Download Inhoudsopgave Inhoud
Deel
Print deze pagina
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. Flexim Handleidingen
  4. Meetinstrumenten
  5. FLUXUS F60
  6. Handleiding

Flexim FLUXUS F60 Handleiding

Verberg thumbnails
Inhoudsopgave

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
Handleiding
FLUXUS F60*
UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Handleidingen voor Flexim FLUXUS F60

Samenvatting van Inhoud voor Flexim FLUXUS F60

  • Pagina 1 Handleiding FLUXUS F60* UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL...
  • Pagina 2 FLUXUS is een gedeponeerd handelsmerk van FLEXIM GmbH. FLEXIM GmbH Boxberger Straße 4 12681 Berlin Duitsland Tel.: +49 (30) 936 67 660 Fax: +49 (30) 936 67 680 E-mail: info@flexim.com www.flexim.com Handleiding voor FLUXUS F60* UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL, 2018-07-05 Firmwareversie: V6.28 Copyright (©) FLEXIM GmbH 2018...

  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    FLUXUS F60* Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding ............7 Veiligheidsinstructies .
  • Pagina 4 FLUXUS F60* Inhoudsopgave Programmavertakkingen ......... 76 HotCodes .
  • Pagina 5 FLUXUS F60* Inhoudsopgave Ingangen ........... 130 14.1...
  • Pagina 6 FLUXUS F60* Inhoudsopgave 18.3 De stromingsparameters vastleggen ....... 175 18.4 Begrenzing van de signaalversterking .

  • Pagina 7: Inleiding

    1 Inleiding FLUXUS F60* Inleiding Deze gebruiksaanwijzing is geschreven voor de gebruikers van de ultrasone flowmeter FLUXUS. Zij bevat belangrijke informatie over het meetapparaat, hoe er correct mee ge- werkt moet worden en hoe beschadigingen voorkomen kunnen worden. Maak uzelf ver- trouwd met de veiligheidsinstructies.
  • Pagina 8 De inhoud van de handleiding kan te allen tijde veranderd worden. Alle auteursrechten zijn in het bezit van FLEXIM GmbH. Het is zonder voorafgaande schriftelijke toestem- ming van FLEXIM niet toegestaan, deze handleiding in welke vorm dan ook te vermenig- vuldigen.

  • Pagina 9: Veiligheidsinstructies

    Telkens voordat u het meetinstrument gaat gebruiken, moet u controleren of het in feillo- ze staat verkeert en veilig werkt. Licht FLEXIM in als er bij de het installeren of het ge- bruik van het meetinstrument storingen zijn opgetreden of schade is ontstaan.

  • Pagina 10: Ondoelmatig Gebruik

    Componenten en reserveonderdelen mogen uitsluitend worden vervangen door FLEXIM. De exploitant moet regelmatige controles verrichten op veranderingen of beschadigingen die een gevaar kunnen opleveren. Neem contact op met FLEXIM als u hier vragen over heeft. • Houdt u zich aan de informatie m.b.t. de montage en het aansluiten van transmitter, sensoren en toebehoren (zie hoofdstuk 6 en 7).

  • Pagina 11: Veiligheidsinstructies Voor Werkzaamheden Aan De Elektriciteit

    • De transmitter en de voeding mogen niet gedemonteerd worden (zie Afb. 2.1). De transmitter bevat geen componenten die onderhoud vergen van de gebruiker. Neem voor reparaties en servicewerkzaamheden contact op met FLEXIM. • Houdt u zich aan de veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften voor elektrische installaties en bedrijfsmiddelen.

  • Pagina 12: Aanbevolen Handelwijze In Gevaarlijke Situaties

    FLUXUS F60* • De transmitter, sensoren en toebehoren moeten voor transport correct worden verpakt: – Gebruik, als dat mogelijk is, de originele verpakking van FLEXIM of een gelijkwaardi- ge kartonnen verpakking. – Plaats de transmitter, de sensoren en de toebehoren in het midden van de kartonnen verpakking.

  • Pagina 13: Grondbeginselen

    3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.1 Meetprincipe Grondbeginselen Bij de ultrasone flowmeting wordt de stromingssnelheid gemeten van een medium dat door een buis stroomt. Andere meetgrootheden worden afgeleid van de stromingssnel- heid en - indien nodig - van bijkomende meetgrootheden. Meetprincipe De stromingssnelheid van het medium wordt in de TransitTime-mode gemeten volgens het procédé...
  • Pagina 14 3 Grondbeginselen 3.1 Meetprincipe FLUXUS F60* Akoestische calibratiefactor k  ----------- -  De akoestische calibratiefactor k is een sensorparameter die resulteert uit de geluids- snelheid c in de sensor en de instralingshoek. De uitbreidingshoek in het aangrenzende medium of buismateriaal wordt berekend volgens de brekingswet: ...
  • Pagina 15 3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.1 Meetprincipe 3.1.2 De stromingssnelheid meten in de TransitTime-mode De signalen worden afwisselend door een sensorpaar met de stroomrichting mee en tegen de stroomrichting in uitgezonden en ontvangen. Als het medium, waarin de signa- len zich uitbreiden, stroomt, worden de signalen meegevoerd met het medium.
  • Pagina 16 3 Grondbeginselen 3.1 Meetprincipe FLUXUS F60* Afb. 3.2: Meetpad van het signaal tegen de stroomrichting in verkorting van het meetpad α α α β meetpad zonder γ stroming γ meetpad met stroomrichting van stroming het medium c – geluidssnelheid 1 – sensor (zender) 2 –...
  • Pagina 17 3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.1 Meetprincipe 3.1.3 De stromingssnelheid meten in de NoiseTrek-mode Bij een hoog aandeel gasbellen en/of vaste deeltjes in het medium kan de demping van het ultrasone signaal te groot zijn dat het medium niet volledig kan worden doorstraald en dus een meting in de TransitTime-mode is dan niet mogelijk.
  • Pagina 18 3 Grondbeginselen 3.1 Meetprincipe FLUXUS F60* Afhankelijk van de demping van de ultrasone signaal kan de afwijking van de meetwaar- de in de NoiseTrek mode groter zijn dan in de TransitTime mode. De stromingssnelheid meten in de HybridTrek-mode De HybridTrek mode verbindt de TransitTime mode en de NoiseTrek mode. Bij een me- ting in de HybridTrek-mode schakelt de transmitter –...

  • Pagina 19: Meetopstellingen

    3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.2 Meetopstellingen Meetopstellingen 3.2.1 Begrippen Doorstralingsopstelling Reflectieopstelling De sensoren zijn aan de tegenover elkaar De sensoren zijn aan dezelfde zijde van de liggende zijden van de buis gemonteerd. buis gemonteerd. Meetpad De weg die het ultrasone signaal aflegt als het de buis eenmaal doorkruist. Het aantal weglengten is: •...
  • Pagina 20 3 Grondbeginselen 3.2 Meetopstellingen FLUXUS F60* Sensorafstand De sensorafstand wordt gemeten aan de binnenkant van de sensoren. reflectieopstelling doorstralingsopstelling (positieve sensorafstand) doorstralingsopstelling (negatieve sensorafstand) a – sensorafstand Geluidsstraalniveau Niveau, waarin 1 of meerdere meetpaden of stralen liggen. Afb. 3.8: 2 stralen op één niveau Afb.
  • Pagina 21 3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.2 Meetopstellingen Voorbeelden Doorstralingsopstelling met 1 straal Reflectieopstelling met 1 straal 1 sensorpaar 1 sensorpaar 1 meetpad 2 meetpaden 1 straal 1 straal 1 niveau 1 niveau Doorstralingsopstelling met 2 stralen Reflectieopstelling met 2 stralen op 2 niveau’s...

  • Pagina 22: Akoestische Doorstraalbaarheid

    3 Grondbeginselen 3.3 Akoestische doorstraalbaarheid FLUXUS F60* Akoestische doorstraalbaarheid De buis moet op het meetpunt akoestisch doorstraalbaar zijn. Er is sprake van akoesti- sche doorstraalbaarheid als de buis en het medium het geluidssignaal niet zo sterk dem- pen dat het volledig geabsorbeerd wordt voordat het de tweede sensor bereikt.
  • Pagina 23 3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.3 Akoestische doorstraalbaarheid Verticale buis Kies het meetpunt op een plaats waar de vloeistof stijgt. De buis moet volledig gevuld zijn (zie Afb. 3.12 en Afb. 3.13). Afb. 3.12: Aanbevolen aanbrenging van de Afb. 3.13: Ongunstige aanbrenging van de...

  • Pagina 24: Ongestoord Stromingsprofiel

    3 Grondbeginselen 3.4 Ongestoord stromingsprofiel FLUXUS F60* Ongestoord stromingsprofiel Veel doorstromingselementen (b.v. bochtstukken, ventielen, pompen, reducties) veroor- zaken een lokale vervorming van het stromingsprofiel. Het voor een correcte meting ver- eiste axiaalsymetrische stromingsprofiel in de buis bestaat dan niet meer. Door zorgvul- dige keuze van het meetpunt is het mogelijk, de invloed van storingsbronnen te beperken.
  • Pagina 25 3 Grondbeginselen FLUXUS F60* 3.4 Ongestoord stromingsprofiel Tab. 3.1: Aanbevolen afstanden t.o.v. storingsbronnen; D – nominale diameter op het meetpunt, l – aanbevolen afstand tussen de storingsbron en de sensorpositie storingsbron: ventiel inloop: l ≥ 40 D uitloop: l ≥ 5 D storingsbron: reductie inloop: l ≥...

  • Pagina 26: Productbeschrijving

    4 Productbeschrijving 4.1 Meetsysteem FLUXUS F60* Productbeschrijving Meetsysteem Het meetsysteem bestaat uit de transmitter, de ultrasoonsensoren en de buis waarop wordt gemeten (zie Afb. 4.1). Afb. 4.1: Voorbeeld voor een meetopbouw 1 – sensor 2 – buis 3 – transmitter De sensoren worden op de buitenkant van de buis bevestigd.
  • Pagina 27 4 Productbeschrijving FLUXUS F60* 4.2 Bedieningsconcept Afb. 4.2: Bedieningsveld van de transmitter >PAR< mtn opt sf Parameter 1 – weergave 2 – toetsenbord Voor de beschrijving van de afzonderlijke programmavertakkingen zie Tab. 4.1. Tab. 4.1: Beschrijving van de programmavertakkingen programmavertakking...

  • Pagina 28: Navigeren

    4 Productbeschrijving 4.3 Navigeren FLUXUS F60* Navigeren 4.3.1 Keuzelijst Als er een verticale pijl ↕ in beeld verschijnt, bevat het menupunt een keuzelijst. De huidi- ge lijstnotering verschijnt in de onderste regel. Parameter ↕ voor kanaal • Scrol met de toets om een lijstnotering in de onderste regel te kiezen.

  • Pagina 29: Toetsenbord

    4 Productbeschrijving FLUXUS F60* 4.4 Toetsenbord Toetsenbord Het toetsenbord heeft 15 toetsen, 3 daarvan zijn functietoetsen: ENTER, BRK en C. Sommige toetsen hebben meerdere functies. Zij kunnen worden gebruikt voor het invoe- ren van waarden, het scrollen in keuzelijsten en voor het uitvoeren van speciale functies (b.v.
  • Pagina 30 4 Productbeschrijving 4.4 Toetsenbord FLUXUS F60* Tab. 4.5: Tekst invoeren de cursor positioneren "A" verschijnt en het hoofdlettergebruik wordt geactiveerd "Z" verschijnt en het hoofdlettergebruik wordt geactiveerd omschakelen tussen kleine letters en hoofdletters het voorafgaande/volgende teken kiezen een teken wissen en een spatie schrijven Automatisch voorwaarts of achterwaarts scrollen binnen de ingekorte ASCII- karakterset.

  • Pagina 31: Transport En Opslag

    5 Transport en opslag FLUXUS F60* 5.1 Transport Transport en opslag Voorzichtig! Bij het verpakken kan de transmitter omlaagvallen. De kans bestaat dat lichaamsdelen bekneld raken of dat het meetinstru- ment wordt beschadigd. → Beveilig de transmitter tegen omlaagvallen tijdens het verpakken.

  • Pagina 32: Montage

    6 Montage FLUXUS F60* Montage Gevaar! Explosiegevaar bij gebruik van de transmitter FLUXUS *608**-A2 in explosieve omgevingen Kans op lichamelijk letsel of materiële schade en gevaarlijke situaties. → Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS_608).

