20 mm) formaat, dezelfde dikte en hetzelfde gewicht) Formaat Maximale grootte: 215,9 x 355,6 mm Maximaal 215,9 x 297 mm...
Pagina 701
0W59-0F8 Scangebied De grijze gebieden in de onderstaande tabel geven het scangedeelte van het document aan. Zorg ervoor dat de tekst en afbeeldingen in uw documenten binnen het grijze gebied passen. Het scangedeelte verschilt naargelang de gebruikte functie en de plaats van de documenten (de documentinvoer of de glasplaat).
Pagina 702
0W59-0F9 Papier Ondersteunde papierformaten Hieronder ziet u een overzicht van de papierformaten die u in de papierlade, de sleuf voor handmatige invoer en de optionele papierladen kunt laden. MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw *1 *2 A4 (210,0 x 297,0 mm) B5 (182,0 x 257,0 mm) A5 (148,0 x 210,0 mm) Legal (215,9 x 355,6 mm)
Pagina 703
Government - Legal (203,2 x 330,2 mm) Foolscap (215,9 x 330,2 mm) AFLS (206 x 337 mm) ind-LGL (215 x 345 mm) Envelope COM10 (104,7 x 241,3 mm) Envelope Monarch (98,4 x 190,5 mm) Envelope C5 (162 x 229 mm) Envelope DL (110 x 220 mm) Indexkaart (76,2 x 127 mm) Aangepast papierformaat...
Pagina 704
vervangen. Automatisch dubbelzijdig afdrukken is mogelijk op papier van het formaat A4 of Letter. Gebruik speciale transparanten voor laserprinters. MF628Cw / MF623Cn Papiercapaciteit voor Papiercapaciteit voor sleuf voor handmatige Papiersoort papierlade invoer Normaal papier 60 tot 90 g/m² 150 vellen 1 vel 85 tot 120 g/m²...
Pagina 705
0W59-0FA Specificaties van de kopieerfunctie Tekst/Foto/Kaart (snel) (kleur) 300 x 300 dpi Tekst/Foto/Kaart, Tekst/Foto/Kaart (snel) (Z/W) Scanresolutie 300 x 600 dpi Tekst/Foto/Kaart (Kwaliteit), gedrukte afbeelding, tekst 600 x 600 dpi Uitvoerresolutie 600 x 600 dpi 100% 1:1, Max. 400%, 200%, 141% A5->A4, 70% A4->A5, 50%, Min. 25% Zoompercentage MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw Kleur: 20 kpm...
Pagina 706
Handset (optioneel)/Externe telefoon/Externe telefoon met ingebouwd antwoordapparaat/Datamodem Type telefoon Afhankelijk van uw locatie of telefoonverbinding is gegevenscommunicatie wellicht onmogelijk. Neem in dat geval contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Gebaseerd op ITU-T (ITU Telecommunication Standardization Sector) -standaarddiagram nr. 1, JBIG-standaardmodus.
Pagina 707
0W59-0FE Specificaties van de scannerfunctie Type Kleurenscanner Maximaal Glasplaat: maximaal 216 x 297 mm Invoer: maximaal 216 x 356 mm scanformaat Optische resolutie Glasplaat: maximaal 600 x 600 dpi Invoer: maximaal 300 x 300 dpi Scanresolutie Softwarematige resolutie 9.600 x 9.600 dpi Scansnelheid Kleur: 10 vellen/minuut (A4, 300 x 600...
Pagina 708
0W59-0FF Specificaties van de afdrukfunctie Afdrukmethode Indirect elektrostatisch systeem (fixeren op verzoek) MF729Cx / MF728Cdw / MF724Cdw Sleuf voor handmatige invoer: ongeveer 50 vellen (60 tot 90 g/m²) Papierlade: ongeveer 250 vellen (60 tot 90 g/m²) Cassette Feeding Module-V1 (optioneel): ongeveer 250 vellen (60 tot 90 g/m²) Papiercapaciteit MF628Cw / MF623Cn Sleuf voor handmatige invoer: 1 vel...
Pagina 709
0W59-0FH Specificaties voor het verzenden van e-mail Communicatieprotocol SMTP Bestandsindeling PDF, PDF (Compact), PDF (Compact/OCR), PDF (OCR), JPEG, TIFF Zwart-wit JPEG: 300 dpi TIFF: 300 dpi (MMR-compressie) PDF/PDF (OCR): 300 dpi (MMR-compressie) PDF (Compact)/PDF (Compact/OCR): tekst 300 dpi, achtergrond 150 dpi Resolutie Kleur JPEG: 300 dpi...
