Pagina 3
FLUXUS F70x Die Sprache, in der die Anzeigen auf dem Messumformer erscheinen, kann eingestellt werden (siehe Abschnitt 8.5). The transmitter can be operated in the language of your choice (see section 8.5). Il est possible de sélectionner la langue utilisée par le transmetteur à l'écran (voir section 8.5). El caudalímetro puede ser manejado en el idioma de su elección (ver sección 8.5).
Pagina 4
FLUXUS F70x UMFLUXUS_F7V4-6-3NL, 2023-01-01...
• reparatie van de FLUXUS door onbevoegden FLEXIM is niet aansprakelijk voor schade van de klant of van derden, die rechtstreeks het gevolg is van materiaalbreuk als gevolg van niet te voorziene defecten in het product noch voor indirecte schade in welke vorm dan ook.
FLUXUS F70x 2 Gebruik Gebruik Ingangscontrole Het meetapparaat heeft in de fabriek een controle van de werking ondergaan. Controleer het bij levering op eventuele transportschade. Controleer of de specificaties van het geleverde meetapparaat overeenstemmen met de specificaties die op de bestelling vermeld staan.
3 Principes FLUXUS F70x Principes Bij de ultrasone flowmeting wordt de stromingssnelheid bepaald van het medium dat door een buis stroomt. Andere meet- grootheden (bijv. volumeflow, massaflow, warmteflow) worden afgeleid van de stromingssnelheid en van aanvullende meetgrootheden als dat nodig is. Meetsysteem Het meetsysteem bestaat uit transmitter, ultrasone sensoren met de sensorkabels en de buis waarop de meting is uitge- voerd.
FLUXUS F70x 3 Principes Looptijdsverschil Δt Verschil van de looptijden van de signalen. Bij de TransitTime procedure wordt het looptijdverschil van de signalen met stroomrichting mee en tegen de stroomrichting in gemeten. Bij de NoiseTrek procedure is dat het looptijdverschil van het signaal van de sensor naar het partikel en van het partikel naar de sensor.
Pagina 13
3 Principes FLUXUS F70x sensor (zender) sensor (ontvanger) verkorte traject in de sensor α α α buiswand β β γ stroomrichting γ van het medium meetpad zonder stroming meetpad met stroming Fig. 3.2: Meetpad van het signaal met de stroomrichting mee sensor (ontvanger) sensor (zender) verlengde traject...
FLUXUS F70x 3 Principes 3.2.3 Meting van de stromingssnelheid in de NoiseTrek mode Als media met een hoog gehalte aan gasbellen en vaste partikels worden gemeten, neemt de demping van het ultrasone signaal sterk toe en komt een volledige doorstraling van het medium niet tot stand. Een meting in de TransitTime mode is dan niet meer mogelijk.
3 Principes FLUXUS F70x Meetopstellingen 3.3.1 Begrippen Doorstralingsopstelling De sensoren zijn gemonteerd op de tegenoverliggende zijden van de buis (zie Fig. 3.6). Reflectieopstelling De sensoren zijn gemonteerd op dezelfde zijde van de buis (zie Fig. 3.7). Fig. 3.6: Doorstralingsopstelling Fig. 3.7: Reflectieopstelling Meetpad Afstand die het ultrasone signaal aflegt als het één keer dwars door de buis heen gaat.
Pagina 16
FLUXUS F70x 3 Principes Niveau van de geluidsstraal Niveau waarop één, twee of meerdere meetpaden of stralen liggen (zie Fig. 3.10). 2 meetpaden 2 stralen op één niveau op één niveau Fig. 3.10: Meetpaden en stralen op één niveau 3.3.2 Voorbeelden Doorstralingsopstelling met 1 straal Reflectieopstelling met 1 straal...
Pagina 17
3 Principes FLUXUS F70x Doorstralingsopstelling met 4 stralen op 2 niveau's Reflectieopstelling met 4 stralen op 4 niveau’s 4 sensorparen 4 sensorparen 4 meetpad 8 meetpaden 4 stralen 4 stralen 2 niveau’s 4 niveau’s X-opstelling UMFLUXUS_F7V4-6-3NL, 2023-01-01...
FLUXUS F70x 4 Beschrijving van de transmitter Beschrijving van de transmitter Let op! De beschermingsgraad van de transmitter is alleen gegarandeerd, als de kabelschroefverbindingen goed vastgedraaid zijn en de behuizing goed is vastgedraaid. Opbouw van de FLUXUS F704 Het bedieningsveld wordt toegankelijk door de afdekplaat te verwijderen. toetsenbord LCD-display, 2x 16 tekens (met achter-...
4 Beschrijving van de transmitter FLUXUS F70x Opbouw van de FLUXUS F706 Het bedieningsveld wordt toegankelijk door de afdekplaat te verwijderen. toetsenbord LCD-display, 2x 16 tekens (met achter- grondverlichting) Sensoren kanaal D seriële interface RS232 kanaal C kanaal B kanaal A AGN ARS AR BGN BRS BR CGN CRS CR...
FLUXUS F70x 4 Beschrijving van de transmitter Toetsenbord 4 Beschrijving van de transmitter Het toetsenbord bestaat uit drie functietoetsen ENTER, BRK en C en tien numerieke toetsen. Er zijn meerdere toetsen met een dubbele functie. Zij kunnen worden gebruikt voor het intoetsen van waarden en voor het navigeren in keuzelijsten.
5 Het meetpunt kiezen FLUXUS F70x Het meetpunt kiezen Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). De keuze van het juiste meetpunt is doorslaggevend voor betrouwbare meetresultaten en een hoge meetnauwkeurigheid. Een meting aan een buis is mogelijk als •...
Pagina 22
FLUXUS F70x 5 Het meetpunt kiezen Kijk bij de opmerkingen in de volgende tabel: Tab. 5.1: Aanbevolen aanbrenging van de sensoren Horizontale buis Kies een meetpunt waar de sensoren aan de zijkant van de buis kunnen worden bevestigd zodat de geluidsgolven zich horizontaal in de buis verspreiden.
5 Het meetpunt kiezen FLUXUS F70x Ongestoord stromingsprofiel Veel doorstromingselementen (bijv. bochtstukken, schuifstukken, ventielen, regelkleppen, pompen, reducties, uitbreidin- gen) veroorzaken een lokale vervorming van het stromingsprofiel. Het voor een correcte meting vereiste, axiaalsymetri- sche stromingsprofiel in de buis bestaat dan niet meer. Door zorgvuldige keuze van het meetpunt is het mogelijk, de in- vloed van storingsbronnen te beperken.
Pagina 24
FLUXUS F70x 5 Het meetpunt kiezen Tab. 5.2: Aanbevolen afstanden t.o.v. storingsbronnen; D - nominale diameter op het meetpunt, l - aanbevolen afstand storingsbron: T-stuk inloop: l ≥ 50 D uitloop: l ≥ 10 D storingsbron: uitbreiding inloop: l ≥ 30 D uitloop: l ≥...
5 Het meetpunt kiezen FLUXUS F70x Keuze van de meetopstelling met inachtneming van het meetbereik en de meetom- standigheden Doorstralingsopstelling met 1 stralen Reflectieopstelling met 1 straal • Groter stromings- en geluidssnelheidsbereik in vergelijking • Kleiner stromings- en geluidssnelheidsbereik in vergelij- met de reflectieopstelling king met de doorstralingsopstelling •...
Pagina 26
FLUXUS F70x 5 Het meetpunt kiezen Doorstralingsopstelling met 4 stralen op 2 niveau's Reflectieopstelling met 4 stralen op 4 niveau’s • dezelfde kenmerken als bij 2 straals doorstralings- • dezelfde kenmerken als bij 2 straals-2 niveau’s reflectie- opstelling opstelling • invloeden op het stromingspatroon worden gecompen- •...
5 Het meetpunt kiezen FLUXUS F70x Keuze van het geluidsstraalniveau in de buurt van een bochtstuk Bij een verticaal buisverloop Bij een horizontaal buisverloop stroom- richting bochtstukniveau bochtstukniveau stroomrichting • Geluidsstraalniveau (zie paragraaf 3.3.1) wordt gekozen • Geluidsstraalniveau (zie paragraaf 3.3.1) wordt gekozen in een hoek van 90°...
FLUXUS F70x 6 Montage Montage Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). Standplaats • Kies het meetpunt volgens de aanbevelingen in hoofdstuk 3 en 5. • Kies vervolgens de standplaats van de transmitter binnen de kabelreikwijdte naar het meetpunt toe. De omgevingstemperatuur moet binnen het bedrijfstemperatuurbereik van de transmitter en de sensoren liggen (zie Tech- nische Specificatie).