  • Pagina 33: Transmitter

    6 Montage FLUXUS F60* 6.1 Transmitter Transmitter 6.1.1 Opbouw van de transmitter Afb. 6.1: Bedieningsveld van de transmitter 1 – weergave, 2 × 16 tekens (met achtergrondverlichting) 2 – statusweergave "SIGNAL" 3 – toetsenbord 4 – statusweergave "BATTERY" Op de achterkant van de transmitter is een draagbeugel gemonteerd (zie Afb. 6.2). De draagbeugel doet tevens dienst als standbeugel.

  • Pagina 34: De Transmitter Monteren

    6 Montage 6.1 Transmitter FLUXUS F60* 6.1.2 De transmitter monteren 6.1.2.1 Neerzetten Trek de draagbeugel helemaal tot aan het bevestigingsplaatje naar achter toe (zie Afb. 6.3). Afb. 6.3: De transmitter neerzetten 1 – draagbeugel 2 – bevestigingsplaatje 6.1.2.2 Ophangen Druk de twee uiteinden van de draagbeugel naar buiten toe en beweeg ze langs het be- vestigingsplaatje.
  • Pagina 35 6 Montage FLUXUS F60* 6.1 Transmitter 6.1.2.3 Buismontage Important! De buistemperatuur mag niet hoger zijn dan de bedrijfstemperatuur van de transmitter. Breng de spanriem met de rustknop aan de buis aan. Span de riem met de ratel. Breng de rustknop in de opening in het bevestigingsplaatje aan de achterzijde van de transmit- ter (zie Afb.

  • Pagina 36: Sensoren

    6 Montage 6.2 Sensoren FLUXUS F60* Sensoren 6.2.1 Voorbereiding 6.2.1.1 Het meetpunt kiezen De correcte keuze van het juiste meetpunt is doorslaggevend voor betrouwbare meetre- sultaten en een hoge meetnauwkeurigheid. Een meting aan een buis is mogelijk als: • het ultrasoon geluid zich verspreidt met een amplitude die hoog genoeg is •...

  • Pagina 37: Keuze Van De Meetopstelling

    6 Montage FLUXUS F60* 6.2 Sensoren Important! De buis moet zo stevig zijn dat zij bestand is tegen de belasting die ontstaat als gevolg van de sensoren en spanbanden. Opmerking! Houdt u zich aan de keuzecriteria van de buis en het meetpunt.
  • Pagina 38 6 Montage 6.2 Sensoren FLUXUS F60* Doorstralingsopstelling met 2 stralen Reflectieopstelling met 2 stralen op 2 niveau’s X-rangschikking • dezelfde kenmerken als bij 2-straal-re- flectieopstelling • extra eigenschap: invloeden op het stromingspatroon wor- den gecompenseerd, omdat er op 2 ni- veau’s wordt gemeten...
  • Pagina 39 6 Montage FLUXUS F60* 6.2 Sensoren Als het meetpunt zich in de buurt van een bochtstuk bevindt, bevelen wij voor de keuze van het geluidsstraalniveau de volgende meetopstellingen aan. Verticaal lopende buizen Horizontaal lopende buizen stroom- richting bochtstukniveau bochtstukniveau stroomrichting •...

  • Pagina 40: De Sensoren Monteren

    6 Montage 6.2 Sensoren FLUXUS F60* 6.2.2 De sensoren monteren Opmerking! Ga voorzichtig om met de sensorkabel. Vermijd te kort doorbuigen of knikken, vooral bij gelijktijdige trekbelasting. 6.2.2.1 De sensoren afstellen en de sensorafstand bepalen Let op de afstelling van de sensoren. De graveringen op de sensoren vormen een pijl als de sensor correct is afgesteld (zie Afb.
  • Pagina 41 6 Montage FLUXUS F60* 6.2 Sensoren Afb. 6.8: De sensoren bevestigen met klemschoenen en kettingen De kogelketting verlengen Om de ketting te verlengen, schuift u de laatste kogel van de verlenging in de klemslui- ting van de kogelketting. U kunt de reserveklemsluitingen die met de ketting worden meegeleverd gebruiken om een gebroken ketting te repareren.

  • Pagina 42: De Sensoren Met Een Draagbare Variofix-Rail Met Kettingen Bevestigen

    6 Montage 6.2 Sensoren FLUXUS F60* 6.2.2.4 De sensoren met een draagbare Variofix-rail met kettingen bevestigen Elke sensor wordt normaal gesproken in een eigen Variofix-rail bevestigd. Als de sensor- afstand klein is en beide sensoren zich aan dezelfde kant van de buis bevinden (reflec- tieopstelling), dan kunnen beide sensoren in een Variofix-rail worden bevestigd.

  • Pagina 43: Temperatuurvoeler

    6 Montage FLUXUS F60* 6.3 Temperatuurvoeler Afb. 6.10: Variofix-rail met kettingen 1 – schroef 2 – rail 3 – sensor 4 – kettingspanner 5 – horizontale gleuf 6 – railhouder 7 – cilinder 8 – kogelketting 9 – gleuf 10 – veerbeugel 11 –...

  • Pagina 44: Met Spanslot Monteren

    Selecteer de montagehandleiding van het meegeleverde spanslot: • kijk voor het monteren met spanslot in paragraaf 6.3.2.1 • kijk voor het monteren met FLEXIM-spanslot in paragraaf 6.3.2.2 • kijk voor het monteren met snelspanslot in paragraaf 6.3.2.3 6.3.2.1...

  • Pagina 45: Met Flexim-Spanslot Monteren

    6 Montage FLUXUS F60* 6.3 Temperatuurvoeler Afb. 6.11: Spanslot Afb. 6.12: Temperatuurvoeler op de buis 6.3.2.2 Met FLEXIM-spanslot monteren Voorzichtig! De snijkant van de spanband is scherp. Gevaar voor letsel! → Ontbraam scherpe randen. → Draag de voorgeschreven persoonlijke veiligheidsuitrusting. Houdt u zich aan de geldende voorschriften.

  • Pagina 46: Met Snelspanslot Monteren

    6 Montage 6.3 Temperatuurvoeler FLUXUS F60* Afb. 6.13: FLEXIM-spanslot 6.3.2.3 Met snelspanslot monteren Voorzichtig! De snijkant van de spanband is scherp. Gevaar voor letsel! → Ontbraam scherpe randen. → Draag de voorgeschreven persoonlijke veiligheidsuitrusting. Houdt u zich aan de geldende voorschriften.
  • Pagina 47 6 Montage FLUXUS F60* 6.3 Temperatuurvoeler 6.3.3 De temperatuurvoeler monteren (reactietijd 8 s) • Maak de beschermplaat en de isolatieschuimstof aan de temperatuurvoeler vast (zie Afb. 6.15). • Pak het verende uiteinde van de ketting vast en schuif de eerste kogel in één van de twee spleten aan de bovenkant van de temperatuurvoeler (zie Afb.

  • Pagina 48: Aansluiting

    7 Aansluiting 7.1 FLUXUS *601 FLUXUS F60* Aansluiting FLUXUS *601 7.1.1 Sensoren Wij raden u aan de kabels vóór het aansluiten van de sensoren van het meetpunt naar de transmitter te leggen om het aansluitpunt niet te belasten. De aansluitingen bevinden zich aan de bovenkant van de transmitter (zie Afb. 7.1).
  • Pagina 49 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.1 FLUXUS *601 7.1.2 Spanningsvoorziening De transmitter kan worden gebruikt met de ingebouwde accu, de voeding of de accukof- fer PP026NN (zie het document QSPowerPack_PP026). 7.1.2.1 Gebruik met de accu De transmitter heeft een Li-Ion-accu zodat hij zonder netadapter gebruikt kan worden. Bij levering is de accu ca.
  • Pagina 50 7 Aansluiting 7.1 FLUXUS *601 FLUXUS F60* Accu laden Sluit de netadapter aan op de transmitter (zie paragraaf 7.1.2.2). Schakel de transmitter in. Het laden begint automatisch. Tijdens het laden is de LED "BATTERY" groen en knip- pert ze. De max. laadduur bedraagt ca. 8 uur.

  • Pagina 51: Gebruik Met De Voeding

    7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.1 FLUXUS *601 Automatische uitschakelfunctie Als de transmitter met een accu werkt, heeft hij een automatische uitschakelfunctie. De transmitter wordt automatisch uitgeschakeld als: • er geen meting plaatsvindt en er binnen de 10 min geen toets wordt ingedrukt of •...
  • Pagina 52 7 Aansluiting 7.1 FLUXUS *601 FLUXUS F60* 7.1.3 Uitgangen Opmerking! Bij het aansluiten, let ook op de gegevens voor het toewijzen van de uitgangen op het typeplaatje aan de achterzijde van de transmitter. Opmerking! De max. spanning tussen de uitgangen en de interne spanningsvoorziening van de transmitter bedraagt 42 V DC (permanent).
  • Pagina 53 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.1 FLUXUS *601 Tab. 7.1: Schakelingen in de uitgangen aanbrengen uitgang transmitter externe opmerking schakelingen interne aan- schakelingen sluiting passieve = 4…16 V stroom- > 0.021 A · R [Ω] + 4 V uitgang voorbeeld: = 12 V ≤...
  • Pagina 54 7 Aansluiting 7.1 FLUXUS *601 FLUXUS F60* 7.1.4 Ingangen Opmerking! Houdt u zich bij het aansluiten van de ingangen ook aan de gegevens op het type- plaatje op de achterzijde van de transmitter. Opmerking! De max. spanning tussen de ingangen en de interne spanningsvoorziening van de transmitter bedraagt 42 V DC (permanent).
  • Pagina 55 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.1 FLUXUS *601 Als de polariteit van de stroombron wordt verwisseld, verandert alleen het voorteken van de gemeten stroom. Tab. 7.3: Aansluiten van een passieve stroombron ingang transmitter externe opmerking schakelingen interne aansluiting schakelingen passieve kortsluitstroom: max.
  • Pagina 56 7 Aansluiting 7.1 FLUXUS *601 FLUXUS F60* 7.1.4.3 Ingangsadapter Het aantal temperatuuringangen kan door aansluiting van 2 ingangsadapters (optie) naar max. 4 verhoogd worden (zie Afb. 7.7). Als de transmitter spannings- of stroomingangen heeft, wordt de adapter gebruikt voor spannings- en stroomingangen (zie Afb. 7.8).
  • Pagina 57 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.1 FLUXUS *601 Afb. 7.8: De adapter voor spannings- en stroomingangen aansluiten P3...P8 T1/T3 T2/T4 CH A CH B COMM DC-IN Output Input 1 – ingangsadapter 2 – adapter voor spannings- en stroomingangen 7.1.4.4 Een actieve ingang aansluiten Als u een passieve stroombron wilt aansluiten op een passieve stroomingang, moet een externe spanningsvoorziening gebruiken.
  • Pagina 58 7 Aansluiting 7.1 FLUXUS *601 FLUXUS F60* Afb. 7.9: De adapter voor de actieve stroomingang aansluiten P3...P8 T1/T3 T2/T4 CH A CH B COMM DC-IN Output Input passieve stroombron 1 – ingangsadapter 2 – adapter voor de actieve stroomingang 3 – connector 4 –...
  • Pagina 59 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.1 FLUXUS *601 7.1.5 Service-interface RS232 • Sluit de RS232-kabel op de transmitter (zie Afb. 7.10) en de seriële interface van de pc aan. • Gebruik de RS232-adapter voor het aansluiten van de RS232-kabel op de transmitter.

  • Pagina 60: Fluxus *608

    7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* FLUXUS *608 Gevaar! Explosiegevaar bij gebruik van de transmitter FLUXUS *608**-A2 in explosieve omgevingen Kans op lichamelijk letsel of materiële schade en gevaarlijke situaties. → Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving"...
  • Pagina 61 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 Afb. 7.12: De blinde stekker verwijderen Afb. 7.13: De sensoren aansluiten FLUXUS *608**-F2 De aansluitingen bevinden zich aan de bovenkant van de transmitter (zie Afb. 7.14). • Verwijder de blinde stekker, indien aanwezig.
  • Pagina 62 7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* Afb. 7.14: De sensoren aansluiten op de transmitter CH A CH B COMM DC-IN 1 – sensoren van het meetkanaal A 2 – sensoren van het meetkanaal B Afb. 7.15: De sensoren aansluiten Afb.

