Pagina 2
Inhoudsopgave Instellen ................................3 ................................4 Hoofdfuncties ........................6 Verplichte voorbereidingen vóór gebruik ..........................8 Onbevoegde toegang voorkomen ....................10 Instellen met behulp van de installatiehandleiding ............................13 De datum en tijd instellen ..........................15 De netwerkomgeving instellen ......................17 Bedraad LAN of Draadloos LAN selecteren ......................
Pagina 3
................91 Communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax configureren ................95 Procedure om een gedeelde map in te stellen als een opslaglocatie ..................... 96 Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie ................99 Procedure om een FTP Server in te stellen als een opslaglocatie Basishandelingen ............................
Pagina 4
............................183 Bestemmingen opslaan ......................185 Bestemmingen opslaan in het adresboek .................... 188 Meerdere bestemmingen als een groep opslaan ................. 190 De geregistreerde bestemmingen in het adresboek bewerken Kopiëren ................................192 ....................... 194 Scherm voor Basisbewerkingen voor kopiëren ........................... 196 Basisbewerkingen voor kopiëren ............................
Pagina 5
............... 269 Een met pincode beveiligd document afdrukken (Beveiligde afdruk) ......................... 270 Documenten beveiligd afdrukken ............273 Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenmedia) Scannen ................................283 ........................ 285 Scherm voor basisfuncties voor scannen ....................288 Basishandelingen voor het scannen van originelen ........................
Pagina 6
........................372 De netwerkinstellingen configureren ....................374 Communicatie beperken door firewalls in te stellen ....................375 IP-adressen opgeven voor firewallinstellingen .................... 378 MAC-adressen opgeven voor firewallinstellingen ............................ 381 Poortnummers wijzigen ............................382 Een proxy instellen ..................... 384 De sleutel en certificaat voor TLS configureren ................
Pagina 8
......................... 671 Maatregelen bij iedere foutcode ............................ 682 Papierstoringen verhelpen ....................... 684 Papierstoringen in de documentinvoer ........................686 Papierstoringen in de hoofdeenheid ........................689 Papierstoringen in de papierlade ......................694 Als een probleem niet kan worden opgelost Bijlage ................................. 696 .............................
Pagina 9
Instellen Instellen Instellen ................................... 3 ................................ 4 Hoofdfuncties ......................6 Verplichte voorbereidingen vóór gebruik ........................8 Onbevoegde toegang voorkomen ..................10 Instellen met behulp van de installatiehandleiding ..........................13 De datum en tijd instellen .......................... 15 De netwerkomgeving instellen ..................... 17 Bedraad LAN of Draadloos LAN selecteren ......................
Pagina 10
Instellen ................82 Het faxnummer en de naam van het apparaat registreren ........................83 De ontvangstmodus selecteren ..........................84 De telefoonlijn aansluiten ........................... 85 Scaninstellingen configureren ................. 86 Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden ............. 87 Instelprocedure voor e-mail verzenden / I-Faxes verzenden & ontvangen ....................
Pagina 11
Instellen Instellen 1SFY-000 Voordat u de functies van het apparaat gebruikt, moeten eerst de omgevingsvoorwaarden zijn ingesteld. Om te beginnen, controleert u de vereiste reeks om de instelling te voltooien, en realiseert u vervolgens de actuele instellingen. Verplichte voorbereidingen vóór gebruik(P. 6) ●...
Pagina 12
TELEPHONE 6 KIT * Copy Card Reader-F * Barcode Printing Kit * Send PDF Security Feature Set * Dit is een optioneel item. ● Voor de beschikbare stuurprogrammatypes, raadpleegt u de bij het apparaat geleverde DVD-ROM met gebruikerssoftware, of de Canon website (http://www.canon.com/).
Pagina 13
Instellen KOPPELINGEN Gebruikershandleiding inzien(P. 741)
Pagina 14
Instellen Verplichte voorbereidingen vóór gebruik 1SFY-002 Volg stappen 1 tot en met 5 om het apparaat in te stellen. Als u meer wilt weten over een bepaalde stap, klikt u op de koppeling om naar het desbetreffende gedeelte te gaan. Om de machine veilig te gebruiken, moet u bovendien Onbevoegde toegang voorkomen(P.
Pagina 15
Gegevens van een ander apparaat importeren om tijd te besparen ● Zolang het hetzelfde model is, kunt u instelgegevens die zijn geregistreerd op een andere Canon printer / multifunctioneel apparaat op een computer opslaan (exporteren) en de instelgegevens in dit apparaat laden (importeren).
Pagina 16
Instellen Onbevoegde toegang voorkomen 1SFY-003 Dit gedeelte beschrijft de veiligheidsmaatregelen voor het voorkomen van onbevoegde toegang vanuit een extern netwerk. Dit moet absoluut worden gelezen voor alle gebruikers en beheerders voordat zij het apparaat, andere printers en multifunctionele apparaten die op het netwerk zijn aangesloten, gaan gebruiken. In de afgelopen jaren zijn printers/multifunctionele apparaten ontwikkeld die op het netwerk worden aangesloten en die u een uiteenlopende reeks van nuttige functies kunnen bieden, zoals het afdrukken vanaf een computer, bedienen vanaf een computer met de functie op afstand en het verzenden van gescande documenten via internet.
Pagina 17
IP-adres van het externe netwerk te beperken. Deze functie die is geïnstalleerd op een Canon-printer/multifunctioneel apparaat, biedt u de mogelijkheid een IP-adresfilter op te zetten. Zie voor informatie over hoe u een IP-adresfilter kunt opzetten adressen opgeven voor firewallinstellingen(P.
Pagina 18
Instellen Instellen met behulp van de installatiehandleiding 1SFY-004 Als het apparaat voor de eerste keer wordt ingeschakeld ( Het apparaat AAN zetten(P. 118) ), start de instelhandleiding om u te helpen de begininstellingen van het apparaat te realiseren, door de scherm-leidraad te volgen.
Pagina 19
Instellen Bevestig de procedure en selecteer <Start>. ➠ Er wordt een correctieafbeelding afgedrukt. Open de documentinvoer nadat het scherm dat tijdens het afdrukken verschijnt, is gesloten. Leg de correctieafbeelding op de glasplaat. ● Leg de correctieafbeelding met de afdrukzijde naar beneden, en controleer dat de zwarte streep aan de achterzijde van het apparaat is gelegd.
Pagina 21
Instellen De datum en tijd instellen 1SFY-005 Stel de datum en tijd in voor het apparaat. De datum en tijd worden gebruikt als de referentie voor de functies die de tijd specificeren, en daarom moeten ze nauwkeurig worden ingesteld. De tijdzone instellen(P. 13) De huidige datum en tijd instellen(P.
Pagina 22
Instellen Voer de datum en tijd in. ● Tik op het invoerveld, en stel de huidige datum en tijd in. Selecteer <Toepassen>. ● Selecteer een waarde voor <Tijdzone> voordat u de huidige datum en tijd gaat instellen. Als u de waarde voor <Tijdzone>...
Pagina 23
Instellen De netwerkomgeving instellen 1SFY-006 Wanneer u de verbinding tot stand brengt van het apparaat met een bekabeld of draadloos lokaal netwerk (LAN), moet u een IP-adres instellen dat uniek is voor het geselecteerde netwerk. Kies voor "bekabeld" of "draadloos", afhankelijk van de communicatie-omgeving en netwerkapparatuur.
Pagina 24
Instellen ● Om verbinding te maken met een IEEE 802.1X-netwerk, raadpleegt u IEEE 802.1X- verificatie-instellingen configureren(P. 402) . Kies voor een bekabeld of draadloos LAN. Bedraad LAN of Draadloos LAN selecteren(P. 17) Maak verbinding met een bekabeld of draadloos LAN. ●...
Pagina 25
Instellen Bedraad LAN of Draadloos LAN selecteren 1SFY-007 Wanneer u een besluit hebt genomen over de verbinding tussen het apparaat en de computer via een bedraad of een draadloos netwerk, selecteert u bedraad of draadloos LAN met het bedieningspaneel. Let op: als u de instelling wijzigt van <Bedraad LAN>...
Pagina 26
Instellen Verbinding maken met een bekabeld LAN 1SFY-008 Sluit de machine via een router aan op een computer. Sluit de machine met een LAN-kabel aan op de router. Sluit een LAN-kabel aan. ● Sluit de machine met een LAN-kabel aan op een router. ●...
Pagina 27
Instellen Verbinding maken met een draadloos LAN 1SFY-009 Als u een draadloze router (of een toegangspunt) gebruikt, loopt de verbinding tussen de machine en een computer via radiogolven. Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor Wi-Fi Protected Setup (WPS), kunt u het netwerk automatisch en dus eenvoudig configureren.
Pagina 28
Instellen ◼ PIN-modus Sommige WPS-routers bieden geen ondersteuning voor de zogenaamde drukknop-modus. Als op de verpakking of in de documentatie van het netwerkapparaat over WPS en pincodes wordt gesproken, moet u de verbinding instellen De verbinding instellen met behulp van de WPS-pincodemodus(P. 23) door een pincode in te voeren.
Pagina 29
Instellen De verbinding instellen met behulp van de WPS Drukknop-modus 1SFY-00A Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor de drukknop-modus van WPS, kunt u eenvoudig een verbinding configureren via de WPS-knop. ● De instructies voor de draadloze router kunnen per apparaat verschillen. Raadpleeg de handleiding van de router voor hulp.
Pagina 30
Instellen Wacht totdat het bericht <Verbonden.> wordt weergegeven. Selecteer <Sluiten>. ➠ Wacht enkele minuten totdat het IP-adres en andere items automatisch zijn ingesteld. Signaalsterkte ● Als voor een verbinding meerdere draadloze routers beschikbaar zijn, maakt de machine verbinding met het apparaat met het krachtigste signaal. De signaalsterkte wordt gemeten met behulp van RSSI (Received Signal Strength Indication).
Pagina 31
Instellen De verbinding instellen met behulp van de WPS- pincodemodus 1SFY-00C Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor de WPS PIN-modus, genereert u een pincode met de machine en registreert u deze code op het netwerkapparaat. ● De instructies voor de draadloze router kunnen per apparaat verschillen. Raadpleeg de handleiding van de router voor hulp.
Pagina 32
Instellen Registreer de gegenereerde pincode op de draadloze router. ● Registreer de pincode in het installatiescherm zoals weergegeven in stap 1. ● U moet de pincode binnen 10 minuten na het selecteren van <Ja> in stap 7 registreren. Als er een foutbericht verschijnt tijdens het installeren ●...
Pagina 33
Instellen De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren 1SFY-00E U kunt de beschikbare draadloze routers (of toegangspunten) zoeken en een keuze maken uit de display van het apparaat. Geef voor de netwerksleutel een WEP-sleutel op of PSK. Controleer en noteer de benodigde configuratiegegevens, zoals de SSID en netwerksleutel ( De SSID en de netwerksleutel controleren(P.
Pagina 34
Instellen De details van beveiligingsinstellingen weergeven ● Selecteer de Draadloos LAN router, en selecteer <Details>. Om terug te keren naar het vorige scherm, selecteert u Als uw draadloze router niet wordt gevonden ● Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk. Installatie-/instellingenproblemen(P.
Pagina 35
Instellen Als het IP-adres van het apparaat is gewijzigd ● In een DHCP-omgeving kan het IP-adres van het apparaat automatisch worden gewijzigd. Als dit gebeurt, wordt de verbinding gehandhaafd op voorwaarde dat het apparaat en de computer nog steeds deel uitmaken van hetzelfde subnet.
Pagina 36
Instellen De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven 1SFY-00F Als u gedetailleerde beveiligingsinstellingen wilt opgeven of geen draadloze verbinding tot stand kunt brengen via de andere procedures, kunt u alle benodigde gegevens voor de draadloze verbinding ook zelf invoeren. Controleer en noteer de benodigde gegevens voordat u de instellingen gaat opgeven.
Pagina 37
Instellen <Open systeem> Hiermee stelt u de verificatiemethode in op Open systeem, ook wel "open verificatie" genoemd. <Gedeelde sleutel> Gebruik de WEP-sleutel als wachtwoord. Wanneer <Open systeem> is geselecteerd ● Wanneer u verbinding maakt met een draadloos LAN, treedt er op het apparaat een verificatiefout op als op de draadloze router verificatie met een gedeelde sleutel is ingeschakeld.
Pagina 38
Instellen Selecteer <Ja>. Als er een foutbericht verschijnt tijdens het installeren ● Selecteer <Sluiten>, controleer of de opgegeven instellingen juist zijn en ga terug naar stap 5. Wacht totdat het bericht <Verbonden.> wordt weergegeven. Selecteer <Sluiten>. ➠ Wacht enkele minuten totdat het IP-adres en andere items automatisch zijn ingesteld. Signaalsterkte ●...
Pagina 39
Instellen De SSID en de netwerksleutel controleren 1SFY-00H Wanneer u handmatig een draadloze verbinding gaat instellen, moet u de SSID en netwerksleutel van de draadloze router opgeven. De SSID en de netwerksleutel worden mogelijk aangegeven op de router. Controleer het apparaat en noteer de benodigde gegevens voordat u de verbinding gaat instellen.
Pagina 40
Instellen IP-adressen instellen 1SFY-00J Als u de machine wilt gebruiken in een netwerk, hebt u een uniek IP-adres nodig. Er zijn twee versies van IP-adressen beschikbaar: IPv4 en IPv6. Configureer het IP-adres afhankelijk van de netwerkomgeving. Als u IPv6-adressen wilt gebruiken, moet u de IPv4-adresinstellingen op de juiste manier configureren.
Pagina 41
Instellen IPv4-adres instellen 1SFY-00K Het IPv4-adres van het apparaat kan automatisch worden toegewezen via een speciaal protocol zoals DHCP of het kan handmatig worden ingevoerd. Als u het apparaat verbindt met een bekabeld LAN, zorg er dan voor dat de stekker van de LAN-kabel stevig in de aansluiting zit ( Verbinding maken met een bekabeld LAN(P.
Pagina 42
Instellen Als u niet met DHCP/BOOTP/RARP een IP-adres wilt toewijzen ● Selecteer <Uit>. Als u <DHCP> selecteert wanneer deze diensten niet beschikbaar zijn, zal het apparaat tijd en communicatiemiddelen verspillen met het op het netwerk zoeken naar deze diensten. Controleer of <Auto IP> is ingesteld op <Aan>. ●...
Pagina 43
Instellen Voer het IPv4-adres in van een ander apparaat in het netwerk en selecteer <Toepassen>. ➠ Als een werkende verbinding tot stand is gebracht, verschijnt het scherm <Respons ontvangen van de host.>. KOPPELINGEN IPv6-adressen instellen(P. 36) Netwerkinstellingen weergeven(P. 39) WINS configureren(P. 63)
Pagina 44
Instellen IPv6-adressen instellen 1SFY-00L De IPv6-adressen van het apparaat kunnen worden geconfigureerd via de UI op afstand. Controleer voordat u IPv6-adressen gaat instellen de instellingen van het IPv4-instellingen weergeven(P. 39) ). U moet de juiste IPv4- IPv4-adres ( instellingen opgeven om te kunnen werken met IPv6-adressen. De scanfunctie die gebruikmaakt van het scannerstuurprogramma of MF Scan Utility is niet beschikbaar in een IPv6-omgeving.
Pagina 45
Instellen [Gebruik IPv6] Schakel dit selectievakje in om IPv6 te activeren op het apparaat. Als u IPv6 niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit. [Stateless adres 1] Schakel dit selectievakje in als u een stateless adres gebruikt. Als u geen stateless adres gebruikt, schakelt u het selectievakje uit.
Pagina 46
Instellen Controleren of de instellingen juist zijn ● Controleer of het scherm Externe UI kan worden weergegeven op uw computer door het IPv6-adres van het apparaat te gebruiken. De UI op afstand starten(P. 423) Instellingen selecteren vanaf het bedieningspaneel ● De IPv6-instellingen zijn ook bereikbaar via <Menu>...
Pagina 47
Instellen Netwerkinstellingen weergeven 1SFY-00R IPv4-instellingen weergeven(P. 39) IPv6-instellingen weergeven(P. 39) Het MAC-adres weergeven voor Bedraad LAN(P. 39) Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN(P. 40) ● Het IP-adres is niet goed geconfigureerd als dit wordt weergegeven als "0.0.0.0". ● Als u het apparaat aansluit op een switching hub of bridge, kan er sprake zijn van een verbindingsfout, zelfs wanneer het IP-adres goed is geconfigureerd.
Pagina 48
Instellen Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN Selecteer <Menu> in het scherm Start. Het scherm Start(P. 124) Selecteer <Voorkeuren> <Netwerk>. ● Als het aanmeldingsscherm verschijnt, voert u de juiste combinatie van ID en pincode in. Aanmelden bij het apparaat(P. 135) Selecteer <Instellingen draadloos LAN>.
Pagina 49
Instellen Configuratie-instellingen voor communicatie met een computer 1SFY-00S Specificeer het protocol en de poort als u het apparaat via het netwerk vanaf een computer gebruikt. Ga het apparaat pas configureren voor afdrukken of faxen vanaf een computer nadat u de basisinstelprocedures hebt uitgevoerd. Voor meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma´s op de website voor de handleidingen.
Pagina 50
Instellen Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren 1SFY-00U Configureer de protocollen die worden gebruikt voor het afdrukken van documenten vanaf een netwerkcomputer. ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de UI op afstand(P.
Pagina 51
Instellen Klik op [OK]. WSD configureren Selecteer [WSD-instellingen] [Bewerken]. Configureer de instellingen. [Gebruik WSD-afdrukken] Schakel dit selectievakje in om af te drukken via WSD. Als u niet afdrukt via WSD, schakelt u het selectievakje uit. [Gebruik WSD-bladeren] Schakel dit selectievakje in om via WSD informatie over het apparaat op te halen van een computer. Dit selectieve wordt automatisch ingeschakeld wanneer u het selectievakje [Gebruik WSD-afdrukken] inschakelt.
Pagina 52
Instellen <WSD-instellingen>(P. 465) WSD-netwerkapparaten configureren ● De WSD-netwerkapparaten kunnen worden toegevoegd vanuit de printermap. Open de printermap ( printermap weergeven(P. 742) ) , klik op [Een toestel toevoegen] of [Een printer toevoegen] en volg de aanwijzingen op het scherm. Voor meer informatie over het installeren van het stuurprogramma voor het WSD-netwerk, raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma´s op de website voor de handleidingen.
Pagina 53
Als u het apparaat in een IPv4-omgeving gebruikt, moet u normaal gesproken dit type poort selecteren. ● U kunt een MFNP poort uitsluitend toevoegen als u het stuurprogramma van de meegeleverde DVD-ROM hebt geïnstalleerd, of als u het printer- of faxstuurprogramma van de website van Canon hebt opgehaald en geïnstalleerd.
Pagina 54
Een MFNP poort toevoegen Klik op [Poort toevoegen]. Selecteer [Canon MFNP Port] bij [Beschikbare poorttypen] en klik op [Nieuwe poort]. Selecteer [Automatische detectie], selecteer het apparaat als dit is gevonden en klik op [Volgende]. Als het apparaat niet wordt gevonden ●...
Pagina 55
Instellen ● Als het volgende scherm verschijnt, volg dan de aanwijzingen op het scherm. Als u het [Apparaattype] selecteert, selecteer dan [Canon Network Printing Device with P9100] onder [Standaard]. Klik op [Voltooien]. Klik op [Sluiten]. Het type poort of het poortnummer wijzigen...
Pagina 56
Instellen ● Als u [LPR] hebt geselecteerd, voer dan "lp" in in [Naam Wachtrij]. Klik op [OK]. Klik op [Sluiten]. KOPPELINGEN Een printserver instellen(P. 49)
Pagina 57
Overleg met uw netwerkbeheerder als u een printserver wilt implementeren in een domeinomgeving. Afdeling ID beheer uitvoeren met een afdrukserver ● 'Canon Driver Information Assist Service' moet zijn toegevoegd tijdens de installatie van het printerstuurprogramma. Voor meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma´s op de website voor de handleidingen.
Pagina 58
Instellen Klik op [Extra stuurprogramma's]. Schakel het selectievakje in van de bitarchitectuur van andere computers en klik op [OK]. ● Selecteer extra stuurprogramma's uit de volgende opties in overeenstemming met het besturingssysteem van de afdrukserver. Afdrukserver Schakel het selectievakje in voor 32-bits besturingssystemen [x64] 64-bits besturingssystemen...
Pagina 59
Instellen Volg de instructies op het scherm om de stuurprogramma's te installeren. KOPPELINGEN Afdrukken vanaf een computer(P. 260)
Pagina 60
Instellen De machine configureren voor uw netwerkomgeving 1SFY-00Y De configuratie van een netwerk varieert naargelang de functie van het netwerk. Het apparaat is ontworpen voor compatibiliteit met zo veel mogelijk netwerkconfiguraties en ondersteunt om die reden verschillende technologieën. Overleg met de netwerkbeheerder en kies voor een configuratie die aansluit bij uw netwerkomgeving. Ethernet-instellingen configureren(P.
Pagina 61
Instellen Ethernet-instellingen configureren 1SFY-010 Ethernet is een standaard voor het uitwisselen van gegevens in een lokaal netwerk (LAN). U kunt de communicatiemodus en het type Ethernet instellen. Over het algemeen is het zo dat u het apparaat kunt gebruiken zonder dat u de <Instellingen Ethernet- standaardinstellingen hoeft te wijzigen ( stuurprogramma>(P.
Pagina 62
Instellen <Full-duplex> In deze modus worden gegevens tegelijkertijd verzonden en ontvangen. Deze instelling kunt u voor de meeste omgevingen gebruiken. <Type Ethernet> selecteer het type Ethernet. Selecteer <Toepassen>. Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. KOPPELINGEN De maximale verzendeenheid wijzigen(P.
Pagina 63
Instellen De maximale verzendeenheid wijzigen 1SFY-011 In de meeste Ethernet-netwerken is 1500 bytes de maximale grootte van een gegevenspakket dat kan worden verzonden. Een pakket is het blok met gegevens waarin de oorspronkelijke gegevens worden opgedeeld voordat ze worden verzonden. De maximale verzendeenheid (MTU) kan per netwerk verschillen. Wijzig de instellingen van het apparaat indien nodig.
Pagina 64
Instellen Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk 1SFY-012 Als in een netwerk redundante connectiviteit wordt aangeboden door de aanwezigheid van verschillende switching hubs of bridges, moet er een mechanisme zijn om te voorkomen dat pakketten in een oneindige lus terechtkomen. Een efficiënte oplossing is dus om voor elke switch-poort een bepaalde rol te definiëren.
Pagina 65
Instellen DNS configureren 1SFY-013 DNS (Domain Name System) is een service voor naamomzetting waarmee de naam van een host (of domein) wordt gekoppeld aan een IP-adres. Configureer de benodigde instellingen voor DNS, mDNS of DHCP. De procedures voor het configureren van DNS zijn verschillend voor IPv4 en IPv6. ●...
Pagina 66
Instellen [Instellingen DHCP-opties] [Hostnaam verkrijgen] Schakel dit selectievakje in om Optie 12 in te schakelen en de hostnaam te verkrijgen van de DHCP- server. [DNS dynamische update] Schakel dit selectievakje in om Optie 81 in te schakelen en de DNS-records dynamisch bij te werken via de DHCP-server.
Pagina 67
Instellen [DNS dynamische update] Schakel dit selectievakje in als u de DNS-records dynamisch wilt bijwerken wanneer het IP-adres van het apparaat verandert. Wanneer u een interval wilt instellen tussen updates, voert u de tijd in uren in het vak [DNS dynamisch update-interval] in. [mDNS-instellingen] [Gebruik mDNS] mDNS (multicast DNS) wordt ondersteund door Bonjour en is een protocol voor het koppelen van...
Pagina 68
Instellen [Gebruik dezelfde hostnaam/domeinnaam als IPv4] Schakel het selectievakje in als u de host- en domeinnamen van IPv4 wilt gebruiken. [Hostnaam] Typ hier alfanumerieke tekens voor de hostnaam van het apparaat dat u wilt registreren op de DNS-server. [Domeinnaam] Typ hier alfanumerieke tekens voor de naam van het domein waarvan de machine deel uitmaakt, zoals 'voorbeeld.com'.
Pagina 69
Instellen SMB configureren 1SFY-014 SMB (Server Message Block) is een protocol voor het delen van bronnen, zoals bestanden en printers, met meerdere apparaten in een netwerk. Het apparaat maakt gebruik van SMB om gescande documenten op te slaan in een gedeelde map. Afhankelijk van het netwerk, moet u de NetBIOS-naam en een werkgroepnaam instellen.
Pagina 70
Instellen [NetBIOS-naam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de NetBIOS-naam van het apparaat. [Werkgroepnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de werkgroep waarvan het apparaat deel uitmaakt. ● NetBIOS-namen of werkgroepnamen die beginnen met een sterretje ( ) kunnen niet worden geregistreerd op een WINS-server.
Pagina 71
Instellen WINS configureren 1SFY-015 WINS (Windows Internet Name Service) is een service voor naamomzetting waarmee een NetBIOS-naam (de naam van een computer of printer in een SMB-netwerk) wordt gekoppeld aan een IP-adres. U moet de WINS-server opgeven om WINS in te schakelen. ●...
Pagina 72
Instellen ● Als het IP-adres van de WINS-server wordt verkregen van een DHCP-server, heeft het verkregen IP-adres prioriteit boven het IP-adres dat is ingevoerd in het vak [WINS-serveradres]. Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Instellingen selecteren vanaf het bedieningspaneel ●...
Pagina 73
Instellen LDAP-servers registreren 1SFY-016 Als er een LDAP-server is geïmplementeerd in het netwerk, kunt u faxnummers en e- mailadressen zoeken op de server. Deze nummers en adressen kunt u vervolgens als bestemmingen opgeven of in het adresboek opslaan. NB. als de authenticatie voor LDAP-Server-authenticatie(P.
Pagina 74
Instellen [Servernaam] Voer de naam in die moet worden toegewezen aan de LDAP-server. [Serveradres] Typ het IP-adres van de LDAP-server of voer alfanumerieke tekens in voor de hostnaam van de server (voorbeeld: ldap.voorbeeld.com). [Serveradres] en DNS ● Let op de volgende punten om fouten te voorkomen bij het zoeken naar bestemmingen: - Als de hostnaam is opgegeven bij [Serveradres], moet er een DNS-server beschikbaar zijn in het netwerk.
Pagina 75
Instellen [Inloggegevens] Selecteer [Niet gebruiken], [Gebruik] of [Gebruik (beveiligingsauthenticatie)], afhankelijk van het type verificatie dat wordt gebruikt door de LDAP-server. Als [Gebruik] of [Gebruik (beveiligingsauthenticatie)] is geselecteerd, moet u een gebruikersnaam en wachtwoord opgeven. Met deze optie wordt de machine niet geverifieerd met behulp van de [Niet gebruiken] aanmeldingsgegevens.
Pagina 76
Instellen [Servernaam] Voer de naam in die moet worden toegewezen aan de LDAP-server. [Serveradres] Typ het IP-adres van de LDAP-server of voer alfanumerieke tekens in voor de hostnaam van de server (voorbeeld: ldap.voorbeeld.com). [Serveradres] en DNS ● Let op de volgende punten om fouten te voorkomen bij het zoeken naar bestemmingen: - Als de hostnaam is opgegeven bij [Serveradres], moet er een DNS-server beschikbaar zijn in het netwerk.
Pagina 77
Instellen Voer de attribuutnaam in die moet worden vergeleken met een gebruikersnaam die is ingevoerd tijdens verificatie, van alfanumerieke tekens (Bijvoorbeeld: 'sAMAccountNaam'). ● Niet vereist als [Gebruik (beveiligingsauthenticatie)] is geselecteerd in [Inloggegevens]. [Kenmerk e-mailadres] Voer de attribuutnaam in die moet worden gebruikt voor het verkrijgen van een e-mailadres van de verificatie- server, van alfanumerieke tekens.
Pagina 78
Instellen De machine bewaken en bedienen met SNMP 1SFY-017 SNMP (Simple Network Management Protocol) is een protocol voor het bewaken en aansturen van communicatieapparaten in een netwerk dat werkt met MIB (Management Information Base). De machine ondersteunt SNMPv1 en SNMPv3 met extra beveiliging. U kunt de status van de machine controleren vanaf een computer wanneer u documenten afdrukt of de UI op afstand gebruikt.
Pagina 79
De speciale community is een vooraf-gedefinieerde community die uitsluitend is bedoeld voor beheerders die met Canon-software werken, zoals iW Management Console. Schakel het selectievakje in als u de speciale community wilt gebruiken en specificeer [MIB-toegangspermissie]. Als u de speciale community niet wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje uit.
Pagina 80
Instellen [Gebruik SNMPv3] Schakel dit selectievakje in om SNMPv3 in te schakelen. De overige instellingen voor SNMPv3 kunt u alleen opgeven als dit selectievakje is ingeschakeld. [Gebruiker inschakelen] Schakel dit selectievakje in om [Gebruikersinstellingen 1]/[Gebruikersinstellingen 2]/[Gebruikersinstellingen 3] in te schakelen. Schakel een selectievakje uit om de desbetreffende gebruikersinstellingen uit te schakelen. [Gebruikersnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de gebruikersnaam.
Pagina 81
Instellen Geef instellingen op voor het verkrijgen van informatie voor het beheren van printers. ● Met SNMP kunt u gegevens voor het beheren van printers, zoals afdrukprotocollen en printerpoorten, controleren en periodiek opvragen bij een computer in het netwerk. [Printerbeheerinformatie verkrijgen van host] Schakel het selectievakje in om via SNMP de gegevens voor printerbeheer van het apparaat te bewaken.
Pagina 82
Instellen Andere netwerkinstellingen 1SFY-018 Configureer de volgende items, al naargelang uw netwerkomgeving. FTP PASV-modus configureren(P. 74) SNTP configureren(P. 74) Het apparaat beheren vanuit de Apparaatbeheersystemen(P. 76) FTP PASV-modus configureren PASV is een FTP-communicatiestand die wordt gebruikt voor bestandsoverdracht. U kunt alleen verbinding maken met een FTP-server via een firewall met de PASV-stand.
Pagina 83
Instellen Klik op [Bewerken]. Schakel het selectievakje [Gebruik SNTP] in en geef de benodigde instellingen op. [Gebruik SNTP] Schakel het selectievakje in als u SNTP wilt gebruiken voor synchronisatie. Als u SNTP niet wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje uit. [NTP-servernaam] Voer het IP-adres van de NTP- of de SNTP-server in.
Pagina 84
SLP-instellingen kunnen worden opgegeven via de externe UI. Dit gedeelte beschrijft ook hoe u communicatie-instellingen tussen het apparaat en plug-ins voor iW Management Console configureert. Neem voor meer informatie over iW Management Console contact op met de officiële Canon-dealer ter plaatse. iW Management Console-plug-ins gebruiken ●...
Pagina 85
Instellen [Reageren op Discovery] Schakel het selectievakje in als het apparaat moet reageren op pakketten voor Multicast Discovery van software voor apparaatbeheer en u bewaking door software voor apparaatbeheer wilt inschakelen. ● Als u het poortnummer wilt wijzigen voor Multicast Discovery, raadpleegt u Poortnummers wijzigen(P.
Pagina 86
Instellen Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. ◼ Instellingen configureren voor communicatie tussen het apparaat en plug-ins U kunt de instellingen opgeven om communicatie tussen het apparaat en iW Management Console plug-ins in te schakelen.
Pagina 87
● Als het apparaat een DVD-ROM heeft, plaatst u de DVD-ROM in het station op de computer. ● U kunt stuurprogramma's en software die u gaat gebruiken, ophalen van de Canon website (http:// www.canon.com/). ● Als er nieuwe versies van stuurprogramma´s en software beschikbaar komen, worden ze op de Canon website geplaatst.
Pagina 88
Instellen Begininstellingen configureren voor faxfuncties 1SFY-01A Volg stappen 1 - 4 hieronder om de faxinstellingen te configureren. Bepaal eerst welke ontvangstmodus het best aansluit bij uw situatie en volg dan de aanwijzingen op het scherm om de bijbehorende instellingen te configureren. Als u meer wilt weten over een bepaalde stap, klikt u op de koppeling om naar het desbetreffende gedeelte te gaan.
Pagina 89
Instellen Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken 1SFY-01C U kunt de faxinstellingen pas configureren als u hebt bepaald welke ontvangstmodus het best aansluit bij het beoogde gebruik. Beoogd gebruik Ontvangstmodus <Automatisch> Alleen fax gebruiken/nooit telefoon gebruiken Kies deze instelling als u het apparaat uitsluitend wilt gebruiken voor het ontvangen van faxen en u de telefoon of optionele handset niet gaat gebruiken.
Pagina 90
Instellen Het faxnummer en de naam van het apparaat registreren 1SFY-01E Registreer het faxnummer en de naam van het apparaat. Deze gegevens worden afgedrukt aan het begin van pagina's die u verstuurt. Selecteer <Menu> in het scherm Start. Het scherm Start(P. 124) Selecteer <Functie-instellingen>...
Pagina 91
Instellen De ontvangstmodus selecteren 1SFY-01F Selecteer vooraf de ontvangstmodus die het best aansluit bij het beoogde gebruik ( Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken(P. 81) ). Selecteer <Volgende>. Selecteer de ontvangstmodus. ● Selecteer <Ja> of <Nee> om de ontvangstmodus te selecteren voor de handelingen die u wilt verrichten. ●...
Pagina 92
Instellen De telefoonlijn aansluiten 1SFY-01H Sluit de telefoonlijn aan op het apparaat. Sluit de telefoonlijn aan op het apparaat. ● Sluit het meegeleverde telefoonsnoer aan op de telefoonaansluiting ( ) van het apparaat en op de wanddoos. ● Als u een telefoon of antwoordapparaat gebruikt, moet u de aansluiting voor een externe telefoon ( ) van het apparaat gebruiken.
Pagina 93
Instellen Scaninstellingen configureren 1SFY-01J U kunt gescande originele documenten alleen rechtstreeks per e-mail of I-Fax verzenden of opslaan in gedeelde mappen of op een FTP-server als u het netwerk configureert. De Instel-tool Zendfunctie, een applicatie die bij het apparaat wordt geleverd, zal u helpen bij de vereiste installatie. Voer de noodzakelijke configuratie uit, afhankelijk van uw doel en van de netwerkomgeving.
Pagina 94
Instellen Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden 1SFY-01K Om dit apparaat als een scanner te gebruiken, moet u vóór gebruik de nodige voorbereidingen treffen, inclusief het installeren van de software op een computer. Voor meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma's op de website voor de handleidingen.
Pagina 95
Instellen Instelprocedure voor e-mail verzenden / I-Faxes verzenden & ontvangen 1SFY-01L Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar e-mail. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden.
Pagina 96
Instellen Basisinstellingen voor e-mail configureren 1SFY-01R Dit gedeelte beschrijft hoe u met behulp van het Instel-tool Zendfunctie configureert. Met behulp van het Instel-tool Zendfunctie kunt u ook e-mailadressen opslaan in het adresboek. ● Het Instel-tool Zendfunctie is een hulpmiddel voor het configureren van de e-mailinstellingen. In plaats van het Instel-tool Zendfunctie kunt u met behulp van de externe UI meer gedetailleerde instellingen configureren zoals de instellingen voor POP-verificatie voordat u verzendt of vóór gecodeerde communicatie.
Pagina 97
Instellen Als het apparaat niet wordt weergegeven in [Apparatenlijst] ● Klik op [Opnieuw zoeken]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [Zoeken op IP-adres], typt u het IP-adres van het apparaat en klikt u op [OK]. Controleer de instellingen en bevestig deze door op [OK] te klikken. Klik op [Start].
Pagina 98
Instellen Met het Instel-tool Zendfunctie kunt u een e-mailadres opslaan in het onderdeel <Favorieten> van het adresboek. Selecteer een nummer in de vervolgkeuzelijst. [Naam voor favorietnummer] Voer de naam in voor de bestemming die u wilt opslaan. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in het adresboek.
Pagina 99
Instellen Communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax configureren 1SFY-01S Configureer met de UI op afstand de gedetailleerde instellingen voor het verzenden en ontvangen, zoals de instellingen voor het gebruik van het apparaat voor het verzenden en ontvangen van I-Faxen en de instellingen voor POP-verificatie en versleuteling of communicatie, voordat u e-mailberichten of I-Faxen verzendt.
Pagina 100
Instellen Voer met alfanumerieke tekens de gebruikersnaam in voor het opgegeven e-mail-account wanneer een POP3-server wordt gebruikt. [Wachtwoord instellen/wijzigen] U kunt het wachtwoord instellen of wijzigen wanneer een POP3-server wordt gebruikt, door dit selectievakje in te schakelen en alfanumerieke tekens in te voeren in [Wachtwoord]. De instellingen opgeven die nodig zijn voor I-Fax-ontvangst [POP RX] Schakel het selectievakje in als u I-Faxen wilt ontvangen.