Pagina 710
0W59-0FJ Specificaties voor het scannen naar gedeelde mappen Communicatieprotocol SMB (TCP/IP) Bestandsindeling PDF, PDF (Compact), PDF (Compact/OCR), PDF (OCR), JPEG, TIFF Zwart-wit JPEG: 300 dpi TIFF: 300 dpi (MMR-compressie) PDF/PDF (OCR): 300 dpi (MMR-compressie) PDF (Compact)/PDF (Compact/OCR): Tekst 300 dpi, Achtergrond 150 dpi Resolutie Kleur JPEG: 300 dpi...
Pagina 711
Hier volgt een richtsnoer voor de geschatte levensduur van de verbruiksartikelen die in dit apparaat worden gebruikt. Schaf verbruiksartikelen aan bij uw plaatselijke, erkende Canon-dealer. Neem voorzorgsmaatregelen voor gezondheid en veiligheid in acht wanneer u verbruiksartikelen opslaat en hanteert ( Verbruiksartikelen).
Pagina 712
Tonercartridges vervangen, wanneer u tonercartridges vervangt.
Pagina 713
U kunt de functionaliteit van het apparaat volledig benutten door als optie verkrijgbare hieronder beschreven items toe te passen. Als optie verkrijgbare items kunt u aanschaffen bij de leverancier waar u het apparaat hebt aangeschaft of bij de Canon-dealer ter plaatse.
Pagina 714
Een licentiesleutel verkrijgen U kunt een licentiesleutel verkrijgen met behulp van een webbrowser. Ga naar het Licentiebeheersysteem (http://www.canon.com/lms/license) en volg de procedure. Als onderdeel van de procedure moet u de volgende nummers invoeren. Licentietoegangsnummer Controleer het licentietoegangsnummer dat op het License Access Number Certificate (Certificaat Licentietoegangsnummer) dat u in de verpakking van de optie vindt.
Pagina 715
Voer de licentiesleutel in met de numerieke toetsen en tik op <Registreren>. De registratie wordt gestart. Wacht totdat de melding <Installatie voltooid. Instellingen van kracht nadat de hoofdschakelaar UIT en AAN is gezet.> wordt weergegeven. Als de melding <Registreren... Zet hoofdschakelaar niet UIT.> wordt weergegeven, schakel dan de functies in die nodig zijn voor het activeren van de optie en registreer de licentiesleutel opnieuw.
Pagina 716
0W59-0FR Meegeleverde documentatie Het apparaat wordt geleverd met de volgende handleidingen. Raadpleeg deze handleidingen als u iets niet weet. Lees deze handleiding eerst. Er worden enkele basisprocedures beschreven, van het Aan de slag verwijderen van het verpakkingsmateriaal tot het installeren van het apparaat. Handleiding voor draadloze LAN- In deze handleiding wordt de procedure beschreven voor het verbinden van het...
Pagina 717
Deze CD-ROM/DVD-ROM die voor dit product wordt geleverd, bevat mogelijk handleidingen in PDF-indeling. Als u niet over Adobe Reader voor het bekijken van de handleidingen in PDF-indeling beschikt, probeer dan een ander programma zoals PDF Preview van Vivid Document Imaging Technologies. Over de meest recente e-Handleiding Zie de website van Canon voor de meest recente e-Handleiding.
Pagina 718
0W59-0FU Installeren e-Handleiding Installeer de e-Handleiding op uw computer vanaf de dvd-rom die bij het apparaat is geleverd. Plaats de dvd-rom in het dvd-rom-station van de computer. Selecteer een taal en klik op [OK] als dat wordt gevraagd. Klik op [Aangepaste installatie]. Als het bovenstaande scherm niet wordt weergegeven, raadpleegt u Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven.
Pagina 719
Lees de licentieovereenkomst en klik op [Ja] om akkoord te gaan. Selecteer een taal en klik op [Volgende]. Selecteer de map waarin u wilt installeren, en klik op [Installeren]. De installatie wordt gestart. U moet nu even wachten. Deze bewerking kan enige tijd duren. Klik op [Afsluiten].