  • Pagina 63: Gebruik Met De Accu

    7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 7.2.2 Spanningsvoorziening De transmitter kan worden gebruikt met de ingebouwde accu, de stroomkabel met voe- dingsadapter (alleen FLUXUS *608**-A2) of de voeding (alleen FLUXUS *608**-F2). 7.2.2.1 Gebruik met de accu De transmitter heeft een Li-Ion-accu zodat hij zonder netadapter gebruikt kan worden. Bij levering is de accu ca.
  • Pagina 64 7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* Accu laden Sluit de netadapter aan op de transmitter (zie paragraaf 7.2.2.3). Schakel de transmitter in. Het laden begint automatisch. Tijdens het laden is de LED "BATTERY" groen en knip- pert ze. De max. laadduur bedraagt ca. 8 uur.
  • Pagina 65 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 Onderhoud (leercyclus) De nauwkeurigheid van de in beeld gebrachte waarde voor de laadtoestand van de accu wordt verbeterd met een leercyclus. De omgevingstemperatuur tijdens een leercyclus moet tussen 12 en 30 °C liggen.
  • Pagina 66 7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* 7.2.2.2 Spanningsvoorziening met de stroomkabel en de adapter (optie) FLUXUS *608**-A2 Voor de aansluiting van de kabel moet de spanningsvoorziening adapter gebruikt worden. Afb. 7.19: De spanningsvoorziening adapter op de transmitter aansluiten CH A...

  • Pagina 67: Gebruik Met De Voeding (Alleen Fluxus *608**-F2)

    7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 Afb. 7.20: Kabelschroefkoppeling 1 – wartel 2 – inzetstuk 3 – lichaam 4 – dichtringzijde van het lichaam • Verwijder de blinde stop (zie Afb. 7.19). • Confectioneer de kabel met een kabelschroefverbinding M20.
  • Pagina 68 7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* • Sluit de netadapter aan op de stekkerbus aan de bovenkant van de transmitter (zie Afb. 7.21). Afb. 7.21: Aansluitingen van de transmitter CH A CH B COMM DC-IN 1 – netadapter/acculaadapparaat 7.2.3 Uitgangen Voor het aansluiten van de uitgangen moet de uitgangsadapter gebruikt worden (zie Afb.
  • Pagina 69 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 Afb. 7.22: De uitgangsadapter op de transmitter aansluiten CH A CH B DC-IN COMM Input Output 1 – spanningsvoorziening adapter 2 – blinde stop 3 – aansluiting van de uitgang UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL, 2018-07-05...
  • Pagina 70 7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* Afb. 7.23: Kabelschroefkoppeling 1 – wartel 2 – inzetstuk 3 – lichaam 4 – dichtringzijde van het lichaam Tab. 7.6: Schakelingen in de uitgangen aanbrengen uitgang transmitter externe opmerking schakelingen interne aanslui- schakelingen...

  • Pagina 71: Ingangen (Optie)

    7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 7.2.4 Ingangen (optie) Opmerking! Houdt u zich bij het aansluiten van de ingangen ook aan de gegevens op het type- plaatje op de achterzijde van de transmitter. Opmerking! De max. spanning tussen de ingangen en de interne spanningsvoorziening van de transmitter bedraagt 42 V DC (permanent).
  • Pagina 72 7 Aansluiting 7.2 FLUXUS *608 FLUXUS F60* 7.2.4.2 Ingangsadapter (optie) Het aantal temperatuuringangen kan door aansluiting van 2 ingangsadapters naar max. 4 verhoogd worden. Afb. 7.26: De ingangsadapters aansluiten op de transmitter FLUXUS *608**-A2 CH A CH B DC-IN COMM...
  • Pagina 73 7 Aansluiting FLUXUS F60* 7.2 FLUXUS *608 7.2.5 Service-interface RS232 • Sluit de RS232-kabel op de transmitter en de seriële interface van de pc aan. • Gebruik de RS232-adapter voor het aansluiten van de RS232-kabel op de transmitter. Als de RS232-kabel niet op de PC aangesloten kan worden, gebruik de RS232/USB- adapter.

  • Pagina 74: Inbedrijfstelling

    8 Inbedrijfstelling 8.1 Instellingen bij de eerste inbedrijfstelling FLUXUS F60* Inbedrijfstelling Gevaar! Explosiegevaar bij gebruik van de transmitter FLUXUS *608**-A2 in explosieve omgevingen Kans op lichamelijk letsel of materiële schade en gevaarlijke situaties. → Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving"...

  • Pagina 75: In-/Uitschakelen

    8 Inbedrijfstelling FLUXUS F60* 8.2 In-/uitschakelen CANADA-REGION • Kies ja als de transmitter in de regio Canada wordt gebruikt. • Druk op ENTER. Deze weergave verschijnt alleen als imperial gekozen is. TIJD De actuele tijd verschijnt in beeld. • Druk op ENTER om de tijd te bevestigen of toets op het cijferpad de actuele tijd in.

  • Pagina 76: Programmavertakkingen

    8 Inbedrijfstelling 8.3 Programmavertakkingen FLUXUS F60* Programmavertakkingen De volgende weergave geeft u een overzicht van de programmavertakkingen. Kijk voor een gedetailleerd overzicht van de menustructuur in bijvoegsel A. Parameter Meten Uitgangsopties Spec. functie Het meetkanaal Het meetkanaal Het meetkanaal Systeeminstellingen...

  • Pagina 77: Hotcodes

    8 Inbedrijfstelling FLUXUS F60* 8.4 HotCodes HotCodes Een HotCode is een cijferreeks waarmee bepaalde functies en instellingen geactiveerd worden. Een HotCode kan alleen in het hoofdmenu direct na het inschakelen van de transmitter worden ingevoerd. Deze verschijnt tijdens het invoeren niet in beeld.

  • Pagina 78: Initialisatie

    8 Inbedrijfstelling 8.6 Initialisatie FLUXUS F60* Initialisatie Bij een initialisatie (INIT) van de transmitter worden de instellingen in de programmaver- takkingen Parameter en Uitgangsopties en enkele instellingen in de programma- vertakking Spec. functie teruggezet op de voorinstellingen van de fabrikant.

  • Pagina 79: Datum En Tijd

    8 Inbedrijfstelling FLUXUS F60* 8.7 Datum en tijd Datum en tijd De transmitter heeft een klok die werkt op een batterij. Meetwaarden worden automa- tisch opgeslagen met datum en tijd. Spec. functie\SYSTEEM inst.\Instellen klok\TIJD • Kies het menupunt Instellen klok.

  • Pagina 80: Apparaatinformatie

    8 Inbedrijfstelling 8.8 Apparaatinformatie FLUXUS F60* Apparaatinformatie Spec. functie\Instrument info • Kies de het menupunt Instrument info om informatie te krijgen over de transmitter. • Druk op ENTER. x60x -XXXXXXXX Het type en het serienummer wordt in de bovenste regel in beeld gebracht.

  • Pagina 81: Meting

    9 Meting FLUXUS F60* Meting Gevaar! Explosiegevaar bij gebruik van de transmitter FLUXUS *608**-A2 in explosieve omgevingen Kans op lichamelijk letsel of materiële schade en gevaarlijke situaties. → Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS_608).

  • Pagina 82: Parameterinvoer

    9 Meting 9.1 Parameterinvoer FLUXUS F60* Parameterinvoer Parameter voor kanaal … Buitendiameter Wanddikte Leidingmater Bekleding Ruwheid Medium Mediumtemperatuur Sensortype zie bijvoegsel A, p. 220 De buis- en mediumparameters worden ingetoetst voor het gekozen meetpunt. De para- meterbereiken zijn begrensd door de technische eigenschappen van de sensoren en de transmitter.

  • Pagina 83: De Buisparameters Invoeren

    9 Meting FLUXUS F60* 9.1 Parameterinvoer 9.1.1 De buisparameters invoeren Buisbuitendiameter/buisomtrek Parameter\Buitendiameter • Toets de buisbuitendiameter in. • Druk op ENTER. Er verschijnt een foutmelding als de ingetoetste parameter buiten het bereik ligt. De grenswaarde verschijnt in beeld. Voorbeeld: bovenste grenswaarde 1100 mm voor de aangesloten sensoren en voor een buiswanddikte van 50 mm.
  • Pagina 84 9 Meting 9.1 Parameterinvoer FLUXUS F60* Buismateriaal Parameter\Leidingmater Het buismateriaal moet gekozen worden, zodat de bijbehorende geluidssnelheid bepaald kan worden. De geluidssnelheid voor de materialen op de keuzelijst zijn opgeslagen in de transmitter. • Kies het buismateriaal. • Druk op ENTER.
  • Pagina 85 9 Meting FLUXUS F60* 9.1 Parameterinvoer Geluidssnelheid van het bekledingsmateriaal Parameter\Bekleding\Ander materiaal\c-Materiaal • Toets de geluidssnelheid van het bekledingsmateriaal in. • Druk op ENTER. Opmerking! Er zijn 2 geluidssnelheden voor de bekledingsmaterialen, de longitudinale en de transversale geluidssnelheid. Voer de geluidssnelheid in die het dichtst bij 2500 m/s ligt.

  • Pagina 86: De Mediumparameters Invoeren

    9 Meting 9.1 Parameterinvoer FLUXUS F60* 9.1.2 De mediumparameters invoeren Medium Parameter\Medium • Kies het medium van de keuzelijst. • Druk op ENTER. Als het medium niet op de keuzelijst staat, kiest u Ander medium. U kunt vastleggen welke media op de keuzelijst moeten verschijnen (zie paragraaf 19.4).

  • Pagina 87: Parameter\Medium\Ander Medium\Kin.viscositeit

    9 Meting FLUXUS F60* 9.1 Parameterinvoer Parameter\Medium\Ander medium\c-Medium bereik\c-Medium • Toets het bereik rond de gemiddelde geluidssnelheid van het medium in. • Druk op ENTER. Deze weergave verschijnt alleen als eigen gekozen is. Kinematische viscositeit van het medium Parameter\Medium\Ander medium\Kin.viscositeit De kinematische viscositeit beïnvloedt het stromingsprofiel van het medium.

  • Pagina 88: Andere Parameters

    9 Meting 9.1 Parameterinvoer FLUXUS F60* Mediumdruk Parameter\Mediumdruk De mediumdruk wordt gebruikt voor het interpoleren van de geluidssnelheid. • Toets de mediumdruk in. • Druk op ENTER. Deze weergave verschijnt alleen als in de programmavertakking Spec. functie\ SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's het menupunt Mediumdruk is geactiveerd.

  • Pagina 89: Meetinstellingen

    9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen Meetinstellingen 9.2.1 De meetgrootheid en de maateenheid kiezen Uitgangsopties voor kanaal Meetgrootheid Meeteenheid Demping zie bijvoegsel A, p. 224 U kunt de volgende meetgrootheden meten: • geluidssnelheid • stromingssnelheid: wordt berekend op basis van het gemeten looptijdverschil •...

  • Pagina 90: De Dempingsgetal Invoeren

    9 Meting 9.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Uitgangsopties\voor kanaal A\Meetgrootheid\Volumeflow Voor de gekozen meetgrootheid (behalve voor de geluidssnelheid) verschijnt er een lijst met beschikbare maateenheden in beeld. De voor het laatst gekozen maateenheid wordt het eerst in beeld gebracht. • Kies de maateenheid voor de gekozen meetgrootheid.

  • Pagina 91: Een Uitgang Installeren

    9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen 9.2.3 Een uitgang installeren SYSTEEM inst. Procesuitgangen Install uitgang Inschakelen Bron kanaal Bron zie bijvoegsel A, p. 224 Als de transmitter uitgerust is met uitgangen, moeten deze geïnstalleerd en geactiveerd worden, voordat ze gebruikt kunnen worden: •...
  • Pagina 92 9 Meting 9.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Een uitgang kiezen Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\Install uitgang • Kies de uitgang die geïnstalleerd moet worden. • Druk op ENTER. De keuzelijst bevat alle beschikbare uitgangen in de transmitter: – Stroom IX (--) – Binair BX (--) –...
  • Pagina 93 9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen Tab. 9.1: De uitgangen configureren brongrootte lijstnotering output meetgrootheid die in de programmavertakking Meetwaarde Act. meetgroth. Uitgangsopties werd gekozen flow onafhankelijk van de keuze van de meetgroot- Flow heid in de programmavertakking Uitgangsopties warmtestroom, onafhankelijk van de keuze van de...
  • Pagina 94 9 Meting 9.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Tab. 9.1: De uitgangen configureren brongrootte lijstnotering output is alleen ter beschikking als er een temperatuurin-gang aan het kanaal werd Temperatuur toegewezen mediumtemperatuur van de temperatuursensors op Tfluid ← (Ti)* de plaats waar de flow wordt gemeten mediumtemperatuur van de andere temperatuur- Taux S/R ←...
  • Pagina 95 9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen 9.2.3.1 De meetwaardeoutput Bron Uitgangbereik Foutwaarde Active loop Output Test zie bijvoegsel A, p. 224 Bij de configuratie van een analoge uitgang wordt nu het outputbereik vastgelegd. • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\...\I1 Uitgangbereik. • Druk op ENTER.
  • Pagina 96 9 Meting 9.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Foutenoutput Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\...\I1 Foutwaarde In de volgende dialoog kan een foutwaarde vastgelegd worden, die uitgevoerd wordt als de brongrootte niet gemeten kan worden, b.v. bij vaste deeltjes in het medium. • Kies een lijstnotering voor de foutenoutput (zie Tab. 9.2).
  • Pagina 97 9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen Tab. 9.3: Voorbeelden van foutenoutput (voor het outputbereik 4…20 mA) lijstnotering uitgangssignaal Minimum (4.0 mA) I [mA] Hou laatste wrde I [mA] Maximum (20.0 mA) I [mA] UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL, 2018-07-05...
  • Pagina 98 9 Meting 9.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Tab. 9.3: Voorbeelden van foutenoutput (voor het outputbereik 4…20 mA) lijstnotering uitgangssignaal Andere waarde I [mA] foutwaarde = 3.5 mA Klemmenfuncties Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\...\I1 Active loop De klemmen voor het aansluiten van de uitgang verschijnen in beeld.