Pagina 101
Instellen SMTP-verificatie configureren Als u SMTP-verificatie (SMTP AUTH) gebruikt, worden op het moment van het verzenden van e-mail of I-Fax, de gebruikers geverifieerd aan de hand van een gebruikersnaam en wachtwoord. [Gebruik SMTP-authenticatie (SMTP AUTH)] Als u verificatie wilt inschakelen op de SMTP-server, schakelt u het selectievakje in en typt u alfanumerieke tekens in het tekstvak [Gebruikersnaam].
Pagina 102
Instellen ● Afhankelijk van het netwerk dat u gebruikt, moet u mogelijk de instelling van de SMTP- of POP3-poort Poortnummers wijzigen(P. 381) ). Neem voor meer informatie contact op met uw wijzigen ( internetprovider of de netwerkbeheerder. KOPPELINGEN Instelprocedure voor e-mail verzenden / I-Faxes verzenden & ontvangen(P. 87) Basisinstellingen voor e-mail configureren(P.
Pagina 103
Instellen Procedure om een gedeelde map in te stellen als een opslaglocatie 1SFY-01U Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar gedeelde mappen. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden.
Pagina 104
Instellen Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie 1SFY-01W Het scannen naar gedeelde mappen wordt ook wel "scannen naar SMB" genoemd omdat de functie werkt met SMB (Server Message Block), een technologie van Windows. SMB is een protocol voor het delen van bronnen, zoals bestanden en printers, met meerdere apparaten in een netwerk ( SMB configureren(P.
Pagina 105
Instellen Als het apparaat niet wordt weergegeven in [Apparatenlijst] ● Klik op [Opnieuw zoeken]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [Zoeken op IP-adres], typt u het IP-adres van het apparaat en klikt u op [OK]. Controleer de instellingen en bevestig deze door op [OK] te klikken. Klik op [Start].
Pagina 106
Instellen [Favorietnummer] Met het Instel-tool Zendfunctie kunt u een gedeelde map voor het opslaan van gescande documenten toevoegen aan het onderdeel <Favorieten> van het adresboek. Selecteer een nummer in de vervolgkeuzelijst. [Naam voor favorietnummer] Voer de naam in voor de bestemming die u wilt opslaan. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in het adresboek.
Pagina 107
Instellen Procedure om een FTP Server in te stellen als een opslaglocatie 1SFY-01X Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar een FTP-server. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden.
Pagina 108
Basishandelingen Basishandelingen Basishandelingen ............................102 ......................105 Onderdelen en de bijbehorende functies ..............................106 Voorzijde ....................108 Een USB-geheugenapparaat plaatsen ..............................110 Achterzijde ..............................111 Binnenzijde ............................112 Documentinvoer ............................ 113 Multifunctionele lade ..............................114 Papierlade ............................116 Bedieningspaneel ..........................118 Het apparaat AAN zetten ..........................
Pagina 109
Basishandelingen ......................... 172 Het scherm Start aanpassen ....................... 175 Veelgebruikte instellingen opslaan ................... 177 De standaard instellingen voor functies wijzigen ..............................179 Instelgeluiden ............................. 181 De slaapstand instellen ............................ 183 Bestemmingen opslaan ....................185 Bestemmingen opslaan in het adresboek ................... 188 Meerdere bestemmingen als een groep opslaan .............
Pagina 110
Basishandelingen Basishandelingen 1SFY-01Y In dit hoofdstuk worden de basishandelingen beschreven, zoals het gebruiken van het bedieningspaneel of het plaatsen van het papier. Het gaat hier om handelingen die vaak worden uitgevoerd om de functies van het apparaat te gebruiken. ◼ Onderdelen en de bijbehorende functies In dit gedeelte wordt aandacht besteed aan de externe en interne onderdelen van het apparaat en hun functie.
Pagina 111
Basishandelingen ◼ Originelen plaatsen Originelen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u originelen op de glasplaat en in de documentinvoer plaatst. plaatsen(P. 137) ◼ Papier laden Dit gedeelte beschrijft hoe u het papier in de papierlade en de multifunctionele lade plaatst. Papier laden(P.
Pagina 112
Basishandelingen ◼ Instelgeluiden In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het volume van de verschillende systeemgeluiden kunt aanpassen, bijvoorbeeld van het geluid dat u hoort als het verzenden van een fax is voltooid of als er een fout is opgetreden. Instelgeluiden(P.
Pagina 113
Basishandelingen Onderdelen en de bijbehorende functies 1SFY-020 In dit gedeelte worden de onderdelen van het apparaat beschreven (buitenzijde, voorzijde, achterzijde en binnenzijde), evenals de functie die ze hebben. Naast de onderdelen van het apparaat die nodig zijn voor het uitvoeren van basishandelingen zoals het laden van papier en het vervangen van tonercartridges, wordt hier ook aandacht besteed aan de toetsen op het bedieningspaneel en het display.
Pagina 114
Basishandelingen Voorzijde 1SFY-021 Invoer / deksel van glasplaat De invoer voert originelen automatisch in het apparaat in om te worden gescand. Als u twee of meer vellen in de invoer plaatst, worden deze achter elkaar gescand. Het deksel van de glasplaat drukt de originelen stevig tegen de glasplaat.
Pagina 115
Basishandelingen Luidspreker Hier worden geluiden uitgevoerd die de machine produceert, zoals faxtonen en waarschuwingssignalen. Handgrepen Pak het apparaat vast bij deze handgrepen als u het gaat verplaatsen. De machine verplaatsen(P. 603) Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bevat toetsen zoals de toets Start en de toets Stop, een display en statuslampjes. U kunt hier alle bewerkingen uitvoeren en instellingen opgeven.
Pagina 116
Basishandelingen Een USB-geheugenapparaat plaatsen 1SFY-022 Steek een USB-geheugen in de USB-poort aan de voorzijde van het apparaat. U kunt data rechtstreeks vanuit een USB- geheugen afdrukken of gescande originelen rechtstreeks op een USB-geheugen opslaan. Voordat u een USB-geheugen gebruikt ● De ondersteunde formaten van USB-geheugenapparaat zijn FAT16 en FAT32.
Pagina 117
Basishandelingen Verwijder het USB-geheugenapparaat. KOPPELINGEN Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenmedia)(P. 273) Data opslaan op een USB-geheugentoestel(P. 291)
Pagina 118
Basishandelingen Achterzijde 1SFY-023 Klep aan de achterzijde Open deze klep als u papierstoringen gaat verhelpen. Papierstoringen verhelpen(P. 682) Etiket stroomverbruik Dit etiket vermeldt onder andere het serienummer. Dit nummer hebt u nodig als u vragen of problemen hebt. Als een probleem niet kan worden opgelost(P. 694) Netstroomaansluiting Hier sluit u het netsnoer aan.
Pagina 119
Basishandelingen Binnenzijde 1SFY-024 Lade met tonercartridges Hier installeert u de tonercartridges. Plaats de gele (Y), magenta (M), cyaan (C) en zwarte (K) tonercartridges in de sleuven in de lade, waarbij u achteraan begint. Procedure voor het vervangen van de tonercartridge(P. 598) KOPPELINGEN De tonercassette vervangen(P.
Pagina 120
Basishandelingen Documentinvoer 1SFY-025 Klep van de documentinvoer Papierstoringen in de documentinvoer(P. 684) Open deze klep als u papierstoringen gaat verhelpen. Glijdende geleiders Stel deze geleider in voor de breedte van het origineel. Toevoerlade voor originelen Hiermee worden originelen automatisch in het apparaat gevoerd om te worden gescand. Als u twee of meer Originelen plaatsen(P.
Pagina 121
Stel de papiergeleiders exact af op de breedte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in de machine wordt gevoerd. Voor MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw ● Druk op de ontgrendelingspallen die in de afbeeldingen met pijlen worden aangegeven om de geleiders te ontgrendelen, zodat u deze kunt verschuiven.
Pagina 122
Basishandelingen Papierlade 1SFY-027 MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de grootte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in het apparaat wordt gevoerd. Druk op de ontgrendelingspallen die in de afbeeldingen met pijlen worden aangegeven om de geleiders te ontgrendelen, zodat u deze kunt verschuiven.
Pagina 123
Basishandelingen KOPPELINGEN Papier in de papierlade plaatsen(P. 143)
Pagina 124
Basishandelingen Bedieningspaneel 1SFY-028 ● De hoek van het bedieningspaneel kan worden ingesteld. Kies een hoek waaronder u het paneel het beste kunt bekijken. De hoek instellen(P. 117) Display Hierop wordt de voortgang van het apparaat en foutstatussen weergegeven. De display is een aanraakscherm, zodat u instellingen kunt opgeven door het scherm direct aan te raken.
Pagina 125
Druk op deze toets om het afdrukken en andere bewerkingen te annuleren. Merkteken NFC (Near Field Communication) (Contactloze communicatiemethode) U kunt ook functies gebruiken, zoals afdrukken, door met een mobiel apparaat waarop Canon PRINT Business is geïnstalleerd, over dit merkteken te bewegen. Verbinden met mobiele apparaten(P. 329) De hoek instellen Als u het scherm van het bedieningspaneel slecht kunt zien, moet u de hoek van het paneel veranderen.
Pagina 126
Basishandelingen Het apparaat AAN zetten 1SFY-029 Dit gedeelte beschrijft hoe u het apparaat AAN zet. Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit. Druk op de hoofdschakelaar. ➠ Bedieningspaneel(P. 116) Het Start-scherm verschijnt. ● U kunt kiezen welk scherm verschijnt nadat het apparaat AAN is gezet. <Standaardscherm na opstart/ herstel>(P.
Pagina 127
Basishandelingen Het apparaat UIT zetten 1SFY-02A Dit gedeelte beschrijft hoe u het apparaat UIT zet. Druk op de hoofdschakelaar. ● Het kan een tijdje duren voordat het apparaat geheel is uitgeschakeld. Wacht tot het display is gedoofd en trek dan pas de stekker eruit. ●...
Pagina 128
Basishandelingen Op een vaste tijd UITschakelen 1SFY-02C U kunt een instelling realiseren dat het apparaat iedere dag van de week op een bepaalde tijd automatisch UIT gaat. Hiermee kunt u nutteloos stroomverbruik vermijden dat kan optreden als u nalaat het apparaat UIT te schakelen. Standaard is deze functie niet actief.
Pagina 129
Basishandelingen [Zondag] tot [Zaterdag] Voer de tijd in waarop het apparaat UIT moet gaan. Als u op een bepaalde weekdag het vakje leeg laat, is de functie voor die dag niet actief. Klik op [OK]. Als het apparaat op de opgegeven tijd niet automatisch UIT gaat ●...
Pagina 130
Basishandelingen Het bedieningspaneel gebruiken 1SFY-02E U kunt het display en de toetsen van het bedieningspaneel gebruiken om apparaatinstellingen te configureren of functies te activeren. Dit gedeelte beschrijft het basisgebruik van het display en de toetsen. Basisschermen(P. 123) Basishandeling(P. 130) Tekst invoeren(P. 133) ●...
Pagina 131
Basishandelingen Basisschermen 1SFY-02F Het scherm Start of het instellingenscherm wordt op het display weergegeven, zodat u kunt beginnen met functies zoals kopiëren en scannen. U kunt ook met de display informatie controleren, zoals foutmeldingen en de bedieningsstatus van het apparaat. Het scherm is ook een aanraakpaneel, dus u kunt bedieningshandelingen uitvoeren door het scherm direct aan te raken.
Pagina 132
Basishandelingen Het scherm Start 1SFY-02H Het scherm Start wordt weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt door op het bedieningspaneel op drukken. Via dit scherm kunt u instellingen opgeven en functies registreren. Knop voor het kiezen van een andere pagina Kies hiermee een andere pagina in het scherm Start. U kunt ook zijdelings strijken om van pagina te wisselen.
Pagina 133
Basishandelingen Knop Application Library (Toepassingenbibliotheek) Met behulp van deze knop kunt u functies gemakkelijk gebruiken via één-toetsbediening. Voor meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de Application Library (Toepassingenbibliotheek) op de website met handleidingen. <Beveiligde afdruk> Met behulp van deze functie drukt u een beveiligd document af. Een met pincode beveiligd document afdrukken (Beveiligde afdruk)(P.
Pagina 134
Basishandelingen <Bedieningshandleiding> Druk hierop voor bedieningsinstructies en oorzaken van/ oplossingen voor fouten. Knoppen voor snelkoppelingen Toon 'Favoriete Instellingen' geregistreerd bij kopiëren, faxen en scannen. Knoppen toevoegen aan het scherm Start(P. 172) KOPPELINGEN Het scherm Start aanpassen(P. 172)
Pagina 135
Basishandelingen Het scherm <Statusmonitor> 1SFY-02J Wanneer u <Statusmonitor> selecteert, wordt er een scherm weergegeven waarin u de voortgang kunt controleren van documenten, en ook de status van het apparaat (resterende hoeveelheid in de tonercartridge, enzovoort) en netwerkinstellingen, zoals het IP-adres van het apparaat. <Foutgegevens/melding>...
Pagina 136
Basishandelingen Status en logboeken van gekopieerde, afgedrukte, en verzonden / ontvangen documenten Hiermee geeft u de huidige status van het geselecteerde item weer. Hieronder ziet u het scherm <Kopieer-/ afdrukopdracht> als voorbeeld. <Netwerkinformatie> Geeft de netwerkinstellingen zoals het IP-adres van het apparaat weer en de status zoals de staat van de Netwerkinstellingen weergeven(P.
Pagina 137
Basishandelingen Berichtenvenster 1SFY-02K Berichten worden op het scherm weergegeven, bijvoorbeeld als het papier op is of de tonercartridges opraken. Maatregelen bij ieder bericht(P. 656) Als er een fout optreedt In sommige gevallen worden, wanneer er een fout optreedt, instructies weergegeven over hoe u moet reageren.
Pagina 138
Basishandelingen Basishandeling 1SFY-02L Het display is een aanraakscherm: u bedient het door het aan te raken. Vermijd de volgende handelingen. ● Hierdoor kunnen zich storingen voordoen of kan het display beschadigd raken. - Hard drukken - Drukken met puntige voorwerpen (vingernagel, balpen, potlood enzovoort) - Aanraken met vochtige/vuile handen - Het display gebruiken terwijl er een voorwerp op staat ●...
Pagina 139
Basishandelingen Als u een item per ongeluk aanraakt ● Schuif uw vinger weg en laat los om de selectie te annuleren. Teruggaan naar het vorige scherm ● Tik op om terug te gaan naar het vorige scherm. ◼ Door het scherm bladeren De bladerbalk verschijnt op het scherm wanneer er nog informatie is die niet wordt weergegeven.
Pagina 140
Basishandelingen ● U kunt verschillende instellingen wijzigen voor het display, zoals de weergavetaal: <Weergave- instellingen>(P. 448) ● Om het scherm te wijzigen dat automatisch wordt weergegeven wanneer het apparaat een bepaalde tijd inactief is, raadpleegt u: <Functie na automatische reset>(P. 455) ●...
Pagina 141
Basishandelingen Tekst invoeren 1SFY-02R Als u tekst of een getal invoert, gebruik dan het scherm-toetsenbord. De numerieke toetsen worden op het scherm weergegeven om uitsluitend cijfers in te voeren. Een ander type tekst kiezen Tik op <a 1/#> om tijdens het invoeren van tekst om te schakelen naar een ander teksttype. ●...
Pagina 142
Basishandelingen Als andere knoppen dan de numerieke toetsen worden weergegeven ● Als <+> / <-> of worden weergegeven, kunt u met behulp van de knoppen de numerieke waarde verhogen of verlagen, of de cursor verplaatsen. Tekens invoeren met een USB-toetsenbord U kunt een toetsenbord op de USB-poort voor USB-apparaten op de Voorzijde(P.
Pagina 143
Basishandelingen Aanmelden bij het apparaat 1SFY-02S Als Afdelings-ID-beheer is ingeschakeld of er zijn Systeembeheerders-ID's geactiveerd, kunt u het apparaat pas gebruiken wanneer u hebt ingelogd. U moet ook inloggen als er beperkingen zijn ingesteld voor het gebruik van de fax- en scanfuncties. Inlog Afdelings-ID beheer(P.
Pagina 144
Basishandelingen Inloggen op Geautoriseerd Verzenden Als de autorisatie-instelling Zend-functie ( LDAP-Server-authenticatie(P. 368) ) is ingeschakeld, wordt het inlogscherm Geautoriseerd Zenden weergegeven wanneer de fax- of scanfunctie wordt gebruikt. Voer uw gebruikersnaam in. Selecteer <Gebruikersnaam>. Voer uw gebruikersnaam in met de numerieke toetsen. ●...
Pagina 145
Basishandelingen Originelen plaatsen 1SFY-02U Leg originelen op de glasplaat of in de documentinvoer. Gebruik de glasplaat voor het scannen van dikke of ingebonden documenten, zoals boeken. U kunt twee of meer vellen van originelen in de invoer leggen, zodat ze aansluitend kunnen worden gescand.
Pagina 146
Basishandelingen Originelen op de glasplaat plaatsen Open het deksel van de glasplaat-invoer. Leg het origineel met de afdrukzijde naar beneden op de glasplaat. ● Leg het origineel in de linkerbovenhoek van de glasplaat. ● Om transparante originelen (bijvoorbeeld calqueerpapier of transparanten) te scannen, bedekt u deze met een vel normaal, wit papier.
Pagina 147
Basishandelingen Schuif de glijdende geleiders uit elkaar. ● Schuif de glijdende geleiders naar de zijkant totdat de tussenruimte iets breder is dan de werkelijke breedte van het origineel. Waaier de stapel originelen uit en maak er een rechte stapel van. ●...
Pagina 148
Basishandelingen ➠ De machine is gereed om het origineel te scannen. Schuif de glijdende geleiders goed tegen de randen van het origineel ● Als de glijdende geleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er papierstoringen ontstaan.
Pagina 149
Basishandelingen Papier laden 1SFY-02W U kunt het papier plaatsen in de papierlade of in de multifunctionele lade. Gebruik de papierlade voor het laden van de papiersoort die u het meest gebruikt. De papierlade is handig wanneer u grote hoeveelheden papier gebruikt. Gebruik de multifunctionele lade wanneer u tijdelijk een formaat of type papier wilt gebruiken dat niet in de papierlade is geplaatst.
Pagina 150
Basishandelingen Behandeling en opslag van papier ● U wordt geadviseerd het papier na het uitpakken zo snel mogelijk te gebruiken. Papier dat nog niet wordt gebruikt, moet weer in de originele verpakking worden gedaan en op een platte ondergrond worden bewaard.
Pagina 151
Papier van aangepast formaat plaatsen(P. 146) . Trek de papierlade uit. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn ● Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet,...
Pagina 152
Basishandelingen Verstel de positie van de papiergeleiders zo dat ze overeenkomen met het papierformaat dat u wilt gebruiken. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw ● Terwijl u de ontgrendelingspal ingedrukt houdt, beweegt u de papiergeleider om de opstaande rand gelijk te stellen met de markering voor het gewenste papierformaat.
Pagina 153
Basishandelingen Legal papier plaatsen ● Druk op de ontgrendelingspal en schuif de papierlade uit. Plaats het papier zo dat de rand van de papierstapel de papiergeleider aan de voorzijde van de papierlade raakt. ● Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven. ●...
Pagina 154
Basishandelingen ● Voorbedrukt papier Wanneer wordt afgedrukt op papier met een logo, raadpleeg dan plaatsen(P. 158) . Schuif de papierlade in de machine. ● Als u de papierlade plaatst met <Melden om papierinst. te controleren> ingesteld op <Aan>, verschijnt een bevestigingsscherm.
Pagina 155
Basishandelingen Trek de papierlade uit. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn ● Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet, kan de lade beschadigd raken wanneer u deze laat vallen omdat de lade te snel naar buiten schuift.
Pagina 156
Basishandelingen ● Waaier de papierstapel uit en tik met de onderkant op een vlak oppervlak om de vellen papier mooi gelijk te leggen. Stapel het papier niet hoger dan de markering voor het maximale aantal vellen ● Zorg ervoor dat de stapel papier niet hoger is dan de markering voor het maximale aantal vellen ( ).
Pagina 157
Basishandelingen Wanneer u papier plaatst dat langer is dan het A4-formaat ● De voorzijde van de papierlade loopt niet mooi gelijk met de voorkant van de machine wanneer de papierlade is uitgeschoven. » Ga verder met Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst(P.
Pagina 158
Als u wilt afdrukken op papier dat niet in de papierlade is geplaatst, laad het dan in de multifunctionele lade. Laad het Papier in de papierlade plaatsen(P. 143) papier dat u normaliter in de papierlade gebruikt. Voor de MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw(P. 150) Voor de MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn(P. 152) Voor de MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw Zorg ervoor dat u de papierlade plaatst ●...
Pagina 159
Basishandelingen Schuif de papiergeleiders naar de zijkanten van de papierlade. ● Druk op de ontgrendelingspal om de papiergeleiders naar de zijkanten van de papierlade te schuiven. Plaats het papier in de multifunctionele lade invoer tot het papier stopt. ● Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven. ●...
Pagina 160
Basishandelingen Schuif de papiergeleiders tegen de randen van het papier. ● Schuif de papiergeleiders naar binnen totdat ze stevig tegen de randen van het papier zitten. Schuif de papiergeleiders stevig tegen de randen van het papier ● Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er papierstoringen ontstaan.
Pagina 161
Basishandelingen Papier van A5 formaat plaatsen ● Bij het instellen van het papierformaat, moet u goed op de actuele afdrukrichting van het papier letten. Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven(P. 163) Liggende afdrukrichting Staande afdrukrichting Schuif de papiergeleiders naar de zijkanten van de papierlade. ●...
Pagina 162
Basishandelingen ● Enveloppen plaatsen(P. 155) of Voorbedrukt papier plaatsen(P. 158) als u enveloppen gaat laden of papier met een logo. » Ga verder met Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven(P. 163) Afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier (handmatig dubbelzijdig afdrukken) ●...
Pagina 163
Basishandelingen Enveloppen plaatsen 1SFY-030 Strijk de enveloppen glad voordat u ze gaat laden. Let ook op de invoerrichting van de enveloppen en welke kant naar boven wijst. Voordat u enveloppen gaat laden(P. 155) In de papierlade(P. 156) In de multifunctionele invoer(P. 156) ●...
Pagina 164
(de voorzijde) naar boven. U kunt niet afdrukken op de achterzijde van enveloppen. ● Plaats de enveloppen zo dat de rand met de flap aan de linkerkant zit, zoals in de afbeelding. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn...
Pagina 166
Basishandelingen Voorbedrukt papier plaatsen 1SFY-031 Als u papier gebruikt waarop vooraf een logo is afgedrukt, let u bij het plaatsen op de invoerrichting van het papier. Zorg dat het papier goed is geplaatst zodat er op de juiste kant van het papier met een logo wordt afgedrukt. Enkelzijdig afdrukken op papier met logo's(P.
Pagina 167
Basishandelingen Dubbelzijdig afdrukken op papier met logo's Laad het papier met de voorzijde van het bedrukte papier (de zijde voor de eerste pagina van het document) naar beneden. Afdrukken op papier met logo's in de afdrukrichting Staand Afdrukken op papier met logo's in de afdrukrichting Liggend De instelling <Invoermethode papier schakelen>...
Pagina 168
Basishandelingen Het type en formaat papier opgeven 1SFY-032 U moet ervoor zorgen dat de instellingen voor het type en formaat papier overeenkomen met het papier dat is geladen. Vergeet dus niet de papierinstellingen aan te passen wanneer u papier gaat laden dat afwijkt van het eerder gebruikte papier.
Pagina 169
Basishandelingen Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst 1SFY-033 Selecteer <Papierinstell.> in het scherm Start. Het scherm Start(P. 124) Selecteer de doel-papierlade. ● wordt uitsluitend weergegeven als de optionele cassette feeding module is geïnstalleerd. Selecteer het papierformaat op het tabblad <Veelgebruikte formaten>. ●...
Pagina 170
Basishandelingen Papier van A5 formaat plaatsen ● In de liggende afdrukstand, selecteert u <A5>. In de staande afdrukstand, selecteert u <A5R>. Liggende afdrukrichting Staande afdrukrichting Selecteer het papiertype. KOPPELINGEN Papier in de papierlade plaatsen(P. 143) De papierformaten die worden weergegeven, beperken(P. 169) Geschikt papier(P.
Pagina 171
Basishandelingen Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven 1SFY-034 Het onderstaande scherm wordt weergegeven als er papier is geladen in de multifunctionele lade. Volg de aanwijzingen op het scherm om instellingen op te geven voor het formaat en type papier dat is geladen. Het bovenstaande scherm wordt niet weergegeven als papier wordt geladen ●...
Pagina 172
Een aangepast papierformaat registreren(P. 167) Selecteer <Toepassen>. Papier van A5 formaat plaatsen ● In de liggende afdrukstand, selecteert u <A5>. In de staande afdrukstand, selecteert u <A5R>. Voorbeeld voor MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw: Liggende afdrukrichting Staande afdrukrichting Selecteer het papiertype. KOPPELINGEN Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P.
Pagina 173
Basishandelingen Standaard papierinstellingen voor de multifunctionele lade registreren 1SFY-035 U kunt standaard-papierinstellingen opslaan voor de multifunctionele lade. Hierdoor hoeft u niet steeds instellingen in te voeren wanneer u altijd hetzelfde papier gebruikt in de multifunctionele lade. ● Als u standaard-papierinstellingen hebt opgegeven, wordt het scherm met papierinstellingen niet meer weergegeven wanneer u papier laadt.
Pagina 174
Een aangepast papierformaat registreren(P. 167) Selecteer <Toepassen>. Papier van A5 formaat plaatsen ● In de liggende afdrukstand, selecteert u <A5>. In de staande afdrukstand, selecteert u <A5R>. Voorbeeld voor MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw: Liggende afdrukrichting Staande afdrukrichting Selecteer het papiertype. KOPPELINGEN Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P.
Pagina 175
Basishandelingen Een aangepast papierformaat registreren 1SFY-036 U kunt maximaal drie aangepaste papierformaten opslaan die u regelmatig gebruikt. Selecteer <Papierinstell.> in het scherm Start. Het scherm Start(P. 124) Selecteer <Gebr.papier registr.>. Selecteer het registratienummer. Een instelling verwijderen ● Selecteer <Verwijderen> <Ja>. Geef de lengte van de <X>-zijde en <Y>-zijde op.
Pagina 176
Basishandelingen Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P. 150)
Pagina 177
Basishandelingen De papierformaten die worden weergegeven, beperken 1SFY-037 U kunt ervoor zorgen dat alleen papierformaten die u vaak gebruikt, worden getoond op het tabblad <Veelgebruikte formaten> voor het selecteren van de instelling van het papierformaat. Selecteer <Papierinstell.> in het scherm Start. Het scherm Start(P.
Pagina 178
Basishandelingen Automatisch een juiste papierbron voor iedere functie selecteren 1SFY-038 De functie voor het automatisch selecteren van de papierbron voor iedere papierbron in- of uitschakelen. Als deze mogelijkheid is ingesteld op <Aan>, selecteert het apparaat automatisch voor iedere afdruktaak een papierbron waarin het juiste papierformaat is geladen.
Pagina 179
Basishandelingen Het display aanpassen 1SFY-039 Om het scherm Start gebruiksvriendelijker te maken, kunt u het op de gebruiker toesnijden. Daarnaast kunt u efficiënter werken door voor iedere functie uw favoriete instellingen voor het scherm Basisfuncties te registreren. Het scherm Start aanpassen U kunt knoppen voor snelkoppelingen die worden weergegeven in het scherm Start rangschikken naar eigen voorkeur.
Pagina 180
Basishandelingen Het scherm Start aanpassen 1SFY-03A U kunt knoppen voor snelkoppelingen die worden weergegeven in het scherm Start toevoegen / wissen naar eigen toepassing of u kunt ze rangschikken naar eigen voorkeur. U kunt de volgorde waarin zij worden weergegeven, wijzigen.
Pagina 181
Basishandelingen ● Schakel het selectievakje voor de naam van de knop die u wilt verwijderen, uit en selecteer <Toepassen>. Wanneer u een geregistreerde knop hebt verwijderd, verschijnt een ruimte waar de knop werd weergegeven in het scherm Start. Als het nodig is, kunt u de ruimte wissen. Lees het bericht dat wordt weergegeven en selecteer <OK>.
Pagina 182
Basishandelingen Selecteer <Toepassen>. KOPPELINGEN Basishandeling(P. 130)
Pagina 183
Basishandelingen Veelgebruikte instellingen opslaan 1SFY-03C Als u veelgebruikte instellingen registreert als 'favoriete instellingen', kunt u deze snel oproepen wanneer u kopieën maakt, een fax verzendt of scant. Bovendien kunt u gecompliceerde instellingen registreren als 'favoriete instellingen', zodat u ze later snel en gemakkelijk kunt oproepen. Tevens kunt u geregistreerde instelcombinaties aan een sneltoets toewijzen die is weergegeven op het scherm Start.
Pagina 184
Basishandelingen Selecteer of u de instellingen wilt registreren als een knop voor een snelkoppeling. ● Als u <Ja> selecteert, wordt een bericht weergegeven. Bekijk het en selecteer vervolgens <OK>. De geregistreerde combinatie van instellingen wordt toegevoegd aan het scherm Start als een sneltoets. ●...
Pagina 185
Basishandelingen De standaard instellingen voor functies wijzigen 1SFY-03E De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of <Reset> selecteert. Als u deze standaardinstellingen afstemt op de bewerkingen die u regelmatig uitvoert, kunt u tijd besparen doordat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft op te geven als u een handeling verricht.
Pagina 186
Basishandelingen ◼ E-Mail Raadpleeg <E-mailinstellingen>(P. 546) voor informatie over veranderbare instelitems. <Menu> <Functie-instellingen> <Verzenden> <Scan- en opslaginstellingen> <E- mailinstellingen> <Standaardinstellingen wijzigen (E-mail)> Selecteer de instelling Verander de standaardwaarde van het geselecteerde item <Toepassen> ◼ I-Fax <I-faxinstellingen>(P. 548) voor informatie over veranderbare instelitems. Raadpleeg <Menu>...
Pagina 187
Basishandelingen Instelgeluiden 1SFY-03F De machine produceert in verschillende situaties geluidssignalen, bijvoorbeeld om aan te geven dat het versturen van een fax is voltooid of dat er papier is vastgelopen. U kunt het volume van deze geluiden afzonderlijk instellen. ◼ <Faxvolume> aanpassen Druk op de toets Pas het volume aan, selecteer <Toepassen>.
Pagina 188
Basishandelingen Optie Beschrijving Procedure <Invoersignaal> Bevestigingssignaal telkens wanneer op een toets Selecteer <Aan> (signaal op het bedieningspaneel of een knop op het produceren) of <Uit> (geen display wordt gedrukt signaal produceren). <Signaal invoerfout> Geluid bij het indrukken van een ongeldige toets, zoals bij het invoeren van een cijfer buiten het toegestane bereik <Toon voor aanvullen voorraad>...
Pagina 189
Basishandelingen De slaapstand instellen 1SFY-03H In de slaapstand wordt het stroomverbruik verlaagd door de stroomtoevoer naar het bedieningspaneel te onderbreken. Als er gedurende bepaalde tijd geen bewerkingen worden uitgevoerd op de machine, zoals tijdens de lunchpauze, kunt u energie besparen door op op het bedieningspaneel te drukken.
Pagina 190
Basishandelingen <Menu> <Voorkeuren> <Timer-/energie-instellingen> <Automatische sluimertijd> Stel de tijd in die verstrijkt voordat het apparaat automatisch overgaat op de slaapstand <Toepassen> De slaapstandinstelling veranderen voor de opgegeven tijd U kunt instellen dat het apparaat op een opgegeven tijd naar de slaapstand gaat. U kunt ook instellen dat het apparaat de slaapstand op een opgegeven tijd verlaat.
Pagina 191
Basishandelingen Bestemmingen opslaan 1SFY-03J U kunt fax-/scanbestemmingen in het Adresboek die u veel gebruikt, registreren en ze gemakkelijk selecteren wanneer u ze nodig hebt ( Bestemmingen opslaan in het adresboek(P. 185) ). U kunt naar bestemmingen zoeken op alfabet, uit lijsten in het Adresboek of door driecijferige nummers in te voeren (nummers voor verkort kiezen).
Pagina 192
Basishandelingen < > Toont bestemmingen voor I-Faxen. < > Geeft bestemmingen weer voor gedeelde mappen en FTP-servers. Registratie van bestemmingen wordt gerealiseerd vanaf de computer. Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie(P. 96) Bestemmingen vanaf een externe UI registreren(P. 434) <...
Pagina 193
Basishandelingen Bestemmingen opslaan in het adresboek 1SFY-03K Dit gedeelte beschrijft hoe u bestemmingen vanaf het bedieningspaneel registreert. U kunt ook de externe UI Bestemmingen vanaf een externe UI registreren(P. 434) gebruiken om bestemmingen te registreren. Selecteer <Adresboek> in het scherm Start. Het scherm Start(P.
Pagina 194
Basishandelingen <Met alle onderstaande voorwaarden> Er worden alleen gebruikers gevonden en weergegeven die voldoen aan alle zoekcriteria uit stappen 3 en <Met sommige vd onderst. voorwaarden> Als gebruikers worden gevonden die voldoen aan minstens één van de opgegeven zoekcriteria die in stappen 3 en 4 zijn opgegeven, geef dan al deze gebruikers weer.
Pagina 195
Basishandelingen <ECM TX> Als er tijdens verzending van een afbeelding een fout optreedt, wordt de fout gecontroleerd en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden bij de instelling <Aan>. <TX-snelheid> Als het even duurt voordat een verzending begint, bijvoorbeeld vanwege een slechte telefoonverbinding, kunt u de transmissiestartsnelheid verlagen.
Pagina 196
Basishandelingen Meerdere bestemmingen als een groep opslaan 1SFY-03L U kunt meerdere bestemmingen selecteren die al zijn opgeslagen en deze registreren als een groep. Dit gedeelte beschrijft hoe u een groep vanaf het bedieningspaneel registreert. U kunt een groep ook registreren met behulp van de externe UI.
Pagina 197
Basishandelingen Herhaal stap 6 tot en met 8 totdat u alle gewenste bestemmingen hebt opgeslagen en selecteer vervolgens <Toepassen>. Toont informatie over de opdracht ● Selecteer de bestemming, en selecteer <Details>. Een bestemming uit de groep verwijderen ● Selecteer de bestemming die u uit de groep wilt verwijderen, en selecteer <Verwijderen> <Ja>.
Pagina 198
Basishandelingen De geregistreerde bestemmingen in het adresboek bewerken 1SFY-03R U kunt uw instellingen veranderen, bijvoorbeeld een geregistreerd faxnummer of -naam, het type geregistreerde bestemming veranderen van faxnummer naar e-mail, een kiescode veranderen, en groepsbestemmingen toevoegen of verwijderen. U kunt ook bestemmingen of groepen verwijderen. ●...
Pagina 199
Kopiëren Kopiëren Kopiëren ................................192 ....................194 Scherm voor Basisbewerkingen voor kopiëren ........................196 Basisbewerkingen voor kopiëren ............................201 Kopiëren annuleren ...................... 202 Kopieerstatus en logboeken controleren ....................204 Kopieerkwaliteit verbeteren en aanpassen ....................205 Selecteer het type origineel om te kopiëren ..................
Pagina 200
Kopiëren Kopiëren 1SFY-03S In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan basisbewerkingen voor kopiëren en worden verschillende andere handige functies beschreven, zoals het instellen van de kleurbalans en het kopiëren van identiteitskaarten. ◼ Basishandelingen gebruiken Scherm voor Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 194) Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Pagina 201
Kopiëren ◼ Handige kopieerfuncties gebruiken Handige kopieerfuncties gebruiken(P. 210) Meerdere documenten op één vel Kopieën sorteren per Een ID-kaart kopiëren(P. 213) kopiëren (N op 1)(P. 211) pagina(P. 212)
Pagina 202
Kopiëren Scherm voor Basisbewerkingen voor kopiëren 1SFY-03U Als u <Kopiëren> in het scherm Start selecteert, verschijnt het scherm voor Basisbewerkingen voor kopiëren. Huidige instelstatus en instelknoppen De instelstatus, zoals kopieerverhouding, kopieerpapier, en aantal kopieën, worden weergegeven. Om correct te kopiëren, moet u beslist de hier weergegeven instellingen controleren. Als u een instelling wilt Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Pagina 203
Kopiëren <Reset> U kunt de standaard instellingen gezamenlijk herstellen. <Start> Start kopiëren met deze knop. <Zwart-wit> selecteren start kopiëren in zwart-wit. <Kleur> selecteren start kopiëren in kleur.
