• Om bestanden via e-mail, SMTP en DNS te versturen, dienen de instellingen juist te worden
geconfigureerd.
• Als u de functie Scannen naar E-mail gebruikt, selecteer dan een tijdzone volgens uw geografische
locatie om de e-mail met de juiste verzendingsdatum en -tijd te versturen.
• Om bestanden naar een FTP-server of computer te versturen, dienen de gebruikersnaam, het
wachtwoord en de directory juist te worden geconfigureerd.
• Geef op een netwerk dat een DNS-server gebruikt, een computernaam op in [Servicenaam] en de
naam van het domein waartoe de computer behoort in [Domein]. Configureer in dit geval ook de
instellingen die betrekking hebben op de DNS via Web Image Monitor.
• Scanbestemmingen kunnen niet met het bedieningspaneel worden geregistreerd.
Scanbestemmingen wijzigen
In dit onderdeel wordt beschreven hoe u informatie van geregistreerde bestemmingen kunt wijzigen.
1.
Open de internetbrowser en verkrijg toegang tot het apparaat door het IP-adres ervan in
te vullen.
2.
Klik op [Scanbestemming].
3.
Klik op het tabblad [E-mailadres], [FTP] of [Map].
4.
Selecteer de gebruiker die u wilt wijzigen en klik vervolgens op [Wijzigen].
5.
Wijzig de instellingen indien nodig.
6.
Voer indien nodig het beheerderswachtwoord in.
7.
Klik op [Toepassen].
8.
Sluit de internetbrowser.
• U kunt een snelkeuzebestemming loskoppelen van een sneltoets via de pagina
[Snelkeuzebestemming]. (alleen SP 320SFN en SP 325SFNw) Daartoe selecteert u de gewenste
vermelding, klikt u op [Verwijderen] en klikt u vervolgens opnieuw op [Toepassen] op een
bevestigingspagina.
Scanbestemmingen verwijderen
In dit onderdeel wordt beschreven hoe u geregistreerde bestemmingen kunt verwijderen.
1.
Open de internetbrowser en verkrijg toegang tot het apparaat door het IP-adres ervan in
te vullen.
Scanbestemmingen registreren
103