  • Pagina 99: Een Analoge Uitgang Activeren

    9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen 9.2.4 Een analoge uitgang activeren Uitgangsopties voor kanaal … Stroomlus Meetwaarden Begin meetbereik Einde meetbereik Test output Foutw.vertraging zie bijvoegsel A, p. 224 Opmerking! Een uitgang kan alleen in de programmavertakking Uitgangsopties geactiveerd worden als hij voordien geïnstalleerd is.
  • Pagina 100 9 Meting 9.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Meetbereik Nadat een analoge uitgang in de programmavertakking Uitgangsopties geactiveerd is, moet het meetbereik van de brongrootte ingetoetst worden. Uitgangsopties\...\Meetwaarden • Kies -/+ als er voor de output rekening moet worden gehouden met het voorteken van de meetwaarden.

  • Pagina 101: De Foutwaardevertraging Invoeren

    9 Meting FLUXUS F60* 9.2 Meetinstellingen Functietest De werking van de uitgang kan nu gecontroleerd worden. • Sluit een extern meetapparaat aan op de klemmen van de geïnstalleerde uitgang. Uitgangsopties\...\I1: Test output? • Kies ja om de uitgang te testen.

  • Pagina 102: De Meting Starten

    9 Meting 9.3 De meting starten FLUXUS F60* De meting starten Meten Kanaal … Meetpunt-nr. Signaalverloop Sensorafstand Signaaltest Sensorafstand Weergave meting zie bijvoegsel A, p. 223 • Kies de programmavertakking Meten. • Druk op ENTER. Als de parameters in de programmavertakking Parameter niet geldig of niet volledig zijn, dan verschijnt de foutmelding GEEN GEGEVENS!.
  • Pagina 103 9 Meting FLUXUS F60* 9.3 De meting starten Een gedeactiveerd kanaal wordt tijdens de meting genegeerd. De parameters ervan blij- ven ongewijzigd. Als de datalogger of de seriële interface geactiveerd is, moet u nu het meetpuntnummer intoetsen: Het meetpuntnummer invoeren Meten\Kanaal\Meetpunt-nr.
  • Pagina 104 9 Meting 9.3 De meting starten FLUXUS F60* Fijninstelling van de sensorafstand • Als de aangegeven sensorafstand is ingesteld, drukt u op ENTER. De meetprocedure voor het positioneren van de sensoren wordt gestart. Het balkendiagram S= geeft de amplitude van het ontvangen signaal aan (zie Afb. 9.1).
  • Pagina 105 9 Meting FLUXUS F60* 9.3 De meting starten Consistentiecontrole Als in de programmavertakking Parameter een breed naderingsbereik voor de geluids- snelheid is ingetoetst of als de exacte parameters van het medium niet bekend zijn, ra- den wij een consistentiecontrole aan.

  • Pagina 106: De Meetwaarden Tonen

    9 Meting 9.4 De meetwaarden tonen FLUXUS F60* Opmerking! Als tijdens de meting de sensorafstand verandert wordt, moet de consistentie- controle opnieuw opgestart worden. Herhaal de stappen voor alle kanalen, waarop gemeten wordt. De meetwaarden tonen Tijdens de meting worden de meetwaarden als volgt aangegeven: A:Volumeflow 31.82...

  • Pagina 107: De Weergave Aanpassen

    9 Meting FLUXUS F60* 9.4 De meetwaarden tonen AutoMux-mode • Alle kanalen De meetwaarden van alle geactiveerde kanalen (meet- en rekenkanalen) achtereenvol- gens worden getoond. De weergave en het meetproces zijn gesynchroniseerd. Het ka- naal waarop net gemeten wordt, staat links in de bovenste regel aangegeven.
  • Pagina 108 9 Meting 9.4 De meetwaarden tonen FLUXUS F60* In de onderste regel kunnen de meetwaarden worden weergeven van de meetgroothe- den die in de programmavertakking Uitgangsopties worden gekozen: weergave verklaring stromingssnelheid 12.3 m/s geluidssnelheid 1423 m/s massastroom 124 m3/h volumestroom...
  • Pagina 109 9 Meting FLUXUS F60* 9.4 De meetwaarden tonen Tab. 9.5: Beschrijving van de statusregel waarde betekenis signaalamplitude < 5 % … … ≥ 90 % signaalkwaliteit < 5 % … … ≥ 90 % geluidssnelheid vergelijking tussen de gemeten en de verwachte geluidssnelheid van het medium De verwachte geluidssnelheid wordt berekend op basis van de mediumparameters.

  • Pagina 110: Speciale Functies Uitvoeren

    9 Meting 9.5 Speciale functies uitvoeren FLUXUS F60* 9.4.4 Sensorafstand De sensorafstand kan tijdens de meting door middel van scrollen met de toets beeld gebracht worden. Afb. 9.4: De sensorafstand weergeven L=(51.2) 50.8 mm 54.5 m3/h De optimale sensorafstand staat tussen haakjes (in dit geval: 51.2 mm), daarachter de ingetoetste sensorafstand (in dit geval: 50.8 mm).

  • Pagina 111: De Stroomrichting Bepalen

    9 Meting FLUXUS F60* 9.6 De stroomrichting bepalen De stroomrichting bepalen De stroomrichting in de buis kan met behulp van het voorteken van de aangegeven volu- mestroom in combinatie met de pijl op de sensoren worden bepaald: • Het medium stroomt in de richting van de pijl als de aangegeven volumestroom positief is (bijv.

  • Pagina 112: Fouten Lokaliseren

    10 Fouten lokaliseren FLUXUS F60* Fouten lokaliseren Gevaar! Explosiegevaar bij gebruik van de transmitter FLUXUS *608**-A2 in explosieve omgevingen Kans op lichamelijk letsel of materiële schade en gevaarlijke situaties. → Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving"...

  • Pagina 113: Problemen Met De Meting

    Controleer of er een accu geplaatst is en of deze geladen is. Sluit de netadapter aan. Als de spanningsvoorziening in orde is, zijn ofwel de sensoren of is een onderdeel van de transmitter defect. De sensoren en de transmitter moeten voor reparatie naar FLEXIM worden opgestuurd.

  • Pagina 114: Het Meetpunt Kiezen

    Signaalverlies tijdens de meting • Als de buis was leeggelopen en als er na het opnieuw vullen geen meetsignaal meer wordt ontvangen, moet u contact opnemen met FLEXIM. • Wacht even totdat het akoestische contact weer tot stand is gebracht. De meting kan door een tijdelijk hoog aandeel gasbellen en vaste deeltjes in het medium onderbroken worden.

  • Pagina 115: Toepassingsspecifieke Problemen

    Het meten aan buizen gemaakt van een poreus materiaal (bijv. beton of gietijzer) is slechts in beperkte mate mogelijk Neem contact op met FLEXIM. De buisbekleding kan bij de meting problemen veroorzaken, als ze niet vast tegen de buisbinnenwand aanligt of gemaakt is van akoestisch absorberend materiaal Probeer te meten op een niet bekleed stuk van de buis.

  • Pagina 116: Problemen Met De Totalizers

    10 Fouten lokaliseren 10.6 Problemen met de totalizers FLUXUS F60* waarden op die manier genegeerd worden, ontstaan er te kleine waarden bij de totali- zers. De ingetoetste cut-off-flow is te hoog Alle stromingssnelheden die kleiner zijn dan de cut-off-flow worden op nul gezet. Alle af- geleide grootheden worden ook op nul gezet.

  • Pagina 117: Problemen Bij De Warmtestroommeting

    10 Fouten lokaliseren FLUXUS F60* 10.7 Problemen bij de warmtestroommeting 10.7 Problemen bij de warmtestroommeting De gemeten waarden voor de mediumtemperatuur wijken af van de daadwerkelijke waarden De temperatuurvoelers zijn onvoldoende geïsoleerd. Bij een kleine buisdiameter wordt de temperatuurvoeler door de schuimstofisolatie van het buisoppervlak weggedrukt.

  • Pagina 118: Onderhoud En Reiniging

    11 Onderhoud en reiniging FLUXUS F60* Onderhoud en reiniging Voorzichtig! Hete of koude oppervlakken aanraken U kunt lichamelijk letsel oplopen (b.v. thermische letsel). → Let tijdens de montage op de omgevingsomstandigheden bij het meetpunt. Draag de voorgeschreven persoonlijke veiligheidsuitrus- ting. Houdt u zich aan de geldende voorschriften.

  • Pagina 119: Onderhoud

    11 Onderhoud en reiniging FLUXUS F60* 11.1 Onderhoud 11.1 Onderhoud De transmitter en de sensoren zijn vrijwel onderhoudsvrij. Om de veiligheid te garande- ren, worden de volgende onderhoudsintervallen aanbevolen: onderhoudsobject onderhoudsstap interval maatregel roestvrij staal visuele controle op jaarlijks reiniging...

  • Pagina 120: Demontage En Vernietiging

    Het meetapparaat moet volgens de geldende voorschriften worden vernietigd. Al naar gelang het materiaal moeten de betreffende onderdelen bij het huisvuil, het che- misch afval of de recyclage worden gedaan. Neem contact op met FLEXIM als u hier vra- gen over heeft.

  • Pagina 121: Uitgangen

    13 Uitgangen FLUXUS F60* 13.1 Een uitgang bij gebruikmaking van de adapter voor de actieve stroomingang configureren Uitgangen 13.1 Een uitgang bij gebruikmaking van de adapter voor de actieve stroomingang configureren De uitgang installeren Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen.
  • Pagina 122 13 Uitgangen 13.1 Een uitgang bij gebruikmaking van de adapter voor de actieve stroomingang configureren FLUXUS F60* Bij de configuratie van een analoge uitgang wordt nu het outputbereik vastgelegd. Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\...\I1 Uitgangbereik • Kies ander bereik om het outputbereik handmatig in te toetsen.

  • Pagina 123: Installeren Van Een Binaire Uitgang

    13 Uitgangen FLUXUS F60* 13.2 Installeren van een binaire uitgang Uitgangsopties\...\Begin meetbereik Begin meetbereik is de waarde die is toegewezen aan de waarde Uitgang MIN van het outputbereik. • Toets de waarde 0.00 in. De maateenheid van de brongrootte verschijnt in beeld.
  • Pagina 124 13 Uitgangen 13.2 Installeren van een binaire uitgang FLUXUS F60* Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen. • Druk op ENTER. Een binaire uitgang kiezen Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\Install.uitgang • Kies de binaire uitgang die geïnstalleerd moet worden. • Druk op ENTER.
  • Pagina 125 13 Uitgangen FLUXUS F60* 13.2 Installeren van een binaire uitgang Tab. 13.1: Configureren van de binaire uitgang brongrootte lijstnotering output grenswaardemelding (Alarmuitgang R1) Grens grenswaardemelding (Alarmuitgang R2) grenswaardemelding (Alarmuitgang R3) impuls zonder rekening te houden met het voorteken Impuls van abs(x) impuls voor positieve meetwaarden van de volumestroom van x >...

  • Pagina 126: Configureren Van Een Frequentieuitgang Als Impulsuitgang

    13 Uitgangen 13.3 Configureren van een frequentieuitgang als impulsuitgang FLUXUS F60* Spec. functie\...\B1 Output Test\B1=ON\Again? • Kies yes om de test te herhalen of no om terug te keren naar de menupunt SYSTEEM inst. • Druk op ENTER. 13.3 Configureren van een frequentieuitgang als impulsuitgang Een frequentieuitgang zendt een signaal uit met een frequentie die afhankelijk si van de volumestroom.
  • Pagina 127 13 Uitgangen FLUXUS F60* 13.3 Configureren van een frequentieuitgang als impulsuitgang Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen\...\Setup as pulse ? Als u Meetwaarde heeft gekozen en de brongrootte getotaliseerd kan worden dan ver- schijnt de vraag of de frequentieuitgang als pulsuitgang geconfigureerd moet worden.