Pagina 204
Kopiëren Basisbewerkingen voor kopiëren 1SFY-03W Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen-procedure om een origineel te kopiëren. Plaats het origineel / de originelen. Originelen plaatsen(P. 137) Selecteer <Kopiëren> in het scherm Start. Het scherm Start(P. 124) Selecteer <Aantal kopieën> in het scherm voor basisbewerkingen voor kopiëren. Scherm voor Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Pagina 205
Kopiëren ◼ De achtergronddichtheid aanpassen <Densiteit> <Dens. achtergr.> <Aanpassen (handmatig)> De achtergronddichtheid aanpassen <Toepassen> <Sluiten> ● Afhankelijk van de kleur van het origineel, worden andere delen dan de achtergrond misschien niet correct weergegeven. ● Als u <Densit. per kleur> selecteert, kunt u voor iedere kleur de achtergronddichtheid aanpassen. Dubbelzijdig kopiëren U kunt twee pagina's van een origineel op beide zijden van het papier kopiëren.
Pagina 206
Kopiëren <Type org./afw.> Geef de richting, openingtype, en afwerktype van het origineel op. Vergroten of verkleinen U kunt kopieën vergroten of verkleinen door een vooraf ingesteld zoompercentage te gebruiken zoals <A5->A4> of door in stappen van 1% een aangepast zoompercentage in te stellen. ●...
Pagina 207
Kopiëren <Papier> Selecteer de papierbron <Sluiten> Gebruik voor de kopieën het papier dat in de multifunctionele lade is geplaatst. Gebruik voor de kopieën het papier dat in de papierlade (lade 1) van het apparaat is geplaatst. Gebruik voor de kopieën het papier dat in de optionele cassette feeding module (lade 2) is geplaatst.
Pagina 208
Kopiëren ● Wanneer het bericht <Papierformaat past niet bij instell.> of <Het geheugen is vol. Scannen wordt geannuleerd. Wilt u afdrukken?> wordt weergegeven op het display. Maatregelen bij ieder bericht(P. 656) Als u originelen gaat kopiëren met tekst of afbeeldingen die doorlopen tot de randen van de pagina ●...
Pagina 209
Kopiëren Kopiëren annuleren 1SFY-03X Als u de kopieerbewerking wilt annuleren direct nadat u Start hebt geselecteerd, selecteert u <Annuleren> op het scherm of drukt u op op het bedieningspaneel. U kunt het kopiëren ook annuleren nadat u de kopieerstatus hebt gecontroleerd.
Pagina 210
Kopiëren Kopieerstatus en logboeken controleren 1SFY-03Y U kunt de actuele kopieerstatus en de logboeken voor gekopieerde documenten controleren. ● <Weergave Als <Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Uit>, kunt u de kopieer-logboeken niet inzien. opdrachtlog>(P. 577) Handig in de volgende situaties ●...
Pagina 211
Kopiëren ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. Als er een driecijferig nummer wordt weergegeven bij <Fout> ● Deze code vertegenwoordigt een foutcode. Maatregelen bij iedere foutcode(P. 671) KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 196) Kopiëren annuleren(P. 201)
Pagina 212
Kopiëren Kopieerkwaliteit verbeteren en aanpassen 1SFY-040 U kunt de kopieerkwaliteit verbeteren door gedetailleerdere instellingen op te geven, zoals de helderheid aanpassen, onnodige schaduwen verwijderen, enzovoort. Selecteer het type origineel om Scherpte voor het kopiëren Donkere randen wissen bij het te kopiëren(P. 205) aanpassen (scherpte)(P.
Pagina 213
Kopiëren Selecteer het type origineel om te kopiëren 1SFY-041 U kunt de optische beeldkwaliteit voor de kopie selecteren op basis van het type origineel, zoals documenten met alleen tekst, documenten met grafieken en tabellen of documenten met tijdschriftfoto's. <Kopiëren> <Andere instell.> <Type origineel>...
Pagina 214
Kopiëren Scherpte voor het kopiëren aanpassen (scherpte) 1SFY-042 U kunt de scherpte van de gekopieerde afbeelding aanpassen. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren. <Kopiëren>...
Pagina 215
Kopiëren Donkere randen wissen bij het kopiëren (kader wissen) 1SFY-043 Als u originelen kopieert die kleiner zijn dan het uitvoerpapierformaat, verschijnen er mogelijk kaderlijnen rond de randen in de gekopieerde afbeelding. Als u tegenover elkaar liggende pagina's van een dik boek kopieert, verschijnen er mogelijk donkere randen.
Pagina 216
Kopiëren De kleur aanpassen 1SFY-044 Pas de kleurbalans aan om de individuele niveaus geel, magenta, cyaan of zwart te bepalen. <Kopiëren> <Andere instell.> <Kleurbalans> Selecteer de kleur, en pas het kleurniveau aan <Toepassen> Voorbeeld: als u een kopie wilt maken met kleuren die beter overeenkomen met het origineel Voorbeeld: als u een kopie wilt maken met kleuren die lichter zijn dan het origineel ●...
Pagina 217
Kopiëren Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 196) Scherpte voor het kopiëren aanpassen (scherpte)(P. 206)
Pagina 218
Kopiëren Handige kopieerfuncties gebruiken 1SFY-045 U kunt meerdere vellen op één pagina kopiëren, of kopiëren door vellen in complete sets in paginavolgorde te groeperen. Er is ook een functie om beide zijden van een kaart enzovoort op één pagina te kopiëren. Meerdere documenten op één vel Kopieën sorteren per Een ID-kaart kopiëren(P.
Pagina 219
Kopiëren Meerdere documenten op één vel kopiëren (N op 1) 1SFY-046 U kunt het formaat van een origineel met meerdere pagina´s reduceren, en alle pagina´s op één zijde van het papier rangschikken. U kunt het aantal vellen opslaan als het document kan worden gekopieerd op minder pagina´s dan die van het origineel.
Pagina 220
Kopiëren Kopieën sorteren per pagina 1SFY-047 Als u meerdere kopieën wilt gaan maken van originelen met meerdere pagina's, stel dan <Sorteren> in op <Aan> om de kopieën op paginavolgorde te sorteren. Deze functie is handig bij het voorbereiden van hand-outs voor vergaderingen of presentaties.
Pagina 221
Kopiëren Een ID-kaart kopiëren 1SFY-048 Gebruik <Kopie ID-kaart> om de voor- en achterzijde van een identiteitsbewijs op dezelfde zijde van een pagina te kopiëren. Deze functie is handig als u bijvoorbeeld een rijbewijs of paspoort gaat kopiëren. ● <Zoompercentage> wordt automatisch ingesteld op <100%>. Plaats de kaart op de glasplaat <Kopie ID-kaart>...
Pagina 222
Faxen Faxen Faxen ..................................215 ......................218 Scherm voor basisfuncties voor faxen ................... 219 Basishandelingen voor het verzenden van faxen ......................227 Het verzenden van faxen annuleren ............................... 228 Faxen ontvangen ....................232 Handige functies gebruiken bij het verzenden ............. 233 Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaal-instellingen) ......
Pagina 223
Faxen Faxen 1SFY-049 In dit hoofdstuk worden faxinstellingen, basishandelingen voor het faxen en verschillende andere nuttige functies beschreven, zoals Faxen via pc voor het rechtstreeks vanaf een computer verzenden van documenten, Adresboek voor het gemakkelijk opgeven van bestemmingen en Doorsturen zodat u faxen kunt ontvangen, ook wanneer u niet op kantoor bent.
Pagina 224
Faxen ◼ Faxen ontvangen manier zoals wilt Verschillende ontvangstmethoden(P. 239) Ontvangen documenten in het apparaat opslaan (ontvangst in geheugen)(P. 240) ◼ Alle ontvangen documenten doorsturen De ontvangen documenten automatisch doorsturen(P. 242) ◼ Faxen rechtstreeks vanaf uw computer versturen Faxen versturen vanaf uw computer(P. 246)
Pagina 225
Faxen ◼ Faxen verzenden en ontvangen via internet Internet Fax (I-Fax) gebruiken(P. 249)
Pagina 226
Faxen Scherm voor basisfuncties voor faxen 1SFY-04A Als u <Fax> in het scherm Start selecteert, verschijnt het scherm voor basisfuncties voor faxen, als u faxen verzendt. Tabblad <Bestem. inv.> Selecteer dit tabblad om direct een bestemming in te voeren. Tabblad <Bestemming opgeven>...
Pagina 227
Faxen Basishandelingen voor het verzenden van faxen 1SFY-04C Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen-procedure om een origineel te faxen. ● U moet enkele procedures doorlopen voordat u de faxfuncties kunt gebruiken. Begininstellingen configureren voor faxfuncties(P. 80) Plaats het origineel / de originelen. Originelen plaatsen(P.
Pagina 228
Faxen Selecteer een index. Index(P. 183) Schakel het selectievakje voor de gewenste bestemming in, en selecteer <Toepassen>. ● Als een bestemming is geselecteerd uit het <Adresboek> in het scherm Start, kan het scherm voor basisfuncties voor faxen verschijnen terwijl de geselecteerde bestemming blijft gespecificeerd. Opgeven uit kiescodenummers Getallen van drie cijfers (codes voor verkort kiezen) worden aan adressen in het Adresboek toegewezen.
Pagina 229
Faxen bestemming en het aantal bestemmingen getoond.) Bekijk de inhoud en selecteer, als alles juist is, <OK>. U kunt een andere bestemming opgeven door <Annuleren> te selecteren, en vervolgens de driecijferige code voor verkort kiezen opnieuw op te geven. Bestemmingen in het adresboek weergeven(P. 411) Bestemmingen direct invoeren Voor een bestemming die niet is opgeslagen in het adresboek, voert u deze in door een faxnummer in te voeren.
Pagina 230
Faxen Selecteer condities waaraan de gezochte gebruikersinformatie moet voldoen. ● Naam, faxnummers, e-mailadressen, namen van bedrijven, en bedrijfsunits zijn de criteria die beschikbaar zijn voor het zoeken naar bestemmingen. Voer de te zoeken tekenreeks in en selecteer <Toepassen>. ● Voor het invoeren van tekst raadpleegt u Tekst invoeren(P.
Pagina 231
Faxen ● U kunt ook eerder gebruikte bestemmingen opnieuw oproepen. Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaal-instellingen)(P. 233) Bestemmingen verwijderen Als u meerdere bestemmingen hebt opgegeven, kunt u indien nodig bestemmingen verwijderen. Selecteer <Bevestig bestemming>. Schakel het selectievakje voor de te verwijderen bestemming in, en selecteer <Verwijder vn best.>. ●...
Pagina 232
Faxen ◼ Scherpte aanpassen Selecteer <Scherpte> op het tabblad <TX/RX-instellingen> Stel de scherpte in <Toepassen> Voorbeeld: Als u met potlood geschreven tekst en lijnen scherper wilt maken Voorbeeld: Als u de weergave van foto's uit een tijdschrift wilt verbeteren Dubbelzijdige originelen scannen Het apparaat kan automatisch de voor- en achterzijde scannen van originelen in de invoer.
Pagina 233
Faxen ● Het apparaat kan de beide zijden van originelen namelijk niet automatisch scannen wanneer u de originelen op de glasplaat legt of wanneer Handmatig verzenden is ingeschakeld. Selecteer <2-zijdig origineel> op het tabblad <TX/RX-instellingen> Selecteer <Type boek> of <Type kalender>...
Pagina 234
Faxen ● Als u een geluid wilt horen als de handset van de haak is: <Alarm Handset van haak>(P. 551) KOPPELINGEN Het verzenden van faxen annuleren(P. 227) Handige functies gebruiken bij het verzenden(P. 232) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 244)
Pagina 235
Faxen Het verzenden van faxen annuleren 1SFY-04E Als u het verzenden van faxberichten wilt annuleren, onmiddellijk nadat u op <Start> hebt gedrukt, selecteert u <Annuleren> op de display of drukt u op op het bedieningspaneel. U kunt het verzenden van faxberichten ook annuleren na het controleren van de faxstatus.
Pagina 236
Faxen Faxen ontvangen 1SFY-04F In dit gedeelte worden de methoden beschreven voor het ontvangen van faxen. Er wordt ook uitgelegd hoe u de machine configureert voor het ontvangen van faxen. U moet enkele procedures uitvoeren met betrekking tot de faxfuncties voordat u de ontvangstinstellingen gaat opgeven. Begininstellingen configureren voor faxfuncties(P.
Pagina 237
Faxen ● U moet vooraf een telefoon of de optionele handset aansluiten op het apparaat. ● U kunt instellen dat faxen automatisch moeten worden ontvangen als een binnenkomende oproep een bepaalde tijd klinkt. <Omschakelen naar Auto RX>(P. 560) Wanneer de oproep een fax is De fax wordt automatisch ontvangen nadat u een signaal voor een binnenkomende oproep hebt gehoord.
Pagina 238
Faxen Als u <Fax/telefoon (automatisch schakelen)> kiest Geef desgewenst de drie volgende instellingen op. Selecteer <Toepassen> als u klaar bent. <Starttijd beltoon> Hier kunt u de periode opgeven waarin de machine bepaalt of een binnenkomende oproep een fax is of een telefoongesprek.
Pagina 239
Faxen KOPPELINGEN Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 244) Verschillende ontvangstmethoden(P. 239)
Pagina 240
Faxen Handige functies gebruiken bij het verzenden 1SFY-04H Dit gedeelte beschrijft hoe u een fax moet doorsturen naar een vooraf opgegeven bestemming, hoe u een fax moet verzenden na een telefoongesprek, en hoe u een kopie van een faxdocument moet opslaan. Eerder gebruikte Eerst een gesprek tot stand Een kopie van een verzonden...
Pagina 241
Faxen Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaal- instellingen) 1SFY-04J U kunt bestemmingen oproepen die u eerder hebt opgegeven. Als u een eerder gebruikte bestemming opgeeft, worden ook de laatst gebruikte faxinstellingen, zoals de dichtheid, voor die bestemming geselecteerd. ● Als <Beperk opnieuw verzenden vanuit log> is ingesteld op <Aan>, kunt u deze functie niet gebruiken. Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren(P.
Pagina 242
Faxen ➠ De geselecteerde bestemming en de faxinstellingen die toen is gebruikt, worden opgeven. U kunt ook de instellingen wijzigen voordat u verzendt. Bestemmingen verwijderen Als u naar meerdere bestemmingen hebt overgedragen, kunt u indien nodig bestemmingen verwijderen. Selecteer <Bevestig bestemming>. Schakel het selectievakje voor de te verwijderen bestemming in, en selecteer <Verwijder vn best.>.
Pagina 243
Faxen ➠ De faxen worden verzonden. KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 219)
Pagina 244
Faxen Eerst een gesprek tot stand brengen en dan een fax versturen (handmatig verzenden) 1SFY-04K U kunt faxen handmatig versturen aan het einde van een telefoongesprek. Wanneer u een pieptoon hoort over de telefoon, betekent dit dat de ontvanger probeert uw fax te ontvangen.
Pagina 245
Faxen Leg de handset op de haak. KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 219) Het verzenden van faxen annuleren(P. 227) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 244)
Pagina 246
Faxen Een kopie van een verzonden origineel bewaren 1SFY-04L U kunt een fax verzenden naar een opgegeven adres, maar u kunt gefaxte documenten ook verzenden naar een vooraf ingesteld adres voor opslag. Zo kunt u gemakkelijk een logboek bijhouden van wat u hebt verstuurd. U kunt als adres voor opslag een faxnummer opgeven, een e-mailadres, een gedeelde map op de computer, een FTP-server of een I-Fax.
Pagina 247
Faxen Verschillende ontvangstmethoden 1SFY-04R U kunt ontvangen faxen opslaan in het geheugen van het apparaat, zonder ze af te drukken. U kunt het papierafval beperken door de gedetailleerde informatie van faxdocumenten te controleren en uitsluitend nodige documenten af te drukken. Ontvangen documenten in het apparaat opslaan (ontvangst in geheugen)(P.
Pagina 248
Faxen Ontvangen documenten in het apparaat opslaan (ontvangst in geheugen) 1SFY-04S U kunt ontvangen faxberichten in het geheugen van het apparaat opslaan en ze later afdrukken. Met deze functie kan worden voorkomen dat onbevoegde personen onbedoeld vertrouwelijke documenten kunnen inzien. Documenten opslaan in het geheugen(P.
Pagina 249
Faxen ● Als er een tijdstip is opgegeven voor het uitschakelen van de functie, worden de documenten automatisch op dat tijdstip afgedrukt. <Menu> <Functie-instellingen> <Ontvangen/doorzenden> <Algemene instellingen> <Postvak IN fax/I-fax instellen> <Instellingen faxgeheugenslot> Selecteer <Uit> in <Gebruik geheugenslot> <Toepassen> Documenten in het geheugen controleren / doorsturen / verwijderen U kunt een schets van ieder in het geheugen opgeslagen document bekijken, inclusief faxnummers van afzenders en het aantal verzonden pagina's.
Pagina 250
Faxen De ontvangen documenten automatisch doorsturen 1SFY-04U U kunt instellen dat alle ontvangen documenten worden doorgestuurd naar bepaalde bestemmingen. U kunt zo altijd en overal faxen ontvangen, ook als u niet op kantoor bent. Instellingen opgeven voor documenten die automatisch moeten worden doorgestuurd(P. 242) Doorgestuurde documenten afdrukken(P.
Pagina 251
Faxen ◼ Documenten in het geheugen afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen Selecteer <Statusmonitor>. Selecteer <Fouten met doorzenden van faxen>. Selecteer het document dat u wilt afdrukken / opnieuw te verzenden / verwijderen. ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. ●...
Pagina 252
Faxen Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren 1SFY-04W De statuswaarden en communicatielogboeken voor verzonden en ontvangen faxdocumenten kunt u afzonderlijk controleren voor verzonden en ontvangen faxen. ● Wanneer <Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Uit>, kunt u de communicatielogboeken niet inzien. <Weergave opdrachtlog>(P.
Pagina 253
Faxen ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. Als er een driecijferig nummer wordt weergegeven bij <Fout> ● Maatregelen bij iedere foutcode(P. 671) Deze code vertegenwoordigt een foutcode. KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 219) Het verzenden van faxen annuleren(P. 227) Faxen ontvangen(P.
Pagina 254
Faxen Faxen versturen vanaf uw computer 1SFY-04X U kunt faxdocumenten die u met uw computertoepassing hebt gemaakt, rechtstreeks vanaf de computer faxen. U hoeft de documenten dan niet eerst af te drukken en u kunt zo toner en papier besparen. U moet de basis- faxinstellingen opgeven ( Begininstellingen configureren voor faxfuncties(P.
Pagina 255
Faxen Faxen verzenden vanaf een computer 1SFY-04Y ● Wanneer <Toestaan faxstuurprogramma TX> op het apparaat is ingesteld op <Uit>, kunt u geen faxen versturen vanaf een computer. Faxen verzenden vanaf een computer beperken(P. 413) ● U moet Beheer afdelings-id inschakelen in het faxstuurprogramma dat u gebruikt als deze functie is ingeschakeld op de machine.
Pagina 256
Faxen Herhaal de stappen 2 en 3 als u bestemmingen erbij wilt opgeven. ● U kunt een bestemming toevoegen door in stap 3 op [Volgende bestemming toevoegen] te klikken. ● Als u een nummer moet opgeven om een buitenlijn te kiezen, selecteert u [Gedetailleerde instellingen] [Add Outside Dialing Prefix to G3/G4/IP Fax Number] en typt u het nummer bij [Prefix voor buitenlijn].
Pagina 257
Faxen Internet Fax (I-Fax) gebruiken 1SFY-050 De functie Internet Fax (I-Fax) biedt u de mogelijkheid faxen te verzenden en te ontvangen over internet. De oorspronkelijke te faxen documenten worden als TIFF- beeldbestanden aan e-mailberichten gehecht. Omdat er geen telefoonverbinding wordt gebruikt, kunt u faxberichten versturen naar verre bestemmingen en documenten van vele pagina's versturen zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over de kosten van de communicatie.
Pagina 258
Faxen I-Faxen verzenden 1SFY-051 Als u een fax wilt versturen naar een computer of een ander toestel dat geschikt is voor I-Fax, geeft u niet een faxnummer op als de bestemming, maar een e-mailadres. Verstuurt u een I-Fax naar een computer, dan wordt deze verstuurt als een e-mail-attachment in TIFF-formaat.
Pagina 259
Faxen Schakel het selectievakje voor de gewenste bestemming in, en selecteer <Toepassen>. ● Als een bestemming is geselecteerd uit het <Adresboek> in het scherm Start, kan het scherm voor basisfuncties voor het verzenden van I-faxen verschijnen terwijl de geselecteerde bestemming blijft gespecificeerd.
Pagina 260
Faxen ● Wanneer <Bevestigen bij TX-kiescode> is ingesteld op <Aan>, wordt een scherm weergegeven dat de bestemming en de naam voor het nummer toont. (Voor Groepskiezen worden de naam van de bestemming en het aantal bestemmingen getoond.) Bekijk de inhoud en selecteer, als alles juist is, <OK>. U kunt een andere bestemming opgeven door <Annuleren>...
Pagina 261
Faxen Voer de te zoeken tekenreeks in en selecteer <Toepassen>. ● Voor het invoeren van tekst raadpleegt u Tekst invoeren(P. 133) . ● Als u meerdere zoekcriteria wilt opgeven, herhaalt u stappen 3 en 4. Selecteer <Zoekmethode>. Selecteer condities om het zoekresultaat weer te geven. <Met alle onderstaande voorwaarden>...
Pagina 262
Faxen ● Als u <LDAP-server> of <Mezelf opgeven als bestemming> hebt opgegeven, wordt de bestemming opgegeven in het veld <Aan>. ● <Cc> en <Bcc>-adressen kunnen alleen worden geselecteerd met <Adresboek> of <Kiescode>. Bestemmingen verwijderen Als u meerdere bestemmingen hebt opgegeven, kunt u indien nodig bestemmingen verwijderen. Selecteer <Bevestig bestemming>.
Pagina 263
Faxen Het antwoordadres opgeven Als u de ontvanger een antwoordadres wilt weergeven dat verschilt van het adres van het apparaat, moet u het hier opgeven. Selecteer het beoogde antwoordadres uit de in het adresboek geregistreerde bestemmingen. Als er geen bestemming is opgeslagen in het adresboek, raadpleegt u Bestemmingen opslaan(P.
Pagina 264
Faxen Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten(P. 423) Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. Scherm van externe UI(P. 424) Selecteer [TX-instellingen] [Netwerkinstellingen - E-mail-/I-faxinstellingen]. Klik op [Wissen] in [Postbus wissen]. Lees de melding die wordt weergegeven en klik op [OK].
Pagina 265
Faxen I-Faxen ontvangen 1SFY-052 ◼ Wanneer een I-Fax binnenkomt Wanneer een I-Fax binnenkomt, knippert het Data-lampje op het bedieningspaneel. Wanneer een I-Fax volledig is ontvangen, wordt het document automatisch afgedrukt en gaat het lampje uit. ● Om de ontvangst te annuleren, selecteert u <Statusmonitor> <RX-opdracht>...
Pagina 266
Afdrukken Afdrukken Afdrukken ................................259 ........................260 Afdrukken vanaf een computer ............................ 263 Afdrukken annuleren ....................... 266 Afdrukstatus en logboeken controleren ........................268 Verschillende afdrukmethoden ............269 Een met pincode beveiligd document afdrukken (Beveiligde afdruk) ......................270 Documenten beveiligd afdrukken ...........
Pagina 267
Afdrukken Afdrukken 1SFY-053 Er zijn tal van manieren om het apparaat als printer te gebruiken. U kunt documenten op uw computer afdrukken met behulp van het printerstuurprogramma of afbeeldingsbestanden afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat. Maak afhankelijk van uw wensen volledig gebruik van de afdrukfuncties. ◼...
Pagina 268
Afdrukken Afdrukken vanaf een computer 1SFY-054 Documenten die u met een programma op uw computer hebt gemaakt, kunt u afdrukken via het printerstuurprogramma. Het printerstuurprogramma heeft een aantal handige instellingen, zoals vergroten / verkleinen en dubbelzijdig afdrukken, waarmee u uw documenten op verschillende manieren kunt afdrukken. U kunt de afdrukfunctie van de machine pas gebruiken nadat u enkele procedures hebt doorlopen, zoals het installeren van het printerstuurprogramma op uw computer.
Pagina 269
Afdrukken ● Normaal gesproken moet u, voordat u gaat afdrukken, het formaat en het type papier opgeven dat is geladen in iedere papierbron. ● Als u <Prioriteit stuurprogr.instell. bij afdr.> instelt op <Aan>, kunt u afdrukken vanuit de papierbron die is <Prioriteit gedefinieerd in het printerstuurprogramma, ongeacht de papierinstellingen op het apparaat.
Pagina 270
Afdrukken - Als u afdrukt volgens deze methode, is er slechts een beperkt aantal instellingen beschikbaar. - Als het bericht [Er is iets met de printer. Ga naar het bureaublad om dit op te lossen.] wordt weergegeven, gaat u naar het bureaublad en volgt u de instructies in het dialoogvenster. Dit bericht verschijnt als de machine zodanig is ingesteld dat de gebruikersnaam wordt weergegeven tijdens taken zoals afdrukken.
Pagina 271
Afdrukken Afdrukken annuleren 1SFY-055 U kunt het afdrukken annuleren vanaf uw computer of vanaf het bedieningspaneel van de machine. Vanaf een computer(P. 263) Vanaf het bedieningspaneel(P. 264) Vanaf een computer U annuleert het afdrukken vanaf het pictogram van de printer dat wordt weergegeven in het systeemvak van het bureaublad.
Pagina 272
Afdrukken Annuleren vanuit een programma ● In sommige programma's verschijnt het onderstaande scherm. U kunt het afdrukken annuleren door te klikken op [Annuleren]. Vanaf het bedieningspaneel Annuleer het afdrukken met of <Statusmonitor>. ◼ Druk op om te annuleren Als op het scherm een lijst met documenten verschijnt wanneer u op hebt gedrukt Selecteer het document dat u wilt annuleren, en selecteer <Annuleren>...
Pagina 273
Afdrukken Afdrukstatus en logboeken controleren(P. 266)
Pagina 274
Afdrukken Afdrukstatus en logboeken controleren 1SFY-056 U kunt de actuele afdrukstatus en de logboeken voor afgedrukte documenten controleren. ● Wanneer <Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Uit>, kunt u de afdruklogboeken niet inzien. <Weergave opdrachtlog>(P. 577) Handig in de volgende situaties ●...
Pagina 275
Afdrukken ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. ● De weergegeven documentnaam of gebruikersnaam komt mogelijk niet overeen met de werkelijke document- of gebruikersnaam. Als er een driecijferig nummer wordt weergegeven bij <Fout> ● Maatregelen bij iedere foutcode(P. 671) Deze code vertegenwoordigt een foutcode.
Pagina 276
Afdrukken Verschillende afdrukmethoden 1SFY-057 Dit gedeelte beschrijft hoe u een document afdrukt door een pincode toe te voegen, en hoe u een bestand afdrukt dat is opgeslagen op een USB-geheugenapparaat, zonder gebruik te maken van een printerstuurprogramma. Een met pincode beveiligd document afdrukken Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (Beveiligde afdruk)(P.
Pagina 277
Afdrukken Een met pincode beveiligd document afdrukken (Beveiligde afdruk) 1SFY-058 Als u gaat afdrukken vanaf een computer, kunt u een pincode instellen voor een document. Het document blijft dan in het geheugen van de machine staan en wordt pas afgedrukt nadat op het bedieningspaneel van de machine de juiste pincode is ingevoerd.
Pagina 278
Afdrukken Documenten beveiligd afdrukken 1SFY-05A In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een document vanuit een programma kunt afdrukken als een beveiligd document. Er wordt eerst beschreven hoe u een beveiligd document naar de machine stuurt en daarna kunt u lezen hoe u het beveiligde document kunt afdrukken.
Pagina 279
Afdrukken Beveiligde documenten afdrukken Drukt beveiligde documenten af die naar het apparaat zijn verzonden. Als een geldige periode ( De periode instellen waarna beveiligde documenten worden verwijderd(P. 272) ) is verstreken, wordt het beveiligde document verwijderd uit het geheugen van het apparaat en kunt u het niet meer afdrukken. ●...
Pagina 280
Afdrukken De periode instellen waarna beveiligde documenten worden verwijderd U kunt de geldige periode wijzigen vanaf het moment dat beveiligde documentgegevens naar het apparaat zijn verzonden tot het moment dat ze zijn verwijderd. Selecteer <Menu> in het scherm Start. Het scherm Start(P. 124) Selecteer <Functie-instellingen>.
Pagina 281
Afdrukken Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenmedia) 1SFY-05C U kunt bestanden rechtstreeks afdrukken door een USB-geheugenapparaat op het apparaat aan te sluiten. Met behulp van deze functie kunt u afdrukken zonder gebruik te maken van een computer. Voor meer informatie over de beschikbare USB-geheugenapparaten en hoe u het USB-geheugenapparaat plaatst / verwijdert, raadpleegt u USB-geheugenapparaat plaatsen(P.
Pagina 282
Afdrukken Voorbeeld Details ● U kunt de inhoud van een PDF-bestand niet bekijken. ● U kunt de methode van bestandsweergave opgeven voor het weergeven van het scherm <Standaard weergave-instellingen>(P. 569) <Geheugenmedia afdruk>. De sorteervolgorde van bestanden wijzigen U kunt de sorteervolgorde wijzigen van de bestanden op een USB-geheugenapparaat. ●...
Pagina 283
Afdrukken Gebruik voor het afdrukken van bestanden het papier dat in de multifunctionele lade is geplaatst. Gebruik voor het afdrukken van bestanden het papier dat in de papierlade (lade 1) van het apparaat is geplaatst. Gebruik voor de kopieën het papier dat in de optionele cassette feeding module (lade 2) is geplaatst.
Pagina 284
Afdrukken Hiermee wordt zodanig op beide kanten van het papier afgedrukt dat de afgedrukte pagina ´s verticaal worden geopend nadat ze zijn ingebonden. ● <2-zijdig afdrukken> is eventueel niet voor alle formaten of soorten papier beschikbaar. Geschikt papier(P. 714) <N op 1> ●...
Pagina 285
Afdrukken <2-zijdig afdrukken> U kunt dubbelzijdige afdrukken maken. Selecteer de inbindpositie. <N op 1> (Uitsluitend JPEG-bestanden) Drukt data voor meerdere pagina's met beelddata op dezelfde kant van een vel papier. U kunt het aantal pagina's opgeven dat op één kant van een vel papier moet worden afgedrukt. Bijvoorbeeld: om vier pagina's op één kant van een vel papier af te drukken, selecteert u <4 op 1>.
Pagina 286
Afdrukken <2-zijdig afdrukken> U kunt dubbelzijdige afdrukken maken. Selecteer de inbindpositie. <N op 1> Drukt data voor meerdere pagina's met beelddata op dezelfde kant van een vel papier. U kunt het aantal pagina's opgeven dat op één kant van een vel papier moet worden afgedrukt. Bijvoorbeeld: om vier pagina's op één kant van een vel papier af te drukken, selecteert u <4 op 1>.
Pagina 287
Afdrukken <Uit> Geen aantekeningen afdrukken. <Automatisch> Drukt alleen deze aantekeningen af die volgens opgaaf in het PDF-bestand moeten worden afgedrukt. <Wachtwoord om doc. te openen> U kunt een door een wachtwoord beveiligd PDF-bestand afdrukken door het juiste wachtwoord in te voeren. Voer het wachtwoord in, en selecteer <Toepassen>.
Pagina 288
Afdrukken <Densiteit>(P. 502) voor de Stel de voor het afdrukken gebruikte tonerdichtheid in. Raadpleeg beschrijving van de instelling. <Tonerbesparing> Als u <Aan> selecteert, vindt het afdrukken plaats in de spaarstand. Selecteer <Aan> als u de layout of andere prestatiekenmerken wilt controleren voordat u verder gaat met het definitief afdrukken van een grote afdruktaak.
Pagina 289
Afdrukken KOPPELINGEN <Bestanden opslaan/gebruiken>(P. 564)
Pagina 290
Scannen Scannen Scannen ................................283 ......................285 Scherm voor basisfuncties voor scannen ..................288 Basishandelingen voor het scannen van originelen ......................289 Scannen, en op een computer opslaan ....................291 Data opslaan op een USB-geheugentoestel ........ 295 Data via e-mail verzenden of data opslaan in een gedeelde map of op een FTP-server ....................
Pagina 291
Scannen Scannen 1SFY-05E U kunt originele documenten scannen door het bedieningspaneel van het apparaat of een programma op een computer te gebruiken. Welke manier u ook gebruikt, de gescande originelen worden geconverteerd naar elektronische bestandsindelingen zoals PDF-bestanden. Gebruik de scanfunctie om omvangrijke papieren documenten te converteren naar bestanden zodat u deze gemakkelijk kunt ordenen.
Pagina 292
Scannen ◼ Efficiënt, betrouwbaar U kunt instructies vinden over hoe u het rendement bij het verzenden van data verbetert, en beschrijvingen van handige instellingen. Handige scanfuncties(P. 312) ◼ Scannen vanaf een computer U kunt originelen die op het apparaat zijn geplaatst, scannen vanaf een computer. De gescande originelen worden opgeslagen op de computer.
Pagina 293
Scannen Scherm voor basisfuncties voor scannen 1SFY-05F Als u <Scannen> in het scherm Start selecteert, verschijnt het scherm voor Basisbewerkingen voor scannen. <Computer> De gescande data opslaan op een computer. Scherm met basisfuncties voor computer-scannen(P. 285) <Scanner op afstand> Plaatst het apparaat in de online-status als originelen vanaf een computer worden gescand. Scannen via de computer (extern scannen)(P.
Pagina 294
Scannen Type scan Scannen, en op een computer opslaan(P. 289) Selecteer de scan-instelling. <Start> Start het scannen met deze knop. Scherm met basisfuncties voor USB-scannen Verzendinstellingen Het origineel wordt gescand op basis van de hier opgegeven instellingen. <Reset> U kunt de standaard instellingen gezamenlijk herstellen. <Start>...
Pagina 295
Scannen Tabblad <Verzendinstellingen> Selecteer dit tabblad om de scaninstellingen op te geven. <Bevestig bestemming> U kunt de naam en het adres van de opgegeven bestemming controleren of veranderen, maar ook het aantal bestemmingen. <Reset> U kunt de standaard instellingen gezamenlijk herstellen. <Start>...
Pagina 296
Scannen Basishandelingen voor het scannen van originelen 1SFY-05H Dit gedeelte beschrijft de basisprocedures voor het scannen van originelen. ◼ Scannen Scannen, en op een computer Data opslaan op een USB- Data via e-mail verzenden of data opslaan(P. 289) geheugentoestel(P. 291) opslaan in een gedeelde map of op een FTP-server(P.
Pagina 297
Scannen Scannen, en op een computer opslaan 1SFY-05J De procedure van het scannen van een origineel en het opslaan op een computer kan alleen worden uitgevoerd wanneer vanaf het apparaat wordt gescand. Voer de scan uit terwijl u opgeeft op welke computer de originelen worden opgeslagen, geef op of de originelen in kleur of in zwart-wit worden gescand, of de originelen worden opgeslagen als PDF- of JPEG-bestanden en geef de overige instellingen op.
Pagina 298
Scannen Als u in stap 1 originelen in de documentinvoer plaatst Wanneer het scannen is voltooid, wordt de doelmap voor de opslag op de computer weergegeven. Wanneer u in stap 1 originelen op de glasplaat legt Volg, wanneer het scannen is voltooid, onderstaande procedure (behalve als u JPEG als bestandsformaat hebt geselecteerd).
Pagina 299
Scannen Data opslaan op een USB-geheugentoestel 1SFY-05K Dit gedeelte beschrijft hoe u het origineel scant, en de gescande gegevens opslaat op een USB-geheugenapparaat. ● Voordat u data op een USB-geheugenapparaat opslaat, moet u dit apparaat in de USB-poort steken. Voor informatie over de beschikbare USB-geheugenapparaten en hoe u het USB-geheugenapparaat plaatst / verwijdert, raadpleegt u Een USB-geheugenapparaat plaatsen(P.
Pagina 300
Scannen Een bestandsindeling selecteren U kunt selecteren in welk bestandformaat originelen worden gescand. Kies uit PDF/JPEG/TIFF. Met PDF kunt u kiezen uit Compact PDF met een kleinere gegevensomvang, of het PDF-formaat waarmee u tekst kunt zoeken, inclusief tekstgegevens die zijn gescand met OCR (optical character recognition). U kunt ook een PDF-bestand maken met extra veiligheid, door gegevens te coderen of een handtekening toe te voegen.
