Advertenties
Alarmvalidatie in- of uitschakelen
Wanneer alarmvalidatie is ingeschakeld (zie "Telemetrieconfiguratie > Alarmen > Instellingen apparaat-
tabblad" op pagina 218), moet een alarmconditie gedurende een bepaalde periode hebben bestaan
voordat er akoestische en optische alarmsignalen worden ingeschakeld. Deze functie reduceert het
aantal valse alarmen. De standaardinstelling voor Vertraging alarmvalidatie is Uit.
Wanneer alarmvalidatie in ingeschakeld, is de tijd tussen de detectie en de aankondiging van een
parameter die buiten de alarmgrenzen valt, gelijk aan de detectietijd plus het toegewezen uitstel voor
alarmvalidatie. Wanneer voor hartfrequentie de uitsteltijd wordt toegevoegd, kan daarmee het maximum
van 10 seconden worden overschreden, dat is toegestaan op grond van IEC 60601-2-27.
In de volgende tabellen wordt vermeld voor welke parameters een alarmvalidatietijd geldt. Parameters die
niet in de tabel voorkomen, hebben geen validatietijden, en akoestische en optische alarmen worden bijna
onmiddellijk geactiveerd.
Alarmvalidatietijden voor de M300
M300 Parameter
ECG/hartfrequentie (HF)
Polsfrequentie (PLS)
Pulsoximetrie (SpO2)
ST-segmentanalyse (ST)
Gebruiksaanwijzing – Infinity
®
M300 en M300+ serie – VG3.0
Bovenste alarmgrens
6 s
6 s
6 s
60 s
Alarmen
Onderste alarmgrens
6 s
10 s
10 s
60 s
125
Advertenties