  • Pagina 128: Activeren Van Een Binaire Uitgang Als Impulsuitgang

    13 Uitgangen 13.4 Activeren van een binaire uitgang als impulsuitgang FLUXUS F60* Uitgangsopties\...\Frequentie-uitg.\INFO: max flow= 3600.0 m3/h De max. flow in functie van de bovenste grenswaarde van de frequentie en de pulswaar- de worden aangegeven. • Druk op ENTER. 13.4...
  • Pagina 129 13 Uitgangen FLUXUS F60* 13.4 Activeren van een binaire uitgang als impulsuitgang Uitgangsopties\...\Pulsuitgang\Pulswaarde • Toets de pulswaarde in. De maateenheid wordt overeenkomstig de huidige meetgroot- heid in beeld gebracht. Als de getelde meetgrootheid de ingetoetste pulswaarde heet bereikt, wordt er een im- puls gestuurd.

  • Pagina 130: Ingangen

    14 Ingangen 14.1 Toewijzing van de temperatuuringangen aan de meetkanalen FLUXUS F60* Ingangen Op de ingangen (optie) kunnen ook sensoren van andere fabrikanten worden aangeslo- ten, zodat de volgende meetgrootheden kunnen worden gemeten: • temperatuur • dichtheid • druk • kinematische viscositeit •...
  • Pagina 131 14 Ingangen FLUXUS F60* 14.1 Toewijzing van de temperatuuringangen aan de meetkanalen Spec. functie\SYSTEEM inst.\...\A: T-Inlaat • Kies de temperatuuringang, die als inlooptemperatuur aan het meetkanaal A toegewe- zen moet worden. • Kies de lijstnotering Vaste ingangswrd als de inlooptemperatuur vóór de meting handmatig ingetoetst moet worden.

  • Pagina 132: Toewijzing Van Andere Ingangen Aan De Meetkanalen

    14 Ingangen 14.2 Toewijzing van andere ingangen aan de meetkanalen FLUXUS F60* Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesingangen\PT100/PT1000 • Kies de lijstnotering PT100/PT1000. • Druk op ENTER. Spec. functie\SYSTEEM inst.\...\Ingang T1 • Kies de temperatuursensor. • Druk op ENTER. • Kies, indien nodig, zo ook de temperatuursensor voor Ingang T2...T4.

  • Pagina 133: De Ingangen Activeren

    14 Ingangen FLUXUS F60* 14.3 De ingangen activeren 14.3 De ingangen activeren Het display van de activering van de ingangen in de programmavertakking Uitgangsopties wordt alleen in beeld gebracht, als de transmitter ingangen van het betreffende type heeft en deze aan een meetkanaal zijn toegewezen.

  • Pagina 134: Andere Ingangen Activeren

    14 Ingangen 14.4 Temperatuurcorrectie FLUXUS F60* 14.3.2 Andere ingangen activeren Important! Zorg voor de juiste poling omdat anders de aangesloten sensor van andere fabri- kanten kan worden beschadigd. Een continue kortsluiting kan de stroomingang onherstelbaar beschadigen. Ingangen moeten geactiveerd worden, als de meetwaarden samen met de andere meet- waarden in beeld gebracht, opgeslagen en/of overdragen moeten worden.
  • Pagina 135 14 Ingangen FLUXUS F60* 14.4 Temperatuurcorrectie 14.4.1 De temperatuurcorrectie activeren/deactiveren Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's U kunt de temperatuurcorrectie in de programmavertakking Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's activeren/deactiveren. Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's\Tx Corr.Offset • Kies aan om de temperatuurcorrectie te activeren, uit om ze te deactiveren.

  • Pagina 136: Datalogger

    15 Datalogger 15.1 De datalogger activeren/deactiveren FLUXUS F60* Datalogger De transmitter heeft een datalogger waarin de gegevens tijdens het meten kunnen wor- den bewaard. De volgende gegevens kunnen worden opgeslagen: • datum • tijd • meetpuntnummer • buisparameters • mediumparameters •...

  • Pagina 137: Het Log Interval Instellen

    15 Datalogger FLUXUS F60* 15.2 Het log interval instellen 15.2 Het log interval instellen Het log interval is de frequentie waarmee de meetwaarden overgedragen of opgeslagen worden. Hij wordt voor elk kanaal apart vastgelegd. Als het log interval niet ingesteld wordt, wordt de voor het laatst gekozen log interval ge- bruikt.
  • Pagina 138 15 Datalogger 15.3 De datalogger configureren FLUXUS F60* Log mode Spec. functie\SYSTEEM inst.\Opslaan\Opslagmodus • Kies de log mode. • Druk op ENTER. Als voorb. gekozen is, wordt de huidige meetwaarde voor het opslaan en de online- overdracht gebruikt. Als gemidd gekozen is, wordt de gemiddelde waarde van alle ongedempte meetwaar- den van een log interval voor dat opslaan en de online-overdracht gebruikt.

  • Pagina 139: Bij Geactiveerde Datalogger Meten

    15 Datalogger FLUXUS F60* 15.4 Bij geactiveerde datalogger meten De signaalamplitude opslaan Spec. functie\SYSTEEM inst.\Opslaan\Store Amplitude • Kies aan, als de amplitude van het gemeten signaal samen met de meetwaarden opge- slagen moet worden. • Druk op ENTER. De geluidssnelheid van het medium opslaan Spec.

  • Pagina 140: De Meetwaarden Wissen

    15 Datalogger 15.5 De meetwaarden wissen FLUXUS F60* GEGEVENSGEHEUGEN IS VOL! • Druk op ENTER. De foutmelding verschijnt regelmatig in beeld. 15.5 De meetwaarden wissen Spec. functie\Wissen meetw. • Kies Spec. functie\Wissen meetw. • Druk op ENTER. Spec. functie\Wissen meetw.\Zeker wissen? •...
  • Pagina 141 15 Datalogger FLUXUS F60* 15.6 Informatie over de datalogger Het tijdstip waarop de datalogger vol zal zijn, kan tijdens de meting in beeld gebracht worden. Hierbij wordt rekening gehouden met alle geactiveerde kanalen, totalisatoren en andere waarden. Scroll tijdens de meting met de toets door de weergaven van de bovenste regel.

  • Pagina 142: Gegevensoverdracht

    16 Gegevensoverdracht 16.1 FluxDiagReader/FluxDiag FLUXUS F60* Gegevensoverdracht De gegevens kunnen via de service-interface RS232 van de transmitter naar een pc wor- den doorgestuurd. Tab. 16.1: Overzicht gegevensoverdracht programma gegevensoverdracht FluxDiagReader offline paragraaf 16.1 FluxDiag (optie) offline of online paragraaf 16.1...
  • Pagina 143 16 Gegevensoverdracht FLUXUS F60* 16.2 Terminalprogramma Uitgangsopties\voor kanaal A • Kies de programmavertakking Uitgangsopties. • Druk op ENTER. • Kies het kanaal waarvoor de online-overdracht geactiveerd moet worden. Uitgangsopties\...\Seriele uitgang • Druk op ENTER totdat het menupunt Seriele uitgang in beeld verschijnt.

  • Pagina 144: Overdrachtsparameters

    16 Gegevensoverdracht 16.3 Overdrachtsparameters FLUXUS F60* Volgende melding verschijnt in beeld als de meetwaarden overgedragen worden. Zenden header ....De voortgang bij de gegevensoverdracht wordt aangegeven met een balkendiagram. ■■■■■■ ....Deze foutmelding verschijnt in beeld als bij de seriële overdracht fouten zijn opgetreden.

  • Pagina 145: De Meetgegevens Formatteren

    16 Gegevensoverdracht FLUXUS F60* 16.4 De meetgegevens formatteren 16.4 De meetgegevens formatteren Spec. functie\SYSTEEM inst.\Ser. transmissie\SER:ruimtes weg • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Ser. transmissie. • Druk op ENTER totdat SER:ruimtes weg in beeld verschijnt. • Kies aan als spaties niet overgedragen moeten worden.

  • Pagina 146: Structuur Van De Gegevens

    16 Gegevensoverdracht 16.5 Structuur van de gegevens FLUXUS F60* 16.5 Structuur van de gegevens Allereerst wordt de kopregel overgedragen. De eerste 4 regels bevatten algemene infor- matie over de transmitter en de meting. De volgende regels bevatten de parameters voor elk kanaal.
  • Pagina 147 16 Gegevensoverdracht FLUXUS F60* 16.5 Structuur van de gegevens Voorbeeld \DATA A: \*MEASURE; Q_POS; Q_NEG; B: \*MEASURE; Q_POS; Q_NEG; Voor elk log interval wordt voor elk geactiveerd meetkanaal een dataregel overgedragen. De regel "???" wordt overgedragen als er geen meetwaarden voor het log interval zijn.
  • Pagina 148 16 Gegevensoverdracht 16.5 Structuur van de gegevens FLUXUS F60* Online-overdracht Voor alle grootheden die tijdens de meting optreden, worden kolommen gegenereerd. De kolommen Q_POS en Q_NEG blijven leeg, als de totalizers gedeactiveerd zijn. Omdat bij de meetgrootheid "stromingssnelheid" geen totalisatoren geactiveerd kunnen worden, worden deze kolommen niet gegenereerd.

  • Pagina 149: Uitgebreide Functies

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.1 Totalizers Uitgebreide functies 17.1 Totalizers De warmtehoeveelheid, het totale volume of de totale massa van het medium op het meetpunt kan bepaald worden. Er zijn 2 totalisatoren, één voor de positieve en één voor de negatieve stroomrichting. De maateenheid die wordt gebruikt voor het totaliseren is de warmte-, volume- of massa- eenheid, die voor de meetgrootheid is gekozen.
  • Pagina 150 17 Uitgebreide functies 17.1 Totalizers FLUXUS F60* Automatisch omschakelen van de weergave Het automatisch omschakelen van de weergave van de totalisator tussen de positieve en negatieve stroomrichting kan ingesteld worden. Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Toggle totalizer • Toets een tijd tussen 0 (uit) en 5 s.
  • Pagina 151 17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.1 Totalizers Gedrag van de totalizers na het stoppen van de meting De wijze waarop de totalisatoren na een gestopte meting of na de reset van de transmit- ter reageert, wordt in de menupunt Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Hoev.

  • Pagina 152: Noisetrek-Parallelstraal-Mode

    17 Uitgebreide functies 17.2 NoiseTrek-parallelstraal-mode FLUXUS F60* 17.2 NoiseTrek-parallelstraal-mode De NoiseTrek-parallelstraal-mode werkt met parallel aangebrachte sensoren. Hij is be- doeld ter verbetering van de signaalkwaliteit bij metingen aan kleine buizen of zeer sterk dampende vloeistoffen. Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Enable NoiseTrek • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten.
  • Pagina 153 17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.3 HybridTrek-mode Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Enable NoiseTrek\Auto NoiseTrek • Kies nee om het automatisch heen en weer schakelen tussen de TransitTime-mode en de NoiseTrek-mode te deactiveren. Als u nee kiest, kan de NoiseTrek-mode tijdens de meting alleen handmatig geactiveerd en gedeactiveerd worden.

  • Pagina 154: Bovenste Grenswaarde Van De Stromingssnelheid

    17 Uitgebreide functies 17.4 Bovenste grenswaarde van de stromingssnelheid FLUXUS F60* Spec. functie\...\Auto NoiseTrek\Keep TT |For checking • Toets de tijd in waarna de transmitter bij gebrek aan geldige meetwaarden in de TransitTime-mode moet overschakelen naar de NoiseTrek-mode. • Druk op ENTER.

  • Pagina 155: Cut-Off-Flow

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.5 Cut-off-flow Als de stromingssnelheid hoger ligt dan de bovenste grenswaarde, • wordt de meetwaarde als ongeldig gemarkeerd. De meetgrootheid kan niet be-paald worden. • brandt de LED van het meetkanaal rood. • verschijnt achter de maateenheid een (!), bij een normale fout verschijnt er een (?) in beeld.

  • Pagina 156: Ongecorrigeerde Stromingssnelheid

    17 Uitgebreide functies 17.6 Ongecorrigeerde stromingssnelheid FLUXUS F60* Spec. functie\...\-Cut-off-flow • Toets de cut-off-flow in. • Druk op ENTER. Alle negatieve waarden van de stromingssnelheid die groter zijn dan deze grenswaarde, worden op nul gezet. Als u Cut-off-flow\absoluut en eigen gekozen heeft, moet u maar één waarde in- toetsen: Spec.