Pagina 301
Scannen De afdrukstand van het origineel opgeven U kunt de afdrukstand instellen op Staand of Liggend. <Stand origineel> De originele afdrukrichting selecteren Dubbelzijdige originelen scannen Het apparaat kan automatisch de voor- en achterzijde scannen van originelen in de invoer. ● Het apparaat kan de beide zijden van originelen niet automatisch scannen wanneer u de originelen op de glasplaat legt.
Pagina 302
Scannen ➠ Het scannen van het origineel start. ● Het verzenden van documenten Als u wilt annuleren, selecteer dan <Annuleren> <Ja>. annuleren(P. 304) Als u in stap 1 originelen in de documentinvoer plaatst Het opslaan start zodra het scannen is voltooid. Wanneer u in stap 1 originelen op de glasplaat legt Volg, wanneer het scannen is voltooid, onderstaande procedure (behalve als u JPEG als bestandsformaat hebt geselecteerd).
Pagina 303
Scannen Data via e-mail verzenden of data opslaan in een gedeelde map of op een FTP-server 1SFY-05L Dit gedeelte beschrijft de procedures voor het scannen van originelen, en het rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden van de gescande data, door ze aan een e-mailbericht toe te voegen, of ze op te slaan in een gedeelde map of op een FTP-server.
Pagina 304
Scannen ● U moet bestemmingen opslaan in het adresboek om deze functie te kunnen gebruiken. Bestemmingen opslaan(P. 183) ● Het adres van de gedeelde map of de FTP-server registreren vanaf een computer. Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie(P. 96) Bestemmingen vanaf een externe UI registreren(P.
Pagina 305
Scannen Selecteer <Kiescode> op het tabblad <Bestemming opgeven>. Selecteer <Aan>. Voer een code van drie cijfers in. ● Als u een onjuiste waarde hebt ingevoerd, wist u deze met behulp van Als er bevestigingsscherm verschijnt ● Wanneer <Bevestigen bij TX-kiescode> is ingesteld op <Aan>, wordt een scherm weergegeven dat de bestemming en de naam voor het nummer toont.
Pagina 306
Scannen ● LDAP-servers U moet de instellingen voor verbinding met een LDAP-server vooraf opgeven. registreren(P. 65) Selecteer <LDAP-server> op het tabblad <Bestemming opgeven>. Selecteer de LDAP-server die u gebruikt. Selecteer condities waaraan te zoeken gebruikersinformatie moet voldoen. ● Naam, faxnummers, e-mailadressen, namen van bedrijven, en bedrijfsunits zijn de criteria die beschikbaar zijn voor het zoeken naar bestemmingen.
Pagina 307
Scannen ● Als er een verificatiescherm verschijnt wanneer u <Zoeken starten> selecteert, voert u de gebruikersnaam van het apparaat en het bijbehorende wachtwoord in die zijn geregistreerd op de LDAP-server en selecteert u vervolgens <Toepassen>. LDAP-servers registreren(P. 65) Schakel het selectievakje in voor de gebruiker die u wilt opgeven als bestemming, en selecteer <Toepassen>.
Pagina 308
Scannen De afdrukstand van het origineel opgeven Dubbelzijdige originelen scannen Het scanformaat van het origineel opgeven U kunt het scanformaat van het origineel opgeven. Selecteer <Scanformaat> op het tabblad <Verzendinstellingen> Selecteer het originele formaat Een bestandsindeling selecteren U kunt selecteren in welk bestandformaat originelen worden gescand. Kies uit PDF/ JPEG/TIFF.
Pagina 309
Scannen ◼ Een PDF-bestand op pagina indelen Geef op of u het origineel met meerdere pagina's wilt omzetten in één PDF-bestand, of voor iedere pagina een afzonderlijk PDF-bestand wilt maken. Deze instelling kunt u voor ieder PDF-formaat configureren. Selecteer <Bestandsindeling> <PDF-details instellen>...
Pagina 310
Scannen Selecteer <2-zijdig origineel> op het tabblad <Verzendinstellingen> Selecteer <Type boek> of <Type kalender> <Type boek> Selecteer deze optie voor originelen waarvan de afbeeldingen op de voor- en achterzijde dezelfde afdrukrichting hebben. <Type kalender> Selecteer deze optie voor originelen waarvan de afbeeldingen op de voor- en achterzijde niet tegenovergestelde afdrukrichting hebben.
Pagina 311
Scannen Bestandsnaam van het verzonden document ● De eerste naam van een verzonden document wordt automatisch toegewezen op basis van de volgende indeling: 'nummer voor communicatiebeheer (vier cijfers)_datum tijdstip verzenden_documentnummer (drie cijfers).bestandsnaamextensie'. Als een verzendfout voor de e-mail optreedt Foutmeldingen worden soms verstuurd naar het e-mailadres dat is ingesteld op het apparaat. Als u het ongewijzigd laat, kan dat ertoe leiden (afhankelijk van de mailserver) dat er niet voldoende capaciteit overblijft in de postbus.
Pagina 312
Scannen Het verzenden van documenten annuleren 1SFY-05R Als u het verzenden van documenten wilt annuleren, onmiddellijk nadat u <Start> selecteert, selecteert u <Annuleren> op de display of drukt u op . U kunt het verzenden van faxberichten ook annuleren na het controleren van de status van de verzending.
Pagina 313
Scannen Status en logboek van gescande originelen controleren 1SFY-05S U kunt de actuele status en de logboeken van gescande originelen direct vanaf het apparaat controleren. ● Als <Weergave opdrachtlog> is ingesteld op <Uit>, kunt u de logboeken voor verzonden documenten niet <Weergave opdrachtlog>(P.
Pagina 314
Scannen ● Deze code vertegenwoordigt een foutcode. Maatregelen bij iedere foutcode(P. 671) KOPPELINGEN Basishandelingen voor het scannen van originelen(P. 288) Het verzenden van documenten annuleren(P. 304) Rapporten en lijsten afdrukken(P. 618)
Pagina 315
Scannen Helder scannen 1SFY-05U Als u bestanden maakt voor brochures die veel afbeeldingen bevatten of met stiften / potloden geschreven rapporten, kunt u de dichtheid en helderheid aanpassen voor een helderder beeld. Beeldkwaliteit aanpassen(P. 308) Dichtheid aanpassen(P. 309) Scherpte bij het scannen instellen (scherpte)(P.
Pagina 316
Scannen Beeldkwaliteit aanpassen 1SFY-05W U kunt de beeldkwaliteit voor de scan selecteren op basis van het type origineel, zoals originelen met alleen tekst, originelen met grafieken en tabellen, of tijdschriftfoto's. Data opslaan op een USB-geheugentoestel <Scannen> <USB-geheugen> <Type origineel> Selecteer het type origineel. Data via e-mail of I-Fax verzenden, of data opslaan op de server <Scannen>...
Pagina 317
Scannen Dichtheid aanpassen 1SFY-05X U kunt de dichtheid van de scan aanpassen als de tekst of afbeeldingen in een origineel te licht of te donker zijn. Data opslaan op een USB-geheugentoestel <Scannen> <USB-geheugen> <Densiteit> De dichtheid instellen <Toepassen> Data via e-mail of I-Fax verzenden, of data opslaan op de server <Scannen>...
Pagina 318
Scannen Scherpte bij het scannen instellen (scherpte) 1SFY-05Y U kunt de scherpte van de afbeelding aanpassen. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren. Data opslaan op een USB-geheugentoestel <Scannen>...
Pagina 319
Scannen KOPPELINGEN Basishandelingen voor het scannen van originelen(P. 288) I-Faxen verzenden(P. 250) Dichtheid aanpassen(P. 309)
Pagina 320
Scannen Handige scanfuncties 1SFY-060 Het apparaat kent veel handige functies, zoals een mogelijkheid beveiligde PDF-bestanden te creëren zodat er niet mee kan worden geknoeid, en een mogelijkheid gegevens nogmaals naar eerder opgegeven bestemmingen te verzenden. De beveiliging van elektronische De juiste balans tussen Eerder gebruikte zend-/ bestanden verbeteren(P.
Pagina 321
Scannen De beveiliging van elektronische bestanden verbeteren 1SFY-061 Digitale bestanden zijn kwetsbaar wat veiligheid betreft, omdat ze gemakkelijk kunnen worden ingezien of worden veranderd zonder dat er een spoor achterblijft. Bij het scannen van belangrijke documenten kunt u de juiste maatregelen nemen zoals gegevens coderen, en een toestel-handtekening zetten om de veiligheid te verbeteren.
Pagina 322
Scannen Selecteer <Encryptie>. Selecteer het codeerniveau. <Acrobat 7.0 of later/128-bits AES> Codeer het bestand in de 128-bit klasse, wat later door Adobe Acrobat 7.0 of recenter kan worden geopend. <Acrobat 10.0 of equivalent/256-bits AES> Codeer het bestand in de 256-bit klasse, wat later door Adobe Acrobat 10.0 kan worden geopend. ●...
Pagina 323
Scannen Ga naar <PDF-details instellen>. Data opslaan op een USB-geheugentoestel ● Selecteer <Bestandsindeling> <PDF-details instellen>. E-mail verzenden of data opslaan in een gedeelde map of op een FTP-server ● Selecteer <Bestandsindeling> <PDF-details instellen> op het tabblad <Verzendinstellingen>. Selecteer het type PDF-indeling. ●...
Pagina 324
Scannen De juiste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit kiezen 1SFY-062 U kunt de comprimeerverhouding van het bestand opgeven wanneer u gescande originelen converteert naar de JPEG-indeling. Als u <Klein: Geheugenprioriteit> selecteert, wordt een hogere compressieverhouding gebruikt dan normaal en is het resultaat een kleiner bestand met een lagere beeldkwaliteit.
Pagina 325
Scannen Eerder gebruikte zend-/opslaaninstellingen oproepen (herhaal-instellingen) 1SFY-063 U kunt een bestemming selecteren uit de laatst gebruikte bestemmingen. Als u een eerder gebruikte bestemming opgeeft, worden ook de laatst gebruikte scaninnstellingen, zoals de dichtheid, voor die bestemming geselecteerd. ● Als <Beperk opn. verz. vanuit log> is ingesteld op <Aan>, kunt u deze functie niet gebruiken. Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren(P.
Pagina 326
Scannen ➠ De geselecteerde bestemming en de scaninstellingen ervan worden opgegeven. U kunt voorafgaand aan het verzenden de instellingen ook wijzigen. Als u bestemmingen wilt wissen (e-mail/I-Fax) Als u meerdere bestemmingen hebt opgegeven, kunt u indien nodig bestemmingen verwijderen. Selecteer <Bevestig bestemming>. Schakel het selectievakje voor de te verwijderen bestemming in, en selecteer <Verwijder vn best.>.
Pagina 327
Scannen Als het scherm <Bestandsauthenticatie> of <SMTP-authenticatie> verschijnt ● Voer naam en wachtwoord van de gebruiker in en selecteer <Toepassen>. KOPPELINGEN Basishandelingen voor het scannen van originelen(P. 288) I-Faxen verzenden(P. 250)
Pagina 328
Scannen E-mailinstellingen opgeven 1SFY-064 Als u een gescand origineel aan een e-mail toevoegt, kunt u voorafgaand aan het verzenden ervan het onderwerp, de tekst, het antwoordadres en de prioriteit opgeven. Plaats het origineel / de originelen. Originelen plaatsen(P. 137) Selecteer <Scannen> in het scherm Start. Het scherm Start(P.
Pagina 329
Scannen Bestemmingen bestemmingen. Als er geen bestemming is opgeslagen in het adresboek, raadpleegt u opslaan(P. 183) . Selecteer <Antwoord aan> op het tabblad <Verzendinstellingen>. Selecteer <Opgeven uit adresboek>. Schakel het selectievakje voor het gewenste antwoordadres in, en selecteer <Toepassen>. Prioriteit instellen Selecteer <Prioriteit>...
Pagina 330
Scannen KOPPELINGEN Status en logboek van gescande originelen controleren(P. 305)
Pagina 331
Scannen Scannen via de computer (extern scannen) 1SFY-065 Om vanaf een computer te scannen, kunt u MF Scan Utility gebruiken, of een toepassing zoals een beeldverwerkings- of tekstverwerkingsprogramma. Als u het met het apparaat meegeleverde ScanGear MF gebruikt, kunt u geavanceerde scaninstellingen configureren ( ScanGear MF gebruiken(P.
Pagina 332
Scannen Documenten vanuit een toepassing scannen 1SFY-066 U kunt originelen scannen vanuit applicaties zoals software voor beeldverwerking of tekstverwerking. De gescande afbeelding wordt rechtstreeks in het programma geladen waardoor u de afbeelding onmiddellijk kunt bewerken of verwerken. De volgende procedure verschilt afhankelijk van het programma. ●...
Pagina 333
Scannen KOPPELINGEN ScanGear MF gebruiken(P. 326)
Pagina 334
Scannen ScanGear MF gebruiken 1SFY-067 ScanGear MF is een scanner-stuurprogramma dat bij het apparaat wordt geleverd. U kunt ScanGear MF gebruiken om bij het scannen gedetailleerde scaninstellingen op te geven. Hoe ScanGear MF wordt gestart, hangt af van de manier waarop vanaf de computer wordt gescand.
Pagina 335
Aan mobiele apparaten koppelen Aan mobiele apparaten koppelen Aan mobiele apparaten koppelen ......................328 ........................329 Verbinden met mobiele apparaten .............. 330 Verbinding maken via een draadloos LAN router (LAN-verbinding) ....................... 332 Direct verbinden (toegangspuntmodus) ....................336 Het apparaat door toepassingen gebruiken ............................
Pagina 336
Aan mobiele apparaten koppelen Aan mobiele apparaten koppelen 1SFY-068 Door het apparaat te koppelen aan een mobiel toestel, zoals een smartphone of tablet, kunt u gemakkelijk een juiste toepassing gebruiken voor het afdrukken of een andere bewerking. Tevens kunt u met behulp van een mobiel toestel gebruiken het apparaat op afstand bedienen om de afdrukstatus te bevestigen en de instellingen van het apparaat te wijzigen.
Pagina 337
Aan mobiele apparaten koppelen Verbinden met mobiele apparaten 1SFY-069 Er zijn twee manieren om een mobiel apparaat te verbinden met het apparaat: via draadloos LAN router, en draadloos en rechtstreeks met het apparaat communiceren. Selecteer de verbindingsmethode die het beste bij uw communicatie-omgeving en apparaten past.
Pagina 338
Selecteer <LAN-verbinding> en ga verder met de procedure, als het scherm <Directe verbinding> verschijnt nadat <Mobiele portal> is geselecteerd in de onderstaande procedure. ● Voor informatie over besturingssystemen die compatibel zijn met Canon PRINT Business, de gedetailleerde instelprocedure, en de bedieningsprocedure, raadpleegt u de toepassingen-help of de Canon (http:// www.canon.com/gomp/).
Pagina 339
Verbinden met behulp van de NFC (Android) Voordat u het NFC gebruikt, controleert u of <Gebruik NFC> is ingesteld op <Aan>. <Gebruik NFC>(P. 577) Start Canon PRINT Business op het mobiele toestel. Het apparaat door toepassingen gebruiken(P. 336) Schakel de NFC-instellingen van het mobiele toestel in.
Pagina 340
Aan mobiele apparaten koppelen Direct verbinden (toegangspuntmodus) 1SFY-06C Zelfs in een omgeving zonder draadloos LAN router kunt u met behulp van de 'Toegangspuntmodus', die rechtstreeks een draadloze verbinding tot stand kan brengen tussen het apparaat en uw mobiele toestel, verbinding maken tussen het aanwezige mobiele toestel en het apparaat, zonder moeilijke instellingen.
Pagina 341
Aan mobiele apparaten koppelen Canon PRINT Business ● Voor informatie over besturingssystemen die compatibel zijn met Canon PRINT Business, de gedetailleerde instelprocedure, en de bedieningsprocedure, raadpleegt u de toepassingen-help of de Canon (http:// www.canon.com/gomp/). Direct verbinden ● Het kan even duren voordat de verbinding van het apparaat en het mobiele apparaat is gerealiseerd.
Pagina 342
Het scherm Start(P. 124) ● Als reeds enig mobiel toestel is verbonden, gaat u naar stap 3. Selecteer <Start>. Start Canon PRINT Business op het mobiele toestel. Het apparaat door toepassingen gebruiken(P. 336) Schakel de NFC-instellingen van het mobiele toestel in.
Pagina 343
Aan mobiele apparaten koppelen ● Als de status zonder dataoverdracht tussen een mobiel toestel en het apparaat voortduurt tijdens communicatie via Directe verbinding, kan de communicatie stoppen. ● Spaarstand of sluimermodus reduceren bij een Directe verbinding. ● Als het apparaat wordt gebruikt met een draadloos LAN, moet u het apparaat met het draadloos LAN verbonden houden met behulp van een directe verbinding.
Pagina 344
Help van de toepassing of de Canon website (http://www.canon.com/gomp/). ● U kunt Canon PRINT Business gratis downloaden, maar er zijn kosten verbonden aan de internet-verbinding. ◼ Afdrukken met Canon Print Service U kunt gemakkelijk afdrukken vanaf het toepassingenmenu dat het Android afdruk-subsystem ondersteunt.
Pagina 345
Aan mobiele apparaten koppelen AirPrint gebruiken 1SFY-06F Dit gedeelte beschrijft de instellingen die nodig zijn om AirPrint te gebruiken en de te verrichten procedures bij gebruik van Apple toestellen. AirPrint-instellingen AirPrint-instellingen configureren(P. 337) Het scherm voor AirPrint weergeven(P. 340) Functies van AirPrint Afdrukken met AirPrint(P.
Pagina 346
Aan mobiele apparaten koppelen Geef de vereiste instellingen op. [AirPrint gebruiken] Schakel dit selectievakje in als u wilt afdrukken met AirPrint. Schakel het selectievakje uit als u AirPrint wilt uitschakelen. [Printernaam] Voer de naam van het apparaat in. Als een mDNS-naam reeds is geregistreerd in [mDNS-instellingen] ( DNS configureren(P.
Pagina 347
Aan mobiele apparaten koppelen ● Als u de printernaam invoert, kunt u meerdere printers die compatibel zijn met AirPrint gemakkelijker identificeren. ◼ Instelling van beschikbare functies in AirPrint wijzigen Als u ongebruikte functies in AirPrint wilt uitschakelen of als u de communicatie wilt versleutelen, configureert u de desbetreffende instelling met behulp van het bedieningspaneel.
Pagina 348
Aan mobiele apparaten koppelen <Menu> <Voorkeuren> <Netwerk> <TCP/IP-instellingen> <Network Link Scan- instellingen> Stel <Gebruik TLS> in op <Uit> of <Aan> <Toepassen> Het scherm voor AirPrint weergeven U kunt het scherm van AirPrint weergeven en zo niet alleen toegang krijgen tot de verschillende AirPrint-instellingen, maar ook gegevens van verbruiksartikelen bekijken, zoals papier en tonercartridge.
Pagina 349
Aan mobiele apparaten koppelen [AirPrint-instellingen] Hiermee kunt u de waarden controleren die zijn ingevoerd in de AirPrint-instellingen, zoals de naam en locatie van het apparaat. U kunt op [Bewerken] klikken om de instellingen te veranderen. [Andere instellingen] [Beveiligingsinstellingen voor afdrukken] Configureer de beveiligingsinstellingen voor afdrukken met behulp van TLS of authenticatie.
Pagina 350
Aan mobiele apparaten koppelen Afdrukken met AirPrint 1SFY-06H U kunt afdrukken vanaf een iPad, iPhone, iPod touch, of Mac zonder dat u het printerstuurprogramma hoeft te gebruiken. Afdrukken vanaf een iPad, iPhone of iPod touch(P. 342) Afdrukken vanaf een Mac(P. 343) Systeemvereisten Voor het afdrukken met AirPrint is één van de volgende Apple toestellen vereist.
Pagina 351
Aan mobiele apparaten koppelen Tik in het programma op het Apple-apparaat op om de menuopties weer te geven. Tik op [Druk af]. Selecteer dit apparaat uit de lijst [Printer]. ● De printers in het netwerk worden hier weergegeven. Selecteer dit apparaat. ●...
Pagina 352
Aan mobiele apparaten koppelen Geef de gewenste afdrukinstellingen op. ● De beschikbare instellingen en papierformaten verschillen afhankelijk van de applicatie die u gebruikt. Klik op [Druk af]. ➠ Het afdrukken wordt gestart.
Pagina 353
Aan mobiele apparaten koppelen Scannen met AirPrint 1SFY-06J U kunt met AirPrint de gegevens die door het apparaat zijn gescand, direct overzenden naar een Mac. Systeemvereisten Als u wilt scannen met AirPrint, hebt u een Mac nodig met daarop OS X 10.9 of later geïnstalleerd. Als u wilt scannen met TLS, hebt u een Mac nodig met daarop OS X 10.11 of later geïnstalleerd.
Pagina 354
Aan mobiele apparaten koppelen Klik op [Open scanner]. ➠ Het [Scanner]-wordt weergegeven. Configureer de scaninstellingen. Klik op [Scan]. ➠ Het origineel wordt gescand, en de afbeelding wordt weergegeven.
Pagina 355
Aan mobiele apparaten koppelen Faxen met AirPrint 1SFY-06K U kunt faxen verzenden vanaf een Mac bijna zoals u afdrukt vanaf een Mac. Systeemvereisten Wilt u faxen verzenden met AirPrint, dan hebt u een Mac nodig met OS X 10.9 of later daarop geïnstalleerd. Netwerkomgeving Eén van de volgende omgevingen is vereist.
Pagina 356
Aan mobiele apparaten koppelen Klik op [Fax]. ➠ Het verzenden van de fax wordt gestart.
Pagina 357
Aan mobiele apparaten koppelen Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is 1SFY-06L Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is, probeer dan een van de volgende oplossingen. ● Controleer dat het apparaat is ingeschakeld. Als het apparaat is ingeschakeld, schakel het dan eerst uit, wacht ten minste 10 seconden en zet het vervolgens weer aan en kijk of het probleem is verholpen.
Pagina 358
Aan mobiele apparaten koppelen Google Cloudprinter gebruiken 1SFY-06R Google Cloudprinter is een service waarmee een gebruiker met een Google-account met behulp van toepassingen die compatibel zijn Google Cloudprinter, kan afdrukken vanaf een smartphone, tablet of computer. In tegenstelling tot conventioneel afdrukken vanaf een computer, heeft het geen printerstuurprogramma nodig. De instellingen van het apparaat controleren(P.
Pagina 359
Aan mobiele apparaten koppelen ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt Menuopties instellen via de UI op afstand(P. 431) . via de externe UI, raadpleegt u Start de externe UI en meld u aan als een beheerder. De UI op afstand starten(P.
Pagina 360
Aan mobiele apparaten koppelen Het apparaat via afstandsbediening beheren 1SFY-06S U kunt de externe UI gebruiken vanaf een webbrowser die op uw smartphone of tablet is geïnstalleerd. Zo kunt u vanaf een mobiel toestel de status van het apparaat controleren en verschillende instellingen realiseren. Geschikte webbrowsers De volgende webbrowsers ondersteunen de externe UI voor mobiele toestellen.
Pagina 361
Het apparaat beheren Het apparaat beheren Het apparaat beheren ..........................355 ........................357 Toegangsmachtigingen instellen ................... 358 De systeembeheerders-ID en pincode instellen ........................360 Afdeling-ID beheer configureren ..................... 366 Een pincode instellen voor UI op afstand ..........................368 LDAP-Server-authenticatie ......................372 De netwerkinstellingen configureren ..................
Pagina 362
Het apparaat beheren ............................441 De Firmware updaten ............................. 443 Initialiseer instellingen...
Pagina 363
Het apparaat beheren Het apparaat beheren 1SFY-06U Om de verschillende risico's bij het gebruik van dit apparaat (bijvoorbeeld lekken van persoonlijke informatie of onbevoegd gebruik door derden) te verminderen, zijn constante en effectieve veiligheidsmaatregelen vereist. Een beheerder moet belangrijke instellingen beheren (zoals toegang tot veiligheidsinstellingen) om te garanderen dat het apparaat veilig wordt gebruikt.
Pagina 364
Het apparaat beheren ◼ De systeemconfiguratie en -instellingen beheren De Firmware updaten(P. 441) Initialiseer instellingen(P. 443)
Pagina 365
Het apparaat beheren Toegangsmachtigingen instellen 1SFY-06W Beveilig het apparaat tegen toegang door onbevoegden door alleen gebruikers met toegangsrechten toe te staan het apparaat te gebruiken. Toegangsrechten worden apart ingesteld voor systeembeheerders, algemene gebruikers en de UI op afstand. Wanneer toegangrechten zijn ingesteld, moet de gebruiker een ID en pincode invoeren als hij of zij wil afdrukken of instellingen wil wijzigen.
Pagina 366
Het apparaat beheren De systeembeheerders-ID en pincode instellen 1SFY-06X Stel het account voor de systeembeheerder 'ID systeembeheerder' in. U kunt ook een pincode instellen bij de ID systeembeheerder. Als de 'ID systeembeheerder' is opgegeven, hebt u bijvoorbeeld uitsluitend beheerdersrechten- toegang tot <Netwerk> en <Beheerinstellingen> als de ID systeembeheerder en bijbehorende pincode juist zijn ingevoerd.
Pagina 367
Het apparaat beheren ● Vergeet uw pincode niet. Weet u uw pincode niet meer, neem dan contact op met de plaatselijke officiële Canon-dealer of de Canon-help-lijn. Instellingen configureren via de UI op afstand ● Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. Klik op [Instellingen/registratie]...
Pagina 368
Het apparaat beheren Afdeling-ID beheer configureren 1SFY-06Y U kunt de toegang tot het apparaat beheren door meerdere ID's te gebruiken voor meerdere gebruikers of groepen. Als een gebruiker probeert het apparaat te gebruiken terwijl Afdeling ID beheer is ingeschakeld, verschijnt er een aanmeldingsscherm en moet de gebruiker zijn of haar Afdeling ID met bijbehorende pincode invoeren om toegang te krijgen tot het apparaat.
Pagina 369
Het apparaat beheren [Afdelings-ID] Voer de te registreren afdelings-ID in. [Pincode instellen] Als u een pincode wilt instellen, schakelt u het selectievakje in en voert u hetzelfde nummer in beide tekstvakken in: [Pincode] en [Bevestigen]. [Functies beperken] U kunt een beperking instellen voor het aantal af te drukken pagina's en de functies die voor afdelingen beschikbaar zijn.
Pagina 370
Het apparaat beheren ● Als u de aantallen op nul wilt zetten, klikt u op de overeenkomstige tekstkoppeling onder [Afdelings-ID] en klikt u op [Wis teller] [OK]. Als u de aantallen van alle Afdeling ID's op nul wilt zetten, klikt u op [Alle tellers wissen] [OK].
Pagina 371
Het apparaat beheren Schakel het selectievakje in om Afdeling ID beheer te activeren. Als u Afdeling ID beheer niet wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje uit. ● Voor informatie over de selectievakjes [Afdrukopdrachten met onbekende ID's toestaan]/[Scanopdrachten Taken blokkeren indien met onbekende ID's toestaan]/[Zwart-witkopieertaken toestaan] raadpleegt u afdelings-id onbekend(P.
Pagina 372
Het apparaat beheren Geef de instellingen op en klik op [OK]. [Pincode-instellingen toestaan] Schakel het selectievakje voor het gebruik van een pincode in. [Afdelings-id] Voer het nummer van de Afdelings-ID in. [Pincode] Voer, naar noodzaak, de pincode in die bij de afdelings-ID behoort. [Verifiëren] Klik hierop om te controleren of de juiste id en pincode zijn ingevoerd.
Pagina 373
Het apparaat beheren U kunt de standaardinstellingen echter zo aanpassen dat de machine alleen met een juiste id en pincode kan worden gebruikt voor deze functies. Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten(P.
Pagina 374
Het apparaat beheren Een pincode instellen voor UI op afstand 1SFY-070 U kunt een pincode instellen voor toegang tot de UI op afstand. Alle gebruikers gebruiken een gewone pincode. ● Wanneer Afdelings-ID beheer is ingeschakeld, is deze instelling niet vereist. Afdeling-ID beheer configureren(P.
Pagina 375
Het apparaat beheren Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt de pincode-instellingen voor toegang tot de UI op afstand ook bereiken via <Menu> in het scherm <Instellingen externe UI>(P. 580) Start. Als <Beheerinstellingen> zijn geïnitialiseerd ● De pincode voor toegang tot de UI op afstand wordt ook geïnitialiseerd. Reset de pincode na een initialisatie.
Pagina 376
Het apparaat beheren LDAP-Server-authenticatie 1SFY-071 Als er op uw systeem een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ervoor zorgen dat LDAP-server-authenticatie wordt uitgevoerd wanneer de zendfunctie wordt gebruikt. Zo voorkomt u onbevoegd gebruik door derden en het lekken van informatie. Wanneer de instellingen voor autorisatie zijn ingeschakeld, wordt het scherm voor Geautoriseerd Verzenden weergegeven bij gebruik van de fax- of scanfunctie en kan de uitvoering ervan alleen doorgaan als deze naar behoren is geautoriseerd door de LDAP-server.
Pagina 377
Het apparaat beheren selectievakje leegmaakt, wordt geen selectiescherm weergegeven wanneer u zich afmeldt en wordt u afgemeld uit zowel Geautoriseerd verzenden als Afdelings-ID-beheer. Geconfigureerde instellingen voor het verzenden van e-mail/I-Faxen. [E-mail-/I-faxverzending] Selecteer of u het verzenden van e-mails en I-Faxen wilt toestaan. [Niet toestaan] Blokkeert het verzenden van e-mails en I-Faxen.
Pagina 378
Het apparaat beheren [Bestandsverzending] Stel in of u opslaan in gedeelde mappen of op FTP-servers wil toestaan. [Niet toestaan] Blokkeert het opslaan in gedeelde mappen en op FTP-servers. <Bestand> in de scanfunctie gebruiken is niet langer mogelijk. [Toestaan] Opslaan in gedeelde mappen en op FTP-servers wordt niet geblokkeerd. [Alleen toestaan naar mezelf of Blokkeert opslaan in alle gedeelde mappen en FTP-servers, die niet als opgegeven map]...
Pagina 379
Het apparaat beheren [Het authenticatiescherm weergeven Geeft het authenticatiescherm weer met de velden van de gebruikersnaam en zonder authenticatiegegevens] het wachtwoord niet ingevuld. [Bestemmingsmap opgeven] Schakelt u dit selectievakje in, dan kunt u de map opgeven waar de gegevens worden opgeslagen. Als het selectievakje niet is ingeschakeld, wordt de bestemming voor het opslaan ingesteld op basis van de geautoriseerde informatie over de gebruiker die is geregistreerd op de LDAP-server.
Pagina 380
Het apparaat beheren De netwerkinstellingen configureren 1SFY-072 Bevoegde gebruikers kunnen worden benadeeld door aanvallen van kwaadwillende personen, bijvoorbeeld door sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden. Om uw belangrijke en kostbare gegevens te beschermen tegen deze aanvallen, ondersteunt de machine de volgende functies te verbetering van de veiligheid en beveiliging.
Pagina 381
Het apparaat beheren IPSec-communicatie Terwijl TLS alleen de gegevens codeert die in een bepaald programma worden gebruikt, zoals een webbrowser of een e-mailprogramma, worden met IPSec alle IP-pakketten (of payloads daarvan) gecodeerd. Dit betekent dat met IPSec een flexibelere beveiliging kan worden gerealiseerd dan met TLS. IPSec-instellingen configureren(P.
Pagina 382
Het apparaat beheren Communicatie beperken door firewalls in te stellen 1SFY-073 Zonder goede beveiliging kunnen onbevoegden toegang krijgen tot computers en andere communicatieapparaten die op een netwerk zijn aangesloten. Om deze ongewenste toegang te voorkomen, kunt u instellingen opgeven voor het filteren van gegevenspakketten.
Pagina 383
Het apparaat beheren IP-adressen opgeven voor firewallinstellingen 1SFY-074 U kunt de communicatie beperken tot alleen apparaten met bepaalde IP-adressen of apparaten met specifieke IP- adressen blokkeren maar andere communicatie toestaan. U kunt een afzonderlijk IP-adres opgeven of een bereik van IP-adressen.
Pagina 384
Het apparaat beheren Schakel het selectievakje [Gebruik filter] in en selecteer het keuzerondje [Weigeren] of [Toestaan] voor het [Standaardbeleid]. [Gebruik filter] Schakel het selectievakje in als u de communicatie wilt beperken. Schakel het selectievakje uit als u de beperking wilt opheffen. [Standaardbeleid] Selecteer de voorwaarde voor het toestaan of weigeren van de communicatie van andere toestellen met het apparaat.
Pagina 385
Het apparaat beheren IPv4: 192.168.0.10 Gebruik een punt als scheidingsteken. IPv6: Een specifiek adres invoeren Gebruik een dubbele punt als fe80::10 scheidingsteken tussen alfanumerieke tekens. Plaats een afbreekstreepje tussen de Een bereik van adressen opgeven 192.168.0.10-192.168.0.20 adressen. Typ het adres, gevolgd door een schuine Een bereik van adressen opgeven met een 192.168.0.32/27 streep en een getal dat de lengte van het...
Pagina 386
Het apparaat beheren MAC-adressen opgeven voor firewallinstellingen 1SFY-075 U kunt de communicatie beperken tot alleen apparaten met bepaalde MAC-adressen of apparaten met specifieke MAC-adressen blokkeren maar andere communicatie toestaan. Deze functie is niet beschikbaar wanneer het apparaat is verbonden met een draadloos LAN. ●...
Pagina 387
Het apparaat beheren Schakel het selectievakje [Gebruik filter] in en selecteer het keuzerondje [Weigeren] of [Toestaan] voor het [Standaardbeleid]. [Gebruik filter] Schakel het selectievakje in als u de communicatie wilt beperken. Schakel het selectievakje uit als u de beperking wilt opheffen. [Standaardbeleid] Selecteer de voorwaarde om de communicatie van andere apparaten met het apparaat toe te staan of te weigeren.
Pagina 388
Het apparaat beheren Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt ook het filteren van MAC-adressen in- of uitschakelen vanuit <Menu> in het scherm Start. <MAC- adresfilter>(P.
Pagina 389
Het apparaat beheren Poortnummers wijzigen 1SFY-076 Poorten vormen het eindpunt van het communicatietraject tussen apparaten. Belangrijke protocollen maken meestal gebruik van vaste poortnummers. Een nadeel hiervan is dat apparaten met deze poortnummers kwetsbaar zijn voor aanvallen, iedereen weet de poortnummers namelijk. De netwerkbeheerder kan de beveiliging verder verbeteren door andere poortnummers te gebruiken.
Pagina 390
Het apparaat beheren Een proxy instellen 1SFY-077 Een proxy (of HTTP-proxyserver) verwijst naar een computer of software die HTTP-communicatie uitvoert voor andere apparaten, met name bij communicatie met bronnen buiten het netwerk, zoals bij het browsen op websites. De clientapparaten maken via de proxyserver verbinding met het externe netwerk en communiceren niet rechtstreeks met de externe bronnen.
Pagina 391
Het apparaat beheren Voer het adres van de proxyserver in. Geef het IP-adres op of de hostnaam, afhankelijk van de omgeving. [Poortnummer HTTP-proxyserver] Het poortnummer naar noodzaak wijzigen. [Gebruik proxy binnen zelfde domein] Schakel het selectievakje in als u ook de opgegeven proxyserver wilt gebruiken voor communicatie met toestellen in hetzelfde domein.
Pagina 392
Het apparaat beheren De sleutel en certificaat voor TLS configureren 1SFY-078 Met TLS (Transport Layer Security) kunt u de communicatie versleutelen die plaatsvindt tussen het apparaat en een webbrowser op de computer. TLS is een techniek voor het versleutelen van gegevens die via het netwerk worden verzonden of ontvangen.
Pagina 393
Het apparaat beheren Klik op [Bewerken]. Schakel het selectievakje [Gebruik TLS] in en klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt communicatie met TLS-versleuteling ook in- of uitschakelen vanuit <Menu>...
Pagina 394
Het apparaat beheren De TLS-versie beperken ● Selecteer [Toegestane versies] op de pagina [TLS-instellingen] van de externe UI, en geef de boven- en ondergrens op. KOPPELINGEN De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie genereren(P. 387) Een sleutel en certificaatondertekeningsverzoek (CSR) aanmaken(P. 390) De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren(P.