Pagina 720
Klik op [Volgende] [Afsluiten]. De e-Handleiding inzien Dubbelklik op het snelkoppelingspictogram van de e-Handleiding op het bureaublad. Als er een beveiligingswaarschuwing wordt weergegeven Klik op [Inhoud weergeven]. TIPS voor De e-Handleiding rechtstreeks vanaf de dvd-rom bekijken Plaats de dvd-rom in het dvd-rom-station van de computer. Selecteer een taal en klik op [OK] als dat wordt gevraagd.
Pagina 721
0W59-0FW Installatie ongedaan maken e-Handleiding U kunt de e-Handleiding desgewenst van de computer verwijderen en de computer terugbrengen in de staat van voor de installatie van de e-Handleiding. Plaats de dvd-rom in het dvd-rom-station van de computer. Selecteer een taal en klik op [OK] als dat wordt gevraagd. Klik op [Programma's starten].
Pagina 723
De e-Handleiding is opgesplitst in verschillende schermen en de inhoud van elk scherm varieert. Bovenste pagina Verschijnt wanneer u e-Handleiding start. Canon Klik hierop om naar de beginpagina van de handleiding te gaan. Tabblad [Inhoudsopgave]/Tabblad [Zoeken] Klik hierop om te schakelen tussen de inhoudsopgave en de zoekfunctie.
Pagina 724
[Siteoverzicht] Klik hierop als u alle onderwerpen van de e-Handleiding wilt weergeven. [Help] Klik hierop als u informatie wilt weergeven over hoe u de e-Handleiding kunt bekijken, hoe u een zoekopdracht uitvoert en andere informatie. [Afdrukken] Klik hierop om de weergegeven inhoud af te drukken. Handige functies Verschillende praktijkvoorbeelden om het apparaat zo efficiënt mogelijk te gebruiken.
Pagina 725
[Inhoudsopgave] De hoofdstukpictogrammen en -titels worden weergegeven. [Alles uitvouwen]/[Alles samenvouwen] Klik op [Alles uitvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen weer te geven. Klik op [Alles samenvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen te sluiten. Hoofdstukpictogrammen Klik op een hoofdstukpictogram om naar het begin van het overeenkomstige hoofdstuk te navigeren. Onderwerppagina Geeft de onderwerpen van het geselecteerde hoofdstuk weer.
Pagina 726
[Voer hier trefwoord(en) in] Voer een zoekwoord of zoekwoorden in en klik op , de zoekresultaten worden dan weergegeven in een zoekresultatenlijst ( ). Zet een spatie tussen de zoekwoorden en er wordt gezocht naar pagina's die alle zoekwoorden bevatten. Zet (een) zoekwoord (en) tussen aanhalingstekens en er wordt alleen gezocht naar pagina's met de letterlijke tekst van de zoekwoorden.
Pagina 727
Hoofdstukpictogrammen Klik hierop om naar het onderwerp van het geselecteerde hoofdstuk te gaan. Titel (Onderwerp) Geeft titels en onderwerpen weer. Klik op een titel of onderwerp om naar de pagina te gaan. Klik hierop om naar het begin van de pagina te gaan. Klik hierop om naar het vorige of volgende hoofdstuk te gaan.
Pagina 728
0W59-0FY Kijken e-Handleiding Markeringen Waarschuwingen met betrekking tot veiligheid, beperkingen en waarschuwingen met betrekking tot de bediening van het apparaat, nuttige tips en andere informatie worden weergegeven met behulp van de onderstaande markeringen. Hiermee wordt een waarschuwing aangeduid voor handelingen die de dood of persoonlijk letsel tot gevolg kunnen hebben als ze niet juist worden uitgevoerd.
Pagina 729
0W59-0H0 Overige In deze bijlage worden basisbewerkingen van Windows beschreven. De bijlage bevat verder disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie.
Pagina 730
0W59-0H1 Basisbewerkingen in Windows Het onderdeel [Computer] of [Deze computer] weergeven De printermap weergeven Printers weergeven die worden gedeeld op de printserver Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven Een testpagina afdrukken in Windows De bitarchitectuur controleren De computernaam controleren De LPR-/RAW-printerpoort controleren Het onderdeel [Computer] of [Deze computer] weergeven Windows Vista/7/Server 2008 [Start]...