  • Pagina 157: Fastfood-Mode

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.7 FastFood-mode A:STROOMSNELHEID 2.60 • Druk op ENTER. A:PROFILE CORR. >nee< Als ja gekozen is, wordt de ongecorrigeerde stromingssnelheid alleen gebruikt, als de stromingssnelheid als meetgrootheid in de programmavertakking Uitgangsopties is gekozen. Alle andere meetgrootheden (volumestroom, massastroom enz.) worden vastgesteld met de gecorrigeerde stromingssnelheid.

  • Pagina 158: Log Interval Van De Fastfood-Mode

    17 Uitgebreide functies 17.7 FastFood-mode FLUXUS F60* 17.7.1 Vrijgeven/blokkeren • Toets de HotCode 007022 in meteen nadat u de transmitter heeft ingeschakeld. Enable FastFood • Kies ja om de FastFood-mode vrij te geven, nee, om hem te blokkeren. • Druk op ENTER.

  • Pagina 159: Rekenkanalen

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.8 Rekenkanalen Opmerking! De waarden van de huidige meetwaardereeks worden gewist als de FastFood-mode gedeactiveerd en dan weer geactiveerd wordt zon-der dat de meting gestopt is. De waarden van de huidige meetwaardereeks blijven behouden als de meting beëindigd werd voordat de FastFood-mode opnieuw geactiveerd wordt.
  • Pagina 160 17 Uitgebreide functies 17.8 Rekenkanalen FLUXUS F60* De huidige verrekeningsfunctie verschijnt in beeld. • Druk op ENTER om de functie te bewerken. >CH1< funct ch2↕ In de bovenste regel worden 3 keuzelijsten in beeld gebracht: – keuze van het eerste meetkanaal (ch1) –...

  • Pagina 161: Outputopties Voor Een Rekenkanaal

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.8 Rekenkanalen 17.8.3 Outputopties voor een rekenkanaal Uitgangsopties\voor kanaal Y • Kies een rekenkanaal in de programmavertakking Uitgangsopties. • Druk op ENTER. Uitgangsopties\voor kanaal Y\Meetgrootheid • Kies de te berekenen meetgrootheid. • Druk op ENTER.

  • Pagina 162: Meten Met Rekenkanalen

    17 Uitgebreide functies 17.8 Rekenkanalen FLUXUS F60* Uitgangsopties\voor kanaal Y\...\Massa in: • Kies de maateenheid. • Druk op ENTER. Voor elk rekenkanaal kunnen 2 cut-off-flows worden vastgelegd. Zij worden vastgelegd in de maateenheid van de meetgrootheid die voor het rekenkanaal is gekozen.

  • Pagina 163: Diagnose Met Behulp Van De Snap-Functie

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.9 Diagnose met behulp van de snap-functie Als een meetkanaal niet geactiveerd is en als dat meetkanaal nodig is voor een geacti- veerd rekenkanaal, verschijnt er een waarschuwing in beeld. Meten\...\WAARSCH! KANAAL B:NIETACT. • Druk op ENTER.
  • Pagina 164 17 Uitgebreide functies 17.9 Diagnose met behulp van de snap-functie FLUXUS F60* Spec. functie\...\DSP-SignalSnap\Install Snap\Snap-Memory • Toets het aantal snap-geheugenruimte in. • Druk op ENTER. Spec. functie\...\DSP-SignalSnap\AutoSnap • Activeer of deactiveer de AutoSnap-functie. • Druk op ENTER. Spec. functie\...\DSP-SignalSnap\Snap ringbuffer •...

  • Pagina 165: De Grenswaarde Voor De Buisbinnendiameter Veranderen

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.10 De grenswaarde voor de buisbinnendiameter veranderen 17.10 De grenswaarde voor de buisbinnendiameter veranderen U kunt de onderste grenswaarde van de buisbinnendiameter voor een bepaald sensorty- pe veranderen. • Toets de HotCode 071001 in meteen nadat u de transmitter heeft ingeschakeld.

  • Pagina 166: Alarmeigenschappen

    17 Uitgebreide functies 17.11 Activeren van een binaire uitgang als alarmuitgang FLUXUS F60* 17.11.1 Alarmeigenschappen Voor een alarmuitgang kan de schakelvoorwaarde, het resetgedrag en de schakelfunctie vastgelegd worden. R1=FUNC<typ mode Functie: Er verschijnen 3 keuzelijsten in beeld: • func: schakelvoorwaarde •...

  • Pagina 167: De Grenswaarden Vastleggen

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.11 Activeren van een binaire uitgang als alarmuitgang Opmerking! Als er niet gemeten wordt, zijn alle alarmen stroomloos, ongeacht de geprogram- meerde schakelfunctie. 17.11.2 De grenswaarden vastleggen Als u in de keuzelijst func de schakelvoorwaarde MAX of MIN kiest, moet de grenswaar-...
  • Pagina 168 17 Uitgebreide functies 17.11 Activeren van een binaire uitgang als alarmuitgang FLUXUS F60* Voorbeeld Bovengrens: -10 kg/h massastroom = -9.9 kg/h de grenswaarde wordt overschreden, het alarm schakelt massastroom = -11 kg/h de grenswaarde wordt niet overschreden, het alarm schakelt niet...

  • Pagina 169: De Hysterese Vastleggen

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.11 Activeren van een binaire uitgang als alarmuitgang Voorbeeld meetgrootheid: massastroom in kg/h Hoeveelhd-grens: 1 kg Voorbeeld meetgrootheid: massastroom in kg/h Ondergrens: 60 kg/h De maateenheid van de meetgrootheid wordt veranderd in kg/min. De nieuwe grens- waarde die moet worden ingetoetst is 1 kg/min.

  • Pagina 170: Gedrag Van De Alarmuitgangen

    17 Uitgebreide functies 17.12 Gedrag van de alarmuitgangen FLUXUS F60* 17.12 Gedrag van de alarmuitgangen 17.12.1 Schijnbare schakelvertraging De meetwaarden en waarden van de totalisator verschijnen afgerond op 2 cijfers achter de komma in beeld. De grenswaarden worden echter vergeleken met de niet afgeronde meetwaarden.
  • Pagina 171 17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.12 Gedrag van de alarmuitgangen waarde wordt voldaan. Hij blijft echter min. 1 s geactiveerd, ook als korter aan de scha- kelvoorwaarde wordt voldaan. Alarmuitgangen met schakelvoorwaarde GRTHD. worden geactiveerd, als de grenswaarde bereikt is.
  • Pagina 172 17 Uitgebreide functies 17.12 Gedrag van de alarmuitgangen FLUXUS F60* Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's\SHOW RELAIS STAT • Kies het menupunt SHOW RELAIS STAT • Kies aan om de alarmstatusweergave te activeren. • Druk op ENTER. Als alarmstatusweergave geactiveerd is, verschijnt na het configureren van de alarmuit- gangen de status van de alarmuitgangen in beeld.

  • Pagina 173: Deactiveren Van Een Alarmuitgang

    17 Uitgebreide functies FLUXUS F60* 17.12 Gedrag van de alarmuitgangen Voorbeeld R1 = 17.12.5 Deactiveren van een alarmuitgang Als de geprogrammeerde uitgangen niet meer nodig zijn, kunnen ze gedeactiveerd wor- den. De configuratie van een gedeactiveerde uitgang wordt opgeslagen en is beschik- baar als de uitgang opnieuw geactiveerd wordt.

  • Pagina 174: Superuser-Mode

    18 SuperUser-mode 18.1 Activeren/deactiveren FLUXUS F60* SuperUser-mode De SuperUser-mode maakt een uitgebreide signaal- en meetwaardediagnose mogelijk. Bovendien kunt u hiermee ter optimalisatie van de meetresultaten of in het kader van ex- perimentele werkzaamheden extra parameters voor het meetpunt vastleggen die aan de toepassing zijn aangepast: De bijzonderheden van de SuperUser-mode zijn: •...

  • Pagina 175: Sensorparameters

    18 SuperUser-mode FLUXUS F60* 18.2 Sensorparameters 18.2 Sensorparameters In de SuperUser-mode wordt het menupunt Sensortype aan het einde van de invoer in de programmavertakking Parameter in beeld gebracht, ook als de sensoren door de transmitter herkend zijn. Parameter\...\Sensortype\Q2E-314 • Druk op ENTER.
  • Pagina 176 18 SuperUser-mode 18.3 De stromingsparameters vastleggen FLUXUS F60* 18.3.1 Profielgrenzen Spec. functie\...\Kalibratie\...\Profielgrenzen • Kies eigen als u de profielgrenzen wilt vastleggen. Als u fabriek kiest, worden de vooraf ingestelde profielgrenzen gebruikt en verschijnt het menupunt Calibration in beeld. • Druk op ENTER.

  • Pagina 177: Correctie Van De Stromingssnelheid

    18 SuperUser-mode FLUXUS F60* 18.3 De stromingsparameters vastleggen Opmerking! De vastgelegde profielgrenzen blijven actief nadat de SuperUser-mode gedeacti- veerd is. 18.3.2 Correctie van de stromingssnelheid Nadat de profielgrenzen zijn vastgelegd, kan er een correctie worden bepaald van de stromingssnelheid: = m · v + n –...

  • Pagina 178: Begrenzing Van De Signaalversterking

    18 SuperUser-mode 18.4 Begrenzing van de signaalversterking FLUXUS F60* Voorbeeld Hoek: 1.1 Offset: -10.0 cm/s = -0.1 m/s Als er een stromingssnelheid v = 5 m/s wordt gemeten, dan wordt zij – voordat er afge- leide grootheden worden berekend – als volgt gecorrigeerd: = 1.1 ·...

  • Pagina 179: Bovenste Grenswaarde Van De Geluidssnelheid

    18 SuperUser-mode FLUXUS F60* 18.5 Bovenste grenswaarde van de geluidssnelheid Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Diverse\Gain threshold\ Fail if > 90 dB • Toets voor elk meetkanaal de max. signaalversterking in. Toets nul in als u wilt dat zon- der begrenzing van de signaalversterking wordt gemeten.
  • Pagina 180 18 SuperUser-mode 18.5 Bovenste grenswaarde van de geluidssnelheid FLUXUS F60* Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Diverse\Bad soundspeed\offset • Toets voor elk meetkanaal de offset in. Toets nul in om de vooraf ingestelde waarde van 300 m/s te gebruiken. • Druk op ENTER. Voorbeeld vaste bovenste grenswaarde van de geluidssnelheid (thresh.): 2007 m/s...

  • Pagina 181: Herkennen Van Lange Meetuitvallen

    18 SuperUser-mode FLUXUS F60* 18.6 Herkennen van lange meetuitvallen 18.6 Herkennen van lange meetuitvallen Als er over een lang tijdsinterval geen geldige meetwaarden worden gemeten, worden nieuwe incrementen van de hoeveelheidstellers genegeerd. De waarden van de hoe- veelheidstellers blijven onveranderd.

  • Pagina 182: Temperatuurafhankelijke Cut-Off-Flow Van De Warmtestroom

    18 SuperUser-mode 18.8 Temperatuurafhankelijke cut-off-flow van de warmtestroom FLUXUS F60* Total digits = Fixed to x digit Het aantal decimalen is constant. De max. waarde van de totalisatoren wordt verminderd met het aantal decimalen. decimalen max. waarden max. weergave < 10 ±9999999999...

  • Pagina 183: Handmatig Terugzetten Op Nul Van De Totalisatoren

    18 SuperUser-mode FLUXUS F60* 18.9 Handmatig terugzetten op nul van de totalisatoren 18.9 Handmatig terugzetten op nul van de totalisatoren Als het handmatig resetten van de totalisatoren geactiveerd is, kunt u de totalisatoren tij- dens de meting terug op nul zetten door driemaal op de toets C te drukken.

  • Pagina 184: Weergave Van De Laatste Geldige Meetwaarde

    18 SuperUser-mode 18.11 Weergave van de laatste geldige meetwaarde FLUXUS F60* 18.11 Weergave van de laatste geldige meetwaarde Als het signaal niet geschikt is voor een meting, wordt normaal UNDEF aangegeven. In plaats van UNDEF kan de laatste geldige meetwaarde in beeld worden gebracht.