Pagina 29
6 Montage FLUXUS F70x FLUXUS F705, F706 • Bevestig de transmitter aan de wand (zie Fig. 6.2 en Fig. 6.3). Fig. 6.2: FLUXUS F705 (afmetingen in mm) Fig. 6.3: FLUXUS F706 (afmetingen in mm) 6.2.3 Buismontage Montage aan een 2" buis De buismontageset wordt met de klembeugel aan de buis bevestigd.
6 Montage FLUXUS F70x Sensoren Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). 6.4.1 Voorbereiding van de buis • De buis moet stabiel zijn. Hij moet bestendig zijn tegen de druk die door de sensorbevestiging teweeg wordt gebracht. Roest, verf of andere aanslag op de buis absorbeert het geluidssignaal.
Pagina 32
FLUXUS F70x 6 Montage Montagestappen in een kort overzicht • stap 1 neem de sensorbevestiging Variofix L uit elkaar • stap 2 bevestig de spansloten op de spanbanden • stap 3 bevestig een spanband op de buis • stap 4 schroef de rail op de spanband en fixeer ze met de tweede spanband •...
6 Montage FLUXUS F70x 6.4.3.1 Demontage van Variofix L • Neem de sensorbevestiging Variofix L uit elkaar (zie Fig. 6.13). afdekking schroef moer rail spanbandklem Fig. 6.13: Demontage van Variofix L 6.4.3.2 De spansloten aan de spanbanden bevestigen Kies de montagehandleiding aan de hand van het meegeleverde spanslot: Spanklemslot Het spanslot is bevestigd aan de spanband (zie Fig.
FLUXUS F70x 6 Montage 6.4.3.3 De spanband aan de buis bevestigen Er wordt een spanband bevestigd op de buis (zie Fig. 6.17). Een tweede spanband wordt op een later tijdstip gemonteerd. metalen veer spanbandklem spanslot Fig. 6.17: Spanband met spanbandklem en metalen veer op de buis Kies de montagehandleiding van het meegeleverde spanslot: Spanklemslot •...
Pagina 35
6 Montage FLUXUS F70x Ratelslot • Schuif de spanband door de spanbandklem en de metalen veer (zie Fig. 6.22). De metalen veer hoeft niet gemonteerd te worden: – op stalen buizen of – op buizen met een buisbuitendiameter < 80 mm of –...
Pagina 36
FLUXUS F70x 6 Montage 6.4.3.4 De rail aan de buis bevestigen • Zet één spanbandklem in de rail (zie spanbandklem 1 in Fig. 6.25). Let hierbij op de afstelling van de spanbandklem. • Draai de moer van de spanbandklem 1 lichtjes vast. •...
Pagina 37
6 Montage FLUXUS F70x Snelspanslot • Schuif de spanband door de spanbandklem 1 en de metalen veer (zie Fig. 6.29 en Fig. 6.27). • Leg de spanband rond de buis en schuif hem door het spanslot. • Plaats de metalen veer zodanig dat ze tegenover de spanbandklem 1 ligt. •...
Pagina 38
FLUXUS F70x 6 Montage afknippen schroef van hendel het spanslot draairichting Fig. 6.32: Ratelslot met spanband Opmerking! Om de schroef en de spanband los te maken, moet u de hendel omlaag drukken (zie Fig. 6.32). • Herhaal de stappen voor het bevestigen van de tweede rail (zie Fig. 6.33). Fig.
Pagina 39
6 Montage FLUXUS F70x afdekking trekontlastings- klem sensorafstand Fig. 6.35: De sensorafstand instellen • Plaats de afdekkingen met de sensoren op de rail. • Corrigeer de sensorafstand als dat nodig is (zie paragraaf 9.6.1 en 9.6.2). Opmerking! Zorg er voor dat de koppelfolie op de sensorcontactvlakken blijft zitten. •...
Pagina 40
FLUXUS F70x 6 Montage Fig. 6.38: Sensorbevestiging Variofix C (doorstralingsopstelling) Montagestappen in een kort overzicht • stap 1 neem de sensorbevestiging Variofix C uit elkaar • stap 2 monteer de spanbanden (met of zonder spanslot) en schroef de rail op de spanband •...
6 Montage FLUXUS F70x afdekking aandrukschroef veerbeugel inkeping rail afstandshouder spanbandklem Fig. 6.41: Demontage van Variofix C 6.4.4.2 De rail monteren Kies de montagehandleiding van het meegeleverde spanslot: • zie paragraaf De rail monteren zonder spanslot • zie paragraaf De rail monteren met ratelslot De rail monteren zonder spanslot •...
Pagina 42
FLUXUS F70x 6 Montage metalen veer spanbandklem s = lengte van de rail - 33 mm Fig. 6.44: Spanband met metalen veer en spanbandklem op de buis • Schuif het lange uiteinde van de spanband door de tweede spleet van de spanbandklem (zie Fig. 6.44 a). •...
Pagina 43
6 Montage FLUXUS F70x • Buig de spanband om. • Schuif de spanband door onderdeel 1 van het ratelslot (zie Fig. 6.46 b). • Trek de spanband vast. • Schuif het lange uiteinde van de spanband door de spanbandklem en de metalen veer (zie Fig. 6.47). De metalen veer hoeft niet gemonteerd te worden: –...
Pagina 44
FLUXUS F70x 6 Montage afknippen schroef van hendel het spanslot draairichting Fig. 6.50: Ratelslot met spanband Opmerking! Om de schroef en de spanband los te maken, moet u de hendel omlaag drukken (zie Fig. 6.50). • Plaats de rail op de spanbandklem (zie Fig. 6.51). •...
Pagina 45
6 Montage FLUXUS F70x afstandshouder sensorafstand graveringen boring op sensoren Fig. 6.52: Sensoren in rail (veerbeugels niet afgebeeld) kabelbinder veerbeugel aandrukschroef Fig. 6.53: Sensoren in de rail schroef afdekking Fig. 6.54: Variofix C met sensoren op de buis De afdekking van de sensorbevestiging Variofix C die moet worden gemonteerd, wordt op de volgende manier verwijderd: •...
FLUXUS F70x 6 Montage 6.4.5 Bevestiging met montageschoen en spanklemslot • Schuif de spanband door de gleuf aan de bovenkant van de montageschoen (zie Fig. 6.56). • Plaats de montageschoen en het spanslot op de buis. Monteer de montageschoen bij horizontaal lopende buizen zijde- lings op de buis als dit mogelijk is.
Kies de montagehandleiding van het meegeleverde spanslot: • voor het monteren met spanslot zie paragraaf 6.5.2.1 • voor het monteren met spanslot FLEXIM zie paragraaf 6.5.2.2 • voor het monteren met snelspanslot zie paragraaf 6.5.2.3 6.5.2.1 Montage met een spanslot •...
FLUXUS F70x 6 Montage 6.5.2.3 Montage met een snelspanslot • Kort de spanband af (buisomtrek + tenminste 120 mm). • Plaats de temperatuursensor op de buis (zie Fig. 6.58). • Leg de spanband om de temperatuursensor en de buis heen. •...
7 Aansluiting FLUXUS F70x Aansluiting Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). Voor de aansluitingen van de transmitter FLUXUS F704 zie paragraaf 4.1, F705 zie paragraaf 4.2, F706 zie paragraaf 4.3 en F709 zie paragraaf 4.4.
7 Aansluiting FLUXUS F70x Sensoren Opmerking! Als er sensoren vervangen of toegevoegd worden, dan moet ook de sensormodule vervangen of toe- gevoegd worden (zie paragraaf 7.7). Wij raden u aan de kabels vóór het aansluiten van de sensoren van het meetpunt naar de transmitter te leggen om het aansluitpunt niet te belasten.
7 Aansluiting FLUXUS F70x 7.1.1.2 Sensorkabel met kunststof kabelmantel en gestripte kabeluiteinden Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). • Verwijder de linker blinde stop voor het aansluiten van de sensorkabel (zie Fig. 7.7 of Fig. 7.8). •...
Pagina 56
FLUXUS F70x 7 Aansluiting inzetstuk lichaam wartel N E X T D I S P U L T R A S O N I C F L O W M E T E R M U X D I S P O F F B R K E N T E R...
7 Aansluiting FLUXUS F70x 7.1.1.3 Sensorkabel met ommanteling uit edelstaal en gestripte kabeluiteinden Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). • Verwijder de linker blinde stop voor het aansluiten van de sensorkabel (zie Fig. 7.9 of Fig. 7.10). FLUXUS F704 •...