Pagina 395
Het apparaat beheren De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie genereren 1SFY-079 U kunt een sleutel en certificaat genereren met het apparaat als dit nodig is voor gecodeerde communicatie via Transport Layer Security (TLS). U kunt TLS gebruiken voor toegang tot het apparaat via de externe UI. Zelf- ondertekende certificaten worden gebruikt bij de sleutel en certificaat die zijn gegenereerd in 'Netwerkcommunicatie'.
Pagina 396
Het apparaat beheren [Sleutelinstellingen] [Sleutelnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de sleutel. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in lijsten. [Handtekeningalgoritme] Selecteer het algoritme voor de handtekening in de vervolgkeuzelijst. [Sleutelalgoritme] Selecteer het sleutelgenereeralgoritme uit [RSA] of [ECDSA], en selecteer dan de sleutellengte in de vervolgkeuzelijst.
Pagina 397
Het apparaat beheren Klik op [OK]. ● Het genereren van sleutel en certificaat kan enige tijd duren. ● Als sleutel en certificaat zijn gegenereerd, worden ze automatisch opgeslagen op het apparaat. KOPPELINGEN De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren(P. 393) De sleutel en certificaat voor TLS configureren(P.
Pagina 398
Het apparaat beheren Een sleutel en certificaatondertekeningsverzoek (CSR) aanmaken 1SFY-07A Op het apparaat gegenereerde certificaten hebben geen CA-handtekening, een communicatiefout kan het gevolg zijn, afhankelijk van de apparaten waarmee het communiceert. Voordat de certificeringsinstantie het certificaat met CA- handtekening kan afgeven, moet u CSR-gegevens (Certificate Signing Request) verkrijgen die de beheerder van de externe UI kan genereren.
Pagina 399
Het apparaat beheren [Sleutelinstellingen] [Sleutelnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de sleutel. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in lijsten. [Handtekeningalgoritme] Selecteer het algoritme voor de handtekening in de vervolgkeuzelijst. [Sleutelalgoritme] Selecteer het sleutelgenereeralgoritme uit [RSA] of [ECDSA], en selecteer dan de sleutellengte in de vervolgkeuzelijst.
Pagina 400
Het apparaat beheren ● Er wordt een dialoogvenster voor het opslaan van het bestand weergegeven. Kies waar u het bestand wilt opslaan en klik op [Opslaan]. ➠ Het CSR-bestand wordt opgeslagen op de computer. Hecht het opgeslagen bestand aan en leg de applicatie voor aan de certificeringsinstantie (CA).
Pagina 401
Het apparaat beheren De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren 1SFY-07C U kunt sleutel en certificaat verkrijgen, en het CA-certificaat van een certificeringsinstantie (CA) voor gebruik met het apparaat. Installeer en registreer de verkregen sleutel en certificaat en het certificaatbestand in dit apparaat met behulp van de externe UI.
Pagina 402
Het apparaat beheren Het bestand voor sleutel en certificaat, of het CA-certificaat verwijderen ● Klik op [Verwijderen] rechts van het bestand dat u wilt wissen klik op [OK]. Klik op [Bladeren], selecteer het bestand dat u wilt installeren en klik op [Start installatie].
Pagina 403
Het apparaat beheren IPSec-instellingen configureren 1SFY-07E Internet Protocol Security (IPSec of IPsec) bestaat uit een verzameling protocollen voor het coderen van gegevens die worden getransporteerd over een netwerk, inclusief internet-netwerken. Terwijl TLS alleen de gegevens codeert die in een bepaald programma worden gebruikt, zoals een webbrowser of een e-mailprogramma, worden met IPSec complete IP-pakketten of de payloads daarvan gecodeerd, waardoor met IPSec een flexibelere beveiliging kan worden gerealiseerd.
Pagina 404
Het apparaat beheren ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt Menuopties instellen via de UI op afstand(P. 431) . via de externe UI, raadpleegt u Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten(P.
Pagina 405
Het apparaat beheren [Lokaal adres] Selecteer het keuzerondje voor het type IP-adres van het apparaat waarop u het beleid wilt toepassen. [Alle IP-adressen] Selecteer deze optie om IPSec te gebruiken voor alle IP-pakketten. [IPv4-adres] Selecteer deze optie om IPSec te gebruiken voor alle IP-pakketten die van of naar het IPv4-adres van het apparaat worden verstuurd.
Pagina 406
Het apparaat beheren Beschrijving Voorbeeld Een specifiek adres invoeren IPv4: 192.168.0.10 Gebruik een punt als scheidingsteken. IPv6: fe80::10 Gebruik een dubbele punt als scheidingsteken tussen alfanumerieke tekens. Een bereik van adressen opgeven Plaats een afbreekstreepje tussen de adressen. 192.168.0.10-192.168.0.20 [Subnetinstellingen] Als u het IPv4-adres handmatig invoert, kunt u een bereik opgeven door het subnetmasker te gebruiken.
Pagina 407
Het apparaat beheren [Authenticatie]/[Encryptie]/[DH-groep] Selecteer een algoritme in de vervolgkeuzelijst. Alle algoritmen worden gebruikt bij het uitwisselen van de sleutels. [Authenticatie] Selecteer het hash-algoritme. [Encryptie] Selecteer het coderingsalgoritme. [DH-groep] Selecteer de Diffie-Hellman-groep, die bepalend is voor de sterkte van de sleutel. Een apparaat verifiëren met behulp van een vooraf gedeelde sleutel Selecteer het keuzerondje [Methode gedeelde sleutel] bij [Authenticatiemethode] en klik op [Instellingen gedeelde sleutel].
Pagina 408
Het apparaat beheren [Geef tijd op] Typ het aantal minuten voor de tijdsduur van een sessie. [Geef formaat op] Typ een grootte in MB om aan te geven hoeveel gegevens er in een sessie kunnen worden getransporteerd. [Selecteer algoritme] Schakel het selectievakje [ESP], [ESP (AES-GCM)] en/of [AH (SHA1)] in, afhankelijk van de gebruikte IPSec- header en algoritme.
Pagina 409
Het apparaat beheren Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt ook IPSec-communicatie inschakelen of uitschakelen vanuit <Menu> in het scherm Start. <Gebruik IPSec>(P.
Pagina 410
Het apparaat beheren IEEE 802.1X-verificatie-instellingen configureren 1SFY-07F De machine kan als een clientapparaat worden aangesloten op een 802.1X-netwerk. Een doorsnee 802.1X-netwerk bestaat uit een RADIUS-server (verificatieserver), een LAN-switch (authenticator) en clientapparaten met verificatiesoftware (supplicants). Als een apparaat probeert verbinding te maken met het 802.1X-netwerk, moeten de gebruikersgegevens worden geverifieerd om er zeker van te zijn dat de verbinding tot stand wordt gebracht door een bevoegde gebruiker.
Pagina 411
Het apparaat beheren Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op afstand starten(P. 423) Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. Scherm van externe UI(P. 424) Selecteer [Netwerkinstellingen] [IEEE 802.1X-instellingen]. Klik op [Bewerken]. Schakel het selectievakje [Gebruik IEEE 802.1X] in, en typ de aanmeldingsnaam in het vak [Inlognaam].
Pagina 412
Het apparaat beheren Details bekijken van een certificaat ● U kunt de details van het certificaat controleren of het certificaat verifiëren door op de gewenste tekstkoppeling onder [Sleutelnaam] te klikken of op het pictogram van het certificaat. TTLS/PEAP instellen Schakel het selectievakje [Gebruik TTLS] of [Gebruik PEAP] in. Intern protocol voor TTLS ●...
Pagina 413
Het apparaat beheren Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt ook IEEE 802.1X authenticatie inschakelen of uitschakelen vanuit <Menu> in het scherm Start. <Gebruik IEEE 802.1X>(P. 469) KOPPELINGEN De sleutel en certificaat voor TLS configureren(P. 384)
Pagina 414
Het apparaat beheren De functies van de machine beperken 1SFY-07H De kans bestaat dat sommige functies van de machine bijna nooit worden gebruikt of aanleiding geven voor misbruik. Uit veiligheidsoverwegingen kunt u de functionaliteit van de machine beperken door deze functies geheel of gedeeltelijk uit te schakelen.
Pagina 415
Het apparaat beheren Extern beheer uitschakelen Als u de externe UI niet gebruikt, kunt u functies uitschakelen om onbevoegde externe bewerkingen via de externe UI te verhinderen. De UI op afstand uitschakelen(P. 419)
Pagina 416
Het apparaat beheren Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek en verzendfuncties 1SFY-07J Bepaalde vormen van informatielekkage kunt u voorkomen door de beschikbare bestemmingen voor faxen en e-mails te beperken tot de bestemmingen in het adresboek of op LDAP-servers. Een andere manier is om een pincode in te stellen voor het adresboek, zodat onbevoegde gebruikers het adresboek niet kunnen aanpassen.
Pagina 417
Het apparaat beheren Gebruik van het adresboek beperken 1SFY-07K U kunt instellen dat gebruikers een pincode moeten invoeren om nieuwe vermeldingen toe te voegen aan het adresboek of bestaande vermeldingen aan te passen. Als u een pincode instelt voor het adresboek, wordt de kans kleiner dat documenten worden verstuurd naar verkeerde ontvangers omdat het adresboek alleen nog kan worden gewijzigd door gebruikers die de pincode weten.
Pagina 418
Het apparaat beheren Bestemmingen vanaf een externe UI registreren(P. 434) Basisinstellingen voor e-mail configureren(P. 88) Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie(P. 96)
Pagina 419
Het apparaat beheren Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen 1SFY-07L Door het aantal bestemmingen dat kan worden opgegeven, te beperken tot de nummers die al in het adresboek of op LDAP-servers zijn opgeslagen, kunt u de kans op onbedoelde bestemmingen verkleinen en het lekken van informatie door gebruikers verhinderen.
Pagina 420
Het apparaat beheren geselecteerde/ingevoerde code voor verkort kiezen worden weergegeven op het apparaat voordat de documenten naar die bestemming op het scherm kan worden verzonden. <Menu> <Functie-instellingen> <Verzenden> <Algemene instellingen> <Bevestigen bij TX- kiescode> <Aan> Bestemmingen controleren tijdens het verzenden van gegevens U kunt een instelling zodanig configureren dat het scherm voor het bevestigen van de bestemming verschijnt als verzending van een fax, e-mail, of I-Fax start.
Pagina 421
Het apparaat beheren De verzendfuncties van de fax beperken 1SFY-07R U kunt verschillende beperkingen instellen voor het verzenden van faxen, die kunnen verhinderen dat informatie naar derden lekt of dat documenten naar onbedoelde bestemmingen worden verzonden. Het ingevoerde faxnummer bevestigen(P. 413) Faxen verzenden vanaf een computer beperken(P.
Pagina 422
Het apparaat beheren Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaal-instellingen)(P. 233) Faxen versturen vanaf uw computer(P. 246) Afdelings-ID-beheer instellen voor taken vanaf een computer(P. 363) Gebruik van het adresboek beperken(P. 409) Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen(P. 411)
Pagina 423
Het apparaat beheren Afdrukken vanaf een computer beperken 1SFY-07S U kunt informatielekken drastisch reduceren door het aantal vanaf een computer afdrukbare documenten te Een met pincode beveiligd document afdrukken (Beveiligde beperken tot de 'Beveiligd afdrukken' documenten ( afdruk)(P. 269) ). <Menu>...
Pagina 424
Het apparaat beheren Beperkingen instellen voor USB-functies 1SFY-07U USB is een handige manier om randapparatuur aan te sluiten en gegevens op te slaan of te verplaatsen. Bij een onjuist beheer kan USB echter ook een bron van informatielekkage zijn. Wees voorzichtig wanneer u USB- geheugenapparaten gebruikt.
Pagina 425
Het apparaat beheren KOPPELINGEN Basishandelingen voor het scannen van originelen(P. 288) Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenmedia)(P. 273)
Pagina 426
Het apparaat beheren HTTP-communicatie uitschakelen 1SFY-07W HTTP wordt gebruikt voor communicatie via het netwerk, bijvoorbeeld wanneer u het apparaat bedient via de UI op afstand. Als u een USB-verbinding gebruikt of HTTP om een andere reden niet nodig hebt, kunt u het protocol uitschakelen om aanvallen van kwaadwillende gebruikers via de ongebruikte HTTP-poort te voorkomen.
Pagina 427
Het apparaat beheren De UI op afstand uitschakelen 1SFY-07X De UI op afstand is handig omdat u dan instellingen voor de machine kunt opgeven via een webbrowser op een computer. U kunt de UI op afstand alleen gebruiken als de machine via het netwerk is verbonden met een computer. Als de machine via USB met een computer is verbonden, of als u de UI op afstand niet nodig hebt, kunt u de interface uitschakelen om het risico te verkleinen dat de machine door kwaadwillende gebruikers op afstand wordt bediend via het netwerk.
Pagina 428
Het apparaat beheren De beveiliging van documenten verbeteren 1SFY-07Y Het apparaat heeft beveiligingsfuncties die moeten verhinderen dat gegevens uit documenten weglekken of dat er met de documenten wordt geknoeid. Apparaathandtekening De toestel-handtekening wordt toegevoegd aan gescande documenten met behulp van een sleutel-en- certificaatmechanisme om de ontvanger te laten zien dat het document op het apparaat is gemaakt.
Pagina 429
Het apparaat beheren Een handtekeningsleutel voor het apparaat genereren 1SFY-080 U kunt sleutel en certificaat genereren voor de toestel-handtekening, om te laten zien dat een document is gescand op het apparaat. Het certificaat wordt aangehecht wanneer een document wordt gescand en wordt geconverteerd tot een PDF-bestand.
Pagina 430
Het apparaat beheren Het apparaat vanaf een computer beheren (externe UI) 1SFY-081 Als u een webbrowser gebruikt om het apparaat op afstand te bedienen, kunt u de documenten die wachten om te worden afgedrukt, of de status van het apparaat controleren. U kunt ook verschillende instellingen realiseren. U hoeft uw bureau dus niet te verlaten om systeembeheertaken uit te voeren.
Pagina 431
Het apparaat beheren De UI op afstand starten 1SFY-082 Om het apparaat op afstand te bedienen, moet u het IP-adres van het apparaat in een webbrowser invoeren en de UI Netwerkinstellingen op afstand opstarten. Controleer vooraf het IP-adres dat op het apparaat is ingesteld ( weergeven(P.
Pagina 432
Het apparaat beheren Als [Toegangspincode externe UI] is ingesteld, voer dan de pincode in. Een pincode instellen voor UI op afstand(P. 366) Wanneer Afdelings-id beheer is ingeschakeld Afdeling-ID beheer configureren(P. 360) Voer het juiste ID in bij [Afdelings-ID] en pincode bij [Pincode]. Klik op [Aanmelden].
Pagina 433
Het apparaat beheren [Ondersteuningskoppeling] Hier ziet u de koppeling voor ondersteuning die is opgegeven bij [Ondersteuningskoppeling] onder [Licentie/ overig]. Pictogram Vernieuwen Hiermee vernieuwt u de weergegeven pagina. [Language] Hiermee selecteert u de taal voor de schermen van de externe UI. [Afmelden] Hiermee meldt u zich af bij de UI op afstand.
Pagina 434
Het apparaat beheren Status en logboeken controleren 1SFY-083 De huidige status van afdruktaken controleren(P. 426) Taakgeschiedenis controleren(P. 427) Foutgegevens controleren(P. 427) Verbruiksartikelen controleren(P. 427) Apparaatspecificaties controleren(P. 428) Gegevens van systeembeheerder controleren(P. 428) Totaal aantal afdrukken controleren(P. 429) Geschiedenis van tonercartridges bekijken(P. 429) ●...
Pagina 435
Het apparaat beheren Taakgeschiedenis controleren Er wordt een overzicht weergegeven van de afgedrukte of gekopieerde documenten, verzonden faxberichten en e- mails (TX), en ontvangen faxberichten (RX). De UI op afstand starten(P. 423) ) Log in op de externe UI ( [Statusmonitor/annuleren] [Opdrachtlog] Foutgegevens controleren...
Pagina 436
Het apparaat beheren De UI op afstand starten(P. 423) ) Log in op de UI op afstand ( [Statusmonitor/annuleren] [Verbruiksartikelen] Apparaatspecificaties controleren De maximale afdruksnelheid en de apparaatfuncties verschijnen. De UI op afstand starten(P. 423) ) Log in op de externe UI ( [Statusmonitor/annuleren] [Apparaatfuncties] Gegevens van systeembeheerder controleren...
Pagina 437
Het apparaat beheren Totaal aantal afdrukken controleren U kunt controleren hoeveel pagina's er in totaal zijn afgedrukt, gekopieerd en als fax zijn ontvangen. Log in op de externe UI ( De UI op afstand starten(P. 423) ) [Statusmonitor/annuleren] [Controleer tellerstand] Geschiedenis van tonercartridges bekijken U kunt de gebruikslogboeken van tonercartridges, en andere logboeken controleren.
Pagina 438
Het apparaat beheren KOPPELINGEN Scherm van externe UI(P. 424)
Pagina 439
Het apparaat beheren Menuopties instellen via de UI op afstand 1SFY-084 U kunt verschillende instellingen van de machine wijzigen met de externe UI. De meeste instellingen kunnen ook via het bedieningspaneel van de machine worden gewijzigd, maar sommige instellingen kunt u alleen wijzigen via de externe UI.
Pagina 440
Het apparaat beheren Klik op [Bewerken]. Geef de vereiste instellingen op. Klik op [OK].
Pagina 441
Het apparaat beheren Start, naar noodzaak, de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. ● Voor informatie of u het apparaat opnieuw moet opstarten, raadpleegt u het bericht op het bewerkingsscherm.
Pagina 442
Het apparaat beheren Bestemmingen vanaf een externe UI registreren 1SFY-085 U kunt de computer gebruiken om bestemmingen in het adresboek van het apparaat te registreren en informatie van geregistreerde bestemmingen te bewerken. Geef hier de gedeelde map of FTP-server als bestemming op. ●...
Pagina 443
Het apparaat beheren Geef de bestemming op. De faxbestemming registreren [Naam] Voer hier de naam van de bestemming in. [Faxnummer] Voer hier het faxnummer van de bestemming in. [ECM TX] Activeer het selectievakje omwille van het volgende: als er een fout in een verzonden afbeelding optreedt, wordt de fout gecontroleerd en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden.
Pagina 444
Het apparaat beheren De e-mail of I-Fax als bestemming registreren [Naam] Voer hier de naam van de bestemming in. [E-mailadres]/[I-faxadres] Voer hier het e-mailadres van de bestemming in. De gedeelde map of de FTP-server als bestemming registreren [Naam] Voer hier de naam voor de bestemming in. [Protocol] Selecteer het protocol voor de bestemming.
Pagina 445
Het apparaat beheren [Mappad] Voer de locatie in van de map waar de gegevens naartoe worden gezonden. ● Voor een gedeelde map Gebruik '\' als scheidingsteken. Geef het vervolgpad op voor het pad dat in [Hostnaam] is ingesteld. ● Voor een FTP-server Gebruik '\' als scheidingsteken.
Pagina 446
Het apparaat beheren De insteldata importeren en exporteren 1SFY-086 Data in het adresboek of van apparaatinstellingen kunnen in de computer worden opgeslagen (exporteren). Omgekeerd kan ook: data die is opgeslagen op de computer kan worden geregistreerd in het apparaat (importeren). U kunt de bestemmingen in het adresboek gemakkelijk kopiëren naar meerdere apparaten. deze functies te gebruiken, moet u aangemeld zijn in de Systeembeheerder-modus.
Pagina 447
Het apparaat beheren [Adresboek] Schakel het selectievakje in om adresboekgegevens te exporteren. [Pincode adresboek] Is het adresboek beveiligd met een pincode, voer dan de code voor het Adresboek in. Gebruik van het adresboek beperken(P. 409) [Instellingen/registratie] Schakel het selectievakje in om gegevens van apparaatinstellingen te exporteren. [Encryptiewachtwoord] Voer een wachtwoord voor versleuteling van de exportdata in met behulp van alfanumerieke tekens.
Pagina 448
Het apparaat beheren Geef het bestand op, voer het wachtwoord in en selecteer de te importeren instellingen. [Bestandspad] Klik op [Bladeren] en selecteer het bestand. [Decryptiewachtwoord] Voer het wachtwoord in dat is ingesteld toen de instellingen werden geëxporteerd. [Adresboek] Schakel het selectievakje in om adresboekgegevens te importeren. ●...
Pagina 449
Het apparaat beheren De Firmware updaten 1SFY-087 Voor het bijwerken van de firmware selecteert u de updatemethode die past bij de installatievereisten van het apparaat. Er zijn twee manieren om de firmware bij te werken. De eerste manier is door de meeste recente versie van de firmware via het apparaat van internet te downloaden en de update uit te voeren als uw apparaat niet de laatste versie heeft.
Pagina 450
Zet het apparaat niet UIT wanneer het opnieuw starten plaatsvindt. Actualiseren vanaf een computer Als u de laatste firmwareversie hebt gedownload van de website van Canon, gebruik dan het hulpprogramma 'User Support Tool' (Gebruikershulpmiddel) om de firmware vanaf een computer bij te werken. Voor informatie over het bijwerken van de firmware vanaf een computer raadpleegt u de 'Handleiding User Support Tool (Ondersteuningshulpmiddel voor gebruikers)' die bij de firmware wordt geleverd.
Pagina 451
Het apparaat beheren Initialiseer instellingen 1SFY-088 U kunt de volgende instellingen herstellen (initialiseren): Menu initialiseren(P. 443) Sleutel en certificaat initialiseren(P. 443) Het adresboek initialiseren(P. 444) Alle gegevens/instellingen initialiseren(P. 444) Menu initialiseren Overzicht van menuopties(P. 446) ). Afhankelijk van welke U kunt de instellingen van het apparaat herstellen ( instellingen u selecteert, zult u misschien na het initialiseren het apparaat opnieuw moeten starten.
Pagina 452
Het apparaat beheren Het adresboek initialiseren U kunt de instellingen van het adresboek terugzetten op de standaardwaarden. Alle gegevens in het adresboek worden hierbij verwijderd. <Menu> <Beheerinstellingen> <Gegevensbeheer> <Adresboek initialiseren> <Ja> Alle gegevens/instellingen initialiseren Dit maakt herstel van alle data en apparaatinstellingen, zoals logboeken, naar de standaard fabriekswaarden mogelijk. Dit verhindert dat gevoelige data weglekt bij het vervangen of afvoeren van het apparaat.
Pagina 453
Overzicht van menuopties Overzicht van menuopties Overzicht van menuopties ........................446 ..............................447 <Voorkeuren> ..........................448 <Weergave-instellingen> ........................452 <Engelse toetsenbordindeling> ........................453 <Timer-/energie-instellingen> ..............................458 <Netwerk> ............................473 <Externe interface> ............................474 <Toegankelijkheid> ..........................475 <Aanpassing/onderhoud> ......................... 476 <Beeldkwaliteit aanpassen> ...............................
Pagina 454
Overzicht van menuopties Overzicht van menuopties 1SFY-089 U kunt het apparaat aanpassen volgens de omgeving en vereisten, door de in dit hoofdstuk beschreven instellingen te Het scherm Start(P. 124) ). configureren. Om de configuratie te starten, selecteert u <Menu> op het scherm Start ( Dit gedeelte beschrijft wat ieder item in het instelmenu kan configureren.
Pagina 455
Overzicht van menuopties <Voorkeuren> 1SFY-08A Item Beschrijving <Weergave-instellingen>(P. 448) Dit gedeelte beschrijft de instellingen voor het bekijken van het scherm. <Engelse toetsenbordindeling>(P. 452) Dit gedeelte beschrijft de USB-toetsenbordinstellingen. <Timer-/energie-instellingen>(P. 453) Dit gedeelte beschrijft de timer- en energie-instellingen. <Netwerk>(P. 458) Dit gedeelte beschrijft de netwerkinstellingen. <Externe interface>(P.
Pagina 456
Overzicht van menuopties <Weergave-instellingen> 1SFY-08C Alle instellingen voor het bekijken van het scherm verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Standaardscherm na opstart/herstel>(P. 448) <Inst. voor knopweergave op startscherm>(P. 448) <Taal>(P. 449) <Taal externe UI>(P.
Pagina 457
Overzicht van menuopties <Favoriete kopieerinstellingen> <Favoriete faxinstellingen> <Favoriete scaninstellingen> <Weergavevolgorde instellen> <Taal> Kies deze optie om de taal te selecteren voor het bedieningspaneel, rapporten en lijsten. <English> <日本語> <Français> <Español> <Deutsch> <Italiano> <Nederlands> <Suomi> <Português> <Norsk> <Svenska> <Dansk> <Slovenščina> <Čeština> <Magyar>...
Pagina 458
Overzicht van menuopties <English> <Japanese> <French> <Spanish> <German> <Italian> <Dutch> <Finnish> <Portuguese> <Norwegian> <Swedish> <Danish> <Czech> <Hungarian> <Russian> <Turkish> <Polish> <Chinese (Simplified)> <Chinese (Traditional)> <Korean> <Menu> <Voorkeuren> <Weergave-instellingen> <Taal externe UI> Selecteer een taal <Melden om scangebied orig. te reinigen> Geef op of er een melding moet verschijnen als er vlekken zijn aangetroffen in het documenttoevoer-scangedeelte.
Pagina 459
Overzicht van menuopties <Menu> <Voorkeuren> <Weergave-instellingen> <Invoer mm/inch schakelen> Selecteer <Millimeter> of <Inch> <Tijd vr cartr.voorber. tonen> Stel de display-timer in voor het bericht dat u meldt dat er nog maar weinig toner in de tonercartridges zit. <Automatisch> <Uit> <Aangepast> <Aan>...
Pagina 460
Overzicht van menuopties <Engelse toetsenbordindeling> 1SFY-08E Geef de indeling op van een USB-toetsenbord als dat op het apparaat is aangesloten. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <VS-indeling> <VK-indeling> <Menu> <Voorkeuren> <Engelse toetsenbordindeling> Selecteer <VS-indeling> of <VK- indeling>...
Pagina 461
Overzicht van menuopties <Timer-/energie-instellingen> 1SFY-08F Alle instellingen voor de tijdschakeling en energie verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Huidige datum/tijd instellen>(P. 453) <Instellingen Datum en tijd>(P. 453) <Datumnotatie>(P. 454) <Tijdnotatie>(P. 454) <Automatische resettijd>(P.
Pagina 462
Overzicht van menuopties <Tijdzone> Hiermee stelt u de tijdzone in. Als u de tijdzone wijzigt, worden de waarden bij <Huidige datum/tijd instellen> De datum en tijd instellen(P. 13) automatisch aangepast. <(UTC-12:00) Internationale westelijke datumgrens> tot en met <(UTC) Coordinated Universal Time> en met <(UTC+14:00) Kiritimati>...
Pagina 463
Overzicht van menuopties <24 uur> <Menu> <Voorkeuren> <Timer-/energie-instellingen> <Tijdnotatie> Selecteer de weergave-instelling <Automatische resettijd> Als er gedurende een bepaalde tijd geen toets wordt ingedrukt op het bedieningspaneel, wordt er een zogenaamde automatische reset uitgevoerd en wordt het standaardscherm weergegeven. Geef het interval op waarop automatisch resetten wordt uitgevoerd.
Pagina 464
Overzicht van menuopties <Menu> <Voorkeuren> <Timer-/energie-instellingen> <Functie na automatische reset> Selecteer <Standaardfunctie> of <Geselecteerde functie> <Automatische uitschakeltijd> U kunt een timer instellen om de machine automatisch uit te schakelen zodra de opgegeven periode van inactiviteit is verstreken na activering van de slaapstand. <Deze functie instellen>...
Pagina 465
Overzicht van menuopties <Automatische dagelijkse slaaptimer> U kunt ook de tijd opgeven waarop het apparaat automatisch in de sluimermodus moet worden gezet. slaapstand instellen(P. 181) <Deze functie instellen> <Uit> <Aan> (0:00 tot 23:59) <Instellingen afsluiting sluimermodus> Geef de tijd op waarop het apparaat moet 'ontwaken' uit de sluimermodus. De slaapstand instellen(P.
Pagina 466
Overzicht van menuopties <Netwerk> 1SFY-08H Alle instellingen voor het netwerk verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Selecteer LAN>(P. 458) <Instellingen draadloos LAN>(P. 458) <Direct Connection Settings>(P. 460) <TCP/IP-instellingen>(P. 461) <SNMP-instellingen>(P. 466) <Gebruik speciale poort>(P.
Pagina 467
Overzicht van menuopties <Selecteer toegangspunt> Draadloze LAN-routers die toegang hebben tot het apparaat, worden automatisch geladen en u kunt deze dus selecteren in de lijst. U moet handmatig een netwerksleutel invoeren, zoals een WEP-sleutel of een PSK. De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren(P. 25) <Handmatig invoeren>...
Pagina 468
Overzicht van menuopties <Direct Connection Settings> Stel in of een directe verbinding moet worden gemaakt. Door deze functie in te schakelen maakt u directe verbinding met het apparaat mogelijk, zelfs in een omgeving zonder toegangspunten of draadloze LAN-router. Direct verbinden (toegangspuntmodus)(P. 332) <Directe verbinding gebruiken>...
Pagina 469
Overzicht van menuopties <TCP/IP-instellingen> Hiermee kunt u instellingen opgeven om de machine te gebruiken in een TCP/IP-netwerk, zoals instellingen voor het IP-adres. <IPv4-instellingen> Geef instellingen op om de machine te gebruiken in een IPv4-netwerk. <Instellingen IP-adres> Configureer het IP-adres dat wordt gebruikt voor het identificeren van toestellen, zoals computers en IPv4-adres instellen(P.
Pagina 470
Overzicht van menuopties <Aan> <SMTP-serveradres verkrijgen> <Uit> <Aan> <POP-serveradres verkrijgen> <Uit> <Aan> <PING-opdracht> Selecteer deze optie om te controleren of de machine via een netwerk is verbonden met een computer. netwerkverbinding testen(P. 34) <IPv6-instellingen> Geef instellingen op om de machine te gebruiken in een IPv6-netwerk. IPv6-adressen instellen(P.
Pagina 471
Overzicht van menuopties <Domeinnaam verkrijgen> <Uit> <Aan> <DNS-instellingen> Kies deze optie om instellingen op te geven voor DNS (Domain Name System), een mechanisme voor het DNS configureren(P. 57) omzetten van hostnamen in IP-adressen. <Adresinstellingen IPv4-DNS-server> Geef het IP-adres van de DNS server in de IPv4 omgeving op. <Primaire DNS-server>: 0.0.0.0 <Secundaire DNS-server>: 0.0.0.0 <Instellingen DNS-host/domeinnaam>...
Pagina 472
Overzicht van menuopties <Uit> <Aan> <DNS dynamisch update-interval> 0 tot en met 24 tot en met 48 (uur) <mDNS-instellingen> Hier kunt u instellingen opgeven om DNS-functies te gebruiken zonder DNS-servers. <IPv4> <Gebruik mDNS> <Uit> <Aan> <mDNS-naam> <IPv6> <Gebruik mDNS> <Uit> <Aan>...
Pagina 473
Overzicht van menuopties <Uit> <Aan> <RX-time-out> 1 tot en met 5 tot en met 60 (min.) <WSD-instellingen> Schakel automatisch bladeren en verkrijgen van informatie voor de printer of scanner in of uit, door het WSD- protocol te gebruiken. Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren(P. 42) <Gebruik WSD-afdrukken>...
Pagina 474
Overzicht van menuopties <Menu> <Voorkeuren> <Netwerk> <TCP/IP-instellingen> <Gebruik IPSec> Selecteer <Uit> of <Aan> Start het apparaat opnieuw op <Instellingen poortnummer> Kies deze optie om de standaard poortnummers voor protocollen te wijzigen voor uw netwerkomgeving. Poortnummers wijzigen(P. 381) <LPD> 1 t/m 515 t/m 65535 <RAW>...
Pagina 475
Overzicht van menuopties <SNMPv1-instellingen> Hiermee kunt u SNMPv1 in- of uitschakelen. Als u SNMPv1 inschakelt, geeft u een communitynaam en toegangsmachtigingen op voor MIB-objecten (Management Information Base). <Uit> <Aan> <Menu> <Voorkeuren> <Netwerk> <SNMP-instellingen> Selecteer <Uit> of <Aan> in <SNMPv1-instellingen> <Toepassen> Start het apparaat opnieuw op <SNMPv3-instellingen>...
Pagina 476
Overzicht van menuopties <Menu> <Voorkeuren> <Netwerk> <SNMP-instellingen> Selecteer <Uit> of <Aan> in <MIB hostbr. formatt. als RFC2790> <Toepassen> Start het apparaat opnieuw op <Gebruik speciale poort> Hiermee kunt u de speciale poort in- of uitschakelen. De speciale poort wordt gebruikt voor het afdrukken, faxen of scannen met MF Scan Utility en wanneer u instellingen voor het apparaat wilt opvragen of opgeven via het netwerk.
Pagina 477
Overzicht van menuopties <Instellingen Ethernet-stuurprogramma> Selecteer het type Ethernet (10BASE-T / 100BASE-TX / 1000BASE-T) en de communicatiemodus van Ethernet (half- duplex / full-duplex). U kunt ook het MAC-adres voor het bedraad LAN zien. <Automatische detectie> Geef aan of u de communicatiemodus en het type Ethernet automatisch wilt vaststellen of handmatig wilt selecteren.
Pagina 478
Overzicht van menuopties <IPv4-adresfilter> Selecteer deze optie om instellingen in of uit te schakelen voor het filteren van pakketten die zijn verzonden IP-adressen opgeven voor naar of ontvangen van apparaten met opgegeven IPv4-adressen. firewallinstellingen(P. 375) <Uitfilter> <Uit> <Aan> <Infilter> <Uit> <Aan>...
Pagina 479
Geef op of u plug-ins voor iW Management Console wilt gebruiken voor het beheren van de gegevens van het apparaat, zoals instellingen en bestemmingen in het Adresboek. Neem voor gedetailleerde informatie over iW Management Console contact op met de Canon-dealer bij u in de buurt. Instellingen configureren voor communicatie tussen het apparaat en plug-ins(P.
Pagina 480
Overzicht van menuopties <Menu> <Voorkeuren> <Netwerk> <RMT-SW> Selecteer <Uit> of <Aan> Start het apparaat opnieuw op <Initialiseer Netwerkinstellingen> Selecteer deze optie om de standaardwaarden van de netwerkinstellingen te herstellen. <Menu initialiseren>(P. 583)
Pagina 481
Overzicht van menuopties <Externe interface> 1SFY-08J Alle instellingen voor de USB verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <USB-instellingen> Geef op of het gebruik van de USB-poort of een USB-geheugenapparaat moet worden in- of uitgeschakeld. <Gebruik als USB-apparaat>...
Pagina 482
Overzicht van menuopties <Toegankelijkheid> 1SFY-08K Alle instellingen voor toegang, zoals de schermkleuren omkeren en weergavetijd van meldingen, verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Omwisselen schermkleuren>(P. 474) <Helderheid>(P. 474) <Duur berichtweergave>(P. 474) <Omwisselen schermkleuren>...
Pagina 483
Overzicht van menuopties <Aanpassing/onderhoud> 1SFY-08L Item Beschrijving <Beeldkwaliteit aanpassen>(P. 476) Dit gedeelte beschrijft hoe u de beeldkwaliteit voor het afdrukken instelt. <Onderhoud>(P. 490) Dit gedeelte beschrijft het gebruik van de reinigingsfuncties.
Pagina 484
Overzicht van menuopties <Beeldkwaliteit aanpassen> 1SFY-08R Alle instellingen voor de beeldkwaliteit verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Automatische gradatie-aanpassing>(P. 476) <Instellingen automatische correctie>(P. 476) <Correctie onjuiste afdrukkleur>(P. 477) <Zwarte tekst verwerkt voor kleur>(P. 477) <Afdrukpositie aanpassen>(P.
Pagina 485
Overzicht van menuopties <Correctie onjuiste afdrukkleur> Selecteer het tijdstip waarop de functie Correctie onjuiste afdrukkleur direct na het inschakelen van het Onjuiste apparaat automatisch wordt toegepast. U kunt deze aanpassing ook handmatig uitvoeren ( afdrukkleuren corrigeren(P. 611) ). <Na afdrukken eerste opdracht> <Als apparaat wordt ingeschakeld>...
Pagina 486
Overzicht van menuopties -5,0 tot en met 0,0 tot en met + 5,0 (mm) <Hor. aanp. (voork.)> -5,0 tot en met 0,0 tot en met + 5,0 (mm) <Vert. aanp. (achterk.)> -5,0 tot en met 0,0 tot en met + 5,0 (mm) <Hor.