Pagina 731
Gedeelde printers worden weergegeven. Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven Als uw computer het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] niet weergeeft nadat u de meegeleverde dvd-rom hebt geplaatst, volg dan onderstaande procedure. De stationsnaam van dvd-rom-station wordt aangeduid met "D:" in deze handleiding. De naam van het dvd-rom-station kan verschillen afhankelijk van de computer die u gebruikt.
Pagina 732
Klik op [Testpagina afdrukken] in het tabblad [Algemeen]. De testpagina wordt afgedrukt. De bitarchitectuur controleren Weet u niet zeker of op uw computer de 32-bits of 64-bits versie van Windows wordt uitgevoerd, volg dan onderstaande procedure. Open het onderdeel [Configuratiescherm]. Windows Vista/7/Server 2008 [Start] selecteer [Configuratiescherm]...
Pagina 733
De computernaam controleren Windows Vista/7/8/Server 2008/Server 2012 Open het onderdeel [Configuratiescherm]. Windows Vista/7/Server 2008 [Start] selecteer [Configuratiescherm] Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Configuratiescherm]. Windows 8.1/Server 2012 R2 Klik met de rechtermuisknop op [Start] selecteer [Configuratiescher] Open het onderdeel [Systeem].
Pagina 734
Controleer de poortinstellingen. Klik op het tabblad [Poorten]. Zorg dat de juiste poort is geselecteerd voor de printer.
Pagina 735
Afhankelijk van de aankoopdatum hebt u mogelijk geen stuurprogramma voor Mac OS bij uw apparaat ontvangen. De stuurprogramma's worden naar de Canon-website geüpload wanneer ze nodig zijn. Controleer het besturingssysteem van uw computer en download het juiste stuurprogramma van de Canon-website. Zie de Installatiehandleiding MF- stuurprogramma voor informatie over het installeren en gebruiken van het stuurprogramma.
Pagina 736
0W59-0H3 Kennisgeving Services en software van derden Services van derden EMC-voorwaarden van EU-richtlijn Dit apparaat voldoet aan de essentiële EMC-voorwaarden van de EU-richtlijn. Wij verklaren dat dit product voldoet aan de EMC- voorwaarden van de EU-richtlijn bij een nominale netspanning van 230 V, 50 Hz hoewel de nominale spanning van dit product 220-240 V, 50/60 Hz is.
Pagina 737
ZOALS HIERIN GEBODEN, INCLUSIEF, EN ZONDER BEPERKINGEN DAARVAN, GARANTIES OP HET GEBIED VAN VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF HET INBREUK MAKEN OP ENIG RECHT. CANON INC. IS NIET AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE, INCIDENTELE OF SECUNDAIRE SCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, NOCH VOOR VERLIEZEN OF UITGAVEN ALS RESULTAAT VAN HET GEBRUIK VAN DIT MATERIAAL.
Pagina 738
Niets uit dit document mag worden vermenigvuldigd, verzonden, getranscribeerd, opgeslagen in een zoeksysteem of vertaald in een taal of computertaal in welke vorm of met welke middelen dan ook, hetzij elektronisch, mechanisch, magnetisch, optisch, chemisch, handmatig of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Canon Inc. Handelsmerken Adobe, Acrobat en Reader zijn gedeponeerde handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Pagina 739
Except as otherwise stated, any reference to a "PostScript printing device," "PostScript display device," or similar item refers to a printing device, display device or item (respectively) that contains PostScript technology created or licensed by Adobe Systems Incorporated and not to devices or items that purport to be merely compatible with the PostScript language. Adobe, the Adobe logo, Adobe LiveCycle®...
Pagina 740
30-2, Shimomaruko 3-chome, Ohta-ku, Tokyo 146-8501, Japan CANON MARKETING JAPAN INC. 16-6, Konan 2-chome, Minato-ku, Tokyo 108-8011, Japan CANON U.S.A., INC. One Canon Park, Melville, NY 11747, U.S.A. CANON EUROPA N.V. Bovenkerkerweg 59, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands CANON CHINA CO. LTD.
Pagina 742
Informatie over de stuurprogramma's en de software Ondersteunde besturingssystemen Selecteren welk stuurprogramma moet worden geïnstalleerd Installeren Installeren vanaf de meegeleverde dvd-rom Installeren na downloaden van de Canon website Installatie om WSD te gebruiken Verwijderen Problemen oplossen Bijlage De installatiehandleiding gebruiken...