Pagina 60
FLUXUS F70x 7 Aansluiting FLUXUS F705 • Verwijder de linker blinde stop voor het aansluiten van de verlengkabel (zie Fig. 7.12). • Schuif de verlengkabel door de dichtring (alleen voor kabelschroefverbinding M20, niet voor kabelschroefverbinding 1/2 NPS). • Breng de verlengkabel met de AMP-Quick- en SMB-connectoren in de behuizing in. •...
7 Aansluiting FLUXUS F70x Tab. 7.5: Klemmenfuncties klem aansluiting meetkanaal A meetkanaal B X6AV X8BV SMB-connector (witte of gemarkeerde kabel) X6AR X8BR SMB-connector (bruine kabel) AMP-Quick-connector (aansluiting van de sensormodule) 7.1.2.2 Verlengkabel met kunststof kabelmantel en gestripte kabeluiteinden Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving"...
Pagina 62
FLUXUS F70x 7 Aansluiting inzetstuk lichaam wartel N E X T D I S P U L T R A S O N I C F L O W M E T E R M U X D I S P O F F B R K I N I T...
Pagina 63
7 Aansluiting FLUXUS F70x FLUXUS F709 • Confectioneer de verlengkabel. Kort de buitenafscherming af en sla hem terug (zie Fig. 7.16). • Schuif de verlengkabel door de afschermingsklem naar klemmenstrook KL6 voor meetkanaal A en naar klemmenstrook KL8 voor meetkanaal B. •...
FLUXUS F70x 7 Aansluiting 7.1.3 Aansluiting van de sensorkabel op de junction box Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). Voor het aansluiten van de sensorkabel met SMB-connectoren (aansluitsysteem TS) zie paragraaf 7.1.3.1. Voor het aansluiten van de sensorkabel met kunststof kabelmantel en gestripte kabeluiteinden (aansluitsysteem TS) zie paragraaf 7.1.3.2.
Pagina 65
7 Aansluiting FLUXUS F70x • Bevestig de kabelschroefverbinding door de wartel op het lichaam te draaien. • Sluit de sensorkabel op de klemmen van de junction box aan (zie Fig. 7.20 of Fig. 7.21 enTab. 7.9 ). Tab. 7.9: Klemmenfuncties (KL1) klem (JBP2, JBP3) klem (JB01) aansluiting...
Pagina 66
FLUXUS F70x 7 Aansluiting 7.1.3.3 Sensorkabel met ommanteling uit edelstaal en gestripte kabeluiteinden Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). • Verwijder de rechter blinde stop voor het aansluiten van de sensorkabel (Fig. 7.22). •...
Pagina 67
7 Aansluiting FLUXUS F70x 7.1.4 Aansluiting van de verlengkabel op de junction box Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). • Verwijder de linker blinde stop voor het aansluiten van de verlengkabel (zie Fig. 7.23). •...
FLUXUS F70x 7 Aansluiting Tab. 7.11: Klemmenfuncties (verlengkabel, KL2) klem aansluiting witte of gemarkeerde kabel (kern) witte of gemarkeerde kabel (binnenafscherming) bruine kabel (binnenafscherming) bruine kabel (kern) verlengkabel sensorkabel Fig. 7.24: Aansluiting van de verlengkabel en de sensorkabel op de junction box JBxx (voorbeeld met JB01) Temperatuursensor Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving"...
Pagina 69
7 Aansluiting FLUXUS F70x Tab. 7.12: Aansluitsysteem directe aansluiting aansluiting met aansluiting met verlengkabel junction box transmitter transmitter transmitter transmitter FLUXUS F709: Aansluiting op de transmitter zonder kabelschroefverbinding Voor het toewijzen en het activeren van de temperatuuringangen zie hoofdstuk 17. 7.2.1 Directe aansluiting van de temperatuursensor Let op!
Pagina 70
FLUXUS F70x 7 Aansluiting FLUXUS F705, F706 • Verwijder de tweede blinde stop van rechts van de transmitter voor het aansluiten van de uitgangen (zie Fig. 7.27). • Open de kabelschroefverbinding van de temperatuursensor. Het inzetstuk blijft in de wartel (zie Fig. 7.28 en Tab. 7.12). •...
7 Aansluiting FLUXUS F70x FLUXUS F709 • Confectioneer de kabel van de temperatuursensor (zie Fig. 7.31). • Sluit de temperatuursensor aan op de klemmen van de transmitter (zie Fig. 7.4, Fig. 7.30 en Tab. 7.14). temperatuursensor C H A N N E L K L 1 K L 3 K L 7...
FLUXUS F70x 7 Aansluiting FLUXUS F705, 706 • Verwijder de tweede blinde stop van rechts voor het aansluiten van de verlengkabel (zie Fig. 7.27). • Open de kabelschroefverbinding van de verlengkabel. Het inzetstuk blijft in de wartel (zie Fig. 7.28 en Tab. 7.12). •...
7 Aansluiting FLUXUS F70x FLUXUS F705, F706 • Verwijder de tweede blinde stop van rechts voor het aansluiten van de verlengkabel (zie Fig. 7.27). • Open de kabelschroefverbinding van de verlengkabel. Het inzetstuk blijft in de wartel (zie Fig. 7.28 en Tab. 7.12). •...
Pagina 74
FLUXUS F70x 7 Aansluiting temperatuursensor verlengkabel Fig. 7.34: Junction box JBT2, JBT3 Temperatuursensor • Verwijder de blinde stop voor het aansluiten van de temperatuursensor (zie Fig. 7.34). • Open de kabelschroefverbinding van de temperatuursensor (zie Fig. 7.35 en Tab. 7.12). Het inzetstuk blijft in de wartel. •...
7 Aansluiting FLUXUS F70x Spanningsvoorziening Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). De buitenste randaarde wordt aangesloten op de potentiaalvereffeningsklem van de behuizing van de transmitter FLUXUS F704**-A2, F705**-A2, F705**-NN, F706**-A2, F706**-NN (zie Fig. 7.36 of Fig. 7.37). Deze moet altijd worden aangesloten..
7 Aansluiting FLUXUS F70x Uitgangen Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). Let op! De uitgangen mogen alleen op een laagspanningsstroomkring worden aangesloten (max. 30 V AC of 42 V DC t.o.v.
Pagina 78
FLUXUS F70x 7 Aansluiting Tab. 7.19: schakelingen in de uitgangen aanbrengen uitgang transmitter externe opmerking circuit interne aansluiting circuit actieve < 500 Ω stroomlus passieve = 4...24 V stroomus > 0.021 A [Ω] + 4 V voorbeeld: = 12 V = 0...380 Ω...
Pagina 79
7 Aansluiting FLUXUS F70x Tab. 7.19: schakelingen in de uitgangen aanbrengen uitgang transmitter externe opmerking circuit interne aansluiting circuit binaire uitgang (op- Uext ≤ 26 V torelais) Ic ≤ 100 mA F704 F705 F706 binaire uitgang = 5...24 V (open collector) Px+/Pxa [kΩ] = U [mA]...
FLUXUS F70x 7 Aansluiting Ingangen Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). Let op! De ingangen mogen alleen op een laagspanningsstroomkring worden aangesloten (max. 30 V AC of 42 V DC t.o.v.
7 Aansluiting FLUXUS F70x 7.5.1 Temperatuuringang Er kunnen temperatuursensoren Pt100/Pt1000 (4-draads techniek) op de ingangen van de transmitter worden aangeslo- ten (optie) (zie paragraaf 7.2). Voor het toewijzen en het activeren van de temperatuuringangen zie hoofdstuk 17. 7.5.2 Stroomingang Op de stroomingangen van de transmitter kan een actieve of een passieve stroombron worden aangesloten (actieve stroombron: stroombron met eigen voeding;...
FLUXUS F70x 7 Aansluiting FLUXUS F709 • Confectioneer de ingangskabel. • Sluit de ingangskabel op de klemmen van de transmitter aan (zie Fig. 7.4, Fig. 7.44 en Tab. 7.21). Tab. 7.21: Aansluiten van een passieve stroombron Ingang transmitter externe circuit opmerking interne circuit aansluiting...
7 Aansluiting FLUXUS F70x Seriële interface Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). 7.6.1 RS232-interface De RS232-interface bevindt zich op de frontplaat van de transmitter (zie Fig. 7.45, Fig. 7.46 of Fig. 7.47). •...
FLUXUS F70x 7 Aansluiting FLUXUS F709 • Confectioneer de RS485-kabel. • Sluit de RS485-kabel op de klemmen van de transmitter aan (zie Fig. 7.4, Fig. 7.48 en Tab. 7.19). C H A N N E L K L 1 K L 3 K L 5 K L 7 P 7 a...
