6. Een fax verzenden en ontvangen
4.
Druk op [ ] of [ ] om [Ontv. bestanden instelling] te selecteren. Druk vervolgens op de
[OK]-knop.
5.
Druk op de knop [ ] of [ ] om [Afdrukken] of [Doorsturen & afdrukken] te selecteren.
Druk vervolgens op de [OK]-knop.
6.
Druk op [ ] of [ ] om [Ontvangen bestand afdr.] te selecteren. Druk vervolgens op de
[OK]-knop.
7.
Druk op de knop [ ] of [ ] om [Automatisch] of [Handmatig] te selecteren. Druk
vervolgens op de [OK]-knop.
• [Automatisch]: Druk automatisch de ontvangen faxen af en verwijder ze uit het geheugen.
• [Handmatig]: Sla de ontvangen faxen op in het geheugen en druk ze later handmatig af.
8.
Druk op de [Gebruikersinstellingen]-knop om terug te keren naar het beginscherm.
Als het is gelukt de fax af te drukken, wordt deze uit het geheugen verwijderd.
Als het apparaat een fax niet kan afdrukken vanwege apparaatfouten zoals een lege papierlade
of een papierstoring, zal de fax in het geheugen blijven. De overige pagina's worden afgedrukt
zodra het probleem is verholpen.
Faxen afdrukken die in het geheugen zijn opgeslagen
In dit onderdeel wordt beschreven hoe u ontvangen faxen die zijn opgeslagen in het geheugen van het
apparaat kan afdrukken.
Als het indicatielampje Inkomende gegevens knippert, is er een fax in het geheugen van het apparaat.
Volg de onderstaande procedure om de fax af te drukken.
1.
Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
2.
Druk op [ ] of [ ] om [Faxeigenschappen] te selecteren. Druk vervolgens op de [OK]-
knop.
3.
Druk op [ ] of [ ] om [Ontvangstinstellingen] te selecteren. Druk vervolgens op de [OK]-
knop.
176
DSG126