Pagina 743
0W6C-000 Introductie In deze Installatiehandleiding wordt uitgelegd hoe u de MF-stuurprogramma's en MF Scan Utility installeert en verwijdert. Systeemvereisten voor het installeren van de MF-stuurprogramma's of MF Scan Utility. Ondersteunde besturingssystemen Installeren In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de MF-stuurprogramma's en MF Scan Utility installeert, om het apparaat gereed te maken voor afdrukken vanaf een computer.
Pagina 744
Afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt, zijn enkele functies van de op de dvd-rom aanwezige stuurprogrammasoftware mogelijk niet bruikbaar. De meest recente software is op de Canon website geplaatst. Controleer de besturingsomgeving, enz. en download, zo nodig, de juiste software.
Pagina 745
(PS) Faxstuurprogramma Scannerstuurprogramma Network Scanner Selector MF Scan Utility Toner Status Canon MF/LBP-assistent draadloze verbinding instellen Presto! PageManager *1 Alleen ondersteund via een netwerkverbinding. *2 Alleen ondersteund met Windows 8.1. *3 Alleen ondersteund met Windows Server 2012 R2. *4 Alleen via draadloze LAN-verbinding ondersteund.
Pagina 746
0W6C-003 Selecteren welk stuurprogramma moet worden geïnstalleerd Voordat u de MF-stuurprogramma's installeert, dient u op het apparaat op te geven welk methode voor verbinding met de computer wordt gebruikt en welke soorten stuurprogramma's moeten worden gebruikt. Druk op en tik op <Menu>. Als het aanmeldingsscherm verschijnt, voert u met de numerieke toetsen de juiste combinatie van ID en pincode in.
Pagina 747
Installeren na downloaden van de Canon website De nieuwste versies van de MF-stuurprogramma's en MF Scan Utility kunnen worden gedownload van de Canon-website. U moet de MF- stuurprogramma's of MF Scan Utility, bijvoorbeeld, downloaden als de stuurprogramma's op de dvd-rom geen ondersteuning bieden voor het besturingssysteem van uw computer.
Pagina 748
0W6C-005 Installeren vanaf de meegeleverde dvd-rom Bij gebruik van Eenvoudige installatie moet u de stappen in de volgende volgorde uitvoeren: "Installeer de stuurprogramma's" "Installeer de software vanaf de bijgeleverde dvd-rom" "Installeer de e-Handleiding". Raadpleeg vóór u begint "Aan de slag" voor meer informatie over het verbinden van het apparaat en de computer.
Pagina 749
Als u de e-Handleiding niet op uw computer wilt installeren of als u geïnstalleerde software wilt aanpassen, klikt u op [Aangepaste installatie]. Als het bovenstaande scherm niet wordt weergegeven, raadpleegt u Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven. Indien [Automatisch afspelen] wordt weergegeven, klik op [MInst.exe uitvoeren]. Geef op hoe u het apparaat met de computer wilt verbinden.
Pagina 750
Klik op [Volgende]. Volg de instructies op het scherm voor het installeren van de stuurprogramma's. USB-aansluiting Volg de instructies op het scherm voor het op elkaar aansluiten van het apparaat en een computer met een USB-kabel en zet het apparaat aan. Klik op [Afsluiten].
Pagina 751
Installatie van de stuurprogramma's is voltooid. Als u niet kunt vaststellen dat het apparaat en de computer op elkaar zijn aangesloten Het onderstaande scherm kan worden weergegeven in de gevallen dat het op elkaar aansluiten van het apparaat en een computer met een USB-kabel enige tijd in beslag nam. Zet het apparaat uit, sluit de kabel opnieuw aan en zet het apparaat weer aan.
Pagina 752
Als er geen apparaten worden weergegeven in [Apparatenlijst] Controleer de verbinding van het apparaat en de computer en de IP-adresinstellingen (Netwerkinstellingen weergeven: e-Handleiding), en klik op [Apparatenlijst bijwerken]. Als u het apparaat nog steeds niet wordt weergegeven, klikt u op [Zoeken op IP-adres] voer het IP-adres in dat op het apparaat is ingesteld [OK].