Pagina 85
7 Aansluiting FLUXUS F70x Let op! AMP-Quick-connectoren en de separate sensormodule mogen nooit gelijktijdig aangesloten zijn op de transmitter. Als er sensoren vervangen of toegevoegd worden, dan moet de sensormodule vervangen of toegevoegd worden. Opmerking! Het serienummer van de sensormodule moet overeenstemmen met dat van de sensor. Een verkeer- de of een verkeerd aangesloten sen-sormodule leidt tot verkeerde meetwaarden of tot het uitvallen van de meting.
FLUXUS F70x 7 Aansluiting FLUXUS F709 • Koppel de transmitter van de spanningsvoorziening af. • Voor het aansluiten van de AMP-Quick-connector (aansluitsysteem AS) zie paragraaf 7.1.2.1. • Voor het aansluiten van de separate sensormodule (aansluitsysteem TS): – Steek de sensormodule in de klemmenstrook KL5 of KL7 (zie Fig. 7.4 en Fig. 7.54). De klemmen SA1...SA4 zijn toe- gewezen aan de sensoren van het meetkanaal A, de klemmen SB1...SB4 aan de sensoren van het meetkanaal B.
FLUXUS F70x Inbedrijfstelling van de transmitter Inschakelen Zodra de transmitter met de spanningsvoorziening verbonden is, geeft hij aan welke sen- FLEXIM FLUXUS sor hij op welk meetkanaal herkend heeft. F70x -XXXXXXXX Daarna verschijnt het serienummer van de transmitter even in beeld.
FLUXUS F70x 8 Inbedrijfstelling van de transmitter 8.3.2 Programmavertakking • Programmavertakking Parameter invoeren van buis- en mediumparameters • Programmavertakking Meten afwerken van de stappen voor de meting • Programmavertakking Uitgangsopties vastleggen van de meetgrootheid, de maateenheid en de parameters voor de meetwaarde-overdracht •...
8 Inbedrijfstelling van de transmitter FLUXUS F70x 8.3.3 Navigeren Als er een verticale pijl ↕ in beeld verschijnt, bevat het menupunt een keuzelijst. De huidige lijstnotering verschijnt in de onderste regel. Scroll met de toets om een lijstnotering in de onderste regel te kie- Parameter ↕...
Zodra de meting begint, worden alle huidige meetparameters bewaard op een niet-vluchtige, INIT-beveiligde EPROM. De meting wordt gestopt als de spanningsvoorziening uitvalt. Alle ingevoerde gegevens blijven behouden. Als de spanningsvoorziening is teruggekeerd, verschijnt het serienummer gedurende en- FLEXIM FLUXUS kele seconden in beeld. F70x -XXXXXXXX De gestopte meting wordt voortgezet.
9 Fundamenteel meetproces FLUXUS F70x Fundamenteel meetproces Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS). De buis- en mediumparameters worden ingetoetst voor het gekozen meetpunt (zie hoofdstuk 5). De parameterbereiken zijn begrensd door de technische eigenschappen van de sensoren en de transmitter.
FLUXUS F70x 9 Fundamenteel meetproces 9.1.3 Buismateriaal Het buismateriaal moet gekozen worden, zodat de geluidssnelheid bepaald kan worden. De geluidssnelheid voor de ma- terialen op de keuzelijst zijn opgeslagen in de transmitter. Kies het buismateriaal. Leidingmater. ↕ Als het materiaal niet op de keuzelijst staat, kiest u Ander materiaal. Druk op ENTER. Staal U kunt vastleggen, welke materialen op de keuzelijst moeten verschijnen (zie paragraaf 13.5).
9 Fundamenteel meetproces FLUXUS F70x De mediaparameters invoeren Kies het medium van de keuzelijst. Medium ↕ Als het medium niet op de keuzelijst staat, kiest u Ander medium. Druk op ENTER. Water U kunt vastleggen welke media op de keuzelijst moeten verschijnen (zie paragraaf 13.5). Kijk voor de media die voor de geprogrammeerde parameters vaak voorkomen in bijvoegsel C.3.
Druk op ENTER. Opmerking! Als er standaardsensorparameters gebruikt worden, kan FLEXIM niet garanderen voor de nauwkeu- righeid van de meetwaarden. Het kan zelfs gebeuren dat een meting helemaal niet verricht kan wor- den.
9 Fundamenteel meetproces FLUXUS F70x De kanalen kiezen De kanalen waarop gemeten moet worden, kunnen afzonderlijk geactiveerd worden. Kies de programmavertakking Meten. Druk op ENTER. par>MTN<opt sf Meten Als deze foutmelding verschijnt, zijn de parameters niet volledig. Toets in de programma- par>MTN<opt sf vertakking Parameter de ontbrekende parameters in.
FLUXUS F70x 9 Fundamenteel meetproces 9.6.1 Fijninstelling van de sensorafstand 9 Fundamenteel meetproces Als de aangegeven sensorafstand is ingesteld, drukt u op ENTER. Sensor afstand De meetprocedure voor het positioneren van de sensoren wordt gestart. A: 53.9 mm ! Een balkendiagram S= geeft de amplitude van het ontvangen signaal aan. S=■■■■■■...
9 Fundamenteel meetproces FLUXUS F70x Tab. 9.1: Richtwaarden voor de signaaloptimalisatie sensorfrequentie verschil tussen de optimale en de intoetste sensorafstand [mm] (3e teken van het shear wave sensor Lamb wave sensoren technische type) -6...+10 -3...+5 Toets de nieuw ingestelde sensorafstand in. Druk op ENTER. Sensor afstand? 50.0 Scroll met de toets...
FLUXUS F70x 10 De meetwaarden in beeld brengen De meetwaarden in beeld brengen U stelt de meetgrootheid in de programmavertakking Uitgangsopties in (zie paragraaf 10.1). Tijdens de meting wordt de benaming van de meetgrootheid in de bovenste regel aange-geven en de meetwaarde in de onderste regel.
10 De meetwaarden in beeld brengen FLUXUS F70x Alle kanalen De meetwaarden van alle kanalen (meet- en rekenkanalen) verschijnen in beeld. Na min. 1.5 s wordt er overgeschakeld naar het volgende actieve kanaal. Alleen rekenkanalen Allen de meetwaarden van de rekenkanalen verschijnen in beeld. Na min. 1.5 s wordt er overgeschakeld naar het volgen- de actieve rekenkanaal.
FLUXUS F70x 10 De meetwaarden in beeld brengen 10.4 Statusregel Belangrijk gegevens van de lopende meting staan allemaal in de statusregel. Op die manier kan de kwaliteit en de preci- sie van de lopende meting beoordeeld worden. Met toets kan men tijdens de meting in de bovenste regel naar de statusregel scrol- A: S3 Q9 c...
11 Andere meetfuncties FLUXUS F70x Andere meetfuncties 11.1 Dempingsgetal Elke aangegeven meetwaarde is een glijdende gemiddelde waarde van alle meetwaarden van de laatste x seconden, waarbij x het dempingsgetal is. Een dempingsgetal dat gelijk is aan 1 s betekent dat de meetwaarden niet gemiddeld wor- den genomen, omdat het meetcijfer ongeveer 1/s bedraagt.
FLUXUS F70x 11 Andere meetfuncties Bij het stoppen van de meting De wijze waarop de totalisatoren na een gestopte meting of na de RESET van de transmitter reageert, wordt in Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Hoev. terughalen\ ingesteld. Als men aan kiest, worden de waarden van de totalisatoren opgeslagen en gebruikt voor Hoev.
11 Andere meetfuncties FLUXUS F70x Als het automatisch omschakelen tussen de TransitTime mode en de NoiseTrek mode ge- TT-Failed |After activeerd is, moeten de omschakelparameters geconfigureerd worden. NoiseTrek | 40s Toets de tijd in waarna de transmitter bij gebrek aan geldige meetwaarden in de Transit- Time mode moet overschakelen naar de NoiseTrek mode.
FLUXUS F70x 11 Andere meetfuncties 11.5 Cut-off-flow De cut-off-flow is een grenswaarde voor de stromingssnelheid. Alle gemeten stromings-snelheden die de grenswaarde on- derschrijden en de afgeleide waarden ervan worden op nul gezet. De cut-off-flow kan afhangen van de stroomrichting of niet. De cut-off-flow wordt ingesteld in Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Cut-off-flow.
11 Andere meetfuncties FLUXUS F70x In beide gevallen kan ook de gecorrigeerde stromingssnel-heid in beeld gebracht worden. A:Stroomsnelheid Scroll met de toets naar de weergave van de stromingssnelheid. De ongecorrigeerde 54.5 stromingssnelheid is met een U gekenmerkt. Ongecorrigeerde stromingssnelheden, die naar een pc worden doorgestuurd, zijn gekenmerkt met ongecor. 11.7 Meten hoogdynamische flows (FastFood mode) Met de FastFood mode is het mogelijk, snel veranderlijke flows te meten.