Pagina 487
Overzicht van menuopties ● Als u instelt op <Aan>, kan de beeldkwaliteit veranderen of een papierstoring optreden als er een bepaalde tijd verstrijkt na het afdrukken op de voorzijde, of afhankelijk van de vochtigheidsgraad van de omgeving. <Modus voor ruw papier> Als u op ruw papier afdrukt, en vooral als kleurenafbeeldingen te licht zijn, selecteert u <Aan>.
Pagina 488
<Verwerking van speciaal papier> <Papierkreukelcorrectie> Selecteer de modus <Ja> MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw ● Deze instelling is geldig voor normaal papier en dun papier. ● Een sterker verbeterend effect instellen kan leiden tot vage afdrukken of lagere afdruksnelheid. MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn ●...
Pagina 489
Overzicht van menuopties <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Beeldkwaliteit aanpassen> <Speciale verwerking> <Plak. papier bij uitv. verm.> <Aan> <Ja> <Modus hoge vochtigheid> Afdrukdichtheid kan ongelijk zijn als het apparaat wordt gebruikt in een omgeving met hoge vochtigheidsgraad. In dat geval kunt u het probleem mogelijk verhelpen door dit item in te stellen op <Aan>. <Uit>...
Pagina 490
Overzicht van menuopties <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Beeldkwaliteit aanpassen> <Speciale verwerking> <Hot offset corrigeren 1> <Aan> <Ja> ● Als u <Aan> selecteert, wordt de toner misschien niet voldoende bevestigd, hetgeen leidt tot vage afdrukken. <Hot offset corrigeren 2> Als continu afdrukken steeds 'spookbeelden' laat zien, kan het probleem misschien worden opgelost door dit item op <Aan>...
Pagina 491
Selecteer het item <Ja> ● Voor MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw is het verbeterende effect is sterker met <Modus 2> dan met <Modus 1>. ● Bij een andere instelling dan <Uit>, kan de afdruk vaag zijn of kan de afdruksnelheid lager zijn.
Pagina 492
Overzicht van menuopties <Aan> <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Beeldkwaliteit aanpassen> <Speciale verwerking> <Correctie ongelijkmatige glans> <Aan> <Ja> ● Als u <Aan> selecteert, wordt de toner misschien niet voldoende bevestigd, hetgeen leidt tot vage afdrukken. <Leegte op achterkant corr.> Als u dubbelzijdig afdrukt op dun papier, kunnen witte plekken optreden aan de achterzijde van het papier in de voorrand.
Pagina 493
Overzicht van menuopties <Verklein.modus druppelpatroon> Als de afdrukdichtheid zodanig ongelijk is dat de afdruk op een patroon van waterdruppeltjes lijkt, wordt het probleem misschien opgelost als u dit item instelt op <Aan>. <Uit> <Aan> <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Beeldkwaliteit aanpassen> <Speciale verwerking> <Verklein.modus druppelpatroon>...
Pagina 494
Overzicht van menuopties ● Als u instelt op <Aan>, kan de afdruksnelheid lager zijn. <Mistpreventie> Als witte gedeelten lichtelijk gekleurd zijn, kan het probleem misschien worden opgelost door dit item op <Aan> te zetten. <Uit> <Aan> <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Beeldkwaliteit aanpassen> <Speciale verwerking>...
Pagina 495
Overzicht van menuopties <Fixatieverbetering> Toner kan loslaten van de afgedrukte pagina, afhankelijk van het type papier of de omgevingscondities. In dit geval kan het probleem worden opgelost door dit item in te stellen. Het verbeterende effect is sterker met <Modus 2> dan met <Modus 1>. Probeer het eerst met <Modus 1>. <Uit>...
Pagina 496
Overzicht van menuopties <Automatisch> Stelt automatisch de tonerfixering in. <Modus 1> Als de afdrukken kreukelen, stel dan in op deze mogelijkheid. <Modus 2> Als de afdrukken vaag zijn, stel dan in op deze mogelijkheid. ● Als u instelt op <Modus 1>, kunnen afdrukken vaag zijn. ●...
Pagina 497
Overzicht van menuopties <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Beeldkwaliteit aanpassen> <Speciale verwerking> <Rdc. Vage afd. na verv. cart.> <Aan> <Ja> ● Als u instelt op <Aan>, wordt deze instelling van kracht nadat u de tonercartridges hebt vervangen. ● Onmiddellijk na het vervangen van de tonercartridges duurt het even voordat de toner gelijkmatig binnen de cartridge wordt verdeeld.
Pagina 498
Overzicht van menuopties <Onderhoud> 1SFY-08S De reinigingsfuncties worden opgesomd en toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ● Instellingen gemarkeerd met een asterix ( ) worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt, opties, of andere instel-items. <Fixeereenheid reinigen>(P.
Pagina 499
Overzicht van menuopties <Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Onderhoud> <Modus Vochtverwijdering> <Aan> Controleer het bericht <OK> Selecteer het item <Ja> ● Als het condens is verwijderd, gaat het afdrukken misschien niet goed, en kan er leeg papier worden 'geproduceerd'. ● Als u instelt op <Aan>, moet u het apparaat AAN laten om het effect van condensverwijdering te behouden. ●...
Pagina 500
Overzicht van menuopties <Functie-instellingen> 1SFY-08U Item Beschrijving <Algemeen>(P. 493) Dit gedeelte beschrijft de instellingen die voor alle functies gelden. <Kopiëren>(P. 498) Dit gedeelte beschrijft hoe u de kopieerinstellingen opgeeft. <Printer>(P. 500) Dit gedeelte beschrijft hoe u printerinstellingen opgeeft. <Verzenden>(P. 545) Dit gedeelte beschrijft hoe u instellingen opgeeft voor het verzenden van faxen en gescande originelen.
Pagina 501
Overzicht van menuopties <Algemeen> 1SFY-08W Alle items gerelateerd aan voor iedere functie algemene instellingen verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Instellingen papierinvoer>(P. 493) <Scaninstellingen>(P. 495) <Bestand genereren>(P. 496) <Faxinstallatiegids>(P. 497) Sterretjes ( ●...
Pagina 502
Overzicht van menuopties <Uit> <Aan> <Ontvangen/fax >/<Ontvangen> <Multifunctionele lade> <Uit> <Aan> <Lade 1> <Uit> <Aan> <Lade 2> <Uit> <Aan> <Overige> <Multifunctionele lade> <Uit> <Aan> <Lade 1> <Uit> <Aan> <Lade 2> <Uit> <Aan> <Invoermethode papier schakelen> Geef deze instelling op wanneer u een document gaat afdrukken op papier met logo's. Als u bij algemeen gebruik, op papier met logo's gaat afdrukken, moet u voor enkelzijdig of dubbelzijdig afdrukken het papier in de papierbron anders laden.
Pagina 503
Overzicht van menuopties Papierbronnen Selecteer de papierbron waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Snelheidsprioriteit> Als u papier gebruikt waarop vooraf een logo is afgedrukt, moet u de afdrukzijde wijzigen als u enkelzijdig of dubbelzijdig afdrukt. ● U kunt het beste <Snelheidsprioriteit> selecteren als het niet uitmaakt op welke zijde er wordt afgedrukt. <Prioriteit afdrukzijde>...
Pagina 504
Overzicht van menuopties <Automatisch offline> Als er geen scan wordt uitgevoerd binnen een specifieke periode nadat het onderstaande scherm is weergegeven (het apparaat is in de online-stand gezet om te kunnen scannen), wordt het apparaat automatisch in de offline-stand gezet. Geef de tijdsduur op waarna de machine in de offline-stand moet worden gezet.
Pagina 505
Overzicht van menuopties ● Raadpleeg de handleiding van de monitor om de gammawaarde te bepalen. <OCR-instellingen (doorzoekbare tekst)> Geef, als u met OCR (Optical Character Recognition) van een tekst-origineel een 'doorzoekbare PDF' wilt maken, op of het apparaat de tekstrichting van het origineel bepaalt en de richting van het origineel detecteert. <Slimme scan>...
Pagina 506
Overzicht van menuopties <Kopiëren> 1SFY-08X Alle instellingen voor het kopiëren verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Sterretjes ( ● Instellingen gemarkeerd met een asterix ( ) worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt, opties, of andere instel-items.
Pagina 508
Overzicht van menuopties <Printer> 1SFY-08Y Alle instellingen voor de printer verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Printerinstellingen>(P. 500) <PDL-selectie (Plug and Play)>(P. 543) Sterretjes ( ● Instellingen gemarkeerd met " " worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt, opties, of andere instel-items.
Pagina 509
Overzicht van menuopties <Aan> <Actie als formt niet overeenk> <Uitvoer forceren> <Fout weergeven> <Lade 2> <Prioriteit stuurprogr.inst.> <Uit> <Aan> <Actie als formt niet overeenk> <Uitvoer forceren> <Fout weergeven> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <Prioriteit stuurprogr.instell. bij afdr.> Selecteer de papierbron Selecteer <Aan> in <Prioriteit stuurprogr.inst.>...
Pagina 510
Overzicht van menuopties <2-zijdig afdrukken> Geef aan of u dubbelzijdig wilt afdrukken. <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <2-zijdig afdrukken> Selecteer <Uit> of <Aan> <Standaardpapier> Geschikt papier(P. 714) Met dit item geeft u papierformaat en -type op. <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen>...
Pagina 511
Overzicht van menuopties 17 niveaus <Fijnaanpassing> <Geel>/<Magenta>/<Cyaan>/<Zwart> <Hoog>/<Medium>/<Laag> 17 niveaus <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <Afdrukkwaliteit> <Densiteit> De dichtheid van iedere kleur instellen <Toepassen> ● U kunt <Fijnaanpassing> gebruiken om de tonerdichtheid van iedere kleur op drie dichtheidsniveaus in te stellen: hoge dichtheid, medium dichtheid, en lage dichtheid. ●...
Pagina 512
Overzicht van menuopties <Fijnaanpassing densiteit> Als dunne lijnen of kleine tekst vervagen, verhoog dan de dichtheid voor een duidelijkere afdruk. Vijf niveaus <Menu> <Functie- instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <Afdrukkwaliteit> <Fijnaanpassing densiteit> Pas de instelwaarde aan <Toepassen> ● Een verandering in de dichtheid heeft invloed op andere objecten dan tekst of lijnen en de kleurbalans. ●...
Pagina 513
Overzicht van menuopties <Modus 1> Hiermee worden de randen van donker gekleurde tekst of afbeeldingen vloeiend afgedrukt. Deze instelling is geschikt voor de meeste afdruktaken. <Modus 2> Hiermee worden de randen van afbeeldingen en interne halftonen vloeiend afgedrukt. <Modus 3> Hiermee worden donkere tekst of lijnen op een gekleurde achtergrond afgedrukt met een vloeiende afwerking.
Pagina 514
Overzicht van menuopties <Gradatieprioriteit> Stelt de hoeveelheid tonertoevoer zodanig in dat de juiste kleurtint is gegarandeerd voor alle types printgegevens. <Tekstprioriteit> Stelt de hoeveelheid tonertoevoer zodanig in dat de juiste resolutie is gegarandeerd voor alle types printgegevens. <Lijnverwerking> Geef de verwerkingsmethode op voor het reproduceren van lijnen. <Resolutieprioriteit>...
Pagina 515
Overzicht van menuopties <Geavanceerd gladmaken> Configureer de vloei-instellingen voor de contouren van grafische afbeeldingen (bijvoorbeeld afbeeldingen die zijn gemaakt met behulp van toepassingen), of tekst met een vloeiende afwerking. <Geavanceerd gladmaken> Selecteer of u verwerking met vloeiing wilt toepassen. <Niveau 2> geeft een contour een vloeiender afwerking dan <Niveau 1>.
Pagina 516
Overzicht van menuopties <Vloeiender gradaties> Configureer de vloei-instellingen voor de gradatie (kleurdichtheid) van grafische afbeeldingen (bijvoorbeeld afbeeldingen die zijn gemaakt met behulp van toepassingen), of bitmap-afbeeldingen met een vloeiende afwerking. <Vloeiender gradaties> Selecteer of u verwerking met vloeiing wilt toepassen. <Niveau 2> geeft een contour een vloeiender afwerking dan <Niveau 1>.
Pagina 517
Overzicht van menuopties <Lay-out> Kies deze optie om instellingen op te geven voor de paginalay-out, zoals de inbindpositie en marges. <Inbindlocatie> Als u de afdrukken wilt inbinden met een hulpmiddel zoals een nietapparaat, moet u met behulp van dit item opgeven of u wilt inbinden over de lange of de korte zijde.
Pagina 518
Overzicht van menuopties Voer de instelwaarde in Geef de verschuivingsrichting en -breedte op van de afdrukpositie. De instelwaarde '+' of '-' bepaalt de inbindrand waarvoor de inbindmarge moet worden ingesteld. U kunt de inbindmarge instellen in stappen Basishandeling(P. 130) van 0,5 mm. Instelwaarde Lange zijde Korte zijde...
Pagina 519
Overzicht van menuopties <Korte zijde versch. (achterk.)>/<Lange zijde versch. (achterk.)> Verschuift de afdrukpositie op de papierzijde die omlaag gericht is. Voer de instelwaarde in Geef voor <Korte zijde verschuiven (voorkant)>/<Korte zijde verschuiven (achterkant)> een waarde met een '+' teken om de afdrukpositie in de links-naar-rechts richting te verschuiven. Geef voor <Lange zijde verschuiven (voorkant)>/<Lange zijde verschuiven (achterkant)>...
Pagina 520
Overzicht van menuopties <PDF> <XPS> <Afbeeldingsbeheer> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <Persoonlijkheid> Selecteer de stand Persoonlijkheid <Kleurmodus> Selecteer of u gegevens in kleur of in zwart/wit wilt afdrukken. <Auto (Kleur/Z-W)> <Zwart-wit> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <Kleurmodus> Selecteer <Auto (Kleur/Z-W)> of <Zwart-wit> <Gecomprimeerde beelduitvoer>...
Pagina 521
Overzicht van menuopties <Halftonen> U kunt de afdrukmethode selecteren voor het reproduceren van halftonen (het tussenliggende bereik tussen de lichtere en donkere gebieden van een afbeelding) voor optimale beeldkwaliteit. <Foutdiffusie> Produceert een fijnere afdruk dan met <Resolutie/gradatie>. Deze optie is geschikt voor het afdrukken van scherpe tekstranden of gegevens met fijne lijnen.
Pagina 522
Overzicht van menuopties Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties> vertegenwoordigt lijnen en figuren, en <Afbeelding> vertegenwoordigt foto´s en afbeeldingen. Instelwaarde <Resolutie> Produceert een afdruk met vloeiende gradatie of vloeiende randen. Geschikt voor het afdrukken van tekens en fijne lijnen.
Pagina 523
Overzicht van menuopties <Uit> <Aan> <Illustraties> <Uit> <Aan> <Afbeelding> <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <UFR II> <Grijscorrectie> Selecteer het type afbeelding Selecteer <Uit> of <Aan> <Papierbesparing> Geef op of lege pagina's niet moeten worden uitgevoerd. <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer>...
Pagina 524
<Lettergrootte> Geef het lettertype op dat u wilt gebruiken door het bijbehorende lettertype-ID-nummer. U kunt vanaf het bedieningspaneel een lijst afdrukken met voorbeelden van de beschikbare PCL-lettertypen. MF735Cx / MF635Cx tot en met 104 MF734Cdw / MF732Cdw / MF633Cdw tot en met 54 <Menu>...
Pagina 525
Selecteer hier de tekencode (tekenset) die het meest geschikt is voor de computer die u gebruikt om afdrukgegevens te verzenden. De opgegeven instelling wordt genegeerd als de tekencode wordt bepaald door het lettertype dat is opgegeven bij <Lettergrootte>. MF735Cx / MF635Cx <ARABIC8> <PC8>...
Pagina 527
Overzicht van menuopties <Menu> <Functie- instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PCL> <Maateenheid> Selecteer <Millimeter> of <Inch> <X-dimensie> Geef hier de horizontale afmeting (korte kant) van het aangepaste papier op. 77 tot en met 215 (mm) <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PCL> <X- dimensie> Geef de afmeting op <Toepassen>...
Pagina 528
Overzicht van menuopties <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PCL> <CR aan LF toevoegen> Selecteer <Ja> of <Nee> <A4-afdrukbreedte vergroten> Kies deze optie als u wilt instellen dat de breedte van het afdrukbare gebied van A4-papier in de stand Staand moet worden aangepast aan de breedte van Letter-papier. <Uit>...
Pagina 529
Overzicht van menuopties <Gradatie> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PCL> <Halftonen> <Resolutie/gradatie> Selecteer het type afbeelding Selecteer <Resolutie> of <Gradatie> Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties> vertegenwoordigt lijnen en figuren, en <Afbeelding> vertegenwoordigt foto´s en afbeeldingen. Instelwaarde <Resolutie>...
Pagina 530
Overzicht van menuopties <Algemeen> Verwerkt zodanig dat de kleurtint geschikt is voor het afdrukken van algemene papieren zoals foto's of documenten. <Perceptueel> Verwerkt zodanig dat de kleurtint geschikt is voor het afdrukken van bitmapafbeeldingen. Als dit item is geselecteerd, wordt een afbeelding afgedrukt in de kleuren die de beeldschermkleuren het best benaderen. <Colorimetrisch>...
Pagina 531
Overzicht van menuopties ● U kunt het menu BarDIMM alleen inschakelen als u Barcode Printing Kit activeert. Wanneer u geen streepjescode afdrukt, moet u vooral het menu BarDIMM uitschakelen. Anders zal misschien de verwerkingssnelheid van gewone afdruktaken worden beperkt. ● De standaardinstelling is <Uitschakelen>.
Pagina 532
Overzicht van menuopties <PS-fouten afdrukken> Deze instelling bepaalt of een foutpagina wordt afgedrukt wanneer een fout optreedt. <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PS> <PS-fouten afdrukken> Selecteer <Uit> of <Aan> <Puur zwarte tekst> Configureert een instelling zodanig dat zwarte tekst waarvan de kleurinformatie 'R=G=B=0%,' 'C=M=Y=100%,' of 'C=M=Y=0% / K=100%' wordt afgedrukt met uitsluitend K (zwart) toner.
Pagina 533
Verricht kleurscheiding van RGB-data naar CMYK-data zonder enig RGB-bronprofiel toe te passen. <CMYK-simulatieprofiel> Selecteer een simulatiedoel bij het afdrukken van CMYK-gegevens. Het apparaat zet de CMYK-gegevens op basis van de simulatie om naar een CMYK-kleurenmodel dat geschikt is voor het apparaat. <JapanColor(Canon)> <U.S. Web Coated v1.00(Canon)> <Euro Standard v1.00(Canon)> <Geen>...
Pagina 534
Selecteer het profiel <JapanColor(Canon)> Een JapanColor-profiel instellen. Er wordt afgedrukt in kleurtinten die dicht bij de Japanse afdruknorm liggen. <U.S. Web Coated v1.00(Canon)> Een U.S. Web Coated-profiel instellen. Er wordt afgedrukt in kleurtinten die dicht bij de Amerikaanse afdruknorm liggen.
Pagina 535
Overzicht van menuopties <Illustraties> <Normaal> <Foto> <TR Normaal> <TR Foto> <Afbeelding> <Normaal> <Foto> <TR Normaal> <TR Foto> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PS> <Uitvoerprofiel> Selecteer het type afbeelding Selecteer het profiel Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties>...
Pagina 536
Overzicht van menuopties <Afstemmethode> Selecteer het element dat prioriteit krijgt bij kleuraanpassing in <RGB-bronprofiel>. <Perceptueel> <Verzadiging> <Colorimetrisch> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PS> <Afstemmethode> Selecteer het item <Perceptueel> Het biedt de kleurtint die geschikt is voor het afdrukken van foto's of bitmap-afbeeldingen. <Verzadiging>...
Pagina 537
Overzicht van menuopties <Tekst> <Resolutie> <Gradatie> <Illustraties> <Resolutie> <Gradatie> <Afbeelding> <Resolutie> <Gradatie> <Menu> <Functie- instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PS> <Halftonen> <Resolutie/ gradatie> Selecteer het type afbeelding Selecteer <Resolutie> of <Gradatie> Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties>...
Pagina 538
Overzicht van menuopties <Menu> <Functie- instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PS> <Helderheid> Pas de helderheid <Samengestelde overdruk> Geef op of CMYK-data kan worden overdrukt, met opgegeven overdruk, als composiet-uitvoer. <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PS> <Samengestelde overdruk> Selecteer <Uit> of <Aan> ●...
Pagina 539
Overzicht van menuopties ● Dit gedeelte bevat informatie over de instellingen voor het converteren van de kleurgegevens in grijswaarden. ● Deze instelling is ongeldig voor zwart-witgegevens. <Instellingen voor afbeeldingsbeheer> U kunt de afdrukinstellingen wijzigen die worden toegepast bij het afdrukken van beeldbestanden (JPEG/TIFF). <Halftonen>...
Pagina 540
Overzicht van menuopties <Afdrukgebied vergroten> Geef op of u het afdrukbereik wilt vergroten tot het papierformaat. <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PDF> <Afdrukgebied vergroten> Selecteer <Uit> of <Aan> ● Als u <Aan> opgeeft, kan het gebeuren dat papiergedeelten kort bij de rand niet worden bedrukt of dat afdrukken er gedeeltelijk vlekkerig uitkomen, al naargelang het origineel.
Pagina 541
Overzicht van menuopties <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PDF> <Puur zwarte tekst> Selecteer <Uit> of <Aan> <Zwarte overdruk> Geef de afdrukmethode op als zwarte tekst overlapt met een kleurige achtergrond of kleurige afbeelding. Deze optie wordt niet weergegeven als <Puur zwarte tekst> is ingesteld op <Uit>. <Uit>...
Pagina 542
<CMYK-simulatieprofiel> Selecteer een simulatiedoel bij het afdrukken van CMYK-gegevens. Het apparaat zet de CMYK-gegevens op basis van de simulatie om naar een CMYK-kleurenmodel dat geschikt is voor het apparaat. <JapanColor(Canon)> <U.S. Web Coated v1.00(Canon)> <Euro Standard v1.00(Canon)> <Geen> <Menu> <Functie-instellingen>...
Pagina 543
Overzicht van menuopties <Geen> Drukt CMYK-data af met behulp van een per apparaat verschillend CMYK kleurmodel zonder het CMYK- simulatieprofiel toe te passen. ● Wanneer <Geen> wordt geselecteerd, kan donker gekleurde gradatie ongelijk worden, afhankelijk van de gegevens. <Grijswaardenprofiel gebruiken> Geef op of grijze data wordt geconverteerd naar CMYK data, met behulp van het grijswaardenprofiel van het apparaat.
Pagina 544
Overzicht van menuopties Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties> vertegenwoordigt lijnen en figuren, en <Afbeelding> vertegenwoordigt foto´s en afbeeldingen. Profielen <Normaal> Past het afdrukken van data zodanig aan dat de afdrukkleuren zo dicht mogelijk bij de beeldscherm-kleuren liggen.
Pagina 545
Overzicht van menuopties <Perceptueel> Het biedt de kleurtint die geschikt is voor het afdrukken van foto's of bitmap-afbeeldingen. <Verzadiging> Het biedt de kleurtint die geschikt is voor het afdrukken van kunstwerken of andere afbeeldingen die worden gebruikt voor presentatiematerialen. <Colorimetrisch> Stel deze optie in als u de RGB-kleurwaarde in het kleurreproductiebereik van het apparaat zo nauwkeurig mogelijk wilt reproduceren.
Pagina 546
Overzicht van menuopties Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties> vertegenwoordigt lijnen en figuren, en <Afbeelding> vertegenwoordigt foto´s en afbeeldingen. Instelwaarde <Resolutie> Produceert een afdruk met vloeiende gradatie of vloeiende randen. Geschikt voor het afdrukken van tekens en fijne lijnen.
Pagina 547
Overzicht van menuopties <Grijswaardeconversie> Geef de afdrukmethode op om kleurendata in zwart-wit af te drukken. <sRGB> <NTSC> <Uniforme RGB> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <PDF> <Grijswaardeconversie> Selecteer het type grijswaardenconversie <sRGB> Drukt in zwart/wit af met nadruk op kleurverschillen, zodat een vloeiende gradatie wordt verkregen. <NTSC>...
Pagina 548
Overzicht van menuopties <Algemeen> Verwerkt zodanig dat de kleurtint geschikt is voor het afdrukken van algemene papieren zoals foto's of documenten. <Perceptueel> Verwerkt zodanig dat de kleurtint geschikt is voor het afdrukken van bitmapafbeeldingen. Als dit item is geselecteerd, wordt een afbeelding afgedrukt in de kleuren die de beeldschermkleuren het best benaderen. <Colorimetrisch>...
Pagina 549
Overzicht van menuopties Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties> vertegenwoordigt lijnen en figuren, en <Afbeelding> vertegenwoordigt foto´s en afbeeldingen. Instelwaarde <Resolutie> Produceert een afdruk met vloeiende gradatie of vloeiende randen. Geschikt voor het afdrukken van tekens en fijne lijnen.
Pagina 550
Overzicht van menuopties <NTSC> <Uniforme RGB> <Illustraties> <sRGB> <NTSC> <Uniforme RGB> <Afbeelding> <sRGB> <NTSC> <Uniforme RGB> <Menu> <Functie-instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <XPS> <Grijswaardeconversie> Selecteer het type afbeelding Selecteer het type grijswaardenconversie Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. <Tekst> vertegenwoordigt letters en tekens, <Illustraties>...
Pagina 551
Overzicht van menuopties <Menu> <Functie- instellingen> <Printer> <Printerinstellingen> <XPS> <Papierbesparing> Selecteer <Uit> of <Aan> <PDL-selectie (Plug and Play)> Selecteer een paginabeschrijvingstaal (PDL), zodat de machine wordt gedetecteerd als een printer die compatibel is met die taal wanneer de machine via Plug and Play wordt aangesloten op een computer. <Netwerk>...
Pagina 552
Overzicht van menuopties <PCL6> Hiermee wordt de machine gedetecteerd en verbonden als een PCL6-printer. <PS> Detecteert het apparaat als PS-printer en sluit het aan.
Pagina 553
Overzicht van menuopties <Verzenden> 1SFY-090 Alle instellingen voor het verzenden van faxen en gescande originelen verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Algemene instellingen>(P. 545) <Verzend- en scaninstellingen>(P. 546) <Faxinstellingen>(P. 551) Sterretjes ( ●...
Pagina 554
Overzicht van menuopties bevestigingsscherm uitsluitend als meerdere bestemmingen zijn opgegeven. Bestemmingen controleren tijdens het verzenden van gegevens(P. 412) <Uit> <Aan> <Alleen voor groepsverzending> <Verzend- en scaninstellingen> U kunt de instellingen voor het verzenden van faxen of gescande documenten wijzigen en registreren. <Apparaatnaam registreren>...
Pagina 555
Overzicht van menuopties <PDF (OCR)> <PDF-details instellen> <PDF>/<PDF (Compact)>/<PDF (Compact/OCR)>/<PDF (OCR)> <Encryptie> <Geen> <Acrobat 7.0 of later/128-bits AES> <Acrobat 9.0 of equivalent/256-bits AES> <Acrobat 10.0 of equivalent/256-bits AES> <Digitale handtekeningen> <Geen> <Linksboven> <Splitsen in pagina's> <Uit> <Aan> <JPEG> <TIFF> <TIFF-details instellen> <Splitsen in pagina's>...
Pagina 556
Overzicht van menuopties <Antwoord aan> <Geen> <Opgeven uit adresboek> <Prioriteit> <Laag> <Standaard> <Hoog> <I-faxinstellingen> Geef de basisinstellingen op voor het gebruik van het apparaat als I-Faxapparaat. <Standaardinstellingen wijzigen (I-fax)> U kunt de standaard instellingen veranderen voor het verzenden van I-Faxen. De geselecteerde instellingen worden gebruikt als de standaardinstellingen voor het scannen van originelen.
Pagina 557
Overzicht van menuopties <Onderwerp> <Bericht> <Antwoord aan> <Geen> <Opgeven uit adresboek> <TX terminal-ID> Informatie zoals de datum en de tijd van verzending en het e-mailadres van het apparaat (informatie van de verzender) kunnen als kopregel aan verzonden documenten worden toegevoegd. Deze informatie vertelt de ontvanger wanneer de I-Fax is verzonden en wie de afzender is.
Pagina 558
Overzicht van menuopties <Bestandsindeling> <PDF> <PDF (Compact)> <PDF (Compact/OCR)> <PDF (OCR)> <PDF-details instellen> <PDF>/<PDF (Compact)>/<PDF (Compact/OCR)>/<PDF (OCR)> <Encryptie> <Geen> <Acrobat 7.0 of later/128-bits AES> <Acrobat 9.0 of equivalent/256-bits AES> <Acrobat 10.0 of equivalent/256-bits AES> <Digitale handtekeningen> <Geen> <Linksboven> <Splitsen in pagina's> <Uit>...
Pagina 559
Overzicht van menuopties <Faxinstellingen> Kies deze optie om de basisinstellingen op te geven voor de faxfunctie van de machine. <Standaardinstellingen wijzigen (Fax)> U kunt de standaard instellingen veranderen voor het verzenden van faxen. De geselecteerde instellingen worden gebruikt als de standaardinstellingen voor het scannen van originelen. De standaard instellingen voor functies wijzigen(P.
Pagina 560
Overzicht van menuopties ● ECM moet zijn ingeschakeld op de machine en het andere faxapparaat omdat er foutcontroles worden uitgevoerd op zowel het versturende als ontvangende apparaat. ● Zelfs als ECM is ingeschakeld, kunnen er fouten optreden als gevolg van de toestand van de telefoonlijn.
Pagina 561
Overzicht van menuopties <Aantal herhalingen> Geeft op hoe vaak het apparaat het nummer opnieuw moet kiezen. Voer een nummer in, en selecteer <Toepassen>. <Herhalingsinterval> Geeft het interval tussen het herhalen van het nummer. Voer een waarde in voor het interval, en selecteer <Toepassen>.
Pagina 562
Overzicht van menuopties <9600 bps> <7200 bps> <4800 bps> <2400 bps> <Menu> <Functie-instellingen> <Verzenden> <Faxinstellingen> <TX-startsnelheid> Selecteer een startsnelheid voor de communicatie <R-toets instelling> Als het apparaat via een telefooncentrale met het netwerk is verbonden, moet de toegangsmethode worden ingesteld. Als u de instelling <PBX> kiest, wordt de toets <R> weergegeven op het scherm voor basisfuncties voor faxen.
Pagina 563
Overzicht van menuopties <TX-document archiveren> Behalve de bestemming die wordt opgegeven wanneer de fax wordt verzonden, kunt u opgeven of gefaxte documenten ook worden verstuurd naar een vooraf ingesteld adres waar ze worden opgeslagen en gearchiveerd. Een kopie van een verzonden origineel bewaren(P. 238) <TX-document archiveren>...
Pagina 564
Overzicht van menuopties <Afdrukpositie> Hiermee bepaalt u waar op de verzonden fax de toegevoegde gegevens worden afgedrukt. Selecteer <Binnen beeldvlak> om de gegevens binnen het beeldvlak af te drukken of <Buiten beeldvlak> om de gegevens buiten het beeldvlak te plaatsen. <Markeer nummer als>...
Pagina 565
Overzicht van menuopties <Ontvangen/doorzenden> 1SFY-091 Alle instellingen voor het ontvangen van faxen en e-mails verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Algemene instellingen>(P. 557) <I-faxinstellingen>(P. 558) <Faxinstellingen>(P. 559) Sterretjes ( ● Instellingen gemarkeerd met " "...
Pagina 566
Overzicht van menuopties <Uit> <Aan> <Menu> <Functie-instellingen> <Ontvangen/doorzenden> <Algemeen> <Doorg. met afdr. als cart. bijna leeg is.> <Aan> ● Als deze optie is ingeschakeld, kunnen faxen te licht of onscherp worden afgedrukt. Aangezien ontvangen documenten niet worden opgeslagen, moet u de afzender vragen het document opnieuw te sturen.
Pagina 567
Overzicht van menuopties <Menu> <Functie-instellingen> <Ontvangen/doorzenden> <I-faxinstellingen> <RX- afdrukformaat> Selecteer het papierformaat <Faxinstellingen> Hiermee kunt u instellingen configureren voor het ontvangen en doorsturen van faxen. <Afdrukken op beide zijden> Kies deze optie om instellingen op te geven voor het dubbelzijdig afdrukken van ontvangen documenten. <Uit>...
Pagina 568
Overzicht van menuopties <Inkomend belsignaal gebruiken> <Uit> <Aan> <Aantal keer overgaan> 1 t/m 2 t/m 99 (maal) <Menu> <Functie-instellingen> <Ontvangen/doorzenden> <Faxinstellingen> <Inkomend belsignaal> Selecteer <Aan> in <Inkomend belsignaal gebruiken> Voer het gewenste nummer in <Aantal keer overgaan> <Toepassen> ● Als de optie <Aan> is ingesteld, moet u vooraf uw telefoon of de optionele handset aansluiten op het apparaat.
Pagina 569
Overzicht van menuopties <Menu> <Functie-instellingen> <Ontvangen/doorzenden> <Faxinstellingen> <Omschakelen naar Auto RX> Selecteer <Aan> in <Schakelen naar Auto RX gebruiken> Voer het gewenste aantal seconden in in <Duur belsignaal Auto RX> <Toepassen> <RX-startsnelheid> Als het lang duurt voordat het ontvangen van een fax start, bijvoorbeeld vanwege een slechte verbinding, kunt u de startsnelheid voor de communicatie stapsgewijs verlagen.
Pagina 570
Overzicht van menuopties Selecteer <Verkleiningspercentage> <Automatisch> om het document te verkleinen met een percentage dat is gebaseerd op het formaat van het geladen papier. Kies <97%>, <95%>, <90%>, of <75%> om het document met dat percentage te verkleinen. <Verkleiningsrichting> Selecteer <Verticaal/Horizontaal> om het document zowel verticaal als horizontaal te verkleinen. Selecteer <Alleen verticaal>...
Pagina 571
Overzicht van menuopties <Uit> <Alleen bij fout>...
Pagina 572
Overzicht van menuopties <Bestanden opslaan/gebruiken> 1SFY-092 Alle instellingen voor het op een USB-geheugenapparaat opslaan van het gescande document, of het afdrukken van opgeslagen bestanden, verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Algemene instellingen>(P. 564) <Instellingen geheugenmedia>(P.
Pagina 573
Overzicht van menuopties <PDF> <PDF (Compact)> <PDF (Compact/OCR)> <PDF (OCR)> <PDF-details instellen> <PDF>/<PDF (Compact)>/<PDF (Compact/OCR)>/<PDF (OCR)> <Encryptie> <Geen> <Acrobat 7.0 of later/128-bits AES> <Acrobat 9.0 of equivalent/256-bits AES> <Acrobat 10.0 of equivalent/256-bits AES> <Digitale handtekeningen> <Geen> <Linksboven> <Splitsen in pagina's> <Uit>...
Pagina 574
Overzicht van menuopties <Toegangsinstellingen opgesl. bestanden> U kunt de instellingen veranderen om bestanden die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat af te drukken, en de methode om ze weer te geven. <Standaardinstellingen wijzigen (Geheugenmedia afdruk)> U kunt de standaardinstellingen voor het afdrukken uit geheugenmedia veranderen. De hier geconfigureerde instellingen worden gebruikt als de standaardinstellingen voor het afdrukken uit geheugenmedia.
Pagina 578
Overzicht van menuopties <Voorbeeld> Geeft een voorbeeldafbeelding weer. <Details> Geeft bestandsnamen en datums weer in een lijst. <Standaardinstellingen bestandssortering> Geef aan of u de bestanden op een USB-geheugenapparaat oplopend of aflopend wilt sorteren op bestandsnaam of datum. <Naam (oplopend)> <Naam (aflopend)> <Datum/tijd (oplopend)>...
Pagina 579
Schakel de functies van een USB-geheugenapparaat in of uit. <Gebruik scanfunctie> Geef aan of gescande originelen mogen worden opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Beperkingen instellen voor het scannen naar USB(P. 416) MF735Cx / MF635Cx <Uit> <Aan> MF734Cdw / MF732Cdw / MF633Cdw / MF631Cn <Uit>...
Pagina 580
Overzicht van menuopties <Beveiligde afdruk> 1SFY-093 Geef op of Beveiligde afdruk is in- of uitgeschakeld ( Documenten beveiligd afdrukken(P. 270) ). Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Beveiligde afdruk gebruiken> <Uit> <Aan> <Printeropdrachten beperken> <Uit> <Aan> <Wistijd beveiligde afdruk> 10 tot en met 30 tot en met 240 (min.)