Pagina 753
Product Extended Survey Program is een programma waarmee gedurende tien jaar elke maand basisinformatie over de installatie en het gebruik van de printer naar Canon wordt verstuurd. Er worden geen andere gegevens verstuurd, dus ook geen persoonlijke gegevens. U kunt Product Extended Survey Program op elk gewenst moment verwijderen.
Pagina 754
Als u standaardsoftware en de e-Handleiding op de computer wilt installeren, klikt u op [Eenvoudige installatie]. Als het bovenstaande scherm niet wordt weergegeven, raadpleegt u Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven. Als [Automatisch afspelen] wordt weergegeven, klikt u op [MInst.exe uitvoeren]. Geef op hoe u het apparaat met de computer wilt verbinden.
Pagina 755
Lees de licentieovereenkomst en klik op [Ja] om akkoord te gaan. Klik op [Volgende]. Volg de instructies op het scherm voor het installeren van de stuurprogramma's. USB-aansluiting Volg de instructies op het scherm voor het op elkaar aansluiten van het apparaat en een computer met een USB-kabel en zet het apparaat aan.
Pagina 756
Klik op [Afsluiten]. Installatie van de stuurprogramma's is voltooid. Als u niet kunt vaststellen dat het apparaat en de computer op elkaar zijn aangesloten Het onderstaande scherm kan worden weergegeven in de gevallen dat het op elkaar aansluiten van het apparaat en een computer met een USB-kabel enige tijd in beslag nam.
Pagina 757
Selecteer de stuurprogramma's die u wilt installeren en klik op [Volgende]. Apparaatgegevens ophalen voor het gebruik van een afdrukserver Schakel het selectievakje [Canon Driver Information Assist Service] in. Selecteer het selectievakje voor het printerstuurprogramma dat wordt geïnstalleerd, en klik op [Volgende].
Pagina 758
Geef informatie voor elk stuurprogramma op. [Printernaam]/[Naam faxapparaat] Wijzig de naam zo nodig. [Gebruiken als gedeelde printer]/[Gebruiken als gedeelde fax] Schakel dit selectievakje in als u het apparaat wilt delen (met de computer waarop u de installatie als afdrukserver uitvoert). Een afdrukserver instellen: e-Handleiding [Gedeelde naam] Wijzig de gedeelde naam zo nodig.
Pagina 759
Configureer het apparaat dat u meestal gebruikt en maak een proefafdruk. Om het apparaat te configureren als het apparaat dat u het meest gebruikt, selecteert u het stuurprogramma en klikt u op [Volgende]. Als u een testpagina wilt afdrukken, controleer dan het stuurprogramma. Klik op [Afsluiten].
Pagina 760
Product Extended Survey Program is een programma waarmee gedurende tien jaar elke maand basisinformatie over de installatie en het gebruik van de printer naar Canon wordt verstuurd. Er worden geen andere gegevens verstuurd, dus ook geen persoonlijke gegevens. U kunt Product Extended Survey Program op elk gewenst moment verwijderen.
Pagina 761
MF Scan Utility Wanneer MF Scan Utility goed is geïnstalleerd, verschijnt een MF Scan Utility-pictogram in de map [MF Scan Utility], die zich in de map [Canon] in het menu [Start] bevindt. Network Scanner Selector Wanneer Network Scanner Selector goed is geïnstalleerd, verschijnt het Network Scanner Selector-pictogram op de taakbalk.
Pagina 762
0W6C-006 Installeren na downloaden van de Canon website Installeer de MF-stuurprogramma's of MF Scan Utility nadat u de nieuwste versie van de Canon-website hebt gedownload. MF-stuurprogramma's installeren MF Scan Utility installeren De resultaten van de installatie controleren Wanneer u het apparaat met een USB-kabel op een computer aansluit Volg de instructies op het scherm voor het aansluiten van een USB-kabel.
Pagina 763
Volg de instructies op het scherm voor het installeren van de stuurprogramma's. USB-aansluiting Selecteer [USB-verbinding] en klik op [Volgende]. Volg de instructies op het scherm voor het op elkaar aansluiten van het apparaat en een computer met een USB-kabel en zet het apparaat aan. Klik op [Afsluiten].
Pagina 764
Installatie van de stuurprogramma's is voltooid. Als u niet kunt vaststellen dat het apparaat en de computer op elkaar zijn aangesloten Het onderstaande scherm kan worden weergegeven in de gevallen dat het op elkaar aansluiten van het apparaat en een computer met een USB-kabel enige tijd in beslag nam. Zet het apparaat uit, sluit de kabel opnieuw aan en zet het apparaat weer aan.