FLUXUS F70x 11 Andere meetfuncties 11.8 Rekenkanalen Opmerking! Rekenkanalen staan alleen ter beschikking als de transmitter meer dan een meetkanaal heeft. Behalve de ultrasone meetkanalen heeft de transmitter ook twee virtuele rekenkanalen Y en Z. Via de rekenkanalen kun- nen de meetwaarden van alle meetkanalen A en B verrekend worden. Het rekenkundige resultaat is de meetwaarde van het gekozen rekenkanaal.
11 Andere meetfuncties FLUXUS F70x 11.8.3 Uitgangsopties voor een rekenkanaal Kies een rekenkanaal in de programmavertakking Uitgangsopties. Druk op ENTER. Uitgangsopties ↕ voor kanaal Kies de te berekenen meetgrootheid. Druk op ENTER. Meetgrootheid ↕ Massastroom Let er op dat de voor het rekenkanaal gekozen meetgrootheid aan de hand van de meetgrootheden van de gekozen meetkanalen berekend kan worden.
FLUXUS F70x 11 Andere meetfuncties 11.8.4 Meten met rekenkanalen Kies de programmavertakking Meten. Druk op ENTER. par >MTN< opt sf Meten Activeer de vereiste kanalen. Rekenkanalen worden net als een meetkanaal geactiveerd of KANAAL: A B >Y< Z gedeactiveerd. Druk op ENTER. METEN ...
11 Andere meetfuncties FLUXUS F70x 11.10.1 Inrichting van de afstandsbestuurde functie De afstandsbestuurde functie kan voor elk kanaal apart worden ingericht. Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Remote inputs. Druk op ENTER. SYSTEEM inst. ↕ Remote inputs Kies het kanaal waarvoor een afstandsbestuurde functie geactiveerd moet worden. Druk op Remote inputs ↕...
FLUXUS F70x 11 Andere meetfuncties De FastFood mode activeren Kies de lijstnotering FastFoodMode. Druk op ENTER. A: Remote-Func. ↕ De FastFood mode wordt voor de duur van het signaal geactiveerd. FastFoodMode De FastFood mode wordt gedeactiveerd zodra de spanning op de binaire ingang weer wordt omgeschakeld naar het passieve bereik.
11 Andere meetfuncties FLUXUS F70x 11.11 Programmeringscode Een lopende meting kan door een programmeringscode beschermd worden tegen toevallig ingrijpen. Als een programmeringscode vastgelegde is, komt er een vraag, zodra men in de meting ingrijpt (toets BRK). 11.11.1 Vastleggen van de programmeringscode Kies Spec.
FLUXUS F70x 12 Datalogger en gegevensoverdracht Datalogger en gegevensoverdracht De transmitter heeft een datalogger waarin de meetgegevens tijdens het meten kunnen worden bewaard (zie paragraaf 12.1). Meetgegevens kunnen bovendien via de seriële interface op een pc worden gezet of op een SD-kaart worden bewaard (zie paragraaf 12.2).
12 Datalogger en gegevensoverdracht FLUXUS F70x 12.1.3 Instellingen voor de datalogger Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Opslaan. Er zijn de volgende menupunten: • ringbuffer • opslagmodus • de totalisatoren opslaan • de signaalamplitude opslaan • de geluidssnelheid van het medium opslaan • de diagnosewaarden opslaan •...
FLUXUS F70x 12 Datalogger en gegevensoverdracht De diagnosewaarden opslaan Als aan gekozen is en de datalogger geactiveerd is, worden de diagnosewaarden samen Store diagnostic met de meetwaarden opgeslagen. Druk op ENTER. >AAN< Het bewaren starten Als het bewaren van de meetwaarden bij meerdere meetapparaten tegelijkertijd moet beginnen, kunt u een starttijdstip in- stellen.
12 Datalogger en gegevensoverdracht FLUXUS F70x 12.1.6 Vrije dataloggerruimte Als de datalogger leeg is en er een meting met een meetgrootheid op een meetkanaal zonder opslaan van de totalisator gestart wordt, kunnen er ca. 100 000 meetwaarden opgeslagen worden. De max. vrije dataloggerruimte kan in beeld ge- bracht worden: Kies Spec.
FLUXUS F70x 12 Datalogger en gegevensoverdracht Keuze van de seriële interface voor de offline-overdracht Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Ser. transmissie. Druk op ENTER totdat het menupunt Send Offline via in beeld verschijnt. Kies de seriële interface voor de offline-overdracht. Send Offline via Deze weergave verschijnt alleen als de transmitter een RS485-interface heeft.
12 Datalogger en gegevensoverdracht FLUXUS F70x 12.2.5 Online-overdracht van de gegevens naar een terminalprogramma of SD-kaart Bij online-overdracht naar een terminalprogramma • Starten het terminalprogramma. • Toets de overdrachtsparameters in de terminalprogramma in (zie paragraaf 12.2.4). De overdrachtsparameters van de terminalprogramma en de transmitter moeten identiek zijn.
12 Datalogger en gegevensoverdracht 12.2.7 Offline-overdracht van de gegevens met het programma FluxData De meetwaarden in de datalogger kunnen met het FLEXIM programma FluxData via de RS232 interface naar een pc doorgestuurd worden. Instellingen in het programma Open het programma FluxData V3.0 of hoger op de pc.
Pagina 119
12 Datalogger en gegevensoverdracht FLUXUS F70x De gegevensoverdracht beëindigen Kies in het menu: File > Save. Kies de meetwaardereeksen die opgeslagen moeten worden. Klik op OK. Kies het pad waar u de gegevens wilt opslaan en toets een be- standsnaam in. Klik op Save. Het bestand wordt opgeslagen met de extensie.flx.
Pagina 120
FLUXUS F70x 12 Datalogger en gegevensoverdracht Vervolgens wordt de regel \DATA overgedragen. Daarna worden de kopteksten van de kolommen (zie Tab. 12.3) voor het betreffende kanaal overgedragen. Dan volgen de meetwaarden. Voorbeeld: \DATA A: \*MEASURE; Q_POS; Q_NEG; A: \*MEASURE; Q_POS; Q_NEG; Voor elk log interval wordt voor elk geactiveerd meetkanaal een dataregel overgedragen.
13 Bibliotheken FLUXUS F70x Bibliotheken De interne stoffendatabase van de transmitter bevat parameters voor buis- en bekledingsmaterialen en voor media. Zij kan worden uitgebreid met gebruikersgedefinieerde materialen of media. Gebruikersgedefinieerde materialen en media worden verschijnen altijd op de keuzelijsten van de programmavertakking Parameter. Gebruikersgedefinieerde materialen en media worden opgeslagen in een ingebouwd coëfficiëntengeheugen (gebruikers- geheugenruimte).
FLUXUS F70x 13 Bibliotheken Toets het aantal gebruikersgedefinieerde gegevensrecords voor de stoomcoëfficiënten in. Format USER-AREA Druk op ENTER. Steam-Coeffs: 00 Stoomcoëfficiënten kunnen alleen ingetoetst worden als de transmitter uitgerust is met temperatuuringangen. De gebruikte hoeveelheid coëfficiëntengeheugen verschijnt gedurende enkele seconden in USER AREA: beeld.
13 Bibliotheken FLUXUS F70x Opmerking! Voor de benoemen van materialen/media staan 95 ASCII-tekens (letters, getallen, speciale tekens (v.g. [! ? " + - ( ) > < % * ]) ter beschikking. Een benaming kan max. 16 tekens bevatten. Het invoeren van tekst wordt beschreven in paragraaf 4.5.
Als de procesomstandigheden echter sterk schommelen en de mediumparameter in hoge mate afhankelijk zijn van de temperatuur (bijv. viscositeit van hydraulische olie), dan moeten polynomen of speciale interpolatiefuncties gebruikt wor- den. In geval van twijfel, neem contact op met FLEXIM om de beste oplossing te vinden voor de meettaak. Speciale interpolatiefuncties Sommige afhankelijkheden worden door polynomen slechts onvoldoende benaderd.
Pagina 125
13 Bibliotheken FLUXUS F70x Kies een gebruikersgedefinieerd materiaal/medium. USER Material ↕ #01:--not used-- Kies bewerk om de materiaal-/mediumparameters te bewerken of wissen om het materi- USER Material aal/medium te wissen en terug te keren naar de keuzelijst Bewerk Materiaal of Bewerk >BEWERK<...