Pagina 581
Overzicht van menuopties <Bestemming instellen> 1SFY-094 Alle instellingen voor het adresboek worden opgesomd en kort toegelicht. <Pincode adresboek> Kies deze optie om een pincode in te stellen die moet worden ingevoerd om nieuwe vermeldingen toe te voegen aan Gebruik van het adresboek beperken(P. 409) het adresboek of om bestaande vermeldingen te wijzigen.
Pagina 582
Overzicht van menuopties <Beheerinstellingen> 1SFY-095 Item Beschrijving <Gebruikersbeheer>(P. 575) U kunt instellingen configureren om gebruikers van het apparaat te beheren. <Apparaatbeheer>(P. 576) U kunt informatie beheren over de hardware en bewerkingen, maar ook verschillende vereiste data voor het gebruik van de apparaatfuncties. <Licentie/overig>/<Instellingen externe UI/ U kunt de instellingen configureren voor de externe UI en beschikbare update firmware>(P.
Pagina 583
Overzicht van menuopties <Gebruikersbeheer> 1SFY-096 Alle instellingen voor het gebruikersbeheer van het apparaat verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Instellingen Systeembeheerderinformatie>(P. 575) <Afdelings-ID beheer>(P. 575) <Instellingen Systeembeheerderinformatie> Geef de id of pincode uitsluitend in voor beheerders die toegangsmachtigingen hebben voor <Netwerk> en <Beheerinstellingen>.
Pagina 584
<Instellingen Apparaatinformatie>(P. 576) <Selecteer land/regio>(P. 576) <Weergave opdrachtlog>(P. 577) <Gebruik NFC>(P. 577) <Informatie over verbruiksartikelen weergeven (RUI/Toner Status)>(P. 577) <Scan met Canon PRINT Business>(P. 578) <Melden om papierinst. te controleren>(P. 578) Sterretjes ( ● Instellingen die zijn gemarkeerd met "...
Pagina 585
Overzicht van menuopties <Finland (FI)> <Slovenië (SI)> <Frankrijk (FR)> <Zuid-Afrika (ZA)> <Duitsland (DE)> <Spanje (ES)> <Griekenland (GR)> <Zweden (SE)> <Hongarije (HU)> <Zwitserland (CH)> <Ierland (IE)> <Oekraïne (UA)> <Italië (IT)> <Groot-Brittannië (GB)> <Jordanië (JO)> <Overige> <Luxemburg (LU)> <Menu> <Beheerinstellingen> <Apparaatbeheer> <Selecteer land/regio> Selecteer een land of regio <Weergave opdrachtlog>...
Pagina 586
Tonerstatus, tonercartridges kunnen worden gekocht, selecteer dan <Aan> en vervolgens <Uit>. <Scan met Canon PRINT Business> Selecteer of u wilt toestaan dat van een mobiel apparaat wordt gescand met de Canon PRINT Business toepassing. <Uit> <Aan> <Menu>...
Pagina 587
Overzicht van menuopties <Menu> <Beheerinstellingen> <Apparaatbeheer> <Melden om papierins. te contr.> Selecteer <Uit> of <Aan> Start het apparaat opnieuw op...
Pagina 588
Overzicht van menuopties <Licentie/overig>/<Instellingen externe UI/update firmware> 1SFY-098 Alle instellingen voor de software en het systeemopties voor het apparaat, maar ook over Licentie registreren verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Licentie registreren>(P. 580) <Instellingen externe UI>(P.
Pagina 589
Overzicht van menuopties <Toegang beperken> Geef op dat een pincode moet worden ingevoerd voor toegang tot de externe UI. Stel een pincode in van Een pincode instellen voor maximaal 7 cijfers. Alle gebruikers gebruiken een gemeenschappelijke pincode. UI op afstand(P. 366) <Uit >...
Pagina 590
Overzicht van menuopties <Gegevensbeheer> 1SFY-099 De instellingen voor het benutten van de apparaatinstellingen en voor gegevensinitialisatie verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). <Importeren/exporteren>(P. 582) <Prod. Ext'd Survey Prog. insch.>(P. 583) <Sleutel en certificaat initialiseren>(P. 583) <Adresboek initialiseren>(P.
Pagina 591
Overzicht van menuopties <Prod. Ext'd Survey Prog. insch.> Hiermee kunt u Product Extended Survey Program in- of uitschakelen (een programma voor het verzamelen van gebruiksgegevens van de machine). <Uit> <Aan> <Menu> <Beheerinstellingen> <Gegevensbeheer> <Prod. Ext'd Survey Prog. insch.> Selecteer <Uit> of <Aan> Start het apparaat opnieuw op <Sleutel en certificaat initialiseren>...
Pagina 592
Overzicht van menuopties <Beveiligingsinstellingen> 1SFY-09A Alle instellingen voor de authenticatiefunctie en versleuteling verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool <Instellingen authenticatie/wachtwoord>(P. 584) <Encryptie-instellingen>(P. 584) <Instellingen authenticatie/wachtwoord> U kunt de beveiliging van de authenticatiefunctie versterken. <Instellingen authenticatiefunctie>...
Pagina 593
Overzicht van menuopties <Aan> <Menu> <Beheerinstellingen> <Beveiligingsinstellingen> <Encryptie-instellingen> Selecteer <Aan> in <Gebr. zwakke encr. verbieden> Selecteer <Uit> of <Aan> in <Zwakke encr. sleutel/cert verb> <Toepassen> Start het apparaat opnieuw op...
Pagina 594
Onderhoud Onderhoud Onderhoud ................................. 587 ............................589 Standaardreiniging ..........................590 De buitenzijde reinigen ........................... 591 De glasplaat reinigen ........................592 The documentinvoer reinigen ..........................595 De fixeereenheid reinigen ......................596 De transportriem (ITB) schoonmaken ..........................597 De tonercassette vervangen ................602 De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren ...........................
Pagina 595
Onderhoud Onderhoud 1SFY-09C In dit hoofdstuk wordt het onderhoud van het apparaat beschreven, inclusief het reinigen van het apparaat en het instellen van de afdrukkwaliteit. ◼ Standaardreiniging Standaardreiniging(P. 589) ◼ Verbruiksartikelen vervangen De tonercassette vervangen(P. 597) De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren(P. 602) Verbruiksartikelen(P.
Pagina 596
Onderhoud ◼ Het apparaat instellen en beheren De machine verplaatsen(P. 603) Afdrukkwaliteit instellen(P. 605) Aantal afdrukken weergeven(P. 616) Rapporten en lijsten afdrukken(P. 618)
Pagina 597
Onderhoud Standaardreiniging 1SFY-09E Maak de machine regelmatig schoon om te voorkomen dat de afdrukkwaliteit afneemt en om de machine veilig en prettig te kunnen gebruiken. Onderdelen die u moet reinigen Behuizing van het apparaat en de ventilatieopeningen De buitenzijde reinigen(P. 590) Documentinvoer The documentinvoer reinigen(P.
Pagina 598
Onderhoud De buitenzijde reinigen 1SFY-09F Wrijf de behuizing van het apparaat regelmatig schoon, vooral bij de ventilatieopeningen, om het apparaat in goede conditie te houden. Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken.
Pagina 599
Onderhoud De glasplaat reinigen 1SFY-09H Verwijder regelmatig stof van de glasplaat en de onderzijde van de klep van de glasplaat om vlekken op originelen of afdrukken te voorkomen. Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken.
Pagina 600
Onderhoud The documentinvoer reinigen 1SFY-09J Grafietpoeder of stof op de rollen in de invoer of op het scangebied van de documentinvoer kan vlekken geven op de afdrukken. Als dit zich voordoet, of als er veel papierstoringen zijn, maak dan de documentinvoer schoon. Als de problemen blijven bestaan nadat u de invoer hebt schoongemaakt, start dan het automatisch reinigen van de documentinvoer.
Pagina 601
Onderhoud ● Als de rollen en omgeving erg vuil zijn, maak ze dan schoon. Hiertoe maakt u een doek nat met water en wringt u hem goed uit, en veegt dan de vuile gebieden schoon. Wrijf de gebieden vervolgens droog met een zachte, droge doek.
Pagina 602
Onderhoud Wacht tot de gebieden helemaal droog zijn. Sluit de documentinvoer voorzichtig. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en schakel het apparaat Automatische reiniging van de documentinvoer Automatische reiniging van de documentinvoer vereist papier in the documentinvoer. Plaats 10 vellen normaal papier van het formaat A4 of US Letter in the documentinvoer voordat u automatische reiniging start.
Pagina 603
Onderhoud De fixeereenheid reinigen 1SFY-09K Er kan zich vuil verzamelen op de fixeermodule in het apparaat, met als gevolg zwarte strepen op de afdrukken. Voer de onderstaande procedure uit om de fixeermodule te reinigen. U kunt de fixeermodule niet reinigen als het apparaat documenten in de wachtrij heeft staan die nog moeten worden afgedrukt.
Pagina 604
Onderhoud De transportriem (ITB) schoonmaken 1SFY-09L Er kan zich vuil verzamelen op de transfer-band in de machine, met als gevolg dat de afdrukkwaliteit afneemt. Voer de onderstaande procedure uit om de transfer-band te reinigen. U kunt de transfer-band niet reinigen als de wachtrij van de machine documenten bevat die nog moeten worden afgedrukt.
Pagina 605
Onderhoud De tonercassette vervangen 1SFY-09R Het apparaat geeft een melding weer wanneer er nog maar weinig toner in de tonercartridge zit. Let op: de afdrukkwaliteit kan verslechteren, als u doorgaat met afdrukken zonder dit op te lossen. Op de display kunt u zien hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit ( De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren(P.
Pagina 606
Procedure voor het vervangen van de tonercartridge Als u de tonercartridge vervangt, vindt u op het scherm eenvoudige instructies voor de vervangingsprocedure. Raadpleeg deze, maar ook de volgende procedure. Open de klep aan de voorzijde. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn...
Pagina 607
Onderhoud Trek de lade met de tonercartridges naar buiten. Trek de bedoelde tonercartridge recht omhoog uit de houder. Haal de nieuwe tonercartridge uit de verpakking. Trek de lip aan het verpakkingsmateriaal op een plat vlak. Trek de tonercartridge eruit.
Pagina 608
Onderhoud Schud de tonercartridge 5 of 6 keer (zie onderstaande afbeelding) om de toner binnenin de cartridge gelijkmatig te verdelen. ● Raak het drumoppervlak aan de onderzijde van de tonercassettelade niet aan. Installeer de tonercartridge. ● Elke kleur tonercartridge heeft een eigen sleuf in de cartridgehouder, aangegeven met een kleurenlabel ).
Pagina 609
Onderhoud ● Er wordt nu direct een automatische correctie uitgevoerd ( Snelle aanpassing(P. 608) ). Als u een correctie of aanpassing voor hogere kwaliteit wilt uitvoeren, kiest u voor een volledige aanpassing ( Volledige aanpassing(P. 606) ). KOPPELINGEN Verbruiksartikelen(P. 623)
Pagina 610
Onderhoud De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren 1SFY-09S Met onderstaande procedure kunt u controleren hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit. Het is vooral belangrijk dat u controleert of u een nieuwe tonercartridge gereed moet hebben, voordat u met een grote afdruktaak begint. <Statusmonitor>...
Pagina 611
Procedure voor het vervangen van de tonercartridge(P. 598) Trek de papierlade uit. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn ● Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet,...
Pagina 612
Sluit alle geopende kleppen en multifunctionele invoer, en breng het apparaat naar de nieuwe gebruikslocatie. ● Hoofdeenheid(P. 709) ). Als u MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw gebruikt, De machine is zwaar ( verplaats de machine dan altijd met twee of meer mensen.
Pagina 613
Onderhoud Afdrukkwaliteit instellen 1SFY-09W Als de afdrukresultaten te wensen overlaten, zoals een lage beeldkwaliteit, slechte reproduceerbaarheid of onjuiste afdrukkleuren, probeert u de onderstaande correcties. ◼ Autom. gradatie-aanp. Als de dichtheid of helderheid van kleuren verschilt in afdrukken en originelen, voert u de optie <Autom. gradatie- aanp.>...
Pagina 614
Onderhoud Gradatie aanpassen 1SFY-09X Gradatie verwijst naar de overgang van donker naar licht van de tinten van een kleur. Hoe meer tinten in de gradaties van kleuren die worden afgedrukt, des te natuurlijker de afdrukken. Als de reproduceerbaarheid van kleuren slecht is en de dichtheid en helderheid van afdrukken duidelijk afwijken van de originelen, kunt u een automatische aanpassing of correctie uitvoeren.
Pagina 615
Onderhoud Open de documentinvoer of de deksel van de glasplaat nadat het tweede scherm hierboven niet meer wordt weergegeven. Leg de correctieafbeelding op de glasplaat. ● Leg de correctieafbeelding met de afdrukzijde naar beneden, en controleer dat de zwarte streep aan de achterzijde van het apparaat is gelegd.
Pagina 616
Onderhoud Als het bericht <Kan geen correctie uitvoeren.> wordt weergegeven ● Hebt u het in stap 4 weergegeven papier in de papierlade geplaatst? ● Hebt u de correctieafbeelding met de afdrukzijde naar beneden en met de zwarte streep aan de achterzijde van het apparaat op de glasplaat gelegd? ●...
Pagina 617
Onderhoud Selecteer <Kopie-afbeelding aanpassen>. Controleer of het papier dat is geladen overeenkomt met het formaat en het type op het scherm en selecteer <OK>. Bevestig de procedure en selecteer <Start>. ➠ Er wordt een correctieafbeelding afgedrukt. Open de documentinvoer of de deksel van de glasplaat nadat het tweede scherm hierboven niet meer wordt weergegeven.
Pagina 618
Onderhoud ● Is er papier vastgelopen? Papierstoringen verhelpen(P. 682) ● Zit er nog voldoende toner in de tonercartridge? Als er nog maar weinig toner in de tonercartridge zit, kunt u het beste de tonercartridge vervangen. De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren(P. 602) ●...
Pagina 619
Onderhoud Onjuiste afdrukkleuren corrigeren 1SFY-09Y Er kan sprake zijn van onjuiste afdrukkleuren als de positie van kleuren verschuiven wanneer voor het afdrukken van één afbeelding meerdere tonercartridges nodig zijn. Het gevolg is dat afdrukken er vaag uit kunnen zien. Voer de volgende procedure uit om onjuiste afdrukkleuren te corrigeren.
Pagina 620
Onderhoud Waarden aanpassen voor reproduceerbaarheid van tekstkleur in kleurendocumenten 1SFY-0A0 Als de kopieerresultaten van zwarte of zwartachtige tekst niet naar wens zijn, kunt u de reproduceerbaarheid van de kleuren verbeteren met deze aanpassing. ● De instellingen worden toegepast op kleurenkopieën wanneer <Type origineel> is ingesteld op <Tekst/Foto/ Kaart>...
Pagina 622
Onderhoud De afdrukpositie aanpassen 1SFY-0A1 Als het document excentrisch of buiten het afdrukbereik wordt afgedrukt, moet u de afdrukpositie aanpassen. U kunt de afdrukpositie voor iedere papierbron aanpassen: in het bereik -5,0 tot +5,0 mm in stappen van 0,1 mm. De aan te passen richting en afstand controleren Als u de afdrukpositie aanpast, geef dan de richting op met '+' en '-' en de afstand met behulp van 'mm'.
Pagina 623
Onderhoud Stel een aanpassingswaarde in. Selecteer <Toepassen>. De afdrukpositie aanpassen voor alle afdruktaken ● U kunt <Functie-instellingen> in het instellingenmenu van het bedieningspaneel gebruiken om de afdrukposities voor alle afdruktaken aan te passen, ongeacht de papierbron. U kunt de afdrukpositie in <Korte zijde verschuiven/Lange zijde stappen van 0,5 mm instellen in het bereik -50,0 mm tot +50,0 mm.
Pagina 624
U kunt afzonderlijke totalen opvragen voor het aantal kleurenpagina's dat is afgedrukt en het aantal pagina's in zwart- wit. Deze totalen omvatten faxen, rapporten en lijsten, plus kopieën en afdrukken van gegevens vanaf computers. MF735Cx / MF635Cx <Contr. tellerstand> Controleer het aantal afgedrukte pagina's <113: Totaal (Zwart-wit/klein)>...
Pagina 625
Onderhoud Toont het totaalaantal pagina's voor kopieën en afdrukken in zwart-wit. <123: Totaal (Full-colour + Eén kleur/klein)> Toont het totaalaantal pagina's voor kopieën en afdrukken in kleur. <501: Scan (Totaal 1)> Toont het totaalaantal afgedrukte pagina's voor scannen. <301: Afdruk (Totaal 1)> Toont het totaalaantal afgedrukte pagina's voor afdrukken.
Pagina 626
Onderhoud Rapporten en lijsten afdrukken 1SFY-0A3 U kunt rapporten en lijsten afdrukken om informatie te controleren zoals het totale afdrukvolume voor alle <Afdelings- ID> en apparaatinstellingen. Een rapport afdrukken van het totaale afdrukvolume per afdelings-ID(P. 618) Instelrapporten over de communicatieresultaten(P. 618) Instellijsten afdrukken(P.
Pagina 627
Onderhoud <Auto. afdr. (40 verzendingen)> Selecteer <Aan> om het rapport automatisch af te drukken na 40 transmissies of <Uit> als u niet wilt dat het rapport wordt afgedrukt. <Separaat TX/RX> Selecteer <Aan> om afzonderlijke rapporten af te drukken voor verzonden en ontvangen documenten en <Uit> om verzend- en ontvangstgegevens te combineren in één rapport.
Pagina 628
Onderhoud <Menu> <Uitvoerrapport> <Rapportinstellingen> <TX-resultaatrapport e-mail/I-fax/ bestand> Selecteer <Aan> of <Alleen bij fout> Communicatieresultaat ● Als er een fout optreedt tijdens de transmissie per e-mail / I-fax of het opslaan in een gedeelde map / FTP-server, toont het rapport niet de foutcode. Als u de foutcode wilt controleren, drukt u een communicatiebeheerrapport af ( Communicatiebeheerrapport(P.
Pagina 629
Onderhoud <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> Selecteer <Lijst met gebruikersgegevens> of <Gegevenslijst systeembeheerder> Controleer dat papier van het formaat en soort dat op het scherm wordt weergegeven, in het apparaat is geplaatst, en selecteer <Start> ● De gebruikersdatalijst omvat bepaalde instellingen (zoals Netwerkinstellingen en Beheerinstellingen) niet.
Pagina 630
Onderhoud PCL-lettertypelijst Met een rapport kunt u de lijst met lettertypen controleren die beschikbaar zijn in de stand PCL. <Menu> <Uitvoerrapport> <Lijst afdrukken> <PCL-lettertypelijst> Controleer of het papier dat is geladen overeenkomt met het formaat en het type op het scherm, en selecteer <Start> PS-lettertypelijst Met een rapport kunt u de lijst met lettertypen controleren die beschikbaar zijn in de stand PS.
Pagina 631
MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn ● Zwart: 1.400 vel ● Y (geel), M (magenta) en C (cyaan): 690 vel Vervangende tonercartridges Voor een optimale printkwaliteit worden originele tonercassettes van Canon aanbevolen. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw Merkeigen Canon tonercartridge Gemiddelde capaciteit van tonercartridge...
Pagina 632
Wees voorzichtig met namaaktonercartridges ● Wees erop bedacht dat er Canon-namaaktonercartridges in omloop zijn. Het gebruik van namaak- tonercartridges kan leiden tot een slechte afdrukkwaliteit of slechte machineprestaties. Canon is niet verantwoordelijk voor defecten, ongevallen of schade als gevolg van het gebruik van een namaak- tonercartridge.
Pagina 633
Problemen oplossen Problemen oplossen Problemen oplossen ............................. 626 .......................... 628 Veelvoorkomende problemen ....................... 629 Installatie-/instellingenproblemen ....................... 633 Problemen bij het kopiëren / afdrukken ....................636 Problemen bij het faxen of met de telefoon ........................638 Als u niet goed kunt afdrukken ........................
Pagina 634
Problemen oplossen 1SFY-0A5 Als er een probleem optreedt, raadpleegt u dit hoofdstuk om oplossingen te zoeken voordat u contact opneemt met Canon. ◼ Veelvoorkomende problemen Dit gedeelte beschrijft hoe u actie onderneemt als u vermoedt dat het apparaat niet goed werkt.
Pagina 635
Problemen oplossen ◼ Als een probleem niet kan worden opgelost Als een probleem blijft optreden, leest u Als een probleem niet kan worden opgelost(P. 694) voor contactgegevens.
Pagina 636
Als er problemen ontstaan tijdens het gebruiken van de machine, controleer dan de tips in dit gedeelte voordat u contact met ons opneemt. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk.
Pagina 637
Problemen oplossen Installatie-/instellingenproblemen 1SFY-0A7 Zie ook Veelvoorkomende problemen(P. 628) . Probleem met de draadloos/bedraad LAN verbinding(P. 629) Probleem met de USB-verbinding(P. 632) Probleem met de printserver(P. 632) Probleem met de draadloos/bedraad LAN verbinding Het draadloos LAN en bekabeld LAN kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt.
Pagina 638
Problemen oplossen U weet niet zeker welk IP-adres is ingesteld. Netwerkinstellingen weergeven(P. 39) U kunt niet afwisselend de verbindingsmethode bekabeld LAN en draadloos LAN gebruiken. ● Hebt u op het bedieningspaneel van het apparaat ook gekozen voor Bekabeld LAN of Draadloos LAN? Dat is noodzakelijk om het apparaat te laten overschakelen naar uw selectie.
Pagina 639
Problemen oplossen Controleer of het apparaat is ingeschakeld. ● Als het apparaat is ingeschakeld, schakelt u het uit en vervolgens weer in. Controleer de plek van de installatie van het apparaat en de draadloze router. ● Bevindt het apparaat zich te ver van de draadloze router? ●...
Pagina 640
Problemen oplossen Probleem met de USB-verbinding Kan niet communiceren. ● Verander de USB-kabel. Als u een lange USB-kabel gebruikt, vervang deze dan door een korte. ● Als u een hub gebruikt, sluit het apparaat dan met behulp van een USB-kabel rechtstreeks aan op de computer.
Pagina 641
Problemen oplossen Problemen bij het kopiëren / afdrukken 1SFY-0A8 Zie ook Veelvoorkomende problemen(P. 628) . Het kopieer-/afdrukresultaat is niet naar tevredenheid. Het papier is gekreukeld of gekruld. Als u niet goed kunt afdrukken(P. 638) U kunt niet afdrukken. ● Kunt u een Windows testpagina afdrukken? Als u een Windows testpagina kunt afdrukken, is er geen probleem met het apparaat of het printerstuurprogramma.
Pagina 642
Sluit aan op een andere USB-poort van de computer. ● Kunt u afdrukken vanaf een USB-poort naar een andere computer? Als u ook niet kunt afdrukken vanaf andere computers, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Via printserver ●...
Pagina 643
Problemen oplossen De periode instellen waarna beveiligde documenten worden verwijderd(P. 272) Als het geheugen bijna vol is, wordt de machine trager, net zoals bij een computer. Er is dus geen sprake van een foutsituatie. U kunt niet afdrukken met Google Cloudprinter. Google Cloudprinter gebruiken(P.
Pagina 644
Problemen oplossen Problemen bij het faxen of met de telefoon 1SFY-0A9 Zie ook Veelvoorkomende problemen(P. 628) . Problemen bij het verzenden(P. 636) Problemen bij het ontvangen(P. 637) Problemen bij het verzenden Het lukt niet een fax te verzenden. ● Is de externe telefoonlijn bezet? Wacht tot de lijn vrij is. ●...
Pagina 645
Problemen oplossen Problemen bij het ontvangen De resultaten van een ontvangen fax zijn niet naar tevredenheid. Het papier is gekreukeld of gekruld. Als u niet goed kunt afdrukken(P. 638) Er kan niet automatisch worden geschakeld tussen de telefoon en de fax. ●...
Pagina 646
1SFY-0AA Probeer de volgende oplossingen als het afdrukresultaat te wensen overlaat, of als het papier gekreukeld is of omkrult. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon- helpdesk. ◼...
Pagina 647
Problemen oplossen Er verschijnen vlekken(P. 649) Achterzijde van het papier is vlekkerig(P. 649) ◼ Problemen met het printpapier Het papier krult om of is gekreukeld(P. 651) Het papier kreukelt(P. 651) Het papier krult(P. 652) ◼ Problemen met de papiertoevoer Papier is onjuist ingevoerd(P. 654) Afdrukken zijn scheef(P.
Pagina 648
[Afwerking] tabblad [Geavanceerde instellingen] [Afdrukgebied uitbreiden en afdrukken] [Uit] Is de fixeereenheid vervuild? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Verander de instelling van <Fix.eenh. regelmatig reinigen>. Hoe hoger niveau u opgeeft, hoe vaker de gangbare reiniging plaatsvindt. <Fix.eenh. regelmatig reinigen>(P. 482) ●...
Pagina 649
Problemen oplossen Gebruikt u geschikt papier? ● Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Geschikt papier(P. 714) Papier laden(P. 141) Verschijnen er vlekken als u het apparaat gebruikt in een omgeving met lage vochtigheid? ●...
Pagina 650
● Materialen in de tonercartridge kunnen zijn verslechterd. Vervang de tonercartridge. De tonercassette vervangen(P. 597) Verschijnen er 'spookbeelden' op dezelfde pagina? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Verander de instelling van <Hot offset corrigeren 1>. Instellen op <Aan> kan het probleem misschien oplossen.
Pagina 651
Geschikt papier(P. 714) Papier laden(P. 141) Het type en formaat papier opgeven(P. 160) Gebruikt u papier dat veel papierstof bevat? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Bij papier dat veel stof bevat, kan het stof leiden tot een vage of streperige afdruk. In dat geval wordt het probleem misschien opgelost als u <Besch.
Pagina 652
Problemen oplossen ● Een sterker verbeterend effect instellen kan leiden tot gekrulde afdrukken of lagere afdruksnelheid. Gebruikt u het apparaat in een omgeving met hoge vochtigheid? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Als u <Tonervlekken verminderen 2> selecteert voor <Modus 2>, wordt het probleem mogelijk opgelost.
Pagina 653
Problemen oplossen Zijn de papiergeleiders afgesteld op de randen van het papier? ● Als de papiergeleiders te los of te strak zijn afgesteld, kan dat ertoe leiden dat een gedeelte van het document niet wordt afgedrukt. Papier laden(P. 141) Wordt het apparaat gebruikt in een omgeving waar de temperatuur snel en sterk verandert? ●...
Pagina 654
● Als u instelt op <Aan>, en het apparaat in een omgeving met lage luchtvochtigheid gebruikt, kunnen de afgedrukte afbeeldingen onscherp zijn. Gebruikt u papier dat veel papierstof bevat? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Bij papier dat veel stof bevat, kan het stof leiden tot een vage of streperige afdruk. In dat geval wordt het probleem misschien opgelost als u <Besch.
Pagina 655
Problemen oplossen ● Als u instelt op <Aan>, moet u het apparaat AAN laten om het effect van condensverwijdering te behouden. ● De instelling voor <Automatische uitschakeltijd> is niet beschikbaar als <Modus Vochtverwijdering> is ingesteld op <Aan>. Afdrukken worden licht gekleurd Heeft het origineel een achtergrondkleur, zitten er vlekken op, of kopieert u een origineel, zoals een krant, die is afgedrukt op dun papier, zodat tekst of afbeeldingen op de andere zijde, zichtbaar zijn door het papier?
Pagina 656
De tonercassette vervangen(P. 597) Verschijnen er bij dubbelzijdig afdrukken witte plekken in de voorrand van het papier? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Als u dubbelzijdig afdrukt op dun papier, kunnen witte plekken optreden aan de achterzijde van het papier in de voorrand.
Pagina 657
Problemen oplossen Wordt het apparaat gebruikt in een omgeving waar de temperatuur snel en sterk verandert? ● Als er snelle temperatuurveranderingen optreden in de omgeving van het apparaat, kan condensatie optreden, wat leidt tot vage of 'doorlopende' afbeeldingen en tekst. Als <Modus Vochtverwijdering> is ingesteld <Aan>, wordt...
Pagina 658
Problemen oplossen Hebt u papier geladen dat kleiner is dan de afmetingen van de afdrukgegevens? ● Controleer of het papierformaat overeenkomt met de afmetingen van de afdrukgegevens. Hebt u de fixeereenheid gereinigd? ● Reinig de fixeereenheid. De fixeereenheid reinigen(P. 595) Verschijnen er vlekken tijdens dubbelzijdig afdrukken? (MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn) ●...
Pagina 659
Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Geschikt papier(P. 714) Papier laden(P. 141) Treedt dit op als u op normaal papier of op dun papier afdrukt? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Verander de instelling voor <Papierkreukelcorrectie>. Het verbeterende effect is sterker met <Modus 2>...
Pagina 660
<Papierkrulcorrectie>(P. 480) ● Een sterker verbeterend effect instellen kan leiden tot vage afdrukken of lagere afdruksnelheid. Gebruikt u het apparaat in een omgeving met hoge vochtigheid? (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw) ● Als u <Tonervlekken verminderen 2> selecteert voor <Modus 1>, wordt het probleem mogelijk opgelost.
Pagina 661
Problemen oplossen ● Als u instelt op <Modus 1>, kunnen afdrukken vaag zijn.
Pagina 662
Problemen oplossen Papier is onjuist ingevoerd 1SFY-0AF Afdrukken zijn scheef Zijn de papiergeleiders afgesteld op de randen van het papier? ● Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, zijn de afdrukken scheef. Papier laden(P. 141) Papier wordt niet ingevoerd of er worden twee of meer vellen tegelijk ingevoerd Is het papier goed geplaatst? ●...
Pagina 663
Problemen oplossen Er verschijnt een melding of een nummer dat begint met '#' (een foutcode) 1SFY-0AH Als er een schermbericht op het apparaat verschijnt, of een nummer (foutcode) voorafgegaan door '#', raadpleegt u de volgende gedeeltes voor een oplossing. Maatregelen bij ieder bericht(P. 656) Maatregelen bij iedere foutcode(P.
Pagina 664
In de volgende lijst worden deze foutberichten toegelicht. Er wordt mogelijk een namaak- of niet-Canon-cartridge gebruikt. Hoeveelheid inkt in cartridge kan niet goed worden weergegeven. De tonercartridge die u gebruikt is misschien niet een origineel Canon-product. ● Gebruik alleen originele Canon-tonercartridges ter vervanging van tonercartridges.
Pagina 665
Problemen oplossen Kan het type bestemming van geregistreerde bestemmingen in een groep niet wijzigen. Een geselecteerde bestemming kan niet worden gewijzigd omdat deze is geregistreerd voor groepskiezen. ● Als u het type bestemming wilt wijzigen dat is ingesteld voor groepskiezen, moet u eerst de opgeslagen bestemming voor groepskiezen verwijderen.
Pagina 666
Problemen oplossen Kan de fax niet ontvangen. Controleer of de fax correct is verzonden door de afzender. Het apparaat van de ontvanger heeft niet binnen 35 seconden gereageerd. ● Vraag de afzender de fax opnieuw te verzenden. Als u een pieptoon hoort, selecteert u <Start ontvngst> en ontvang de fax.
Pagina 667
Plaats de tonercartridge opnieuw. Als door het opnieuw plaatsen van de tonercartridge de fout niet verdwijnt, werkt de tonercartridge misschien niet goed. Neem contact op met de winkel waar u de tonercartridge hebt aangeschaft of vraag advies aan een Canon Customer Help Center. Procedure voor het vervangen van de tonercartridge(P. 598) De tonercartridge die u gebruikt is misschien niet een origineel Canon-product.
Pagina 668
Problemen oplossen Kopiëren is beperkt. Kopiëren is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer. ● Meld u aan met een Afdelings-ID waarvoor kopiëren niet is verboden. Neem voor de Afdelings-ID en pincode contact op met uw Beheerder. Afdeling-ID beheer configureren(P. 360) Kan niet verbinden. Verbinding in de Toegangspuntmodus is niet tot stand gekomen als gevolg van een fout.
Pagina 669
Problemen oplossen ● Als het probleem ook blijft optreden nadat u het apparaat opnieuw hebt opgestart, controleert u of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk. Installatie-/instellingenproblemen(P. 629) ● Als het probleem zich blijft voordoen zelfs nadat u de draadloze LAN-verbinding hebt gecontroleerd, controleert u de beveiligingsinstellingen van de draadloze router.
Pagina 670
Problemen oplossen Volledige aanpassing(P. 606) Kopie-afbeelding aanpassen(P. 608) Een correctieafbeelding die nodig is voor het uitvoeren van een correctie is niet op de glasplaat gelegd. ● Leg de correctieafbeelding met de afdrukzijde naar beneden en met de zwarte streep aan de achterzijde van de machine op de glasplaat.
Pagina 671
Problemen oplossen ● Maak opnieuw verbinding door een draadloze router te selecteren of door de WEP-verificatiemethode handmatig te wijzigen in <Open systeem>. De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren(P. 25) De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven(P. 28) De verificatiemethode van de machine is ingesteld op <Gedeelde sleutel>, maar die van de draadloze router op "Open systeem".
Pagina 672
Problemen oplossen Communicatiefout Google Cloudprinter Afdrukken via de cloud is niet mogelijk omdat er een fout is opgetreden. ● Controleer of het apparaat een correcte verbinding heeft met een draadloze LAN of bekabelde LAN. Verbinding maken met een draadloos LAN(P. 19) Verbinding maken met een bekabeld LAN(P.
Pagina 673
Problemen oplossen Geheugen vol (Fout overslaan) Het geheugen is vol geraakt met afdrukgegevens die door fouten niet kunnen worden afgedrukt. ● Annuleer het afdrukken van de documenten waarin fouten optraden, of druk de documenten af door <Fout overslaan> te selecteren in het scherm Status afdrukopdracht. Afdrukken annuleren(P.
Pagina 674
Problemen oplossen Het type en formaat papier opgeven(P. 160) ● Als u afdrukt vanaf een computer, controleer dan of het papierformaat dat is opgegeven in het printerstuurprogramma overeenkomt met het geladen papierformaat. Papier laden zonder de instellingen te wijzigen Laad het papier met het formaat dat is opgegeven bij <Papierinstellingen>. Papier laden(P.
Pagina 675
Problemen oplossen Stel de juiste authenticatiegegevens in. De informatie over client-verificatie (sleutel en certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord, of CA- certificaat) is niet goed ingesteld. ● Controleer opgegeven verificatiemethode verificatie-informatie (sleutel certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord en CA-certificaat). IEEE 802.1X-verificatie-instellingen configureren(P. 402) Stel de benodigde gegevens voor authenticatie in.
Pagina 676
Problemen oplossen ● Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de UI op afstand, geef het bewerkingsscherm voor de desbetreffende afdelings-id weer en schakel het selectievakje [Scanopdrachten met onbekende ID's toestaan] in. Afdeling-ID beheer configureren(P. 360) Het geheugen is vol. Het verzenden of ontvangen van een fax is mislukt, of een origineel kan niet worden gescand vanwege onvoldoende geheugen.
Pagina 677
Problemen oplossen Het aantal ingevoerde tekens is onjuist of er zijn ongeldige tekens gebruikt. De netwerksleutel (de WPA-, WPA2-PSK- of WEP-sleutel) van een draadloze router is niet goed ingevoerd. ● Controleer de netwerksleutel (de WPA-/WPA2-PSK- of WEP-sleutel) van de draadloze router en stel de sleutel opnieuw in op het apparaat.
Pagina 678
Problemen oplossen ● Als u TTLS of PEAP gebruikt, moeten een gebruikersnaam en wachtwoord zijn ingesteld. IEEE 802.1X-verificatie-instellingen configureren(P. 402)
Pagina 679
Problemen oplossen Maatregelen bij iedere foutcode 1SFY-0AK Als er een storing optreedt, bijvoorbeeld als het afdrukken mislukt, of u een fax of gescand origineel niet kunt verzenden of ontvangen, wordt een corresponderende storingscode van drie cijfers weergegeven in een rapport of in het scherm met het takenlogboek.
Pagina 680
Problemen oplossen ● Vraag de ontvanger het papier bij te vullen. #018 Het verzenden van een fax is mislukt omdat de machine van de ontvanger niet heeft gereageerd vanwege een bezette lijn of andere oorzaken. ● Als het apparaat van de ontvanger is uitgeschakeld of als de lijn bezet is, kan een fax mogelijk niet worden verzonden.
Pagina 681
Problemen oplossen ● Wanneer u een taak annuleert, wordt deze foutcode weergegeven. Er is echter geen sprake van een foutsituatie. Voer de bewerking desgewenst opnieuw uit. #401 Een gescand origineel kan door onvoldoende geheugen niet worden opgeslagen op een USB- geheugenapparaat.