Pagina 765
Ga naar stap 6, als u niet [Printer] of [Fax] hebt geselecteerd. Apparaatgegevens ophalen voor het gebruik van een afdrukserver Schakel het selectievakje [Canon Driver Information Assist Service] in. Selecteer de printerstuurprogramma's die u wilt installeren en klik op [Volgende].
Pagina 766
Geef informatie voor elk stuurprogramma op. [Printernaam]/[Naam faxapparaat] Wijzig de naam zo nodig. [Gebruiken als gedeelde printer]/[Gebruiken als gedeelde fax] Schakel dit selectievakje in als u het apparaat wilt delen (met de computer waarop u de installatie als afdrukserver uitvoert). Een afdrukserver instellen: e-Handleiding [Gedeelde naam] Wijzig de gedeelde naam zo nodig.
Pagina 767
MF Scan Utility installeren Meld u bij de computer aan met een administratoraccount. Download MF Scan Utility van de Canon-website (http://www.canon.com/). Op de pagina met stuurprogrammadownloads voor uw apparaat vindt u meer informatie over het downloaden van MF Scan Utility.
Pagina 768
MF Scan Utility Wanneer MF Scan Utility goed is geïnstalleerd, verschijnt een MF Scan Utility-pictogram in de map [MF Scan Utility], die zich in de map [Canon] in het menu [Start] bevindt. Network Scanner Selector Wanneer Network Scanner Selector goed is geïnstalleerd, verschijnt het Network Scanner Selector-pictogram op de taakbalk.
Pagina 769
0W6C-007 Installatie om WSD te gebruiken Als u Windows Vista/7/8/Server 2008/Server 2012 gebruikt, kunt u afdrukken door het protocol WSD (Web Services on Devices) te gebruiken. Installeer als u WSD wilt gebruiken eerst het printerstuurprogramma en voeg dan een netwerkprinter toe. MF-stuurprogramma's installeren Een netwerkprinter toevoegen MF-stuurprogramma's installeren...
Pagina 770
Klik op [Bladeren]. Geef de map op waarin de stuurprogramma's zijn opgeslagen, selecteer het INF-bestand en klik op [Openen]. Geef de map op die de stuurprogramma's bevat, op de dvd-rom of in het bestand dat u hebt gedownload. Welke stuurprogramma's u kunt opgeven verschilt per model. Geef de map op voor uw taal in [xxxx].
Pagina 771
Selecteer uw printer en klik op [Volgende]. Wijzig de printernaam zo nodig en klik op [Volgende]. Selecteer [Deze printer niet delen] en klik op [Volgende]. Als u de printer wilt delen, geeft u instellingen voor delen op voor de printer die is toegevoegd met Een netwerkprinter toevoegen.
Pagina 772
Een netwerkprinter toevoegen Open de netwerkmap. Windows Vista/Server 2008 [Start] selecteer [Netwerk]. Windows 7/Server 2008 R2 [Start] [Computer] selecteer [Netwerk]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm [Verkenner] selecteer [Netwerk]. Windows 8.1/Server 2012 R2 Klik met de rechtermuisknop op [Start] [Verkenner] selecteer [Netwerk].
Pagina 773
rechtermuisknop en selecteert u [Apparaat verwijderen] of [Verwijderen] klik op [Ja].
Pagina 774
0W6C-008 Verwijderen Wanneer u geïnstalleerde MF-stuurprogramma's, MF Scan Utility of Product Extended Survey Program of Toner Status niet langer nodig hebt, kunt u deze software de-installeren en van uw computer verwijderen. De MF-stuurprogramma's verwijderen MF Scan Utility de-installeren Het uitgebreid onderzoeksprogramma product verwijderen Toner Status verwijderen De MF-stuurprogramma's verwijderen Meld u bij de computer aan met een administratoraccount.
Pagina 775
Open het onderdeel [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen]. Weergave [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen] Selecteer [Canon MF Scan Utility] en klik op [Verwijderen/wijzigen] of [Wijzigen/Verwijderen]. Het verwijderprogramma wordt gestart. Klik op [Ja]. Klik op [OK].