FLUXUS F70x 13 Bibliotheken 13.3.4 Warmteflowcoëfficiënten invoeren Opmerking! De warmteflowcoëfficiënten kunnen ook met de programma's FluxData en FluxKoef worden bewerkt. Opmerking! De ingevoerde coëfficiënten worden niet gecontroleerd. Absurde waarden kunnen verkeerde meet- waarden of permanente systeemfouten tot gevolg hebben. Kies Spec. functie\Instal. Medium. Druk op ENTER. Kies Heat-flow coeffs.
13 Bibliotheken FLUXUS F70x 13.5 De materiaal-/mediumkeuzelijst samenstellen De materialen en media die in de programmavertakking Parameter in beeld gebracht moeten worden, worden samenge- steld in de materiaalkeuzelijst of in de mediumkeuzelijst. Opmerking! Gebruikersgedefinieerde materialen/media worden verschijnen altijd op de keuzelijsten van de pro- grammavertakking Parameter.
FLUXUS F70x 13 Bibliotheken 13.5.3 Alle materialen/media aan de keuzelijst toevoegen Kies Add all om alle materialen/media van de stoffendatabase aan de keuzelijst toe te Materiaallijst ↕ voegen. Druk op ENTER. >Add all 13.5.4 Een materiaal/medium van de keuzelijst verwijderen Kies Remove Material of Remove Medium om een materiaal/medium van de keuzelijst Materiaallijst ↕...
14 Instellingen FLUXUS F70x Instellingen 14.1 Tijd en datum De transmitter heeft een klok die werkt op een batterij. Meetwaarden worden automatisch opgeslagen met datum en tijd. 14.1.1 Tijd Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Instellen klok. Druk op ENTER. SYSTEEM inst. ↕ Instellen klok De huidige tijd verschijnt in beeld.
FLUXUS F70x 14 Instellingen Als de volgende keer de programmavertakking Parameter wordt afgewerkt, wordt de Buitendiameter buisbuitendiameter in beeld gebracht, die het resultaat is van de voor het laatst ingetoetste 57.3 buisomtrek. Voorbeeld: 180 mm : π = 57.3 mm Opmerking! De bewerking van de buisomtrek vindt alleen tijdelijk plaats.
14 Instellingen FLUXUS F70x 14.2.7 Foutwaardevertraging De foutwaardevertraging is de tijd, na afloop waarvan er een foutwaarde naar een uitgang gestuurd wordt, als er geen gel- dige meetwaarden beschikbaar zijn. Kies bewerk om een foutwaardevertraging in te toetsen. Kies dempen als het dempings- Foutw.vertraging getal als foutwaardevertraging gebruikt moet worden.
FLUXUS F70x 14 Instellingen 14.3 Meetinstellingen Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten. Druk op ENTER. SYSTEEM inst. ↕ Meten Opmerking! De instellingen worden aan het einde van de dialoog opgeslagen. Als het menupunt door een druk op de toets BRK beëindigd wordt, worden de wijzigingen niet opgeslagen. Dit menupunt verschijnt alleen in beeld als er een WaveInjector wordt meegeleverd (zie de WaveInjector gebruiksaanwijzing van de WaveInjector).
14 Instellingen FLUXUS F70x 14.4 Contrast instellen Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\ Diverse om het contrast voor de weergave van SYSTEEM inst. ↕ de transmitter in te stellen. Druk op ENTER. Diverse Het contrast van de weergave kan met de volgende toe-tsen ingesteld worden: SETUP DISPLAY verhoogt het contrast ←...
FLUXUS F70x 15 SuperUser mode SuperUser mode De SuperUser mode maakt een uitgebreide signaal- en meetwaardediagnose mogelijk. Bovendien kunt u hiermee ter op- timalisatie van de meetresultaten of in het kader van experimentele werkzaamheden extra parameters voor het meetpunt vastleggen die aan de toepassing zijn aangepast: •...
15 SuperUser mode FLUXUS F70x 15.3.1 Profielgrenzen Kies eigen als u de profielgrenzen wilt vastleggen. Als u fabriek kiest, worden de vooraf A: Profielgrenzen ingestelde profielgrenzen gebruikt en verschijnt het menupunt Calibration in beeld (zie fabriek >EIGEN< paragraaf 15.3.2). Druk op ENTER. Toets het max.
FLUXUS F70x 15 SuperUser mode Voorbeeld 1: Hoek: 1.1 Offset: -10.0 cm/s = -0.1 m/s Als er een stromingssnelheid v = 5 m/s wordt gemeten, dan wordt zij - voordat er afgeleide grootheden worden berekend - als volgt gecorrigeerd: = 1.1 5 m/s - 0.1 m/s = 5.4 m/s Voorbeeld 2: Hoek: -1.0...
15 SuperUser mode FLUXUS F70x Voorbeeld: vaste bovenste grenswaarde van de geluidssnelheid thresh.: 2 007 m/s offset: 600 m/s waarde van de geluidssnelheidscurve op het werkpunt: 1 546 m/s Omdat 1 546 m/s + 600 m/s = 2 146 m/s groter is dan de vast bovenste grenswaarde van 2 007, wordt deze waarde bij het beoordelen van de plausibiliteit van het signaal gebruikt als bovenste grenswaar- de van de geluidssnelheid.
FLUXUS F70x 15 SuperUser mode Total digits = Fixed to x digit Het aantal decimalen is constant. De max. totalisatorwaarde wordt verminderd met het aantal decimalen. decimale max. waarde max. weergave < 10 ±9999999999 < 10 ±99999999.9 < 10 ±9999999.99 <...
15 SuperUser mode FLUXUS F70x 15.10 Weergave van de som van de totalisatoren De som van de totalisatoren van beide stroomrichtingen kan tijdens de meting in de bovenste regel worden aangegeven. Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Diverse. Druk op ENTER totdat het menupunt Show ΣQ wordt weer- gegeven.
FLUXUS F70x 16 Warmteflowmeting Warmteflowmeting Als de transmitter de optie warmteflowmeting en twee temperatuuringangen heeft, kan de warmteflow gemeten worden. Daartoe wordt telkens een temperatuursensor bij de inloop en de uitloop gemonteerd. Voor het monteren van de tempera- tuursensoren zie hoofdstuk paragraaf 6.5. De sensoren worden op de uitloop gemonteerd (zie Fig.
16 Warmteflowmeting FLUXUS F70x 16.1 Het berekenen van de warmteflow De warmteflow wordt berekend met de volgende formule: · Φ = k Φ – warmteflow – warmtecoëfficiënt · – volumeflow – inlooptemperatuur – uitlooptemperatuur De warmtecoëfficiënt ontstaat uit de 10 warmteflowcoëfficiënten voor de specifieke enthalpie en de dichtheid van het me- dium.
FLUXUS F70x 16 Warmteflowmeting 16.2.3 Een constante temperatuur invoeren Als de inloop- of de uitlooptemperatuur bekend is en tijdens de gehele meetduur constant is, dan kan de temperatuur als een constante waarde in de transmitter worden ingevoerd. Opmerking! U moet een constant temperatuur intoetsen, als de inlooptemperatuur moeilijk bijv. te meten, maar bekend en constant is.
Pagina 143
16 Warmteflowmeting FLUXUS F70x 16.3.2 Toewijzing van de sensoren en temperatuuringangen De positie van de sensoren en de temperatuuringangen kunnen in functie van de applicatie worden toegewezen. Kies Spec. functie{1241}SYSTEEM inst.{1244}Procesingangen{1247}Link temperatuur. Kies bij een verwarmingsapplicatie heat, bij een koelapplicatie chill. Druk op ENTER. A:Thermal energy >HEAT<...
FLUXUS F70x 16 Warmteflowmeting In de BTU mode zijn extra maateenheden van de warmteflow en de warmtehoeveelheid (zie paragraaf 11.2) beschikbaar. De maateenheid van de warmtehoeveelheid die tijdens de meting in beeld verschijnt, wordt automatisch aangepast: maateenheid van de warmteflow maateenheid van de warmtehoeveelheid kBTU/min kBTU...
16 Warmteflowmeting FLUXUS F70x 16.5 Twee onafhankelijke warmteflowmetingen Als de transmitter twee meetkanalen en twee temperatuuringangen per meetkanaal heeft, kunnen twee van elkaar onaf- hankelijke warmteflowmetingen tegelijkertijd worden verricht. Tab. 16.1 toont een typische configuratie van de tempera- tuuringangen. Tab. 16.1: Configuratie van de temperatuuringangen bij twee onafhankelijke warmteflowmetingen temperatuuringang meetkanaal A inlooptemperatuur...
FLUXUS F70x 16 Warmteflowmeting 16.6.2 Weergave van de aggregatietoestand Als u tijdens de warmteflowmeting op toets drukt, kan de aggregatietoestand van het medium in de bovenste regel worden weergegeven. weergave betekenis aggregatietoestand in de inloop aggregatietoestand in de uitloop Het medium is volledig gasvormig. LIQU Het medium is volledig vloeibaar.