Pagina 682
Problemen oplossen #703 Het wegschrijven van gegevens is mislukt omdat de geheugenruimte die is gereserveerd voor afbeeldingen vol was op het moment dat er een e-mailbericht/I-Fax werd verzonden of gegevens werden opgeslagen in een gedeelde map of FTP-server. ● Als er een ander verzenddocument in de wachtrij staat, wacht u even tot die taak is voltooid en verstuurt u het document nogmaals.
Pagina 683
Problemen oplossen #753 Het was niet mogeljk om gescande gegevens als e-mail te verzenden, of als I-Fax te verzenden of te ontvangen, of op te slaan in een gedeelde map of FTP-server, omdat de LAN-kabel is losgekoppeld. ● Controleer of de LAN-kabel goed is aangesloten. Verbinding maken met een bekabeld LAN(P.
Pagina 684
Problemen oplossen ● Controleer of de bestemming goed is ingesteld. Tijdens het opslaan van een gescand origineel in de gedeelde map is er een fout opgetreden in de map. ● Controleer of de gedeelde map goed werkt, evenals de computer waarop de gedeelde map is opgeslagen. Er is een onjuiste mapnaam of wachtwoord opgegeven bij het opslaan in een gedeelde map.
Pagina 685
Problemen oplossen #810 Tijdens het verzenden van een e-mail of verzending / ontvangst van een I-Fax, heeft de POP3-server een fout geretourneerd. ● Controleer of de POP3-server goed is ingesteld. ● Controleer of de mailserver en het netwerk goed functioneren. Neem voor meer informatie contact op met de netwerkbeheerder.
Pagina 686
Problemen oplossen #821 De ontvangen gegevens zijn niet geschikt (er is een TIFF-analysefout opgetreden). ● Neem contact op met de wederpartij en vraag ze de instellingen te controleren en de gegevens opnieuw te verzenden. #822 Een bestand op een USB-geheugenapparaat kan niet worden afgedrukt omdat de indeling van het bestand niet wordt ondersteund.
Pagina 687
Problemen oplossen #841 Tijdens het verzenden van een e-mailbericht / I-Fax is een coderingsalgoritme voor de mailserver niet gevonden. ● Schakel het keuzevakje [Gebruik TLS voor SMTP]/[Gebruik TLS voor POP] uit. Communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax configureren(P. 91) ● Voeg het algemene coderingsalgoritme toe aan de instellingen van de mailserver. Tijdens de communicatie met de SMTP-server trad een verificatiefout op met het TLS-servercertificaat.
Pagina 688
Problemen oplossen #853 Een document kan niet worden afgedrukt omdat de hoeveelheid gegevens groter is dan de verwerkingslimiet van de machine. ● Het is mogelijk dat het apparaat geen documenten met een groot aantal pagina's kan afdrukken. Druk minder pagina's tegelijk af of druk pas af als er geen taken meer in de wachtrij staan of als er geen documenten worden afgedrukt.
Pagina 689
Problemen oplossen #863 Er is een fout opgetreden tijdens het afdrukken vanaf een computer. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Probeer opnieuw af te drukken nadat de machine opnieuw is opgestart. #995 Een document dat wacht op verzending of ontvangst, is geannuleerd.
Pagina 690
Als er een papierstoring optreedt, verschijnt <Papier vastgelopen.> op het scherm. Selecteer <Volgende> om eenvoudige oplossingen weer te geven. Als u de procedures op het scherm niet goed begrijpt, raadpleegt u de volgende gedeeltes om storingen te verhelpen. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw Documentinvoer Papierstoringen in de documentinvoer(P.
Pagina 691
Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat ● Hierdoor kunnen inwendige onderdelen beschadigd raken. Als u het papier niet kunt verwijderen, neemt u contact op met uw Canon dealer of met de Canon helpdesk. Als een probleem niet kan worden opgelost(P. 694)
Pagina 692
Problemen oplossen Papierstoringen in de documentinvoer 1SFY-0AR Als er originelen in de documentinvoer zijn geplaatst, verwijdert u deze eerst. Volg dan onderstaande procedure. Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, gaat u verder met de volgende stap.
Pagina 693
Problemen oplossen Trek het origineel voorzichtig uit de invoer. Sluit de documentinvoer voorzichtig. Plaats het origineel weer.
Pagina 694
Problemen oplossen Papierstoringen in de hoofdeenheid 1SFY-0AS Verwijder het vastgelopen papier volgens de procedure die geldt voor de locatie waar een papierstoring optreedt. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw Uitvoerlade Papierstoringen in uitvoergebied(P. 686) Achterzijde Papierstoringen aan de achterzijde(P. 687) MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn...
Pagina 695
Problemen oplossen Papierstoringen aan de achterzijde Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, gaat u verder met de volgende stap. Open de achterklep. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Til de duplex-eenheid op.
Pagina 696
Problemen oplossen Sluit de achterklep. Papierstoringen aan de voor- en achterzijde Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, gaat u verder met de volgende stap. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Open de achterklep.
Pagina 697
Problemen oplossen Papierstoringen in de papierlade 1SFY-0AU Verwijder het vastgelopen papier volgens de procedure die geldt voor de locatie waar een papierstoring optreedt. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw Multifunctionele lade Papierstoringen in de multifunctionele lade(P. 689) Papierlade Papierstoringen in de papierlade(P. 692)
Pagina 698
Problemen oplossen Verwijder het vastgelopen papier uit het apparaat. Trek de papierlade uit. ● Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet, kan de lade beschadigd raken wanneer u deze laat vallen omdat de lade te snel naar buiten schuift.
Pagina 699
Problemen oplossen Plaats de papierlade. ● Als u de papierlade plaatst met <Melden om papierins. te contr.> ingesteld op <Aan>, verschijnt een bevestigingsscherm. <Melden om papierinst. te controleren>(P. 578) Selecteer <Ja> als het schermbericht <Is al het vastgelopen papier verwijderd?> wordt weergegeven.
Pagina 700
Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, trek het er dan niet te krachtig uit, maar volg de procedure voor een andere papierstoringslocatie zoals de melding aangeeft. Trek de papierlade uit. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn...
Pagina 701
Problemen oplossen ● Houd de papierlade met twee handen vast en trek deze voorzichtig uit het apparaat. Als u dat niet doet, kan de lade beschadigd raken wanneer u deze laat vallen omdat de lade te snel naar buiten schuift. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat.
Pagina 702
Zorg dat u over de volgende gegevens beschikt als u contact met ons gaat opnemen: ● Productnaam (MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw / MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn) ● De naam en gegevens van de dealer waar u het apparaat hebt gekocht ●...
Pagina 703
Bijlage Bijlage Bijlage ................................... 696 ............................698 Software van derden ............................... 699 Handige functies ........................700 Milieubesparing levert geld op ............................702 Efficiënter werken ............................704 Digitaal is beter .......................... 706 Ongekende mogelijkheden ............................ 708 Technische specificaties .............................. 709 Hoofdeenheid ............................
Pagina 704
Bijlage Bijlage 1SFY-0AX Dit hoofdstuk bevat de technische specificaties van dit apparaat, instructies voor het gebruik van de Gebruikershandleiding, disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie voor klanten. ◼ Apparaatspecificaties Raadpleeg het (de) volgende gedeelte(s) als u de specificaties van de hoofdeenheid en optionele apparatuur, netwerkomgeving, afdrukfunctie, enzovoort wilt controleren.
Pagina 705
Bijlage Software van derden(P. 698) Handige functies(P. 699) Basisbewerkingen in Windows(P. 742) Kennisgeving(P. 750)
Pagina 706
Bijlage Software van derden 1SFY-0AY Voor informatie over software van derden klikt u op het (de) volgende pictogram(men).
Pagina 707
Bijlage Handige functies 1SFY-0C0 Dit gedeelte beschrijft tips om de apparaatfuncties per categorie te versterken. U kunt gebruik maken van de functies aan de hand van uw beoogd gebruik en werkomgeving. Milieubesparing levert geld op(P. 700) Efficiënter werken(P. 702) Digitaal is beter(P. 704) Ongekende mogelijkheden(P.
Pagina 708
Bijlage Milieubesparing levert geld op 1SFY-0C1 Er zijn veel manieren om papier, toner, stroom en kosten te besparen. Dubbelzijdig afdrukken Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken U kunt dubbelzijdig afdrukken gebruiken voor kopieën, Start werkelijk met papier besparen door meerdere afdruktaken verzonden uit uw computer, en zelfs pagina's te verkleinen en op een enkel blad af te binnenkomende faxen.
Pagina 709
Bijlage Als u energie en geld wilt besparen, is een Denkt u dat voor faxen papier nodig is? Die oude afdrukken zogenaamde slaapstand een onmisbare functie. De op papier die u altijd maakt, behoren tot het verleden. stroomtoevoer naar de machine wordt dan Verzend documenten per fax, zoals u ze hebt gemaakt op de uitgeschakeld als er gedurende bepaalde tijd geen computer.
Pagina 710
Bijlage Efficiënter werken 1SFY-0C2 Hier zijn een paar eenvoudige bewerkingen die gecompliceerde taken efficiënter maken. Adresboek Vaak gebruikte instellingen onder een knop Als u faxnummers en e-mailadressen invoert in het adresboek, U maakt altijd dubbelzijdige kopieën. U scant altijd hoeft u niet steeds alle cijfers van het nummer of letters van in hetzelfde formaat en slaat de scans altijd op het adres in te voeren als u iets wilt gaan versturen.
Pagina 711
Bijlage Afbeeldingen rechtstreeks vanaf een USB- Beheer op afstand met de UI op afstand geheugenapparaat afdrukken Steek een USB-geheugenapparaat in het apparaat en u Met de UI op afstand kunt u een heleboel dingen kunt afbeeldingen en documenten direct afdrukken, beheren vanaf uw computer, dus zonder dat u naar de zonder computer.
Pagina 712
Bijlage Digitaal is beter 1SFY-0C3 Als u een document digitaliseert, kunt u het bewerken met een computer, maar ook kosten en tijd besparen door e- mail te gebruiken. Scannen en mailen Scannen en delen U kunt gescande orginelen per e-mail versturen Stel dat u een papieren exemplaar hebt van een rapport dat zonder dat u uw computer hoeft aan te zetten.
Pagina 713
Bijlage Waarom zou je een hele pagina van een krant scannen als je Tekst zoeken in een PDF is mogelijk met een eigenlijk alleen maar geïnteresseerd bent in een kop en de 'doorzoekbare PDF'. Wanneer u een origineel scant bijbehorende foto? In zo'n situatie is ScanGear MF de ideale met zowel tekst als afbeeldingen, worden de oplossing.
Pagina 714
Met dit scannen dat is uitgedeeld op een vergadering, komt Canon apparaat, Google Cloudprinter en uw mobiele PRINT Business goed van pas. Zelfs op plaatsen waar geen apparaat kunt u altijd en overal afdrukken.
Pagina 715
Bijlage Als u een afdrukopdracht verstuurt vanaf uw computer, Geen kabels, snelle installatie, eenvoudig onderhoud. wordt de opdracht normaal gesproken direct afgedrukt. Als u beschikt over een draadloze LAN-router met WPS, In het geval van vertrouwelijke documenten is dit hoeft u helemaal geen instellingen op te geven en kunt misschien niet altijd handig.
Pagina 716
Bijlage Technische specificaties 1SFY-0C5 Specificaties van het apparaat kunnen zonder vooraankondiging worden gewijzigd bij verbeteringen van het apparaat of toekomstige vrijgave. ◼ Apparaatspecificaties Hoofdeenheid(P. 709) Documentinvoer(P. 713) Geschikt papier(P. 714) ◼ Specificaties van optioneel verkrijgbare apparatuur Cassette Feeding Module-AF(P. 718) Copy Card Reader-F(P.
Pagina 717
600 x 600 dpi Aantal tinten Acceptabele originelen Maximaal 210 x 297 mm: vel, boek, driedimensionele objecten (maximaal 2 kg) Kopieerformaat / kopieerpapier Papierformaten MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw: ● Max: 215,9 x 355,6 mm ● Min (papierlade): 100 x 148 mm ●...
Pagina 718
Bijlage 6,1 seconden of minder Tijd voor eerste kopie MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw: ● (A4) Volkleuren: 11,3 seconden ● Zwart-wit afdrukken: 9,8 seconden MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn: ● Volkleuren: 14,0 seconden ● Zwart-wit afdrukken: 12,0 seconden MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw:...
Pagina 719
Bijlage MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw: Opgenomen vermogen Maximaal opgenomen vermogen 1.400 W of minder In de sluimermodus ● Circa 0,8 W (USB-aansluiting) ● Circa 0,8 W (bedraad LAN-verbinding) ● Circa 0,8 W (draadloos LAN-verbinding) Met de netvoeding uitgeschakeld 0,3 W of minder...
Pagina 720
Bijlage Geheugencapaciteit RAM: 1 GB Omgevingsomstandigheden Temperatuur: 10 tot 30 °C Relatieve luchtvochtigheid: 20 tot 80% (geen condensvorming) Inclusief multifunctionele lade Kan variëren al naar gelang de omgeving waar het apparaat wordt gebruikt. De afdruk- en kopieersnelheden zijn gemeten door middel van een interne test waarbij enkelzijdige kopieën/ afdrukken zijn gemaakt op papier in A4 -formaat, met een kopieer-/afdrukverhouding van 100% ten opzichte van het originele document.
Pagina 721
Bijlage Documentinvoer 1SFY-0C7 Toevoermechanisme origineel MF735Cx / MF734Cdw / MF635Cx Automatische dubbelzijdige documenttoevoer MF732Cdw / MF633Cdw Automatische documenttoevoer Type / formaat origineel Formaat originelen ● Max : 215,9 x 355,6 mm ● Min : 139,7 x 128 mm Gewicht originelen 50 tot 105 g/m²...
Pagina 722
Bijlage Geschikt papier 1SFY-0C8 De volgende tabel toont de papiertypes die bij dit apparaat kunnen worden gebruikt. ◼ Ondersteunde papierformaten : Beschikbaar : Niet beschikbaar Papierformaten Multifunctionele invoer Automatisch dubbelzijdig afdrukken Papierlade *3*4 *3*4 Legal (LGL) *3*4 Letter (LTR) Statement (STMT) Executive (EXEC) *3*4 Oficio...
Pagina 723
MF631Cn: 182 x 257 mm tot en met 215,9 x 355,6 mm ◼ Ondersteunde papiersoorten In dit apparaat kan chloorvrij papier worden gebruikt. : Beschikbaar : Niet beschikbaar MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw Papiersoort Multifunctionele lade Automatisch dubbelzijdig Papierlade afdrukken 60 tot en met 70 g/m²...
Pagina 724
Bijlage Papiersoort Multifunctionele lade Automatisch dubbelzijdig Papierlade afdrukken Dik 2 120 tot en met 128 g/m² Dik 3 129 tot en met 163 g/m² 60 tot en met 70 g/m² Gerecycled 1 71 tot en met 82 g/m² Gerecycled 2 71 tot en met 82 g/m²...
Pagina 725
Bijlage Papiersoort Papierlade Sleuf voor handmatige Automatisch dubbelzijdig invoer afdrukken 60 tot en met 70 g/m² Gerecycled 1 71 tot en met 82 g/m² Gerecycled 2 71 tot en met 82 g/m² Kleur Gecoat 1 100 tot en met 120 g/m² Gecoat 2 121 tot en met 150 g/m²...
Pagina 726
Bijlage Cassette Feeding Module-AF 1SFY-0C9 ● Papierformaten Max: 215,9 x 355,6 mm ● Min: 100 x 148 mm Papiergewicht 52 tot en met 163 g/m² 550 vel (80 g/m²) / 640 vel (64 g/m²) x 1 Capaciteit papierlade Afmetingen 437 x 469 x 136 mm (B x L x H) Gewicht Circa 8,5 kg...
Pagina 727
Bijlage Copy Card Reader-F 1SFY-0CA Beschikbare kaarten Magnetisch Kaartleesmethode Magnetische uitlezing Leesrichting magnetische kaart Voorzijde omhoog Opslaan/Weer afspelen Weer afspelen Afmetingen 88 x 96 x 40 mm (zonder het bevestigingspakket en de kabel) (B x L x H) Gewicht Circa 200 g (zonder het bevestigingspakket en de kabel)
Pagina 728
(ECM-JBIG, verzonden vanuit het geheugen met 33,6 Kbps) Afhankelijk van uw locatie of telefoonverbinding is gegevenscommunicatie wellicht onmogelijk. Neem in dat geval contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Pels staat voor picture elements (pixels). Met de automatische terugvalfunctie.
Pagina 729
Bijlage Scanfunctie 1SFY-0CE Type Kleurenscanner Scanformaat origineel (max) 215,9 x 355,6 mm Resolutie (max) 600 x 600 dpi Scansnelheid Documentinvoer(P. 713) Interface USB 2.0 Hi-Speed Bedraad LAN 10Base-T, 100Base-TX, 1000Base-T Draadloos LAN IEEE 802.11b, IEEE 802.11g, IEEE 802.11n SMB, FTP, SMTP, MultiPass, MFNP Protocol ondersteund TIFF, JPEG (één pagina), PDF Uitvoerformaat...
Pagina 730
Bijlage Printerfuncties 1SFY-0CF ◼ UFR II-printerfunctie Type Intern Afdrukformaat Geschikt papier(P. 714) Afdruksnelheid Zelfde als 'kopieersnelheid' op Hoofdeenheid(P. 709) Resolutie Dataverwerking 1200 dpi x 1200 dpi, 600 dpi x 600 dpi Paginabeschrijvingstaal (PDL) UFR II Netwerkomgeving(P. 729) Protocol ondersteund Residente lettertypes Geen Interface USB 2.0 Hi-Speed...
Pagina 731
Bijlage Residente lettertypes PCL lettertypes MF735Cx / MF635Cx 93 Roman, 10 Bitmap lettertypes, 2 OCR lettertypes MF734Cdw / MF732Cdw / MF633Cdw 45 Roman, 10 Bitmap lettertypes PS lettertypes 136 Roman Interface USB 2.0 Hi-Speed Bedraad LAN 10Base-T, 100Base-TX, 1000Base-T Draadloos LAN IEEE 802.11b, IEEE 802.11g, IEEE 802.11n...
Pagina 732
Bijlage Beheerfuncties 1SFY-0CH ◼ Authenticatiefuncties ● LDAP-servers die worden ondersteund door het apparaat zijn Windows Server 2008/Server 2012 Active Directory. ● Het apparaat communiceert met LDAP-servers via LDAPv3. ● UTF-8 is de ondersteunde tekencodering die wordt gebruikt bij het uitwisselen van tekstgegevens tussen het apparaat en een LDAP-server.
Pagina 733
Bijlage ● IPSec ondersteunt communicatie naar een unicast-adres (of een bepaald apparaat). ● Het apparaat kan niet tegelijkertijd IPSec en DHCPv6 gebruiken. ● IPSec is niet beschikbaar in netwerken waarin NAT of IP-masquerade is geïmplementeerd. ◼ Registratie van sleutels en certificaten ●...
Pagina 734
Bijlage ◼ De insteldata importeren / exporteren Overzicht van menuopties(P. 446) .
Pagina 735
Bijlage Besturingssystemen 1SFY-0CJ ● Systeemomgeving voor WSD Windows Vista/7/8/10 Windows Systeemvereisten voor de externe UI ● Windows Vista/7/8/10 ● Microsoft Internet Explorer 9.0 of hoger macOS ● Mac OS 10.5.8 of hoger (met uitzondering van de Classic environment) ● Safari 5.0.6 of hoger ●...
Pagina 736
Bijlage Linux ● Firefox 38 of hoger ● Safari (iOS 6.0 en hoger) Android ● Chrome 45 en hoger ● Systeemvereisten voor NFC functie Android 4.0 of hoger Voordat u de apparaatinstellingen verandert, moet u de webbrowser instellen om alle cookies te activeren en JavaScript gebruiken.
Pagina 738
Bijlage Opties 1SFY-0CL Als u opties op het apparaat installeert, kunt u meer functies gebruiken. ◼ Weten welke types opties beschikbaar zijn Als optie verkrijgbare apparatuur(P. 731) Systeemopties(P. 733) ◼ Doelgericht zoeken naar optioneel verkrijgbare apparatuur Een papierlade toevoegen Cassette Feeding Module-AF(P. 731) Faxen handmatig versturen, bellen of gebeld worden TELEPHONE 6 KIT(P.
Pagina 739
U kunt de functionaliteit van het apparaat volledig benutten door als optie verkrijgbare hieronder beschreven apparatuur toe te passen. Als optie verkrijgbare apparatuur kunt u aanschaffen bij de leverancier waar u het apparaat hebt aangeschaft of bij de Canon-dealer ter plaatse. Cassette Feeding Module-AF(P. 731) TELEPHONE 6 KIT(P.
Pagina 740
Bijlage Kaartsleuf Steek de controlekaart in de kaartsleuf wanneer het inlogscherm wordt weergegeven. Neem de controlekaart uit de kaartsleuf na gebruik van het apparaat. Controlekaart U kunt de controlekaart gebruiken die hieronder wordt getoond. Houd de voorzijde van de kaart ondersteboven en steek hem in de richting in die op de kaart is aangegeven.
Pagina 741
◼ Een licentiesleutel verkrijgen U kunt een licentiesleutel verkrijgen met behulp van een webbrowser. Ga naar het Licentiebeheersysteem (http:// www.canon.com/lms/license) en volg de procedure. Als onderdeel van de procedure moet u de volgende nummers invoeren. Licentietoegangsnummer Controleer het licentietoegangsnummer dat op het License Access Number Certificate (Certificaat Licentietoegangsnummer) dat u in de verpakking van de optie vindt.
Pagina 742
Bijlage ● Als het aanmeldingsscherm verschijnt, voert u de juiste combinatie van ID en pincode in. Aanmelden bij het apparaat(P. 135) Selecteer <Licentie/overig> <Licentie registreren>. Bevestig het bericht dat wordt weergegeven en selecteer <OK>. Voer de licentiesleutel in met de numerieke toetsen en selecteer <Toepassen>. ➠...
Pagina 743
Lees deze handleiding eerst. Er worden enkele basisprocedures beschreven, van het verwijderen van het verpakkingsmateriaal tot het installeren van het apparaat. MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw MF635Cx / MF633Cdw / MF631Cn Gebruikershandleiding (Deze In deze handleiding worden alle functies van het apparaat beschreven. U handleiding) kunt de handleiding weergeven in een webbrowser.
Pagina 744
Bijlage Gebruikershandleiding gebruiken 1SFY-0CW De Gebruikershandleiding is een handleiding die u via uw computer of mobiel toestel kunt raadplegen. In de handleiding vindt u beschrijvingen van alle apparaatfuncties. U kunt een zoekopdracht ingeven op basis van het beoogde apparaatgebruik of een trefwoord invoeren om snel de pagina te vinden die u zoekt. Het gedeelte beschrijft de schermindeling van de Gebruikershandleiding en hoe u de handleiding moet lezen.
Pagina 745
Bijlage Schermindeling van Gebruikershandleiding 1SFY-0CX De Gebruikershandleiding is opgesplitst in verschillende schermen en de inhoud van elk scherm varieert. Bovenste pagina Verschijnt wanneer u Gebruikershandleiding start. Klik op om ook alle gedeelten onder de hoofdstukken weer te geven. Klik op om terug te keren naar de vorige weergave.
Pagina 746
Bijlage Klik hierop om belangrijke informatie weer te geven waarmee u bekend moet zijn voordat u het apparaat gaat gebruiken. Onderwerppagina Deze pagina bevat informatie over het configureren en gebruiken van het apparaat. Navigatie Zie welk hoofdstukonderwerp u momenteel bekijkt. Klik hierop om naar de overeenkomstige pagina te gaan.
Pagina 747
Bijlage Klik op om de verborgen gedetailleerde beschrijvingen weer te geven. Klik op om de gedetailleerde beschrijvingen te sluiten. Klik hierop om naar het begin van de pagina te gaan. Zoeken Klik op om het zoekvenster weer te geven. Dit bevat een tekstvak om een zoekopdracht met trefwoorden uit te voeren en naar de gewenste pagina te zoeken.
Pagina 748
Bijlage Geeft de zoekresultaten weer van de pagina's die de opgegeven trefwoorden bevatten. Zoek in de resultaten naar de gewenste pagina en klik op de onderwerptitel van de pagina. ● De ingevoerde trefwoorden worden vetgedrukt weergegeven in de zoekresultaten.
Pagina 749
Tenzij anders aangegeven, zijn de displays waarnaar wordt verwezen in de Gebruikershandleiding afkomstig van de MF735Cx. Afhankelijk van het model of besturingssysteem dat u gebruikt, kan de weergave van de displays in deze handleiding iets afwijken van de werkelijke displays. De weergave van stuurprogramma's en software kan ook variëren afhankelijk van hun versie.
Pagina 750
Bijlage Basisbewerkingen in Windows 1SFY-0E1 De printermap weergeven(P. 742) [Netwerk zoeken] inschakelen(P. 742) Printers weergeven die worden gedeeld op de printserver(P. 743) Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven(P. 744) Een testpagina afdrukken in Windows(P. 744) De bitarchitectuur controleren(P. 745) De computernaam controleren(P. 746) De printerpoort controleren(P.
Pagina 751
Bijlage Klik met de rechtermuisknop op [ selecteer [Configuratiescherm] [Netwerkstatus en taken bekijken] [Instellingen van geavanceerd delen veranderen] selecteer [Netwerk zoeken inschakelen] onder [Netwerk zoeken]. Windows Server 2008 [Start] selecteer [Bedieningspaneel] dubbelklik op [Netwerkcentrum] selecteer [Netwerk zoeken inschakelen] onder [Netwerk zoeken]. ◼...
Pagina 752
Bijlage ◼ Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven Als uw computer het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] niet weergeeft nadat u de DVD- ROM hebt geplaatst, volg dan onderstaande procedure. De stationsnaam van DVD-ROM wordt in deze handleiding aangeduid met 'D:'. De naam van DVD-ROM kan verschillen afhankelijk van de computer die u gebruikt. Windows Vista/7/Server 2008 [Start] typ "D:\MInst.exe"...
Pagina 753
Bijlage ➠ De testpagina wordt afgedrukt. ◼ De bitarchitectuur controleren Weet u niet zeker of op uw computer de 32-bits of 64-bits versie van Windows wordt uitgevoerd, volg dan onderstaande procedure. Open het onderdeel [Configuratiescherm]. Windows Vista/7/Server 2008 [Start] selecteer [Configuratiescherm] Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Configuratiescherm].
Pagina 754
Bijlage ◼ De computernaam controleren Open het onderdeel [Configuratiescherm]. Windows Vista/7/Server 2008 [Start] selecteer [Configuratiescherm] Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Configuratiescherm]. Windows 8.1/Server 2012 R2 Klik met de rechtermuisknop op [Start] selecteer [Configuratiescherm].
Pagina 755
Bijlage ◼ De printerpoort controleren Open de printermap. De printermap weergeven(P. 742) Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het printerstuurprogramma voor dit apparaat en klik op [Eigenschappen van printer] of [Eigenschappen]. Op het tabblad [Poorten] moet u controleren dat de poort correct is geselecteerd.
Pagina 756
Als u een netwerkverbinding gebruikt en het IP-adres van het apparaat hebt veranderd ● Als [Beschrijving] voor de geselecteerde poort op [Canon MFNP Port] staat en het apparaat en de computer bevinden zich op hetzelfde subnet, wordt de verbinding gehandhaafd. U hoeft geen nieuwe poort toe te voegen.
Pagina 757
Bijlage ◼ De SSID waarop de computer is aangesloten, bekijken In het geval de computer is aangesloten op een draadloos LAN netwerk, klikt u op , of in de systeemlade om de SSID van de aangesloten draadloos LAN router weer te geven.
Pagina 758
Stroomverbruik van het product in netwerk-stand-by als bekabelde netwerkpoorten zijn aangesloten en alle draadloze netwerkpoorten zijn geactiveerd (indien deze tegelijkertijd beschikbaar zijn). Naam model Stroomverbruik van het product in netwerk-stand-by MF735Cx / MF734Cdw / MF732Cdw 1,3 w MF635Cx / MF633Cdw 1,6 w ●...
Pagina 759
The duplex function has been auto enabled during the set up and driver installation and Canon strongly recommends that you do not disable this function. You should continue to use the duplex function to reduce the environmental impact of your work with this product at all times.
Pagina 760
Bijlage ◼ Handelsmerken Adobe, Acrobat en Reader zijn gedeponeerde handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en / of andere landen. Apple, Bonjour, iPad, iPhone, iPod touch, Mac, macOS, OS X en Safari zijn handelsmerken van Apple Inc. Microsoft, Windows, Windows Vista, Windows Server, Internet Explorer, Word en Excel zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en / of andere landen.
Pagina 762
SIL OPEN FONT LICENSE This Font Software is licensed under the SIL Open Font License, Version 1.1. This license is copied below, and is also available with a FAQ at: http://scripts.sil.org/OFL ----------------------------------------------------------- SIL OPEN FONT LICENSE Version 1.1 - 26 February 2007 ----------------------------------------------------------- PREAMBLE The goals of the Open Font License (OFL) are to stimulate worldwide...
Pagina 763
SIL OPEN FONT LICENSE 1) Neither the Font Software nor any of its individual components, in Original or Modified Versions, may be sold by itself. 2) Original or Modified Versions of the Font Software may be bundled, redistributed and/or sold with any software, provided that each copy contains the above copyright notice and this license.
Pagina 764
Diensten van derden Als u via het PRODUCT diensten van derden gebruikt, moeten deze diensten aan onderstaande voorwaarden voldoen. Als u via de SOFTWARE toegang neemt tot inhoud van derden of deze ontvangt (bijvoorbeeld tekst, afbeeldingen, video's, audio's, of software), is het (tenzij nadrukkelijk toegestaan door de eigenaar van de inhoud of door van toepassing zijnde wetgeving) verboden om (a) deze inhoud te 'scrapen', er databases van te vormen of er anderszins permanent kopieën van te genereren, of gecachete kopieën langer bewaren dan is toegestaan door de cachekop;...
Pagina 765
Software onderhevig aan overige licentievoorwaarden Raadpleeg de softwaretabel en de bijbehorende licentietermen hieronder voor meer informatie en bijbehorende licentievoorwaarden. Softwaretabel Softwarenamen Algemene voorwaarden van de licentie: Zie pagina Adobe PDF Scan Library Adobe PostScript 3 expat HarfBuzz 2012-07-30 libjingle LuaSocket Net-SNMP OpenSSL - 2 -...
Pagina 766
Adobe PDF Scan Library Portions use software under the following terms: ______________________________________________________________________________________ This product contains either BSAFE and/or TIPEM software by RSA Security Inc. ______________________________________________________________________________________ This product includes software developed by the Apache Software Foundation (http://www.apache.org/). Copyright (c) 1998-2000 The Apache Software Foundation. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1.
Pagina 767
This software consists of voluntary contributions made by many individuals on behalf of the Apache Software Foundation and was originally based on software copyright (c) 1999, International Business Machines, Inc., http://www.ibm.com. For more information on the Apache Software Foundation, please see <http://www.apache.org/>.
Pagina 768
The Loki Library Portions Copyright (c) 2001 by Andrei Alexandrescu . This code accompanies the book: Alexandrescu, Andrei. "Modern C++ Design: Generic Programming and Design Patterns Applied". Portions Copyright (c) 2001. Addison-Wesley. Permission to use, copy, modify, distribute and sell this software for any purpose is hereby granted without fee, provided that the above copyright notice appear in all copies and that both that copyright notice and this permission notice appear in supporting documentation.
Pagina 769
Adobe PostScript 3 Copyright 2007-2008 Adobe Systems Incorporated and its licensors. All rights reserved. Portions include software under the following terms: ______________________________________________________________________________________ This product contains either BSAFE and/or TIPEM software by RSA Security Inc. ______________________________________________________________________________________ Portions of Pool.c_Copyright 1987 - NeXT, Inc., and portions of Graphics.c_Copyright 1988 NeXT, Inc. as an unpublished work.
Pagina 770
PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
Pagina 771
This code is derived from software contributed to Berkeley by James A. Woods, derived from original work by Spencer Thomas and Joseph Orost. Redistribution and use in source and binary forms are permitted provided that the above copyright notice and this paragraph are duplicated in all such forms and that any documentation, advertising materials, and other materials related to such distribution and use acknowledge that the software was developed by the University of California, Berkeley.
Pagina 772
Portions of this product are based on Modifications created from the Original Code known as the "Sablotron XSLT Processor". The Sablotron XSLT Processor is subject to the Mozilla Public License Version 1.1 (the "License"). You may obtain a copy of the License at http://www.mozilla.org/MPL/ Software distributed under the License is distributed on an "AS IS"...
Pagina 773
products derived from this software without specific prior written permission. THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE REGENTS AND CONTRIBUTORS "AS IS" AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE REGENTS OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 774
EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT LIMITED TO THE WARRANTIES OF MERCHANTABILITY, FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE AND NONINFRINGEMENT OF THIRD PARTY RIGHTS. IN NO EVENT SHALL THE COPYRIGHT HOLDER OR HOLDERS INCLUDED IN THIS NOTICE BE LIABLE FOR ANY CLAIM, OR ANY SPECIAL INDIRECT OR CONSEQUENTIAL DAMAGES, OR ANY DAMAGES WHATSOEVER RESULTING FROM LOSS OF USE, DATA OR PROFITS, WHETHER IN AN ACTION OF CONTRACT, NEGLIGENCE OR OTHER TORTIOUS ACTION, ARISING OUT OF OR IN CONNECTION WITH THE USE OR PERFORMANCE OF THE DATA FILES OR SOFTWARE.
Pagina 775
OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE REGENTS OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 776
expat Copyright (c) 1998, 1999, 2000 Thai Open Source Software Center Ltd and Clark Cooper Copyright (c) 2001, 2002, 2003, 2004, 2005, 2006 Expat maintainers. Permission is hereby granted, free of charge, to any person obtaining a copy of this software and associated documentation files (the "Software"), to deal in the Software without restriction, including without limitation the rights to use, copy, modify, merge, publish, distribute, sublicense, and/or sell copies of the Software, and to permit persons to whom the Software is furnished to do so, subject to the following conditions:...
Pagina 777
HarfBuzz 2012-07-30 Copyright (C) 2006 Behdad Esfahbod Copyright (C) 1998-2004 David Turner and Werner Lemberg Copyright (C) 2008 Nokia Corporation and/or its subsidiary(-ies) Copyright (C) 2004,2007 Red Hat, Inc. Permission is hereby granted, without written agreement and without license or royalty fees, to use, copy, modify, and distribute this software and its documentation for any purpose, provided that the above copyright notice and the following two paragraphs appear in all copies of this software.
Pagina 778
libjingle Copyright 2004--2007, Google Inc. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1. Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
Pagina 781
"RSA Data Security, Inc. MD4 Message-Digest Algorithm" - 18 -...
Pagina 782
Net-SNMP Various copyrights apply to this package, listed in various separate parts below. Please make sure that you read all the parts. ---- Part 1: CMU/UCD copyright notice: (BSD like) ----- Copyright 1989, 1991, 1992 by Carnegie Mellon University Derivative Work - 1996, 1998-2000 Copyright 1996, 1998-2000 The Regents of the University of California All Rights Reserved Permission to use, copy, modify and distribute this software and its...
Pagina 783
Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer. * Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
Pagina 784
* Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. * The name of Cambridge Broadband Ltd. may not be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission.
Pagina 785
this list of conditions and the following disclaimer. * Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. * Neither the name of the Sun Microsystems, Inc. nor the names of its contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission.
Pagina 786
* Neither the name of Sparta, Inc nor the names of its contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission. THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE COPYRIGHT HOLDERS AND CONTRIBUTORS ``AS IS'' AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED.
Pagina 787
IS'' AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE COPYRIGHT HOLDERS OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 788
BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. ---- Part 8: Apple Inc.
Pagina 789
Copyright (c) 2009, ScienceLogic, LLC All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
Pagina 790
OpenSSL OpenSSL License --------------- /* ==================================================================== * Copyright (c) 1998-2011 The OpenSSL Project. All rights reserved. * Redistribution and use in source and binary forms, with or without * modification, are permitted provided that the following conditions * are met: * 1.
Pagina 791
* THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT ``AS IS'' AND ANY * EXPRESSED OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE * IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR * PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE OpenSSL PROJECT OR * ITS CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, * SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT * NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 792
* Copyright remains Eric Young's, and as such any Copyright notices in * the code are not to be removed. * If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution * as the author of the parts of the library used. * This can be in the form of a textual message at program startup or * in documentation (online or textual) provided with the package.
Pagina 793
* derivative of this code cannot be changed. i.e. this code cannot simply be * copied and put under another distribution licence * [including the GNU Public Licence.] - 30 -...