  • Pagina 185: Instellingen

    19 Instellingen FLUXUS F60* 19.1 Dialogen en menu's Instellingen 19.1 Dialogen en menu's Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's. • Druk op ENTER. Opmerking! De instellingen worden aan het einde van de dialoog opgeslagen. Als de menupunt door een druk op de toets BRK beëindigd wordt, worden de wijzigingen niet opge- slagen.
  • Pagina 186 19 Instellingen 19.1 Dialogen en menu's FLUXUS F60* Opmerking! De bewerking van de buisomtrek vindt alleen tijdelijk plaats. Als de transmitter terugschakelt naar de buisomtrek (interne nieuwe berekening), kunnen er kleine afrondingsfouten optreden. Voorbeeld ingevoerde buisomtrek: 100 mm aangegeven buisbuitendiameter: 31.8 mm Als de transmitter intern terugschakelt naar de buisomtrek, verschijnt 99.9 mm in...

  • Pagina 187: Damp In De Inloop

    19 Instellingen FLUXUS F60* 19.1 Dialogen en menu's 19.1.4 Sensorafstand Spec. functie\...\Dialogen/menu's\Sensorafstand aanbevolen instelling: eigen • eigen wordt gekozen als er altijd op hetzelfde meetpunt gewerkt wordt. • auto kan gekozen worden, als het meetpunt vaak gewisseld wordt. In de programmavertakking Meten wordt de aanbevolen sensorafstand tussen haakjes in beeld gebracht met daarachter de ingetoetste sensorafstand, als de aanbevolen en de ingetoetste sensorafstand niet met elkaar overeenstemmen.

  • Pagina 188: Foutwaardevertraging

    19 Instellingen 19.1 Dialogen en menu's FLUXUS F60* 19.1.7 Foutwaardevertraging De foutwaardevertraging is de tijd, na afloop waarvan er een foutwaarde naar een uit- gang gestuurd wordt, als er geen geldige meetwaarden beschikbaar zijn. Spec. functie\...\Dialogen/menu's\Foutw.vertraging • Kies bewerk om een foutwaardevertraging in te toetsen. Kies dempen als het dem- pingsgetal als foutwaardevertraging gebruikt moet worden.

  • Pagina 189: Meetinstellingen

    19 Instellingen FLUXUS F60* 19.2 Meetinstellingen 19.2 Meetinstellingen Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten. • Druk op ENTER. Opmerking! De instellingen worden aan het einde van de dialoog opgeslagen. Als de menupunt door een druk op de toets BRK beëindigd wordt, worden de wijzigingen niet opge- slagen.
  • Pagina 190 19 Instellingen 19.2 Meetinstellingen FLUXUS F60* Spec. functie\...\Meten\Cut-off-flow Er kan een onderste grenswaarde voor de stromingssnelheid ingetoetst worden. • Kies -/+ om een cut-off-flow vast te leggen in functie van de stroomrichting. Er wordt telkens een grenswaarde voor de positieve en de negatieve stromingssnelheid vastge- legd.
  • Pagina 191 19 Instellingen FLUXUS F60* 19.2 Meetinstellingen Spec. functie\...\Meten\Warmtehoeveelhd De warmtehoeveelheid is de totalizer van de warmtestroom. • Kies de maateenheid van de warmtehoeveelheid (J of Wh). • Druk op ENTER. Spec. functie\...\Meten\Warmte+stroomhv. • Kies aan om tijdens de warmtestroommeting de waarden van de warmtehoeveelheid- totalisator en van de volume totalisator op te slaan en uit te voeren.

  • Pagina 192: Parameterreeksen Gebruiken

    19 Instellingen 19.3 Parameterreeksen gebruiken FLUXUS F60* 19.3 Parameterreeksen gebruiken 19.3.1 Inleiding Parameterreeksen zijn gegevensrecords die alle gegevens bevatten voor een bepaalde meettaak: • buisparameters • sensorparameters • mediumparameters • uitgangsopties Door gebruikmaking van parameterreeksen kunnen terugkerende meettaken eenvoudi- ger en sneller verricht worden. De transmitter kan max. 14 parameterreeksen opslaan.

  • Pagina 193: Spec. Functie\Opsl. Act.record\Opslaan Naar\Overschrijven

    19 Instellingen FLUXUS F60* 19.3 Parameterreeksen gebruiken Spec. functie\Opsl. act.record\Opslaan naar\Overschrijven • Kies ja om de parameters over te schrijven of nee om een andere parameterreeks te kiezen. • Druk op ENTER. 19.3.2 Een parameterreeks laden Opgeslagen parameterreeksen kunnen voor een meting geladen worden.

  • Pagina 194: Bibliotheken

    19 Instellingen 19.4 Bibliotheken FLUXUS F60* 19.4 Bibliotheken De interne stoffendatabase van de transmitter bevat parameters voor buis- en bekle- dingsmaterialen en voor media.De interne stoffendatabase van de transmitter bevat pa- rameters voor buis- en bekledingsmaterialen en voor media. De materiaal- en de mediakeuzelijst die in de programmavertakking Parameter in beeld gebracht wordt, kan samengesteld worden.

  • Pagina 195: In Beeld Brengen Van Een Keuzelijst

    19 Instellingen FLUXUS F60* 19.4 Bibliotheken Opmerking! Als u de materiaal-/mediumkeuzelijst vóór het opslaan met een druk op de toets BRK verlaat, worden alle veranderingen verworpen. 19.4.1 In beeld brengen van een keuzelijst Spec. functie\...\Materiaallijst\eigen\>Show list • Kies Show list.

  • Pagina 196: Toevoegen Van Alle Materialen/Media Aan De Keuzelijst

    19 Instellingen 19.4 Bibliotheken FLUXUS F60* 19.4.3 Toevoegen van alle materialen/media aan de keuzelijst Spec. functie\...\Materiaallijst\eigen\>Add all • Kies Add all om alle materialen/media van de stoffendatabase aan de keuzelijst toe te voegen. • Druk op ENTER. 19.4.4 Verwijderen van een materiaal/medium van de keuzelijst Spec.

  • Pagina 197: Instellen Van Het Contrast

    19 Instellingen FLUXUS F60* 19.5 Instellen van het contrast 19.5 Instellen van het contrast Spec. functie\SYSTEEM inst.\Diverse • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Diverse. • Druk op ENTER. Spec. functie\SYSTEEM inst.\Diverse\SETUP DISPLAY • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Diverse om het contrast voor de weergave van de transmitter in te stellen.

  • Pagina 198: Wanddiktemeting (Optie)

    20 Wanddiktemeting (optie) FLUXUS F60* Wanddiktemeting (optie) Voorzichtig! Hete of koude oppervlakken aanraken U kunt lichamelijk letsel oplopen (b.v. thermische letsel). → Let tijdens de montage op de omgevingsomstandigheden bij het meetpunt. Draag de voorgeschreven persoonlijke veiligheidsuitrus- ting. Houdt u zich aan de geldende voorschriften.

  • Pagina 199: De Wanddiktesensor Afstellen

    20 Wanddiktemeting (optie) FLUXUS F60* 20.1 De wanddiktesensor afstellen 20.1 De wanddiktesensor afstellen Bij metingen aan buizen of cilindrische tanks moet de wanddiktesensor zo centrisch mo- gelijk op het object worden gedrukt. De uitgeoefende druk moet constant zijn. Het akoes- tische scheidingsvlak van de wanddiktesensor moet verticaal lopen ten opzichte van de lengteas van de buis (zie Afb.

  • Pagina 200: Parameterinvoer

    20 Wanddiktemeting (optie) 20.3 Parameterinvoer FLUXUS F60* 20.3 Parameterinvoer 20.3.1 Parameterinvoer voor de wanddiktemeting Voor het meten van de wanddikte moet de geluidssnelheid van het buismateriaal worden ingetoetst. Uitgangsopties\Meetgrootheid\Wanddikte • Kies in de menupunt Uitgangsopties\Meetgrootheid de meetgrootheid Wanddikte voor het meetkanaal waarop de wanddiktesensor aangesloten is.

  • Pagina 201: Parameterinvoer Voor Het Meten Van De Geluidssnelheid

    20 Wanddiktemeting (optie) FLUXUS F60* 20.4 Meting 20.3.2 Parameterinvoer voor het meten van de geluidssnelheid Om de longitudinale geluidssnelheid van een materiaal te bepalen, moet u de wanddikte van de buis intoetsen. Uitgangsopties\Meetgrootheid\c-LONGITUDINAL • Kies in de menupunt Uitgangsopties\Meetgrootheid de meetgrootheid c-LONGITUDINAL voor het meetkanaal waarop de wanddiktesensor aangesloten is.

  • Pagina 202: De Geluidssnelheid Meten

    20 Wanddiktemeting (optie) 20.4 Meting FLUXUS F60* Zodra er een geldige meetwaarde beschikbaar is, verschijnt hij in de onderste regel. In de bovenste regel verschijnt rechts een haakje. De meetwaarde blijft op het display staan als de wanddiktesensor van de buis verwijderd wordt.

  • Pagina 203: Meer Informatie Over De Meting

    20 Wanddiktemeting (optie) FLUXUS F60* 20.4 Meting 20.4.3 Meer informatie over de meting • Druk op toets om informatie te krijgen over het meetsignaal. SIGNAL IS GOOD 3.51 Deze melding verschijnt in beeld als het meetsignaal vol-doende is. De LED van het meetkanaal oplicht groen.

  • Pagina 204: Fouten Bij De Meting

    20 Wanddiktemeting (optie) 20.4 Meting FLUXUS F60* 20.4.4 Fouten bij de meting Als er geen geldige wanddikte gemeten kan worden: • verwijdert u de wanddiktesensor van de buiswand • maakt u de wanddiktesensor en de plaats op de buiswand waarop de meting verricht wordt schoon •...

  • Pagina 205: De Wanddikte Opslaan/Doorsturen

    20 Wanddiktemeting (optie) FLUXUS F60* 20.4 Meting 20.4.6 De wanddikte opslaan/doorsturen • Druk op ENTER om de meting te beëindigen en de meetwaarde op te slaan of uit te voeren. Als het apparaat een geldige wanddikte gemeten heeft en een meetwaarde-output geac- tiveerd is, verschijnt de volgende weergave: Meetw.

  • Pagina 206: 21 Warmteflowmeting

    21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* Warmteflowmeting Als de transmitter die optie warmteflowmeting en 2 temperatuuringangen heeft, dan kan de warmteflow worden gemeten. Voor dat doel wordt er een temperatuurvoeler aan de inloop en een aan de uitloop bevestigd. De sensoren worden bij voorkeur bevestigd aan de uitloop (zie Afb. 21.1). Als dat niet mogelijk is, kunt u ze ook aan de inloop bevestigen (zie Afb.

  • Pagina 207: De Warmteflow Berekenen

    21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* 21.1 De warmteflow berekenen Voor elke temperatuuringang kan een temperatuurcorrectie (offset) worden vastgelegd. Als de inloop- of de uitlooptemperatuur bekend is en tijdens de volledige duur van de me- ting constant is, dan kan de temperatuur worden ingevoerd als constante waarde. De be- treffende temperatuurvoeler hoeft dan niet te worden aangesloten (zie paragraaf 21.5).

  • Pagina 208: Normale Meetmode

    21 Warmteflowmeting 21.2 Normale meetmode FLUXUS F60* 21.2 Normale meetmode De inloop- en de uitlooptemperatuur worden toegewezen aan de meetkanalen als T-Inlaat en T-Fluid/Uitla. De temperaturen kunnen worden gemeten of als con- stante waarden worden ingevoerd. 21.2.1 Flowmeting op de uitloop De temperatuuringangen worden als volgt geconfigureerd: Spec.
  • Pagina 209 21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* 21.2 Normale meetmode Spec. functie\...\Link temperatuur\T-Fluid/Uitla\Ingang T1 • Kies de lijstnotering Ingang T1 om de temperatuursensor op de uitloop aan de tempe- ratuuringang T1 toe te wijzen (hoewel hij op de temperatuuringang T2 aangesloten is). • Druk op ENTER.

  • Pagina 210: De Meetgrootheid En De Maateenheid Vastleggen

    21 Warmteflowmeting 21.2 Normale meetmode FLUXUS F60* 21.2.4 De meetgrootheid en de maateenheid vastleggen Uitgangsopties\voor kanaal A • Kies in de programmavertakking Uitgangsopties het kanaal waarop de warmte- stroom gemeten moet worden (het kanaal, waaraan de temperatuuringangen zijn toe- gewezen).