17 Ingangen FLUXUS F70x Ingangen 17.1 Binaire ingangen De transmitter kan worden uitgerust met 1 of 2 binaire ingangen. Via de binaire ingangen kunnen via de afstandsbesturing sommige functies van de transmitter worden geactiveerd (zie paragraaf 11.10). 17.2 Analoge ingangen Er kunnen externe sensoren op de ingangen (optie) worden aangesloten om de volgende meetgrootheden te meten: •...
FLUXUS F70x 17 Ingangen 17.2.2 De temperatuursensor kiezen Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Procesingangen. Druk op ENTER. SYSTEEM inst. ↕ Procesingangen Kies de lijstnotering PT100/PT1000. Procesingangen↕ PT100 / PT1000 Kies de temperatuursensor. IngangT1 ↕ >PT100< pt1000 Kies, indien nodig, zo ook de temperatuursensor voor Ingang T2...T4. 17.2.3 Toewijzing van andere ingangen aan de meetkanalen Kies Spec.
17 Ingangen FLUXUS F70x 17.2.4.2 Andere ingangen activeren Let op! Let op de juiste poling om een beschadiging van de aangesloten externe sensor te voorkomen. Een continue kortsluiting kan de stroomingang onherstelbaar beschadigen. Ingangen moeten geactiveerd worden, als de meetwaarden samen met de andere meetwaarden in beeld gebracht, opge- slagen en/of overdragen moeten worden.
FLUXUS F70x 18 Uitgangen Uitgangen Als de transmitter uitgerust is met uitgangen, moeten deze geïnstalleerd en geactiveerd worden, voordat ze gebruikt kun- nen worden: • een meetkanaal (bronkanaal) aan de uitgang toewijzen (als de transmitter meer dan een meetkanaal heeft) •...
18 Uitgangen FLUXUS F70x Tab. 18.1: Configuratie van de uitgangen brongrootte lijstnotering output Hoeveelheid hoeveelheidsteller voor de positieve stroomrichting * Act. meetgroth. hoeveelheidsteller voor de in de programmavertakking Uit- gangsopties gekozen meetgrootheid hoeveelheidsteller voor de flow * Flow * Warmtestroom hoeveelheidsteller voor de warmteflow hoeveelheidsteller voor de negatieve stroomrichting * Act.
Pagina 152
FLUXUS F70x 18 Uitgangen 18.1.1 Outputbereik Bij de configuratie van een analoge uitgang wordt nu het outputbereik vastgelegd. Kies een I1 Uitgangbereik↕ lijstnotering of ander bereik om het outputbereik handmatig in te toetsen. 4/20 mA Als ander bereik... gekozen is, toetst u de waarden Uitgang MIN en Uitgang MAX I1 Uitgang MIN ↕...
18 Uitgangen FLUXUS F70x Tab. 18.3: Voorbeelden van foutenoutput lijstnotering voor de foutenoutput uitgangssignaal I [ m A ] Foutwaarde ↕ Minimum (4.0mA) I [ m A ] Foutwaarde ↕ Hou laatste wrde Foutwaarde↕ I [ m A ] Maximum (20.0mA) Foutwaarde ↕...
FLUXUS F70x 18 Uitgangen 18.1.3 Functietest De werking van de geïnstalleerde uitgang kan nu gecontroleerd worden. Sluit een multimeter op de geïnstalleerde uitgang aan. Test van de analoge uitgangen Op het display wordt de stroomuitgang getest. Toets een testwaarde in. Hij moet binnen I1:Output Test het outputbereik liggen.
18 Uitgangen FLUXUS F70x 18.3.1 Meetbereik van de analoge uitgangen Nadat een analoge uitgang in de programmavertakking Uitgangsopties geactiveerd is, moet het meetbereik van de brongrootte ingetoetst worden. Kies -/+ als er voor de output rekening moet worden gehouden met het voorteken van de Meetwaarden meetwaarden.
FLUXUS F70x 18 Uitgangen Kies nee als de uitgang reeds geïnstalleerd was. Druk op ENTER. F1 Uitschakelen >NEE< Kies in de keuzelijst het meetkanaal, dat als bronkanaal aan de uitgang toegewezen moet F1 Bron kanaal ↕ worden. Druk op ENTER. Kanaal Kies in de keuzelijst Meetwaarde (maar niet Impuls!).
18 Uitgangen FLUXUS F70x Toets de pulsbreedte in. Pulsbreedte Het bereik van mogelijke pulsbreedten hangt af van de specificatie van het apparaat (bijv. teller, PLC) dat op de uitgang aangesloten moet worden. Nu wordt de max. flow in beeld gebracht waarmee de pulsuitgang kan werken. Deze waarde wordt berekend op basis van de ingevoerde pulswaarde en de pulsbreedte.
FLUXUS F70x 18 Uitgangen Tab. 18.4: Alarmeigenschappen alarmeigenschap instelling beschrijving mode SLUITER Het alarm is stroomgeleidend als aan de schakelvoorwaarde (schakelfunctie) wordt voldaan en is stroomloos in rusttoestand. OPENER Het alarm is stroomloos als aan de schakelvoor-waarde wordt voldaan en stroomgeleidend in rust-toestand. Opmerking! Als er niet gemeten wordt, zijn alle alarmen stroomloos, ongeacht de geprogrammeerde schakel- functie.
18 Uitgangen FLUXUS F70x Voorbeeld 1: meetgrootheid: volumeflow in m³/h Hoeveelhd-grens: 1 m³ Voorbeeld 2: meetgrootheid: volumeflow in m³/h Ondergrens: 60 m³/h De maateenheid van de meetgrootheid wordt veranderd in m³/min. De nieuwe grenswaarde die moet worden ingetoetst is 1 m³/min. 18.6.3 De hysterese vastleggen Voor de alarmuitgang R1 kan een hysterese worden vastgelegd.
Pagina 160
FLUXUS F70x 18 Uitgangen 18.7.4 Alarmuitgangen tijdens de meting Een alarmuitgang met de schakelvoorwaarde MAX of MIN wordt max. eenmaal per seconde geactualiseerd om brommen te voorkomen (d.w.z. schommelen van de meetwaarden rond de waarde van de schakelvoorwaarde). Een alarmuitgang van de type NIET-HOUDEN wordt geactiveerd, als aan de schakelvoorwaarde wordt voldaan. Hij wordt gedeactiveerd, als niet meer aan de schakelvoorwaarde wordt voldaan.
18 Uitgangen FLUXUS F70x Tab. 18.6: Pictogrammen voor de alarmstatusweergave func mode huidige (schakelvoorwaarde) (resetgedrag) (schakelfunctie) status gesloten NIET-HOUDEN SLUITER HOUDEN OPENER open +→- -→+ GRTHD. FOUT Voorbeeld: R1 = 18.8 De uitgangen deactiveren Als de geprogrammeerde uitgangen niet meer nodig zijn, kunnen ze gedeactiveerd worden. De configuratie van een ge- deactiveerde uitgang wordt opgeslagen en is beschikbaar als de uitgang opnieuw geactiveerd wordt.
Zorg er voor dat de juiste spanning op de klemmen staat. Kijk op het typeplaatje onder de meest rechtse contactstrook, voor welke spanningsvoorziening het apparaat is bedoeld. Als de spanningsvoorziening in orde is, zijn ofwel de sensoren of is een onderdeel van de transmitter defect. De sensoren en de transmitter moeten voor reparatie naar FLEXIM worden opgestuurd.
Signaalverlies tijdens de meting • Als de buis was leeggelopen: kreeg u daarna geen meetsignaal meer? Neem contact op met FLEXIM. • Wacht even totdat het akoestische contact weer tot stand is gebracht. De meting kan door een tijdelijk hoog aandeel gasbellen en vaste deeltjes in het medium onderbroken worden.
De stroming bevindt zich in het overgangsgebied tussen laminaire en turbulente stroming waarbij een meting problematisch is Bereken het getal van Reynolds van de stroming op het meetpunt met behulp van het programma FluxFlow (gratis down- load: www.flexim.com). Neem contact op met FLEXIM. 19.5 Grote afwijkingen van de meetwaarden...
19 Fouten lokaliseren FLUXUS F70x 19.6 Problemen met de totalisatoren De waarden van de totalizers zijn te hoog Zie Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten\Hoev. terughalen. Als dit menupunt geactiveerd is, worden de waarden van de totalizers bewaard. Aan het begin van de volgende meting nemen de totalisatoren deze waarden aan. De waarden van de totalizers zijn te laag Eén van de totalisatoren heeft de bovenste grenswaarde bereikt en moet handmatig terug op nul gezet worden.
