Advertenties
Speling van de
9
koppelingshendel
controleren
116
z
Koppelingsgreep 1 bedienen
tot weerstand voelbaar is.
In deze positie de koppelings-
speling a tussen het stuurar-
matuur en de koppelingsgreep
meten.
Speling koppelingshen-
del
0,5...1,0 mm (aan de koppe-
lingshendel, bij koude motor)
Als de speling van de koppe-
lingshendel buiten de tolerantie
ligt:
Speling van koppelingshendel
afstellen (
116).
Speling van
koppelingshendel
afstellen
Om de koppelingsspeling te
vergroten: Schroef 2 in de
hendel draaien.
Om de koppelingsspeling te
verkleinen: Schroef 2 uit de
hendel draaien.
Speling van de koppelingshen-
del controleren (
116).
Deze bewerkingen herhalen tot
de koppelingsspeling correct is
ingesteld.
Banden
Bandenprofieldiepte
controleren
Het rijgedrag van uw mo-
torfiets kan zich reeds vóór
het bereiken van de wettelijke
voorgeschreven minimum profiel-
diepte negatief wijzigen.
De banden daarom reeds vóór
het bereiken van de minimum
profieldiepte laten vervangen.
De motorfiets neerzetten en
erop letten dat de ondergrond
vlak en stevig is.
Bandenprofieldiepte in de
hoofdprofielgroeven met
slijtage-indicatoren meten.
Advertenties
Hoofdstukken