  • Pagina 211: Btu-Mode

    21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* 21.3 BTU-mode 21.3 BTU-mode De BTU-mode is een speciaal op de warmtestroommeting afgestelde meetmode. In BTU-mode kunnen de positie van de sensoren en de applicatie willekeurig worden toe- gewezen zonder dat men een omgekeerd voorteken bij de meetwaarden krijgt.
  • Pagina 212 21 Warmteflowmeting 21.3 BTU-mode FLUXUS F60* Spec. functie\...\Thermal energy • Kies sign, als het voorteken van de warmtestroom in acht moet worden genomen, absolute, als alleen de absolute waarde van de warmtestroom weergeven moet worden. • Druk op ENTER. Spec. functie\...\A:T-Supply\Ingang T1 •...
  • Pagina 213 21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* 21.3 BTU-mode Spec. functie\...\Link temperatuur\T-Fluid/Uitla\Vaste ingangswrd • Kies de lijstnotering Vaste ingangswrd, als de uitlooptemperatuur bekend en con- stant is. • Druk op ENTER. • Herhaal de stappen voor alle meetkanalen, waarop gemeten wordt. De constante waarde van de temperatuur moet aan het begin van de meting in de pro- grammavertakking Meten ingetoetst worden.

  • Pagina 214: Automatisch Omschakelen Van De Weergave In De Onderste Regel

    21 Warmteflowmeting 21.4 Meting FLUXUS F60* 21.3.5 Automatisch omschakelen van de weergave in de onderste regel Het automatisch omschakelen van de weergave in de onderste regel kan geactiveerd worden in de BTU-mode. Activering • Druk tijdens het meten 3 maal op de toets De volgende meetgrootheden worden met tussenpozen van 3 s in beeld gebracht: –...

  • Pagina 215: Twee Onafhankelijke Warmtestroommetingen

    21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* 21.5 Twee onafhankelijke warmtestroommetingen A:Ts handm. FIX De gemeten warmtestroom (in de BTU-mode Thermal energy) verschijnt in beeld. A:Warmtestroom ↕ -123.45 21.5 Twee onafhankelijke warmtestroommetingen Als de transmitter 2 meetkanalen en 4 temperatuuringangen heeft, dan kunnen er 2 onaf- hankelijke warmtestroommetingen tegelijk worden verricht.
  • Pagina 216 21 Warmteflowmeting 21.6 Stoom in de inloop FLUXUS F60* 21.6.1 Activeren/deactiveren Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's\Stoom in inlaat • Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's\Stoom in inlaat. • Druk op ENTER. • Kies aan om Stoom in inlaat te activeren. De aggregatietoestand van het medium wordt bepaald met behulp van de inloopdruk en de inlooptemperatuur van het medium.

  • Pagina 217: Weergave Van De Aggregatietoestand

    21 Warmteflowmeting FLUXUS F60* 21.6 Stoom in de inloop 21.6.2 Weergave van de aggregatietoestand Als u tijdens de warmtestroommeting op toets drukt, kan de aggregatietoestand van de medium in de bovenste regel worden weergegeven. weergave betekenis aggregatietoestand in de inloop aggregatietoestand in de uitloop Het medium is volledig gasvormig.
  • Pagina 218 21 Warmteflowmeting 21.6 Stoom in de inloop FLUXUS F60* 2018-07-05, UMFLUXUSF60xV5-0-2NL...

  • Pagina 219: Bijvoegsel

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* A Menustructuur Bijvoegsel Menustructuur Programmavertakkingen Parameter Meten Uitgangsopties Spec. functie Het meetkanaal Het meetkanaal Het meetkanaal Systeeminstellingen kiezen kiezen kiezen Buisparameters Meetpuntnummer Meetgrootheid → Dialogen en menu's → Ingangen → Meting Mediumparameters Aantal weglengten Maateenheid → Uitgangen →...
  • Pagina 220 Bijvoegsel A A Menustructuur FLUXUS F60* Parameterinvoer (zie hoofdstuk 9) Hoofdmenu Parameter Voor kanaal … Parameter van: Buitendiameter Wanddikte Leidingmater. Bekleding Bekleding Bekledingsdikte Ruwheid Medium Medium-temperatr Sensortype Speciale versie Standaard → Sensor gegev. 1 … → Sensor gegev. 6 Legenda...

  • Pagina 221: Meetinstellingen

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* A Menustructuur Meetinstellingen (zie hoofdstuk 9) Hoofdmenu Uitgangsopties Voor kanaal … Meetgrootheid Maateenheid Demping UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL, 2018-07-05...

  • Pagina 222: Datalogger

    Bijvoegsel A A Menustructuur FLUXUS F60* Datalogger (zie hoofdstuk 15) Hoofdmenu Hoofdmenu Spec. functie Uitgangsopties SYSTEEM inst. Voor kanaal … ENTER totdat ... Opslaan Opsl. meetgegev. Ringbuffer Log interval Opslagmodus voorb. gemidd Hoeveel. opslag Hoofdmenu beide Spec. functie Store Amplitude Afdrukken meetw.

  • Pagina 223: Meting Starten

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* A Menustructuur Meting starten (zie hoofdstuk 9) Hoofdmenu Meten Kanaal … Meetpunt-nr. PROFILE CORR. Signaalverloop Sensor afstand Signaaltest Sensor afstand Weergave meting De meting stoppen Legenda [1] vraag verschijnt alleen als in het menupunt ongecor\Spec. functie\ SYSTEEM inst.\Meten\Stroomsnelheid gekozen is...

  • Pagina 224: Uitgangen Configureren

    Bijvoegsel A A Menustructuur FLUXUS F60* Uitgangen configureren (zie hoofdstuk 9) Hoofdmenu Hoofdmenu Spec. functie Uitgangsopties Voor kanaal … SYSTEEM inst. ENTER totdat ... Procesuitgangen Stroomlus Install.uitgang → Stroom → Spannung → Frequentie → Binair Begin meetbereik Inschakelen Einde meetbereik...

  • Pagina 225: Ingangen Configureren

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* A Menustructuur Ingangen configureren (zie hoofdstuk 14) Hoofdmenu Spec. functie SYSTEEM inst. Procesingangen Defin. ext.meten Link temperatuur Link andr.ingang Aansluit ga terug Van ingang Ext.Input (1) T-Inlaat Ingang voor voor elk Ext.Input (2) meetkanaal T-Fluid/Uitla Ext.Input (3) →...
  • Pagina 226 Bijvoegsel A A Menustructuur FLUXUS F60* SuperUser-mode (zie hoofdstuk 18) Hoofdmenu Spec. functie SYSTEEM inst. Kalibratie Meten Voor kanaal … Diverse ENTER totdat ... fabriek eigen Gain threshold Laminar flow Bad soundspeed Turbulent flow → thresh. → offset Calibration ENTER totdat ...

  • Pagina 227: Warmtestroommeting

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* A Menustructuur Warmtestroommeting (zie hoofdstuk 21) Hoofdmenu Hoofdmenu Hoofdmenu Spec. functie Uitgangsopties Spec. functie SYSTEEM inst. Voor kanaal … SYSTEEM inst. Procesingangen Meetgrootheid Meten → Warmtestroom ENTER totdat Link temperatuur Warmtestroom in: Warmtehoeveelhd T-Inlaat → Ingang Tx →...

  • Pagina 228: Alarmuitgang

    Bijvoegsel A A Menustructuur FLUXUS F60* Alarmuitgang (zie hoofdstuk 1) Hoofdmenu Spec. functie SYSTEEM inst. Procesuitgangen Install.uitgang Hoofdmenu → Binair Inschakelen Uitgangsopties Bron kanaal Voor kanaal … Bron ENTER totdat → Grens Alarmuitgang func mode → MAX → GRTHD. → +→- -→+ →...

  • Pagina 229: B Maateenheden

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* B Maateenheden Maateenheden Lengte/ruwheid maateenheid beschrijving millimeter inch inch Temperatuur maateenheid beschrijving °C graden Celsius °F graden Fahrenheit Druk maateenheid beschrijving bar(a) bar (absoluut) bar(g) bar (relatief) psi(a) pound per square inch (absolute) psi(g) pound per square inch (relative)
  • Pagina 230 Bijvoegsel A B Maateenheden FLUXUS F60* Kinematische viscositeit maateenheid beschrijving mm²/s vierkante meter per seconde 1 mm²/s = 1 cSt Stromingssnelheid maateenheid beschrijving meter per seconde cm/s centimeter per seconde inch/s inch per second fps (ft/s) foot per second 1 mm²/s = 1 cSt...
  • Pagina 231 Bijvoegsel A FLUXUS F60* B Maateenheden Volumestroom maateenheid beschrijving volume (getotaliseerd) m³/d kubieke meter per dag m³ m³/h kubieke meter per uur m³ m³/min kubieke meter per minuut m³ m³/s kubieke meter per seconde m³ km³/h kubieke kilometer per uur km³...
  • Pagina 232 Bijvoegsel A B Maateenheden FLUXUS F60* maateenheid beschrijving volume (getotaliseerd) KGPM (US-Kgal/m) kilogallon per minute kgal MGD (US-Mgal/d) million gallons per day cubic foot per day cubic foot per hour cubic foot per minute cubic foot per second MMCFD million cubic feet per day...
  • Pagina 233 Bijvoegsel A FLUXUS F60* B Maateenheden Warmtestroom maateenheid beschrijving warmtehoeveelheid (getotaliseerd) Watt Wh of J Kilowatt kWh of kJ Megawatt MWh of MJ Gigawatt GWh of GJ kBTU/minute kBTU per minute kBTU/hour kBTU per hour MBTU/hour MBTU per hour MBTU/day...
  • Pagina 234 Bijvoegsel A B Maateenheden FLUXUS F60* Massastroom maateenheid beschrijving Massa (getotaliseerd) ton per uur ton per dag kg/h kilogram per uur kg/min kilogram per minuut kg/s kilogram per seconde gram per seconde lb/d pound per day lb/h pound per hour...

  • Pagina 235: Referentie

    De volgende tabellen zijn bedoeld als hulpmiddel voor de gebruiker. De nauwkeurigheid van de gegevens hangt af van de samenstelling, de temperatuur en de verwerking van het materiaal. FLEXIM is niet aansprakelijk voor onnauwkeurigheden. Geluidssnelheid van gekozen buis- en bekledings- materialen bij 20 °C...
  • Pagina 236 Bijvoegsel A C Referentie FLUXUS F60* materiaal verklaring trans long flow (display) [m/s] [m/s] Rubber rubber 1900 2400 trans Glas glas 3400 5600 trans perfluoroalkoxy 1185 long PVDF polyvinylideenfluoride 2050 long Sintimid Sintimid 2472 long Teka PEEK Teka PEEK 2534...

  • Pagina 237: Typische Ruwheidswaarden Van Buisleidingen

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* C Referentie Typische ruwheidswaarden van buisleidingen De waarden berusten op ervaring en metingen. materiaal absolute ruwheid [mm] getrokken buizen van bontmetaal, glas, kunststof en 0…0.0015 lichtmetaal getrokken stalen buizen 0.01…0.05 fijngepolijst, geschuurd oppervlak max. 0.01 gepolijst oppervlak 0.01…0.04...
  • Pagina 238 Bijvoegsel A C Referentie FLUXUS F60* Typische eigenschappen van gekozen media bij 20 °C en 1 bar medium verklaring geluids- kinematische dichtheid (display) snelheid viscositeit [g/cm³] [m/s] [mm²/s] Aceton aceton 1190 0.7300 Ammoniak (NH3) ammoniak (NH 1386 0.6130 Benzine benzine 1295 0.8800...
  • Pagina 239 Bijvoegsel A FLUXUS F60* C Referentie medium verklaring geluids- kinematische dichtheid (display) snelheid viscositeit [g/cm³] [m/s] [mm²/s] Melk melk 1482 1.0000 Mobiltherm 594 Mobiltherm 594 1365 0.8730 Mobiltherm 603 Mobiltherm 603 1365 55.2 0.8590 Natronloog 10% natronloog,10 % 1762 1.1140...

  • Pagina 240: Eigenschappen Van Water Bij 1 Bar En Bij Verzadigingsdruk

    Bijvoegsel A C Referentie FLUXUS F60* Eigenschappen van water bij 1 bar en bij verzadigingsdruk medium- mediumdruk geluids- soortelijk specifieke temperatuur [°C] [bar] snelheid [m/s] gewicht [kg/m warmte 1.013 1402.9 999.8 4.219 1.013 1447.3 999.7 4.195 1.013 1482.3 998.2 4.184 1.013...

  • Pagina 241: Conformiteitsverklaringen

    Bijvoegsel A FLUXUS F60* D Conformiteitsverklaringen Conformiteitsverklaringen UMFLUXUS_F60xV5-0-2NL, 2018-07-05...
  • Pagina 242 Bijvoegsel A D Conformiteitsverklaringen FLUXUS F60* 2018-07-05, UMFLUXUSF60xV5-0-2NL...

Inhoudsopgave