FLUXUS F70x A Menustructuur Menustructuur initialisatie- bestendig Programmavertakking Parameter hoofdmenu: kiezen van de programmavertakking Parameter >PAR< mtn opt sf Parameter Kiezen van een meetkanaal (A, B) of een rekenkanaal (Y, Z) Parameter ↕ Deze weergave verschijnt niet als de transmitter slecht één meetkanaal heeft. voor kanaal Bij het kiezen van een meetkanaal (A, B): invoeren van de buisbuitendiameter...
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig het bereik van de geluidssnelheid kiezen c-Medium bereik auto: Het bereik van de gemiddelde geluidssnelheid wordt vastgelegd auto >EIGEN< door de transmitter. eigen: Het bereik van de gemiddelde geluidssnelheid moet worden inge- toetst. invoer van het bereik rond de gemiddelde geluidssnelheid van het medium c-Medium=1500m/s Deze weergave verschijnt alleen als u eigen kiest.
Pagina 168
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig invoeren van het aantal van de meetpaden A: Signaalverloop weergave van de sensorafstand die tussen de binnenkanten van de sen- Sensor afstand soren ingestelde moet worden A:54 mm Reflex Programmavertakking Uitgangsopties hoofdmenu: kiezen van de programmavertakking Uitgangsopties par mtn >OPT<...
Pagina 169
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig Stroomlus activeren van een stroomuitgang Stroomlus Deze weergave verschijnt alleen, als de stroomuitgang in Spec. func- I1: nee >JA< tie\SYSTEEM inst.\Procesuitgangen geïnstalleerd is. kiezen of er rekening moet worden gehouden met het voorteken van de Meetwaarden meetwaarden voor de output >ABSOLUUT<...
Pagina 170
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig invoeren van de grenswaarde voor de totalisator van de te bewaken Hoeveelhd-grens: meetgrootheid 1.00 Deze weergave verschijnt alleen, als Alarmuitgang geactiveerd is en als schakelvoorwaarde GRTHD. gekozen is. invoeren van de hysterese voor de onderste of bovenste grenswaarde R1 Hysterese: Deze weergave verschijnt alleen, als Alarmuitgang geactiveerd is en 1.00...
Pagina 171
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig weergave van het gebruikte coëfficiëntengeheugen USER AREA: used bevestigen van de gekozen partitie Format NOW? >JA< coëfficiëntengeheugen wordt gepartitioneerd FORMATTING ... ■■■■■■ SYSTEEM inst.\Bibliotheken\Uitgebr. Biblio kiezen van de weergave voor het activeren van de uitgebreide bibliotheek Bibliotheken ↕...
Pagina 172
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig activeren van de weergave van de alarmstatus tijdens de meting SHOW RELAIS STAT >AAN< kiezen van de maateenheid voor de lengte Length unit >[mm]< [inch] kiezen van de maateenheid voor de temperatuur Temperatuur >[°C]< [°F] kiezen, of de absolute druk p of de relatieve druk p...
Pagina 173
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig kiezen van de temperatuuringang die als uitlooptemperatuur toegewezen A:T-Return ↕ moet worden Ingang T2 Deze weergave verschijnt alleen, als de BTU mode geactiveerd is. SYSTEEM inst.\Meten kiezen van de weergaven voor het instellen van de meting SYSTEEM inst.
Pagina 174
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig kiezen of de stromingssnelheid met of zonder profielcorrectie in beeld ge- Stroomsnelheid bracht en overgedragen wordt norm. >ONGECOR< invoeren van een bovenste grenswaarde voor de stromingssnelheid Snelheid grens bereik: 0.1...25.5 m/s 0 m/s: geen controle op uitschieters Alle meetwaarden die de grenswaarde overschrijden, worden als uit- schieter gekenmerkt.
Pagina 175
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig activeren van de overloop van de totalisatoren Hoev. wrapping >AAN< activeren van de overname van de waarden van de totalisator na een her- Hoev. terughalen nieuwde start van de meting >AAN< De tijdinterval invoeren waarna de transmitter bij het ontbreken van geldi- Do not total.
Pagina 176
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig Invoeren van het max. getal van Reynolds in waarbij sprake is van een la- Laminar flow minaire stroming. if R*< bereik: 0...25 500 (afronding op honderdsten) 0: de vooringestelde waarde 1 000 wordt gebruikt Deze weergave verschijnt alleen, als de SuperUser mode geactiveerd is en Profielgrenzen = eigen gekozen is.
Pagina 177
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig instellen van het gedrag van de totalisatoren bij het opslaan: Hoeveel. opslag • een: de waarde van de op dat moment in beeld gebrachte totalisator >BEIDE< wordt opgeslagen • beide: een waarde voor elke stroomrichting wordt opgeslagen activeren van het opslaan van de signaalamplitude Store Amplitude Deze waarde wordt alleen opgeslagen, als de datalogger geactiveerd is.
Pagina 178
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig instelling van het contrast van de weergave SETUP DISPLAY ← CONTRAST → Instrument info kiezen van de weergaven voor informatie over de transmitter Spec. functie ↕ Instrument info weergave van het type, het serienummer en de max. vrije datalogger- F70X -XXXXXXXX ruimte...
Pagina 179
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig invoeren van de ruwheid van het materiaal Ruwheid Instal.materiaal met Spec. functie\SYSTEEM inst.\ Bibliotheken\Uitgebr. Biblio = aan kiezen van de functie voor de temperatuuren drukafhankelijkheid van de Edit Material ↕ materiaalparameters Basics:Y=m*X +n kiezen van een gebruikersgedefinieerd materiaal USER Material ↕...
Pagina 180
FLUXUS F70x A Menustructuur initialisatie- bestendig invoeren van de gemiddelde geluidssnelheid van het medium c-Medium bereik: 500.0...3500.0 m/s 1500.0 invoer van het bereik rond de gemiddelde geluidssnelheid van het medium c-Medium=1500m/s bereik: 50...999 m/s bereik +-150m/s invoeren van de kinematische viscositeit van het medium Kin.viscositeit bereik: 0.01...30 000.00 mm²/s 1.01...
Pagina 181
A Menustructuur FLUXUS F70x initialisatie- bestendig De daadwerkelijk gemeten stromingssnelheid wordt genegeerd en de A: Remote-Func. ↕ meetwaarde wordt op 0 gezet. Signal Lock De cijfers op de totalizers worden op 0 gezet. De totalizers worden voor A: Remote-Func. ↕ de duur van het signaal gedeactiveerd.
FLUXUS F70x B Maateenheden Maateenheden Lengte/ruwheid Temperatuur maateenheid beschrijving maateenheid beschrijving millimeter °C graden Celsius inch inch °F graden Fahrenheit Druk maateenheid beschrijving bar(a) bar (absolute druk) bar(g) bar (relatieve druk) psi(a) pound per square inch (absolute) psi(g) pound per square inch (relative) Dichtheid maateenheid beschrijving...
Pagina 183
B Maateenheden FLUXUS F70x Volumeflow Volume (getotaliseerd) maateenheid beschrijving maateenheid m3/d kubieke meter per dag m3/h kubieke meter per uur m3/min kubieke meter per minuut m3/s kubieke meter per seconde km3/h 1000 kubieke meter per uur ml/min milliliter per seconde l of m3* liter per uur l of m3*...
Pagina 184
FLUXUS F70x B Maateenheden Massaflow Massa (getotaliseerd) maateenheid beschrijving maateenheid ton per uur ton per dag kg/h kilogram per uur kg/min kilogram per minuut kg/s kilogram per seconde gram per seconde lb/d pound per day lb/h pound per hour lb/m pound per minute lb/s pound per second...
Pagina 185
B Maateenheden FLUXUS F70x Flow nomogram (metrisch) volumeflow volumeflow V o l u m e n f l u s s V o l u m e n f l u s s 1 0 0 1 0 0 1 0 0 1 0 0 1 0 0 0 , 1...
Pagina 186
FLUXUS F70x B Maateenheden Flow nomogram (niet-metrisch) volumeflow volumeflow V o l u m e n f l u s s V o l u m e n f l u s s 1 0 0 1 0 0 1 0 0 1 0 0 1 0 0 0 , 1...
Referentie De volgende tabellen zijn bedoeld als hulpmiddel voor de gebruiker. De nauwkeurigheid van de gegevens hangt af van de samenstelling, de temperatuur en de verwerking van het materiaal. FLEXIM is niet aansprakelijk voor onnauwkeurighe- den. Geluidssnelheid van gekozen buis- en bekledingsmaterialen bij 20 °C De waarden van sommige van deze materialen zijn opgeslagen in de interne database van de transmitter.