Pagina 776
Geef [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen] weer. Weergave [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen] Selecteer [Canon Laser Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program] en klik op [Verwijderen]. Het verwijderprogramma wordt gestart. Klik op [OK]. Toner Status verwijderen Meld u bij de computer aan met een administratoraccount.
Pagina 777
Problemen oplossen Het kan gebeuren dat er zich bij het installeren of verwijderen van de MF-stuurprogramma's en MF Scan Utility problemen voordoen. Lees in dat geval de volgende gedeelten voordat u contact met Canon opneemt. Problemen bij het installeren Problemen na het upgraden van het besturingssysteem...
Pagina 778
0W6C-00A Bijlage De Bijlage bevat informatie die u moet weten, bijvoorbeeld hoe u de Installatiehandleiding moet gebruiken, disclaimers en auteursrechtinformatie.
Pagina 779
0W6C-00C De installatiehandleiding gebruiken De Installatiehandleiding is een handleiding die u op de computer kunt doornemen. Hierin wordt informatie over het installeren van stuurprogramma's gegeven. U kunt snel naar een bepaalde pagina gaan door de gewenste informatie te zoeken of trefwoorden in te voeren.
Pagina 780
De installatiehandleiding is opgesplitst in verschillende schermen en de inhoud van elk scherm varieert. Bovenste pagina Deze pagina wordt weergegeven als u de installatiehandleiding start. Canon-logo Klik hierop om naar de beginpagina van de handleiding te gaan vanaf een andere pagina. Tabblad [Inhoudsopgave]/Tabblad [Zoeken] Klik hierop om te schakelen tussen het tabblad [Inhoudsopgave] en het tabblad [Zoeken].
Pagina 781
[Inhoudsopgave] Hoofdstukpictogrammen en onderwerptitels worden weergegeven op dit tabblad. [Alles uitvouwen]/[Alles samenvouwen] Klik op [Alles uitvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen weer te geven. Klik op [Alles samenvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen te sluiten. Hoofdstukpictogrammen Klik op een hoofdstukpictogram om naar het begin van het overeenkomstige hoofdstuk te navigeren. Onderwerpen Geeft de onderwerpen van het geselecteerde hoofdstuk weer.
Pagina 782
[Voer hier trefwoord(en) in] Voer één of meerdere trefwoorden in en klik op om de zoekresultaten weer te geven in een resultatenlijst. U kunt een zin invoeren om pagina's te zoeken die alle woorden van de zin bevatten. Zet de zin tussen aanhalingstekens om de exacte zin te vinden.
Pagina 783
0W6C-00F De installatiehandleiding bekijken Markeringen Beperkingen en waarschuwingen met betrekking tot de bediening van het apparaat, nuttige tips en andere informatie worden weergegeven met behulp van de onderstaande markeringen. Hiermee worden bedieningsvereisten en -beperkingen aangeduid. Lees deze punten zorgvuldig door voor een juiste bediening van de printer en om schade aan de printer of eigendom te voorkomen.
Pagina 784
0W6C-00H Overige In deze bijlage worden basisbewerkingen van Windows beschreven. De bijlage bevat verder disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie.
Pagina 785
0W6C-00J Basisbewerkingen in Windows De printermap weergeven Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven De bitarchitectuur controleren Weergave [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen] De printermap weergeven Windows Vista [Start] selecteer [Configuratiescherm] [Printer]. Windows 7/Server 2008 R2 [Start] selecteer [Apparaten en printers]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Configuratiescherm]...
Pagina 786
Windows Server 2008 Dubbelklik op [Systeem]. Controleer de bitarchitectuur. 32-bit besturingssystemen [32-bits besturingssysteem] wordt weergegeven. 64-bit besturingssystemen [64-bits besturingssysteem] wordt weergegeven. Weergave [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen] Windows Vista/7/Server 2008 R2 [Start] [Configuratiescherm] selecteer [Een programma verwijderen]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm [Configuratiescherm]...
Pagina 787
ZOALS HIERIN GEBODEN, INCLUSIEF, EN ZONDER BEPERKINGEN DAARVAN, GARANTIES OP HET GEBIED VAN VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF HET INBREUK MAKEN OP ENIG RECHT. CANON INC. IS NIET AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE, INCIDENTELE OF SECUNDAIRE SCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, NOCH VOOR VERLIEZEN OF UITGAVEN ALS RESULTAAT VAN HET GEBRUIK VAN DIT MATERIAAL.